woensdag 17 april 2024

Toerisme Luxemburg: met een glimlach achter je vizier

Door het coronavirus was het een tijdlang moeilijk of onmogelijk om op de motor ver van Nederland te reizen. We herontdekten massaal de mooiste routes in ons eigen landje. Ook de buurlanden kwamen weer in het vizier. Hoeveel motorrijders hebben hun eerste heuvels en bergjes onder de wielen genomen in België, Luxemburg en het nabije deel van Duitsland? Ook voor weekendtripjes waren en zijn deze Gouwe Ouwe Routes populair. Michiel van Dam rijdt weer naar Luxemburg om daar een van zijn oude vertrouwde rondjes te rijden.

Fotografie: Michiel van Dam

Haal ik het op deze tank? Het is altijd even rekenen, want langs de snelweg door de Belgische Ardennen waarop het altijd zo heerlijk rijden is na het gesteggel in Nederland lijken pompstations net zo dun gezaaid als zonnige dagen. En in Nederland is benzine peperduur, maar in Luxemburg kost-ie vanouds in vergelijking maar een grijpstuiver. Vijf liter op honderd kilometer verbruikt de Buell Ulysses als ik het rustig aan doe. Zestien-komma-zeven liters passen er in het aluminium frame dat ook dienstdoet als brandstoftank. Dus moet ik het gemakkelijk halen tot de dichtstbijzijnde pomp in Luxemburg.

Toerisme Luxemburg: van Noord naar Zuid

Die pompstations, direct over de grens met België, Frankrijk en Duitsland, zijn al tientallen jaren meer dan alleen een tapzuil met een emmertje groezelig water ernaast waar je als motorrijder het vizier van je schoonmoeder nog niet mee wilt schoonmaken. In glimmende, helder verlichte toonzalen kan de goedkope tanker ook nog eens allerlei andere goederen kopen, zoals parfums, drank, luxe chocolade en rookwaren tegen prijzen waar kruidenier Grootgrut thuis het spul nog niet eens van kan inkopen, zonder BTW. Vroeger in gouden ouden tijden mocht ik er nog wel eens een slofje natuurtabak aanschaffen, van Belga, Bastos of Ducal.

Maar dat was in de tijd dat er ook nog loodhoudende benzine uit de pomp stroomde. Lang geleden. Te lang geleden. Maar niet getreurd, daar duiken de vertrouwde Luxemburgse bomen weer op, met witte sokken langs de perfect onderhouden groothertogdommelijke wegen met rimpelloos asfalt. Met een volle tank duik ik de wondere wereld van de binnenweggetjes weer in, op en neer, heen en weer, door loverrijke dalen langs kronkelriviertjes en over boomloze heuvelkammen met weids uitzicht. Vanouds vertrouwd.

Pittoreske dorpje

Ook in Esch-sur-Sûre lijkt weinig veranderd. Hotel-sur-Sûre troont nog steeds uit boven het pittoreske dorpje dat oprijst boven een kombocht in de Sûre. Nog steeds drijft de Nederlandse familie Streumer het hotel-restaurant dat zoveel Nederlandse motorrijders al zoveel jaar als basiskamp hebben gebruikt. Chef-kok Ronald Streumer rijdt nog steeds met dat zijspan rond en gidst nog steeds groepen rond over de mooiste paadjes van Luxemburg, als zijn tijd dat toelaat. Het hotel is dus een bikerherberg, met een bierterras voor de deur. Maar ook liefhebbers van fine dining worden er op hun wenken bediend. Dat is een even zeldzame als welgeslaagde combinatie.

Het uitzicht heeft voor mij al de Heren van Esch, respectabele kruisridders die bovenop de rots hun burcht in 927 bouwden, weten te bekoren. Tijdloos is de slinger die het water van de Esch maakt rond het kleine dorp, dat door steile beboste rotswanden is ingesloten. Modern zijn de asfaltwegen die ik veelbelovend vanuit de vensters omhoog zie lopen.

Het groothertogdomlijke asfalt is net zo beroemd als het Luxemburgse bankgeheim en de lage brandstofprijzen. Het duurt dan ook niet lang of de banden roffelen over de brug, waarna de weg door het bos omhoog slingert.

Heuvelruggen

Zoals dat hoort in Luxemburg zijn de wegen en dorpjes verlaten. Dat is het klassieke Luxemburg: geen spektakel zoals in de Alpen of Dolomieten. Maar als je er weer rijdt komt er vanzelf een glimlach achter je vizier en weet je weer wat je al die tijd hebt gemist sinds dat vorige weekendje Luxemburg.

De doorgaande weg biedt het ook voor Luxemburg typerende beeld van heuvels links en rechts. Anders dan in Duitsland en België zijn in Luxemburg veel doorgaande wegen bovenop de heuvelruggen aangelegd en niet onder in de dalen. Zo deden de Romeinen het ook, en die hadden hun zaakjes op orde, net zoals de Luxemburgers nu.

Ook de kleinste binnenwegen zijn in Luxemburg van uitmuntende kwaliteit. En waar nodig zijn de vangrails hier van protectoren voorzien, speciaal voor motorrijders die hun enthousiasme niet voldoende weten te beteugelen. Ik pik de loop op van de Sûre, die met ontelbare draaiingen door het uitbundige natuurschoon kronkelt. In de jaren vijftig werd er een stuwdam in gebouwd, het Lac de la Haute-Sûre voorziet de Luxemburgse bevolking van drinkwater. Het hele gebied is tot natuurpark verklaard, maar met mogelijkheden voor recreatie op en naast het water. Windsurfen, zwemmen, wandelen, motorrijden; het kan hier allemaal in volstrekte harmonie.

Mooi getrokken bochten

Richting Holtz verwelkomt mij een open landschap met akkers en weides op de groene heuvels. De Buell roffelt door mooi getrokken bochten. De weg blijft maar dalen, tien procent, elf procent… Zo nu en dan door een bos met hoge bomen, met witte sokken zodat je er niet zo een-twee-drie tegenaan rijdt als je aandacht iets te lang wordt afgeleid door het fraaie landschap aan bak- en stuurboord.

Na Hopscheid wend ik het voorwiel oostwaarts en kom in de Vallée des Sept Châteux weer in een deel van Luxemburg dat ook in de reisgidsen wordt vermeld. Een Vallei van Zeven Kastelen is dan ook niet niks, waar toeristen hun tentenkampen onder de kasteelmuren kunnen opslaan. Dat klinkt naar wilde romantiek en zo ziet het decor er ook uit, met rotsen en bossen, waarlangs de Buell zijn kunsten vertoont als een sierlijke ballerina. Maar dan wél met de spieren van een Van Damme.

Ik slinger naar een onbegroeide hoogvlakte, alsof er in de wijde omtrek geen kloven, valleien, bossen en rotspartijen bestaan. Hopla, daar daalt de weg alweer af en slingert de weg tussen beboste rotslagen door, alsof er geen hoogvlakte in de buurt te bekennen is.

Garage voor Ferrari’s

Ik zoef door het Herenbos, kom in Berschbach aan. Geen kruidenier, geen café, geen postkantoor te bekennen. Maar wel een garage voor Ferrari’s. Zou hier de groothertog zijn inkopen doen? Weet je wat, ik ga het hem gewoon vragen! Bij de ingang van Fischbach ontwaar ik de visvijvers waar de groothertog zijn hengeltje uitgooit, als hij niet nét voor staatszaken in zijn Ferrari onderweg is. Aan de andere kant van het dorp staat zijn kasteel. Een wachthuisje met gendarme verspert me de vrije doortocht. De man met de képi is vriendelijk, maar beslist: ik mag niet de oprijlaan op. Consult alleen op afspraak!

Ook goed, dan rij ik verder door fantastische bochten, voor Ferrari en Buell geschapen. Zo kom ik in Larochette, waar de rotswanden als wachters het kasteel en het stadje van de boze buitenwereld af lijken te schermen. Maar dat is overdreven, want binnen Luxemburg bestaat natuurlijk geen boze wereld, binnen noch buiten. Het toeristisch gehalte stijgt met elke wenteling van de door 1203 cc aangeslingerde krukas. Bij Moulin de Reuland davert de Buell op volle honderd paardensterkte de vallei binnen, die door de Ernz Noire in het gesteente is uitgesleten. Het onschuldig kabbelende water heeft samen met wind en erosie door de eeuwen heen de omgeving vormgegeven, overtuigender dan decorbouwers in Hollywood dat kunnen. En dat zonder computeranimatie!

Klein Arizona

De Buell voert mij het Rijk der Versteende Dromen binnen, een microkosmos om eindeloos in rond te dolen en elk gevoel van tijd en ruimte te verliezen. Dat doe ik dan ook graag zover het wegverloop dat toelaat. Slechts hier en daar dringen zonnestralen in deze droomwereld binnen, door reisgidsen gretig Klein Zwitserland genoemd. Wat mij betreft ook Klein Arizona en dan noemen we het kronkelende verloop van de wegen in de smalle donkere valleien toch gewoon Small Canyon? Daarmee staat dan ook dit Wereldwonder in de Benelux op de wereldkaart.

Toerisme Duitsland: Hunsrück retrotoer door edelsteenland

Hier prijken de waypoints Müllertal, Vogelsmühle en Berdorf in de route. Eén klomp spaghettislierten op de wegenkaart en onder het rubber. Richting Berdorf duik ik opnieuw onder in de droom- annex sprookjeswereld die het Müllerthal in petto heeft. Hoogtepunt: de ‘predikstoel’. Nadat ik door twee steile rotswanden ben doorgereden waar de weg maar net doorheen past, rennen de volgende bochten voor me uit. Die proberen aan de greep van de Dunlop-banden te ontkomen, wat met zo’n heer en meester op de troon natuurlijk vergeefse moeite is. Wandelaars klauteren tussen rotsen, bomen en over bruggetjes ons asfaltdomein omgeven, het decor zweemt sterk naar Lord of the Rings.

Ik schamp nu de grens met Duitsland, die door de Sauer/Sûre wordt gevormd. Allerlei aanlokkende weggetjes bergopwaarts strekken hun sirenenarmen naar me uit, maar ik blijf de weg trouw waarover de Buell ons onverdroten naar Vianden voert. Omhoog richting Hoesdorf klim ik weer omhoog uit een beschutte vallei naar een hoogvlakte waar het zoveelste panorama wacht.

Toerisme Luxemburg

Kloek kasteel

File bij Vianden, zouden ze dat op de Luxemburgse radio melden? Het schilderachtige dorpje in de Ourvallei is een van de toeristische toppers van Luxemburg. De ene generatie Nederlandse vakantiegangers volgt de andere op in de smalle straatjes langs de rivieroevers, die hier trouwens allebei tot het Luxemburgse grondgebied behoren. Aaah, Vianden! Voor Nederlanders zo’n beetje de toeristische nummero uno van Luxemburg. Diverse neringdoenden prijzen hun culinaire specialiteiten aan met reclameborden langs de weg ‘frikandel speciaal, patat en mayonaise’. Ja hallo, daarvoor ben ik hier niet heen gereisd! Dan liever zo’n kloek kasteel bovenop een rotspunt, nota bene door onze hoogsteigen Oranje-Nassaus in de negende eeuw gesticht. Wie hoogtevrees trotseert, gaat er per stoeltjeslift omhoog, ik pak het hoogteverschil via de weg.

Voeten vegen, daar hebben ook de Luxemburgse boeren zo te zien nog nooit van gehoord. Ze rijden pardoes met hun tractoren van de modderige velden de wegen op, waarbij ze een spoor klonters en kluiten achterlaten waar een gemiddelde olifantenkudde zich niet voor hoeft te schamen. Dat is weer een heel ander soort bezienswaardigheid dan het kasteel op de bergrug hoog boven Vianden.

Tot zover de toeristen. En wat doen Luxemburgers zelf na het werk? Die parkeren aan het eind van de middag hun vrouwen in een bontjas en gaan een potje scheuren in hun luxe sportwagens, over de mooie wegen in hun land. Als ik het als groothertog voor het zeggen had, dan liet ik deze hele weg naar Esch-sur-Sûre afzetten, zodat ik er beurtelings met mijn rooie sportautootje en m’n oranjegetrouwe Buell ongestoord overheen kon jakkeren. Ik liet dan de snelheidscamera’s alleen snorren om mijn eigen prestaties vast te leggen, zodat ze in het Guinness Book of Worldrecords kunnen worden opgenomen.

Daarom is Luxemburg goud

1. Lac de la Haut-Sure

Stuw- en recreatiemeer ineen. Heerlijk om na een vlotte rit lekker in het gras te liggen met een drankje, in een koele bries die over het kabbelende water aanwaait.

2. Vallée des Sept Chateaux

Het Guttland waarin het Dall vun de siwe Schlässer – Letzeburgs voor Vallée des Sept Chateau ligt – heeft een hoge kastelendichtheid. Zo’n 27 kilometer meet de weg langs zeven kastelen. Rijd maar mee: Koerich, Septfontaines, Ansembourg, Hollenfels, Schoenfels, Mersch. Maar dat zijn er zes! Klopt, in Ansembourg staan er twee.

3. Müllerthal

Als je door het Müllerthal rijdt, weet dan dat je over een 250 miljoen jaar oude zeebodem rijdt. De zee verdween in de Midden-Jura, waarna rivieren hun gang konden gaan. Die zorgden voor een uniek landschap van plateaus en vreemde rotsformaties. Sinds het stenen tijdperk wonen er mensen.

Reisinformatie

www.hotel-de-la-sure.lu

Download de route Luxemburg

Toerisme Luxemburg
Michiel van Dam
Michiel van Dam
Michiel van Dams schrijft als freelance redacteur prachtige reisverslagen voor Motor.NL. Reizen die de fervente motorrijder inspireren om erop uit te trekken. Wordt het Slovenië om die prachtige privé-collectie motoren te bekijken? Een rondje bergpassen in de Dolomieten? Of de Nederlandse herberg in de Vogezen, exclusief voor motorrijders?

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen