donderdag 28 maart 2024

Toerisme: voorjaarsrit door Zuidwest-Friesland

Lemmer. Wolvega. Heerenveen. Wat gaat er bij het horen van die namen door je heen? Ik zie vooral veel schaatsenrijders. IJsstadion Thialf, vol carnavaleske figuren met rare hoofddeksels – dat er zoveel idioten zijn dat je er keer op keer een stadion mee kunt vullen, blijft verbazen. Maar verder? O ja, en een voetbalclub. Daar blijft het bij.

Dus het is zonder verwachting dat ik mijn raspaardje op een gulle voorjaarsdag door de Flevopolder jaag. Kijk, en dat is het moment waarop dingen kunnen gebeuren. Of om met de dichter Bloem te spreken: ‘Alles is veel voor wie niet veel verwacht.’

Wat treffen wij in de Friese zuidwesthoek aan? Het grootste nog werkende stoomgemaal ter wereld (UNESCO-werelderfgoed)! Een museum dat tot de mooiste van Nederland hoort (Belvédère). Met werken van een kunstenaar die zich in de rijen der groten mag scharen (Jan Mankes!!!). En vanuit het kiesdistrict Schoterland bracht Ferdinand Domela Nieuwenhuis het socialisme naar Den Haag. Voorwaar als dat geen bijdrage is geweest aan de geschiedenis en vooruitgang van dit land.

Het avontuur begint in Lemmer – altijd langs gescheurd, maar nu is het tijd eens even binnen te lopen. En nee, het valt niet tegen. Integendeel. Het is een spannende verzameling grachten en sluizen en haventjes, met namen als Emmakade en Onder de hoek en Langestreek. Het enige wat de boel verpest, zijn de vele plezierjachten, die als een witte schimmel de grachten bezetten. Ze worden ook steeds groter. Aan de Langestreek lag er één de aanpalende dijkhuisjes helemaal weg te drukken. Wat is dat toch, die absurde hang naar nog protseriger?

De hel

Even buiten Lemmer ligt het ir. D.F. Woudagemaal, een langgerekt symmetrisch gebouw met veel ramen en een hoge fabriekspijp, aan het eind van een lange rechte sloot. Ik bezoek het met een grote groep bejaarden die een dagje uit zijn, met de daarbij behorende ongemakken. Zo gooit er eentje na het zien van de film zijn eigen bril weg, in plaats van de driedimensionale die hij net heeft mogen gebruiken.

Zoals een goede gids betaamt trakteert Hendrik Sietsma ons op allerlei smakelijke feiten. Zo werd de zestig meter hoge fabriekspijp opgetrokken door drie metselaars die de toren al spiralend achter elkaar opmetselden; zo corrigeerden ze als het ware elkaars metselafwijkingen. Toch ging er iets lelijks fout. Toen-ie klaar was, bedacht men dat ze de bliksemafleider nog moesten installeren. Dat kon wel een weekje wachten, waarop… Konden ze weer opnieuw beginnen!

Route Noord-Holland langs vliegtuigwrakken uit de Tweede Wereldoorlog

Binnen moet het ooit de hel zijn geweest, vertelt Hendrik, toen er nog op kolen werd gestookt, vooral ’s winters als het buiten min twintig was en binnen plus vijftig! Zwaar onder de indruk schuifelen we door het Ketelhuis met zijn vier meer dan manshoge ketels. Nog veel groter is het Machinehuis waarin acht stoomcilinders de energie omzetten in beweging, die via krukassen en vliegwielen overgebracht wordt op acht centrifugaalpompen. Het moet wat zijn als dit hele zaakje in beweging komt.

Us Ferlosser

Het is echt wat je noemt voorjaar. De bermen kleuren geel van het koolzaad en wit van het fluitenkruid als we door het Friese merengebied naar Heerenveen koersen. Veel ruimte, veel licht en kijken zover als je kunt. Ik ben er dol op en we vermaken ons wel met ons tweetjes op de binnenweggetjes, met namen als Pôlle en Bokkeleane en Scharren. Stil is het er ook, op wat boeren na die aan het hooien zijn, een enkel wit zeil aan de horizon en dichterbij, in de wei, een veulen dat bij zijn moeder drinkt, een diepzwart Fries paard met veel behang en vetlokken aan de poten.

Uiteindelijk belanden we in Heerenveen en ja hoor, ook daar zijn de terrassen tot de laatste plaats bezet, net als in Lemmer en Woudsend. Waar doen we het toch van, vraag ik me wel eens af, we zijn een land van feestvierders geworden. Is daar iets op tegen? Niet per se, maar mijn gedachten gaan toch uit naar dat enorme jacht in de haven van Lemmer. Kan het niet wat minder? Zijn we niet aan het overdrijven met zijn allen? En dan te bedenken dat de mensen hier eind negentiende eeuw nog bittere armoede leden. Het is in deze omgeving dat het socialisme wortel schoot, onder leiding van Ferdinand Domela Nieuwenhuis, ‘us ferlosser’ zoals hij werd genoemd. Zou-ie dit voor ogen hebben gehad toen hij het tijdschrift ‘Recht voor Allen’ oprichtte? De consumptiemaatschappij?

Zuidwest-Friesland

Goddelijk

Maar Heerenveen heeft nog iets anders te bieden. Museum Belvédère, in Oranjewoud dat tegen de stad aanligt. Voorwaar, wat een schoonheid heeft architect Eerde Schippers daar neergelegd, dwars op het grand canal dat van het landhuis Oranjewoud richting buurtschap De Knipe leidt. Veel meer dan een lange platte doos is het niet maar zoals deze stapeling van zwarte basaltblokken zich naar het landschap voegt. Weergaloos. Daar bovenop komt dan ook nog eens dat het museum een ware schat bewaart, het werk van de kunstschilder Jan Mankes, grotendeels ontstaan in De Knipe en van een haast mystieke schoonheid. Kijk naar zijn Zelfportret met uil uit 1911, zijn Lijsters in avondstemming uit 1912, zijn Egels in het bos uit 1916; de concentratie van de man, het goddelijke dat-ie op het spoor was…

Hoe sluiten we de tocht af? Alsof de maker het fijnste voor het laatst bewaart, zwieren we kilometerslang over de Lindedijk en later over de Worstdijk – met de geur van vers gemaaid hooi in de lucht. En er komt geen mens!

Download de route

Zuidwest-Friesland
Paul Vreuls
Paul Vreuls
Paul Vreuls is al sinds 1991 zelfstandig journalist. Hij heeft zich gespecialiseerd in cultuurreizen. Paul publiceert geregeld in Promotor, maar ook in Traveler, een gerenommeerd reizenmagazine, en kranten.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen