Zonta van den Goorbergh leek te vertrekken bij RW-Idrofoglia Racing GP. Maar nadat voormalig teammanager Jarno Janssen aan de kant was geschoven, en de familie Waninge — de teameigenaren — de Spanjaard Javi Martinez als vervanger én teamadviseur Johan Stigefelt aanstelde, bleek er plotseling toch toekomst voor de 19-jarige coureur bij het Nederlandse Moto2-team in het wereldkampioenschap van 2026. Hoe kijkt Van den Goorbergh zelf terug op zijn seizoen? En wat vindt hij van alle recente veranderingen binnen het team? Motor.NL sprak met hem voorafgaand aan de Grand Prix van Valencia.
Net na de zomerstop – tijdens de Grand Prix van Oostenrijk – spraken we met Jarno Janssen. Hij gaf toen aan dat de kans heel klein was dat jij zou blijven. Wat deed dat met jou?
‘Op dat moment deden die woorden mij niet zoveel, omdat ik sowieso niet van plan was om binnen dezelfde structuur te blijven. Dat gevoel was er van beide kanten. Er waren in die fase ook geen gesprekken gaande om mij hier te houden. Dus op dat moment maakte het me niet zoveel uit.’
Heb je gevreesd voor je plek binnen de Grand Prix?
‘Ik heb op een gegeven moment wel gedacht: het zou kunnen dat ik volgend jaar niet meer actief ben in het Moto2-wereldkampioenschap. Die kans was er zeker. Simpelweg omdat er weinig plekjes waren. En de plekken die wél vrijkwamen, gingen eigenlijk meteen naar Moto3-coureurs die vanuit dezelfde teamstructuur doorstroomden. Maar goed, dan hadden we een andere oplossing moeten zoeken. Uiteindelijk ben ik heel blij dat ik kon blijven en al helemaal als je ziet hoe het er hier bij het team nu allemaal uitziet.’

De recente veranderingen binnen het management van het team hebben eigenlijk jouw plek gered?
‘Ja, dat kun je wel stellen. Als er niks was veranderd, was ik niet gebleven. En toen die veranderingen er eenmaal waren, was het ook niet zo dat ik meteen kon tekenen. Van beide kanten hebben we eerst gekeken naar de mogelijkheden.’
Hoe hebben jullie elkaar weer gevonden?
‘Ik denk door goed met elkaar te praten. Dat is in de afgelopen seizoenen misschien niet altijd op de juiste manier gebeurd. Maar gewoon door eens met elkaar te gaan zitten, naar elkaar te luisteren – ik denk dat dat heel goed is geweest. En dat het uiteindelijk heeft geleid tot een mooie kans waar ik heel dankbaar voor ben.’
Reportage BMW Motorrad M Racing Experience: WSBK-coureur voor 1 dag
Met wat voor gevoel rond je het seizoen 2025 af?
‘Als je mij vraagt: is het het seizoen geworden waarop je had gehoopt en wat je van tevoren had verwacht? Dan is het antwoord nee. Maar dat betekent zeker niet dat alles negatief was dit jaar. We hebben nog steeds genoeg mooie momenten meegemaakt. En nu is het vooral zaak om vooruit te kijken en met volle moed aan volgend jaar te beginnen.’
Je hebt nu vier seizoenen in het Moto2-wereldkampioenschap gereden. Als je kijkt naar de resultaten en WK-punten, was er in de eerste drie jaar sprake van een stijgende lijn. Die lijn werd in 2025 niet doorgezet, want je scoorde minder punten. Voelt dat voor jou ook zo?
‘Aan de ene kant wel, aan de andere kant niet. Je merkt dat er wél een stijgende lijn is in hoe je op de motor zit, hoe je denkt en hoe je rijdt op de baan. Ook in bepaalde resultaten zie je dat terug. Er zijn genoeg kwalificaties, trainingen en races geweest waarin je anders aanvalt, en daardoor een resultaat neerzet dat in de afgelopen jaren niet gelukt was. Maar als je puur kijkt naar de wedstrijdresultaten en je plek in het WK ten opzichte van vorig jaar, dan klopt het inderdaad: dat zijn de harde feiten. Het was een lang seizoen, waarin goede én minder goede dingen gebeurden. En in de Moto2 is het gewoon zo: als niet álles klopt en perfect samenvalt, dan sta je er niet bij. Het ligt zó dicht bij elkaar. En ik denk dat dat wel een beetje het verhaal van seizoen 2025 is.’

Je noemt dat je races op een andere manier bent gaan aanvallen. Kun je dat wat nader uitleggen?
‘Het gaat om een bepaalde manier van werken en hoe je naar dingen kijkt – zowel op als naast de baan. Ik denk dat het mentaal best een lastig jaar is geweest. Als je niet de resultaten behaalt die je wilt en het algemeen niet helemaal loopt zoals je had gehoopt, mede door bepaalde conflicten, dan is het makkelijk om jezelf daarin te verliezen. Maar ik denk dat dat mij niet is overkomen. Ik heb mij redelijk sterk kunnen houden. En op de baan merk ik dat ik rustiger ben geworden en weet ik nu beter uit lastige situaties te komen. Dat zijn hele waardevolle lessen geweest, die mij in de toekomst veel kunnen opleveren.’
Het plan is ongetwijfeld om in 2026 die stijgende lijn in de resultaten weer op te pakken. Hoe ga je dat bewerkstelligen?
‘Ik kom volgend jaar niet om dezelfde resultaten als nu te rijden, en ook niet om de stijgende lijn van 2024 voort te zetten. Ik kijk niet terug, ik kom om een serieuze stap te maken. Dat is het doel dat we als team hebben. Daarmee staan we straks aan de start. Natuurlijk willen we het huidige seizoen goed afsluiten, maar een groot deel van onze focus ligt nu al op volgend jaar.’
Op wat voor manier heb je nu al de focus op volgend jaar?
‘Het zit ’m onder andere in lange gesprekken waarin nieuwe plannen worden gemaakt. Een praktijkvoorbeeld daarvan was de kwalificatie in Portimão. Daar werd ik vooraf op bepaalde punten gewezen waar ik tijdens het rijden op moest letten. We zijn vervolgens met het hele team gaan zitten en hebben samen een strategie opgesteld, om te kijken of die aanpak bevalt – met het oog op 2026. En dat pakte goed uit: we kwamen via Q1 naar P13 op de grid. Zulke dingen geven veel motivatie richting volgend jaar. Je merkt dat er nu op een professionelere manier gewerkt wordt, bijvoorbeeld door dat soort meetings. Dat is bij andere teams misschien heel normaal, maar voor ons was dat de afgelopen jaren niet het geval. Er zit nu veel nieuwe motivatie in het team, en dat is ontzettend goed voor iedereen. Natuurlijk geef je als coureur altijd alles, maar wat ik al zei: in de Moto2 ligt het zó dicht bij elkaar, dat het echt belangrijk is dat alles klopt.’
Strandraces: lekker herfsttoetje
Gebeurde dat soort plannen maken in de voorgaande jaren dan minder?
‘Die waren er de afgelopen drie jaar eigenlijk niet. Sinds Portimão wel. En ik zeg niet dat dát de magische sleutel tot alles is, maar het zijn wel precies dat soort kleine dingen die je uiteindelijk net dat beetje extra kunnen geven.’
Zie jij de recente veranderingen binnen het team dus als iets positiefs?
‘Ik zal geen negatieve woorden over wie dan ook zeggen, dat is niet aan mij. Maar ik vind wel dat we in de laatste GP’s de goede kant op gaan. Dat zie je terug in de resultaten, de snelheid en de manier van werken. En dan te bedenken dat we pas net begonnen zijn met de nieuwe structuur. Je kunt niet alles in één Grand Prix veranderen, en ook niet in vijf weekenden – zeker niet als die zo kort op elkaar volgen. Nu hebben we de winter om écht dingen om te gooien. Het heeft tijd nodig, maar dat we nu al een positief effect merken, is prettig.’

Zat je, nadat je wist dat je in 2026 zou blijven, ook anders op de motor vergeleken met de periode waarin je nog in onzekerheid zat?
‘Aan de ene kant wel, aan de andere kant merk ik het op de motor niet echt. Het is niet zo dat ik in Portimão op de motor stapte nadat ik had getekend, en dat dat meteen anders voelde. Zo zwart-wit is het niet. Maar ik denk wel dat er een last van je schouders valt zodra je duidelijkheid hebt. Of dat direct helpt op de motor? Dat vind ik lastig te zeggen.’
Je gaf al aan: ik ben hier om volgend jaar echt stappen te maken. Durf je je nu al uit te spreken wanneer je tevreden bent in 2026?
‘Mensen verwachten altijd veel, maar ik ben met mijn 19 jaar nog steeds de op één na jongste rijder op de Moto2-grid. Ik wil volgend jaar niet rondrijden op dezelfde posities als nu, daarvoor doen we dit niet. Daarvoor gaan we dit plan samen niet aan. Wat er uiteindelijk mogelijk is? Het zal vooral belangrijk zijn om het jaar goed te beginnen. Dat is taak nummer één, en daarom wordt deze winter ook zo belangrijk. Dan kunnen we hopelijk mooie resultaten neerzetten in 2026.’
Je crewchief van de afgelopen jaren, Fabrizio Manciucca, vertrekt naar Gresini Racing. Gaat er verder nog veel veranderen in de box?
‘Er verandert best veel om mij heen. Niet alleen in het management van het team, maar ook in de box verandert het een en ander. Ik ben heel blij met de crewchief (Javier Álvarez) die ik krijg. Hij was het afgelopen jaar de data-engineer van Manuel Gonzalez. En het moge duidelijk zijn wat voor goed seizoen Gonzalez heeft gedraaid. Dat ik nu zo iemand aan mijn kant heb, en dat hij ook nog eens het vertrouwen in míj toont… dat zegt veel. Hij had ook gewoon kunnen blijven waar hij zat en voor de titel kunnen strijden. Maar in plaats daarvan kiest hij ervoor om hiernaartoe te komen en hier samen iets moois van te maken. Het is niet alleen vertrouwen vanuit je eigen hoek — sponsoren, vader, moeder, noem maar op — maar ook vertrouwen vanuit het team én nu ook vanaf de technische kant. En dat geeft je als rijder echt een goed gevoel.’
Ondanks dat je bij hetzelfde team blijft, voelt het door alle veranderingen als het begin van een nieuw hoofdstuk?
‘Met die mindset gaan we er inderdaad in. We zien het eigenlijk als een nieuw team. Natuurlijk is de teameigenaar dezelfde, maar verder verandert er een hoop. En ik denk dat de mensen die volgend jaar vanaf de tribune of vanaf de bank kijken, dat ook wel zullen merken. Dat is in ieder geval wel het doel.’
Foto’s: ANP, Teams


