Pata Yamaha Ten Kate Racing is met Stefano Manzi hard op weg naar hun dertiende wereldtitel. Maar hoe gaat het met de laatste rijder die voor het Nederlandse team wereldkampioen werd? Dominique Aegerter kroonde zich in 2021 en 2022 tot de beste in de World Supersport en maakte daarna de overstap naar de World Superbike. MOTO73 sprak met de 34-jarige Zwitser die dit weekend tijdens de Nederlandse ronde van het IDM in Assen, als vervanger van de geblesseerde Jan Mohr, zijn opwachting voor Team SWPN in de IDM Superbike klasse maakt.
In Zwitserland zijn er vanwege het jarenlange verbod geen racemogelijkheden. Is het daarom lastig om als coureur uit Zwitserland te komen?
‘Dat is zeker een nadeel, omdat er geen circuits zijn. Je moet altijd uitwijken naar een ander land, vaak Italië of Spanje. Dat betekent extra reisdagen en dat je altijd iemand moet meenemen voor de banden en het onderhoud, enzovoort. Dat is niet altijd makkelijk om geregeld te krijgen.’

Heb je er ook wel eens aan gedacht om Zwitserland te verlaten en ergens anders te gaan wonen?
‘Ik heb er wel aan gedacht, maar mijn wortels liggen in Zwitserland. Jarenlang ben ik in het voorseizoen wel voor een aantal weken naar Spanje gegaan, maar nu ik in de WorldSBK rijd, met de vroege race in Australië (februari), is dat lastiger geworden. In januari zijn namelijk al de tests, waardoor de voorbereiding heel kort is. Afgelopen winter ben ik wel op de ranch van Valentino Rossi geweest en heb ik meegedaan aan de ‘100km dei Campioni’-race.’
Hoe was dat?
‘Het is een droom voor elke rijder om een uitnodiging te krijgen om op zijn ranch te rijden. Hij kiest zelf welke rijders er mogen deelnemen aan deze crossrace. Het is een eer, het was gaaf en het is een fantastische baan van meer dan twee minuten lang. Er waren veel WK-rijders, en Rossi zelf natuurlijk – een geweldige ervaring.’
Hoe zou jij jezelf omschrijven in een aantal termen en wat maakt racen zo leuk?
‘Grappig, blij, doelgericht en nooit opgeven. Ik hou van motoren, snelheid en competitie. Elk weekend is een nieuwe uitdaging, want ieder circuit is anders en biedt nieuwe kansen.’
Interview crew chief Marcel Duinker over de transformatie van Kawasaki naar Bimota in de WorldSBK
Voor iemand die zoveel van racen houdt, zijn twaalf WorldSBK-raceweekenden per jaar dan niet te weinig?
‘Dat is zeker niet genoeg voor mij. In het verleden combineerde ik de World Supersport ook met de MotoE, maar dat is nu niet meer mogelijk. Er zitten bovendien veel lange breaks in de kalender. En voor mij als Zwitser zijn er simpelweg minder trainingsmogelijkheden dan voor Spanjaarden en Italianen – dat is een klein nadeel. Voor mij had het racen, zoals vroeger in de jaren ’70, toen er ieder weekend wel ergens een race was, beter gepast.’
Je broer Kevin is je manager. Hoe is het om met je broer te werken?
‘Het ontstond toevallig. Hij probeerde mij te helpen toen ik in 2018 nog in de Moto2 reed en geen manager had. Het is niet makkelijk dat ik als jongere broer hem opdrachten geef, maar omdat wij zo close zijn, heeft dat ook voordelen. Teams moesten er in het begin wel aan wennen, want ze dachten misschien dat zijn opmerkingen meer vanuit de familie kwamen dan vanuit zijn rol als manager. Er komt veel bij kijken om een manager te zijn. Ik weet niet of een andere rijder het kan, maar ik zou het in ieder geval niet allemaal zelf kunnen doen en regelen.’

Tijdens je periode bij Ten Kate Racing was duidelijk dat je veel aandacht gaf aan je fans en sponsoring. Waarom is dat zo belangrijk voor je?
‘De fanbase werd gedurende de jaren steeds groter, en dat gold ook voor de sponsors. Het begon ooit met sponsors die materiaal gaven; later werd dat geld. Ik heb thuis geleerd dat het niet vanzelfsprekend is dat mensen je (sponsor)geld geven. Je moet ze iets teruggeven. Dat probeer ik in het team ook te doen, door mijn dankbaarheid te laten zien.’
We zien je eigenlijk altijd lachen in de paddock. Het lijkt bij jou niet zo moeilijk om de knop om te zetten na een lastige race.
‘Haha, nou, dat is zeker niet makkelijk. Het hangt er natuurlijk ook vanaf wat er in de race is gebeurd. Ik hoop altijd te kunnen glimlachen; dan zijn de races ook goed gegaan. Maar ik ben van mezelf wel een blij persoon.’
Van 2007 tot en met 2019 was je een vaste Grand Prix-rijder, eerst in de 125cc en daarna in de Moto2. Je hebt veel top-tienklasseringen behaald en één Grand Prix gewonnen. Heb je ergens spijt van als je terugkijkt op die periode?
‘Als ik het opnieuw kon doen, had ik het denk ik grotendeels hetzelfde gedaan. Met de ervaring van nu had ik het racen wel anders aangepakt en ik denk ook wel betere resultaten gehaald. Ik heb altijd alles gegeven.’
In 2021 ben je naar Ten Kate in de World Supersport gegaan, en dat resulteerde in twee wereldtitels in twee seizoenen. Waarom waren jullie zo’n goede match?
‘Ten Kate was één van de beste teams uit mijn carrière. Ook was ik op dat moment in de beste vorm van mijn carrière – een combinatie van ervaring en lichamelijk en mentaal alles goed voor elkaar. Ten Kate en ik hebben dezelfde mentaliteit, en ze begrepen wat ik nodig had. Hun manier van werken – ook het familiegevoel buiten het racen – hielp mij enorm om geconcentreerd te zijn op de momenten dat het nodig was. Maar ze konden daarna ook ontspannen en genieten van het moment. Dat is erg belangrijk.’
Je promoveerde in 2023 naar GYTR GRT Yamaha in de World Superbike. Je begon heel goed, met onder andere twee podiums in je eerste jaar. Daarna werd het minder. Waarom was dat?
‘We waren vanaf het begin snel en zaten eigenlijk constant binnen de top-tien, maar in 2024 heb ik veel blessures gehad. Dit jaar probeer ik weer terug te komen op het oude niveau en te vechten voor resultaten waar we tevreden mee kunnen zijn.’
Interview Gigi Dall’Igna: ‘Het hoofd van de rijder is absoluut belangrijker dan de motor’
Je wordt dit jaar 35 jaar. Zie jij jezelf nog lang doorgaan en waar ligt je toekomst?
‘Als ik fit en snel blijf, en gemotiveerd ben door een goede motor en een goed team, dan zou ik nog wel vijf jaar door willen gaan. Waarom niet? De belangrijkste focus is World Superbike, en daarna zien we wel. Ik ben een open persoon, en als iemand met mij wil praten over een ander kampioenschap, dan sta ik altijd open voor een gesprek.’
Wil je na je carrière ook werkzaam blijven in de sport?
‘Ik zou graag in de paddock blijven werken als fitness- of rijderscoach. Ook zou ik graag jonge rijders in Zwitserland helpen om hen de kans te bieden een internationale rijder te worden.’
Geen vervolg bij Yamaha in WorldSBK |
Na het interview met MOTO73 werd bekend dat Dominique Aegerter’s contract bij GYRT GRT Yamaha in de World Superbike niet wordt verlengd. In 2026 wordt hij vervangen door niemand minder dan Stefano Manzi, die op dit moment nog uitkomt voor Pata Yamaha Ten Kate Racing. Aegerter hoorde dit via het officiële persbericht van Yamaha. ‘Ik las het nieuws op sociale media, en hoewel ik de beslissing volledig respecteer, moet ik toegeven dat ik teleurgesteld ben dat ik geen persoonlijk telefoontje of gesprek heb gekregen om te horen dat onze samenwerking in WorldSBK – jaren die als familie voelden – ten einde komt. Het is niet makkelijk om dit soort nieuws online te lezen. Toch ben ik ongelooflijk trots op alles wat we als team hebben bereikt, en ik zal in de laatste vier races mijn uiterste best doen. Dank aan iedereen die mij onderweg heeft gesteund,’ vertelde Aegerter op zijn social media kanalen. |
Terugkeer naar Ten Kate een optie? |
Nu duidelijk is dat Dominique Aegerter volgend jaar niet meer zal uitkomen voor het GYTR GRT Yamaha WorldSBK Team, doen geruchten de ronde dat de Zwitser mogelijk terugkeert naar de World Supersport. Al snel valt dan de naam Ten Kate Racing. We vroegen teammanager Kervin Bos naar de stand van zaken: ‘Nu we weten dat Stefano (Manzi) volgend jaar promoveert naar de World Superbike, komt er een plek vrij. We zitten nog in een fase van het seizoen waarin we met veel rijders in gesprek zijn – Dominique is daar één van. Het is lastig, want we hebben twee geweldige jaren samen gehad, die moeilijk te evenaren zijn. Tegelijkertijd speelt zijn leeftijd – hij wordt bijna 35 – mee, en de afgelopen jaren zijn sportief gezien niet zijn beste geweest. Maar onze relatie is nog steeds supergoed, en in de racerij moet je nooit nooit zeggen.’ Op de vraag of er ook Nederlandse rijders op het lijstje staan, antwoordde Bos: ‘Op dit moment niet. Vóór Bo Bendsneyder naar de World Supersport ging, hebben we gesprekken gevoerd om hem onder te brengen bij Yamaha Thailand. Daar is hij toen niet op ingegaan, en daarna is er geen contact meer geweest.’ Tot slot vroegen we de teammanager van Pata Yamaha Ten Kate Racing wanneer hij verwacht duidelijkheid te hebben over de rijderssamenstelling voor 2026: ‘In de voorgaande jaren heb ik geleerd dat eerst de zitjes in de Moto2 en World Superbike worden verdeeld, en dat daarna pas duidelijk wordt wie er beschikbaar zijn voor de World Supersport. Vaak komt dit vanaf september echt op gang. Dan gaan we verder de markt verkennen om te kijken welke rijder – of rijders – het beste bij ons team past om in 2026 succesvol te zijn.’ |

Geen garantie voor meer succes |
Ten Kate Racing heeft inmiddels twaalf wereldtitels behaald met negen verschillende coureurs. Elf keer leverde het Nederlandse team de beste rijder in de World Supersport en één keer in de World Superbike. Toch is een wereldtitel bij Ten Kate Racing geen garantie voor blijvend succes in je verdere carrière. Opvallend genoeg wist slechts één coureur ná zijn periode bij Ten Kate Racing nog een wereldtitel te veroveren: Kenan Sofuoglu. De Turkse rijder werd daarna nog drie keer World Supersport-kampioen op een Kawasaki. De conclusie mag dan ook zijn dat Ten Kate Racing het maximale uit zijn rijders weet te halen en ook heel vaak een motorfiets van wereldtitel-waardige kwaliteit op de grid heeft gezet. |
Foto’s: Damon Teerink, ANP, WorldSBK, Teams
