donderdag 12 december 2024

Oostenrijk: Salzkammergut

Fantastische meren en als zout in de pap besneeuwde bergtoppen, passen en panorama’s – ontspanning pur sang.

Tekst en foto’s: Klaus H. Daams

De beroemdheden die je in verband kunt brengen met Salzkammergut zijn schier eindeloos – van Helmut Kohl tot Conchita Wurst. De een bracht zijn zomervakanties dertig jaar lang door aan de Wolfgangsee, de ander zag het levenslicht aan de Traunsee. De volgens sommigen soms knap irritante travestie-artiest met baard en ambassadeur van de tolerantie won in 2014 met “Rise like a Phoenix” het Songfestival in Kopenhagen. Wie Kohl en Conchita gestolen kunnen worden, heeft het misschien meer op Mozart en Herbert von Karajan, beroemde zonen van Salzburg, de stad waar je bijkans over de sporen van de beide musici struikelt. En wie van de pracht en praal van de oude Oostenrijks-Hongaarse monarchie houdt, zit helemaal goed in Bad Ischl, de zomerresidentie van keizer Franz Joseph en zijn Sisi.

Maar nu even over wat ons misschien vooral interesseert in Salzkammergut, het lieflijke landschap met zijn in totaal 76 meren aan de noordkant van de Alpen, die we op weg naar het zuiden of oosten nogal eens links dan wel rechts laten liggen. “Ik ben Ritschi, straatrover van beroep,” grijnst paardenstaartdrager Richard in sappig dialect bij het tolstation bij Strobl, en vervolgens incasseert hij van ons de penningen voor het bergtraject naar de Postalm. Via door berken en sparren omzoomde bochten slingeren we over het weggetje door het bos naar het bij wandelaars en wintersporters populaire plateau. Bovenaan een grote parkeerplaats, zodat ook oude koningsas-Ducati’s in één beweging kunnen keren bij de zoete inval die de Blonde Hütte is.

Het restaurant op de alpenweide dankt zijn naam aan het lichte, “blonde” hout waaruit het oorspronkelijk was opgetrokken. Ook voor de rest weet waard Peter Pranieß, trotse bezitter van een 12-cilinder BMW GS, veel te vertellen over het jaarlijkse treffen van motorclub Salzkammergut op de Postalm, net als over het Quattrofeest van verleden week, toen hier oude Audi-speeltjes door bekende coureurs op hun staart werden getrapt. Op het event kon je twee groepen onderscheiden: de zondagsrijders, die hun banden mooi aan het asfalt wilden laten kleven, en de driftartiesten, die het split in de bochten de lucht in joegen. “Laten we Walter maar bellen, die maakt de boel wel weer in orde, zodat de motoren er geen last van hebben,” schertst Heiner op zijn Crossrunner als hij de resten van het steenslag ziet. Bij het verschijnen van dit artikel zal alles wel weer zijn schoongeveegd.

Na de Postalmstraße nog een paar extra scheppen koolwaterstof in de verbrandingskamers van de V4 en dan fluks over de pas Gschütt gesnord, tot we in Gosau rechtsaf slaan en een hele tijd op de wand af rijden, de imposante wand van het Dachsteinmassief. Het einde dan wel het begin van het terrein ligt bij het dalstation van de Gosaukammbahn: vier minuten wiegen in je gondel naar het winterparadijs Zwieselalm óf je tijd lekker verlummelen langs de oever van de Vorderer Gosausee met souvenirwinkel (met echte marmotzalf) en een uitnodigende gastronomie (een half litertje karnemelk, vanochtend nog door de boerin gemaakt). En ook hier geldt, zoals op alle toeristische hotspots: You’ll never walk or eat alone.

In Salzkammergut komt een meer nooit alleen, en dus volgen al snel de Hallstätter See en Hallstatt, volgens Alexander von Humboldt ’s werelds mooiste dorp aan een meer. De reisgids adviseert nadrukkelijk een wandeling te maken door het romantisch tussen oever en Salzberg gelegen, 800 zielen tellende dorp met zijn stegen en vissershuisjes en een bezoek te brengen aan de voor het publiek toegankelijke zoutmijn Salzwelten en het bizarre knekelhuis met zijn 1800 beschilderde schedels. Tja, wij doen het vandaag gewoon met een bankje bij de aanlegsteiger en laten onze blikken dwalen over grote groepen zwanen en toeristen met selfiesticks.

Wie kickt op stijgingspercentages zit goed op de Koppenpass. Je klimt er maar liefst 23 procent van Obertraun naar Bad Aussee. Maar als je jezelf niet in het zweet hoeft te werken en de drijfstang het voor je opknapt, valt het allemaal wel mee. Die kan even later ook aan de bak vanaf Bad Mitterndorf – de hier getogen Tom Neuwirth alias Conchita Wurst is er trouwens ereburger – op de tien kilometer lange Tauplitzer Alpenstraße. Eerst even bij het tolstation vragen of de weg een beetje schoon is, en de lol kan beginnen. Met een overvloed aan bochten en panorama’s slingert het asfaltlint 1600 meter de hoogte in. Zes bergmeren en een bord ’s Nachts parkeren beloven knusse momenten aan de boezem van de natuur. We weerstaan de verleiding, zoeven over de snelle Pötschenpass terug naar Strobl aan de Wolfgangsee en zijn net op tijd voor de zonsondergang. “Ik ben nu bij het meer, hartstikke mooi hier en hartstikke warm” – over de levendige oeverpromenade komt een vakantiegroet aan de thuisblijvers aangewaaid. You’ll never phone alone.

Bad Ischl: een nostalgisch rondje Habsburgse monarchie is niet compleet zonder een bezoek aan de keizervilla en Sisi’s marmeren paleisje. Ondanks spitsuur en moderne infrastructuur – het verkeer is wel wat drukker geworden sinds 1914, toen Franz Joseph er de oorlogsverklaring aan Servië ondertekende – geurt het verdacht landelijk naar koetsjes en paarden bij het kuurpark, waar koetsiers op clientèle wachten. Tijd om de 106 Honda-paardjes de sporen te geven en door het bos naar de Offensee te draven. Eerlijk gezegd, niet echt een aanrader, althans niet wanneer je het verder van de benenwagen moet hebben. In elk geval is aan het einde van de doodlopende weg niks te zien van het meer of de aangekondigde uitspanning. En wat zal de gelaarsde doorsneebiker denken als ie op het bord naar de eetgelegenheid Rinnerhütte leest: 2 uur en 30 minuten lopen? Dank je feestelijk!

De beide volgende meren aan een doodlopende weg, Vorderer en Hinterer Langbathsee aan de voet van het Höllengebergte, voormalig keizerlijk jachtgebied, laten we voor wat ze zijn, en we rijden linea recta naar de Traunsee. Een droommeer met vele gezichten en zat mogelijkheden om een dag te verpozen. De eerste halte is het mooie, op een beboste landtong gelegen Traunkirchen, recht tegenover de ruwe, steil uit het meer oprijzende Traunstein. Een kleine kanttekening bij alle bewondering: misschien hadden ze iets creatiever kunnen zijn bij de naamgeving van meer, dorp en berg. Word alsjeblieft niet overmoedig als je tegenover deze klomp staat, die door zijn prominente ligging ook wel de wachter van Salzkammergut wordt genoemd; laat de verovering ervan maar over aan ervaren bergbeklimmers. Dan kun je in Traunkirchen beter een elektrische boot huren om het ding van dichtbij te bekijken. Voor een uur ben je twaalf euro kwijt. Hoe snel zijn die kleurige fluisterbootjes eigenlijk? “Binnen een uurtje ben je aan de overkant, en ook weer terug,” luidt het droge, pragmatische antwoord.

Het fietsmuseum Rund ums Rad in Altmünster is niet alleen bij regen een aanbeveling, het voert je door de 200-jarige geschiedenis van vélocipèdes en stalen rossen. Van wiel naar rad: aan de oever van Gmunden draait er ook het een en ander rond, en met dezelfde museale allure, zodra Gisela, stoomraderboot anno 1871, kolkend de Traunsee in steekt. Iets wat de krasse dame iedere zondag in augustus doet. Heel wat vaker wordt in de voormalige zouthandel- en huidige kuurstad het oor gestreeld door een uniek keramisch carillon met 24 klokken van Meissenporselein. En nu tabee Gmunden, de natuur van het Almtal in, en voor even alleen het geronk van de VTEC 16-klepper van de Crossrunner in je oren.

We groeten de marmotten. Ook in het Almtal rijd je recht op een wand af, het Dode Gebergte. Onderweg kom je langs het Cumberland-Wildpark Grünau en onderzoeksinstituut KLF, gesticht door “ganzenvader” Konrad Lorenz, bioloog van naam en faam. Eindpunt voor zowel carnivoor als vegetariër is Gasthof Seehaus aan de Ausee – tenzij je al tijdens het ontbijt de tip hebt gekregen om even terug te rijden en de afslag te nemen naar de Bergstraße Farrenau, die smal en steil door het bos loopt, voor een rijk maal in het Hochberghaus. O ja, nog even over de omgangsvormen alhier – en dan gaat het niet over wat je moet doen als je in een smalle haarspeldbocht midden in het bos een 40-tonner tegemoetkomt, met een chauffeur die zich kennelijk vooral coureur waant. Nee, het is het informele du, dat hier vanaf duizend meter hoogte gebruikelijk is en waaraan op de Farrenauer Bergstraße de Du-steen herinnert.

Dat is al even relaxed als een duik in een verfrissend meertje op warme zomerdagen. Wie daar een oogje op zijn geliefde motorfiets wil houden, vindt er pal aan de Attersee en Mondsee parkeerplaatsen en kan tussen de reflecties van de zon op het water en het fonkelende chroom van bochtstuk en knalpijp tot rust komen. Sommige badgasten halen naast bloemetjesbikini en zwembroek een wegwerpbarbecue tevoorschijn, anderen vinden zich er misschien iets te beschaafd voor en prefereren camping met camper en grasmaaier, bijna net als thuis in je eigen rijtjeshuis. En wat een bofkont ben je als je de kok van je favoriete restaurant al bijna mag tutoyeren en dat je aan het eind van een lange dag toeren onderweg telefonisch een wienerschnitzel bij hem kunt bestellen, waarna je vlak voordat hij zijn koksbuis uittrekt om even voor negenen aan een gedekte tafel mag plaatsnemen. Nogmaals dank, restaurant Weberhäusl in Strobl-Weißenbach!

Onze derde en laatste dag in Salzkammergut. De wegenkaart is al aardig verfomfaaid, al die meren en doodlopende weggetjes hebben hun tol geëist. Desalniettemin staan er nog een paar puntjes op mijn bucketlist. Om te beginnen St. Wolfgang, wereldberoemd geworden door de operette Das Weiße Rößl en de gelijknamige uitspanning, thans een viersterrenhotel van de superromantische soort. Romantisch? Magnetisch! Drommen toeristen trekken naar dit dorpje-uit-een-prentenboek – en ik slalom met mijn rode ros langs bedevaartskerk, pelgrimsbron en meerpromenade. Vervolgens, in plaats van met het tandradspoor de nabijgelegen top, de Schafberg, op te stomen, een loflied op het particuliere vervoermiddel en volle kracht vooruit – nou ja, afgezien van de Pötschenpass doet de cruising-modus het meeste werk –, op naar de Loser-Panoramastraße. Tjonge jonge, de jackpot in de wegenroulette van Salzkammergut: via vijftien scherpe bochten naar 1600 meter hoogte, vergezichten van de Dachstein tot de Großvenediger.

Wie zou hier niet nog een tijdje willen blijven? Oké, de deltavliegers en paragliders niet, die willen de berg zo snel mogelijk af. Alsof je zelf vliegt, zo snel gaat de tijd op het panoramaterras van Helis Loserhütte – zonder tierelantijnen, maar wel met dirndljurkjes en lederhosen. En dan het boerenbrood met acht plakken ham, opgerold, alsof het de knalpijpen van een oude achtcilinder Guzzi zijn. Knalde de grand prix-icoon destijds stevig door – de tachtig pk V8 haalde 12.000 omwentelingen per minuut, wat in 1957 dankzij de uitgekiende aerodynamica genoeg was voor een onvoorstelbare 280 km per uur – vandaag doen we het wat rustiger aan. Nee, geen uitstapje naar Grundlsee en Toplitzsee, maar gewoon het vogelperspectief vanaf de Loser op de Altausseer See. Wie wil in zo’n omgeving, waar je zo heerlijk kunt lanterfanten, nou parcoursrecords breken alsof je op de Salzburgring bent?

Je in veel leer getooide makker misschien, die zijn Super Duke vaardig over de Weißenbacher Sattel stuurt, een van de meest prominente trajecten voor motorrijders in Salzkammergut. Vroeeemmm. Want wat is dit mooi geplaveide traject verleidelijk! Maar nee, ik hoef hier niet zo nodig de donor uit te hangen, zo kort voor het eindpunt. Dan liever losjes via Mondsee en Thalgau naar de Fuschlsee en daar je metgezel een ijskoffie-to-go doneren. Wie met z’n schatje op pad is, kan samen met haar Mausi oder Hasi – zo heten ze echt, de waterfietsen aan de promenade langs de Fuschlsee – bestijgen en met zachte tred en zoete woordjes prevelend de zonsondergang tegemoet varen. Heiner en mij wacht in Strobl echter nog een waterskishow zoals iedere donderdag op de Wolfgangsee, tot diep in de nacht, met alles wat erbij hoort.

Info

Salzkammergut scoort met zijn ongeëvenaarde mix van zwemmeren en berglandschappen, die zo op een ansichtkaart kunnen. Wie de tijd neemt en zich eraan overgeeft, vindt een onthaastend alternatief voor de machtige routes in de Hoge Alpen. En heeft misschien niet eens tijd om het Dachsteinmassief te ronden of het levendige Salzburg aan te doen.

Heenreis

Strobl am Wolfgangsee, het beginpunt van deze rittentocht, bereik je over de A8 van München naar Salzburg en dan verder over de snelweg richting Linz tot afrit Mondsee; via de 154 en 158 tot je bestemming. Of, als alternatief, via Berchtesgaden, Hallein en St. Gilgen – dit duurt langer, maar je spaart wel een 10-dagenvignet uit.

Accommodatie

Salzkammergut is een geliefde vakantieregio, veel hotels zijn in het vakantieseizoen al snel volgeboekt. Wij hadden het, met onze dagetappes zonder bagage, naar onze zin in Hotel Bergrose in Weissenbach bij Strobl, www.bergrose.at. Hieronder nog een paar aanbevelenswaardige verblijfslocaties die ons zijn bijgebleven: Almgasthaus Zur blonden Hütte aan de Postalm-Panoramastraße, www.blonde-huette.de; Gasthof Gosausee aan de Gosausee, www.gasthof-gosausee.at; Hochberghaus aan de Bergstraße Farrenau, www.hochberghaus.at; Helis Loserhütte aan de Loser-Panoramastraße, www.loserhuette.at; Hotel Post in Weißenbach am Attersee, www.hotelpost-attersee.at. Daarnaast diverse campings aan het water, www.campingfuehrer.at.

Reistijd

Omdat heel hoge bergen en passen ontbreken, is het motorseizoen in Salzkammergut relatief lang. In de lente en herfst raak je betoverd door bloeiende alpenweiden en kleurrijk lover, in de zomer lokken de meren om te zwemmen.

Uitjes

Oldtimermuseum (geschiedenis van de fiets) in Altmünster, www.radmuseum.at; Museum Fahrzeug-Technik-Luftfahrt in Bad Ischl, www.fahrzeugmuseum.at; Motorradmuseum in Vorchdorf, www.motorradmuseum-vorchdorf.at; 1. Europäisches Motorrad Trial Museum in Ohlsdorf,

www.webermichl.at/museum; Salzwelten aan de Altausee, in Hallein en Hallstatt, www.salzwelten.at; Cumberland Wildpark Grünau, www.wildparkgruenau.at; racecircuit Salzburgring, www.salzburgring.com.

ADRESSEN

www.austria.info

www.salzkammergut.at

www.dachstein-salzkammergut.com

Redactie
Redactie
De redactie van Motor.nl bestaat uit alle redactieleden van MOTO73 en Promotor. Redacteuren Marien Cahuzak, Jan Kruithof, Maikel Sneek en diverse freelancers zijn dagelijks actief voor Motor.nl.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen