vrijdag 12 september 2025
Home Blog Pagina 158

Het motorleven van Renilde: lady with a mission

0

Het leven van de West-Vlaamse Renilde Vanderschelden bestaat hoofdzakelijk uit motorrijden. Alles ervoor en erna is voor haar slechts nodeloos wachten tot ze haar geliefde Harley-Davidson terug tot leven kan wekken.

Renilde vertelt hoe haar Low Rider eerder toevallig bij haar terecht kwam: “Mijn vorige motor was een Fat Bob, waarop ik tien jaar lang tevreden heb rondgesjeesd. Dat is het onvermijdelijke tijdstip waarop je langzamerhand begint te vrezen dat de gangbare slijtagekosten niet meer veraf zijn. Daarenboven vond ik hem met de jaren, mede door zijn tamelijk robuuste voorband, steeds lastiger om in te sturen. Toen ik met een aantal gelijkgestemde zielen doorheen de showroom van Harley West-Flanders aan het kuieren was, begon ik onbewust een aantal machines wat grondiger te inspecteren.” 

Meer Renilde

NaamRenilde Vanderschelden
Bouwjaar1962
BeroepMedewerker kwaliteit Daikin
Ik ben van typeAlles moet vooruit
DrankBlonde Leffe
EtenBijna alles
Beste filmBraveheart
MuziekAC/DC
BoekMotorreis verslagen
SportHardlopen/motorrijden
HobbyPlezier maken
Motoren betekenenVrijheid en genieten
DroommotorCrossbone en mijn huidige motor
Meest pijnlijke motormomentMotor achterlaten i.v.m. pech
Mooiste motorervaringReizen met mijn partner
Zonder motor zou ikZeer ongelukkig zijn
Gebruikt de motor meest voorReizen naar mijn partner in Wildervank
Wat maakt uw motor speciaalHij is uniek
Wat kan er beter aan de motorBagagerek
Zonden in het verkeerPasseren op de vluchtstrook bij files op afritten
LijfspreukHet mag vooruit gaan
Persoonlijk voorbeeldTrots op mezelf en familie
Heb een hekel aanTwijfelaars en valse mensen
Wat met 5 miljoenWereldreis en een paar choppers kopen

IMPULSIEVE BESLISSING

Renilde verklaart: “Diverse machines, zoals onder andere de Sport Glide, wekten weinig affectie bij me op, maar met de tentoongestelde Low Rider ST had ik meteen een stevige match”. “Enkel de zwarte kleur vormde een onoverbrugbare barrière. Voor dat euveltje had Ludwig, de verkoper, gelukkig een interessante oplossing. Hij stelde me vrijblijvend voor om de machine bij Radical Customz te laten overspuiten met een unieke, gepersonaliseerde laklaag. Bordeaux is mijn favoriete kleur. Aangevuld met een tikkeltje brons moest dat ongetwijfeld een fantastische finishing touch opleveren. Op die bewuste dag ging ik enkel voor de gezelligheid langs bij de West-Vlaamse Harley dealer. Er is altijd volk en je kan er steeds terecht voor een aangenaam babbeltje. Maar amper twee uur na aankomst kwam ik onverwacht buiten met een bestelbon op zak voor een nagelnieuwe Low Rider. Tja, voor mij mag het wel een beetje vooruit gaan. Ik heb er gelijk een stel regelbare Kesstech uitlaten bijgekocht. Zo’n Amerikaan mag best wat baard in de keel hebben, want ik ben verschrikkelijk verzot op de karakteristieke Harley sound. De geluidsopbrengst heb ik voor de aanschaf niet kunnen checken en ik heb gewoon blindelings het advies van Ludwig opgevolgd.”

Steve McQueen tribute door Lord Drake Kustoms

VRIENDSCHAPSVERZOEKEN 

De motor werd besteld in het najaar en afgeleverd in het voorjaar van 2024. “Tijdens één van mijn reguliere bezoekjes aan de Harley dealer vroeg ik Ludwig ongeduldig wanneer de motor klaar zou zijn. Ik schrok me het pleuris toen ik stiekem in de richting van een motor gedirigeerd werd, die in de toonzaal onder een doek verscholen zat. De verrassing was compleet en het liefst had ik er terstond met een dartel vreugdesprongetje opgewipt. Helaas had ik net die dag een rokje aan, waardoor ik de eerste proefzit noodgedwongen moest uitstellen. We hebben wel enkele foto’s genomen voor de facebook pagina, waarop ik als een onvervalste diva naast de motor poseer. Achteraf heb ik nooit meer vriendschapsverzoeken gekregen als in die periode”, schatert Renilde. “De bijgeleverde topcase heb ik er afgezwierd. Die is veel te hoog en de motor oogt er volgens mij wat minder stoer mee. De Amerikaan is een regelrechte bijou (schatje), waarop ik als enige minpunt een praktisch bagagerekje moet ontberen. Om de lak niet te beschadigen gebruik ik siliconenpapier en een kussen met zuignapjes. Daarmee kan ik toch wat extra bagage opsjorren.”

KILOMETERVRETER 

Met gepaste trots vertelt Renilde: “Op mijn eerste tripje reed ik ondanks de aanhoudende regen meteen naar de Motorbeurs in Utrecht. Onder dergelijke omstandigheden leer je de gedragingen van de motor vrij snel kennen. In het begin is het altijd een beetje aanpassen. De pedalen staan anders en het schakelen vroeg wat gewenning. Het viel me tevens op dat de Low Rider, ondanks het geringe gewichtsverschil, veel wendbaarder is dan de Fat Bob. Ook het stationeren in de garage verloopt thans veel vlotter. Om de twee weken rijd ik naar mijn vriend die in de buurt van Groningen woont. Hij heeft een Ultra Glide en ik leerde hem kennen via de Harley gemeenschap. Zonder de uitstapjes ter plaatse tikken de bezoekjes telkens dik 870 km bij op de teller. Tussendoor rij ik in België ook nog behoorlijk wat kilometers bij elkaar. In Frankrijk zijn er een paar toffe Harley treffens waar ik regelmatig naartoe ga. Enkele honderden kilometers rijden op een dag is peanuts voor mij en over zadelpijn hoor je me nooit klagen. Met de Fat Bob ben ik zelfs op reis geweest naar Malaga. Op de motor mag je mij overal naartoe sturen. Ik heb het zelfs een tijdje zonder auto gedaan. Voor beperkte afstanden gebruik ik de fiets. De langere trajecten worden steevast en zelfs bij hondenweer, met de motor afgelegd. Regen deert me niet, enkel ijzel of sneeuw kunnen me tegenhouden.”

STOERE MOTORBINKEN

Met een kwinkslag komen de adolescentiejaren ter sprake: “Volgens mijn moeder was ik half meisje, half jongen. In mijn pubertijd had ik speelkaarten met wasknijpers aan de spaken van mijn fiets vastgemaakt. Dat maakte lawaai onder het rijden. Met Barbie heb ik niks. Van zodra de gelegenheid zich voordeed ging ik enkele jaartjes later vaak uit in de Franse grensstreek. Daar voelde ik me thuis tussen de stoere motorbinken, die me leerden hoe ik met een motorfiets moest rijden. We zaten soms met drie op de motor en toen ik onder het dolen eens achterom keek, zag ik mijn vriendin op de grond spartelen. Mijn ex was ook een motorrijder. Niemand mocht zijn machine aanraken. Soms was hij dagenlang weg voor het werk en als de kinderen naar school waren reed ik heimelijk op zijn motor rond. Gelukkig heeft hij het nooit ontdekt en speelde deze angstvallig verborgen zonde geen rol bij de latere breuk. Vervolgens reed ik met een Yamaha RD250 tweetakt, een Virago en een Honda 600cc Hornet. Het waren machines van vrienden of vriendinnen die amper met hun motor reden. Met het tweetaktje heb ik onvergetelijke avonturen beleefd, maar voor mijn eerste ‘eigen’ motor verkoos ik evenwel een dikke Fat bob.”    

RECORD VERBREKEN

Met twinkelende oogjes zegt Renilde: “Motorrijden is voor mij meer dan de spreekwoordelijke microbe, het is cruciale therapie! Harley rijders leggen makkelijk sociaal contact, maar als vrouw is het niet onverstandig om overmoedige kastaars op tijd schaakmat te zetten. Tijdens het eerste bezoek aan een treffen dacht ik meteen: dit smaakt naar meer. Achteraf krijg je wel eens het deksel op de neus. Zo kwam ik ooit in de dropshots en Jägermeisters terecht. Daar was ik ’s anderendaags niet zo goed van. Als neutraliserende afsluiter had ik een cola gedronken en ik heb altijd beweerd dat dit de boosdoener was. Van één van mijn dochters kreeg ik ooit een belletje als geluksbrenger. Bijgelovig ben ik niet, maar toen ik onderweg eens vaststelde dat het nog thuis lag, ben ik toch stante pede teruggekeerd. Stil zitten lukt me slecht en om stoom af te laten ga ik elke dag 10 km joggen. Ik heb ergens opgevangen dat de oudste motorrijdster ter wereld 86 jaar was en dat record wil ik supergraag verbreken, al was het maar met een paar dagen. Met het motorgewicht van 320 kg heb ik momenteel weinig last, dus blijf ik nog wel een tijdje motorrijden. Van AC/DC ga ik compleet uit mijn dak, maar verder kan je me best omschrijven als ‘veel te braaf’. Alhoewel…”, knipoogt ze. “Ik moet nu ook niet alles vertellen hé. Het nageslacht kan al lezen hoor!”  

Fotografie: Patrick De Muynck

SPECIFICATIES HARLEY-DAVIDSON LOW RIDER

EigenaarRenilde Vanderschelden
BouwerHarley West-Flanders
MOTORBLOK
Merk en typeMilwaukee 8, 117ci
Bouwjaar2023
Cilinderinhoud1923cc
UitlatenKesstech, volledige lijn
VersnellingsbakZes versnellingen
RIJWIELGEDEELTE
Merk en type frameH-D Low Rider ST
SchokbrekersRegelbare monoshock
Voorvork43 mm UPSD
ACCESSOIRES
ValbarenMustache
H-D Mount sissy bar (zonder kussen)
Special paint
SPUITWERK
SpuiterRadical Customz
KleurRed Candy/Grey

Terugblik crossjaar 2024: ongekend succesvol jaar voor Nederland

0
Eindelijk weer eens een seizoen zonder blessures voor Jeffrey Herlings, die WK-brons behaalde in de MXGP.

Met drie Nederlandse wereldkampioenen is het crossjaar 2024 fantastisch verlopen. Kay de Wolf heerste het hele jaar in de MX2. Lotte van Drunen bepaalde het beeld bij de WMX. Kash van Hamond greep in Heerde de wereldtitel 65cc.

Kijkend naar de eindstanden van de diverse klassen in het wereldkampioenschap en het Europees kampioenschap kan er maar één conclusie worden getrokken: voor Nederland is het een geweldig jaar geweest. Naast de drie wereldkampioenen was er ook nog een derde plaats bij de MXGP en werden meerdere ereplaatsen behaald in het EK.

MXGP Spanje 2024: wereldtitels voor Kay de Wolf en Jorge Prado

Rode plaat

De meest in het oog springende prestatie werd geleverd door Kay de Wolf. De MX2-rijder uit Eersel begon het seizoen met winst in de eerste GP, verreden in Argentinië. Daardoor mocht hij in de tweede GP met de rode leidersplaat van start gaan. Ook die won de Brabander en de derde GP eveneens. Daarna stond hij drie GP’s niet op het podium, maar behield wel de rode plaat. Vervolgens kwamen er twee tweede plaatsen en twee GP’s zonder podium. Van de volgende vier GP’s won De Wolf er drie. Na bij een GP niet bij de beste drie te zijn geëindigd volgden drie twee plaatsen, afgewisseld met een zege. In de laatste GP, verreden op de dag dat hij 20 werd, behaalde hij de mooiste podiumplaats van het jaar: hij stond als wereldkampioen bovenaan bij de huldiging van de beste drie van het seizoen. Met zeven GP-overwinningen en zes eerste plaatsen in de kwalificaties was hij de beste van het veld.

In zijn tweede jaar in de MX2 behaalde Rick Elzinga mooie resultaten. Hij scoorde negen keer in de kwalificatieraces en bleef slechts één manche puntloos. In de WK-eindstand werd hij zevende. Debutant Jens Walvoort behaalde op zaterdag éénmaal punten. Uitgerekend in Arnhem boekte hij zijn slechtste resultaat met slechts eenmaal een achttiende plaats. In alle andere GP’s behaalde hij in elke manche punten en werd twee keer tweede in een GP. Hij werd vijftiende in de eindstand. Drie plaatsen onder hem eindigde Kay Karssemakers, die door blessures drie GP’s moest laten schieten.

Van de eerste tot en met de laatste GP ging Kay de Wolf in de MX2 aan de leiding in de WK-stand.

Nieuw avontuur

In de MXGP is Jeffrey Herlings al jarenlang het Nederlandse uithangbord (als hij niet geblesseerd is). Ook dit jaar was hij weer de beste Nederlander in de topklasse van het WK motorcross. Lang leek het erop dat hij een rol zou kunnen spelen in de strijd om de wereldtitel, maar dat gevecht werd uiteindelijk gevoerd door Jorge Prado en Tim Gajser. Meer dan de derde plaats zat er voor hem niet in. Voor Herlings was het zeker een geslaagd seizoen, want vooraf had hij laten weten graag een heel jaar zonder blessures door te komen. Dat is gelukt, maar na het seizoen liep hij een ernstige knieblessure op (gescheurde knieband). Daarvoor staat een genezingstijd van een half jaar. Dan zou de seizoensstart 2025 wel eens te vroeg kunnen komen. In elk van de kwalificatieraces scoorde Herlings punten, slechts één keer had hij in de manches een nulscore. Herlings kwam in dertien manches als eerste over de finish en won vier GP’s.

Op z’n 33e kan Glenn Coldenhoff nog steeds met de besten meekomen. Hij begon aan een nieuw avontuur doordat zijn team, waar Yamaha afscheid van had genomen, overstapte naar Fantic. Het kostte Coldenhoff wel enige moeite om aan zijn nieuwe motor te wennen. Coldenhoff kwam in nagenoeg alle manches bij de eerste tien over de finish en werd zesde in het WK.

MotoGP eindrapport 2024: Jorge Martin is de nieuwe nummer 1

Eén plaats lager eindigde Calvin Vlaanderen, die tot zijn in Arnhem opgelopen knieblessure de vierde plaats in de stand innam. In de beide Indonesische GP’s werd hij derde. Doordat hij na Arnhem de resterende vier GP’s moest laten schieten zakte hij naar de zevende plaats.

Het eind van de carrière van Brian Bogers leek in zicht toen zijn team kort voor aanvang van de GP’s stopte. Louis Vosters gaf hem vanaf de derde GP onderdak. In de eerste Indonesische GP maakte hij een zware val, waardoor hij geen punten behaalde en een week later niet kon rijden. Ondanks vier GP’s zonder punten werd hij elfde in de eindstand.

De Wolf, Herlings en Coldenhoff vormden het Nederlandse team in de MXoN, het wereldkampioenschap voor landenteams. In het Britse Matterley Basin werd een fraaie derde plaats behaald. Daarmee was Nederland het hoogst geklasseerde Europese land.

Sterke vrouwen

Lotte van Drunen maakte aan het eind van het seizoen 2023 haar debuut in de WMX. Ze werd zesde in de Turkse GP. Voor haar eerste volledige jaar in het WK waren de verwachtingen hooggespannen. Lotte stelde niet teleur. Ze begon met twee tweede plaatsen in Spanje, gevolgd door twee overwinningen in de Sardijnse GP en won de tweede Spaanse GP. Na een dubbelzege in Arnhem hoefde ze in de slot-GP niet meer optimaal te presteren om de titel te behalen. Ze deed in Turkije wat ze moest doen en werd na Nancy van de Ven de tweede Nederlandse wereldkampioen in de WMX. Eind november brak Lotte bij een training in Florida haar rechterenkel op drie plaatsen. De voorbereiding op het seizoen 2025 zal daarom niet optimaal zijn. Met Lynn Valk als vierde en Danee Gelissen als achtste deden de Nederlandse vrouwen het bijzonder goed.

In het WK zijspancross eindigden drie Nederlandse duo’s bij de beste tien. Koen Hermans en Ben van den Bogaart wonnen één GP, werden twee keer tweede en twee keer derde en eindigden als vierde in het klassement. Tim en Sem Leverink werden zevende, Stephan Wijers en Han van Hal werden tiende.

Interview Lotte van Drunen: alles in het teken van de cross

De titels in de 65cc en 85cc worden beslist in slechts één wedstrijd. Het WK werd dit jaar in Heerde betwist. Kash van Hamond finishte als tweede en eerste en dat betekende de wereldtitel voor hem. In het in het Tsjechische Loket verreden EK werd hij vierde. Dex van den Broek werd in Heerde na een tiende en een tweede plaats derde in de 85cc.

De 125cc kent een WK in één wedstrijd en een EK is een serie van elf races. Bij het WK in Heerde eindigde Gyan Doensen als vierde en werd Dani Heitink zevende. In het EK streed Doensen tot aan de laatste manche mee om de titel, die uiteindelijk naar de Hongaar Noel Zanocz ging. Doensen eindigde op zeven punten als tweede. Hoogtepunt voor hem was zijn dubbelzege in Arnhem. Heitink, die twee manches won, werd zesde.

In het EMX250 speelden Cas Valk en Ivano van Erp een belangrijke rol. Valk telde lang mee voor de titel en werd derde. Hij boekte in Portugal een dubbelzege en won later nog drie manches. Hij werd beloond met brons. Van Erp kwam drie keer tweede over de finish en werd vierde. De EMXOpen werd in één wedstrijd beslist. In Lommel eindigde Sven van der Mierden als zesde en Freek van der Vlist als negende.

Lotte van Drunen, nog slechts zestien jaar en toch al de beste in de WMX.

Foto’s: Jan Boer

Harley-Davidson keert terug in de motorsport

0

Harley-Davidson is van plan een overeenkomst met Dorna aan te gaan voor een terugkeer in de hoogste klasse, niet met een MotoGP-prototype, maar met zijn Bagger. Het is belangrijk om te benadrukken dat HD een lange geschiedenis in de motorsport heeft: tussen 1937 en 1969 was het samen met Indian een prominent deelnemer aan de 200 mijl van Daytona, met de laatste overwinning in dat jaar door de legendarische Cal Rayborn op de net zo legendarische XR TT 750.

In totaal heeft H-D de Amerikaanse klassieker zestien keer gewonnen. Renzo Pasolini reed ook met een XR TT 750, terwijl Walter Villa van 1974 tot 1976 vier wereldtitels won met de Aermacchi-Harley Davidson, waaronder één in de 350cc-categorie.

Dakar-coureur schrijft geschiedenis met Harley-Davidson

De serie ‘Mission King of the Baggers’ markeert Harley’s terugkeer naar het wegracen. Het debuut in MotoAmerica vond plaats in 2021, met Kyle Wyman als winnaar van het kampioenschap. Kyle, 34 jaar oud, begon zijn carrière met flat track op een HD XR750 en had dit jaar James Rispoli aan zijn zijde, de kampioen van de American Flat Track Production Twins 2020.

Dit duo presenteerde in Barcelona de Bisonte van Harley, die binnen enkele jaren – de exacte datum is nog niet vastgesteld – als nevenwedstrijd in de MotoGP zou kunnen debuteren. Dit zou echter niet de eerste keer zijn, aangezien de KotB al dit jaar in de koningsklasse heeft gereden in Austin, Texas.

In Amerika racen twee motoren: de Harley-Davidson Road Glide en de Indian Challenger, die dit jaar het kampioenschap heeft gewonnen.

Deze motoren zijn krachtpatsers met meer dan twee liter cilinderinhoud (de Indian heeft luchtkoeling en is ‘slechts’ 1800 cc), meer dan 200 pk en draaien net iets boven de 7.000 toeren, waardoor ze 281 kg aan gewicht met bijna 300 km/u kunnen voortbewegen. Het frame moet standaard zijn, maar de swingarm niet; deze is een waar kunstwerk met een prijs van 70.000 dollar. Ook de versnellingsbak is standaard, met zes versnellingen, maar de zesde versnelling wordt in de race niet gebruikt. Nog een paar bijzonderheden: de versnellingsbak is voorzien van een blipper voor opschakelen, maar heeft geen automatisering voor afschakelen. Voor zijn er dubbele Brembo-schijven en achter een enkele schijf van 320 mm, waarbij de rem, door het gewicht op het achterwiel, veelvuldig wordt gebruikt met duim en hendel.

Een opvallend verschil tussen de baggers van het Harley-Davidson Factory Racing Team en de modellen die je in de winkel kunt kopen, is de hoogte van het zadel. Wyman, die 1.80 m lang is, komt net in het zadel: ‘De hoogte is ongeveer 930 mm en vanwege de brede constructie kunnen kleinere rijders wat moeite hebben…’

Onthulling BMW R 12 GS dichterbij dan ooit?

0

Het lijkt de juiste tijd voor de lancering van de nieuwe GS, die is uitgerust met de traditionele lucht- en oliegekoelde boxer en het opvallende 21-inch voorwiel.

De GS-familie zou kunnen worden aangevuld met een nieuw model, de R 12 GS. Dit is een Duitse adventure motorfiets die, volgens de eerste berichten bevestigd door BMW’s CEO Markus Flasch, in de eerste maanden van 2025 zou kunnen worden geïntroduceerd. Laten we dit stap voor stap bekijken.

BMW Motorrad onthult BMW Concept F 450 GS

De geruchten

In een interview met Das Motorrad in maart 2024 bevestigde Markus Flasch wat al enkele jaren werd vermoed: er waren eerder al aanwijzingen voor een adventure motorfiets met een luchtgekoelde boxer en een 21-inch voorwiel. Waar het in 2021 nog om speculaties ging zonder concrete aanwijzingen, kunnen we nu dankzij Flasch’s uitspraken concluderen dat het model bijna klaar is.

Hoe het eruit zal zien

De nieuwe R 12 GS zal zijn uitgerust met de lucht- en oliegekoelde R 12 Nine T-boxer van 1170 cc, die 109 pk en 115 Nm koppel levert. Dit duidt op een sterke focus op offroad rijden. Het prototype heeft ook een upside-down vork met een ruime veerweg en een ‘aangepaste’ mono-swingarm aan de achterkant. Hoewel het ontwerp veel lijkt op dat van de R nineT Urban G/S, is deze nieuwe versie meer gericht op offroad prestaties. Aangezien de vorige R nineT met volle tank 223 kg woog, wordt verwacht dat de R 12 GS iets lichter zal zijn, omdat elk kilogram minder invloed heeft op offroad prestaties.

Wanneer komt-ie?

Het blijft nog onduidelijk. EICMA leek een platform voor de onthulling kunnen zijn, maar op dit moment lijkt de tijdlijn te worden opgerekt. De verwachting is dat 2025 moeilijk wordt; we houden je uiteraard op de hoogte.

Honda’s elektrische motorfiets: toekomst in beweging

0

Het mag misschien later zijn dan velen hadden verwacht, maar Honda staat op het punt om serieuze stappen te zetten in de wereld van elektrische motorfietsen. De concepten die dit jaar op de EICMA in Milaan zijn gepresenteerd, geven aan dat Honda de essentie van elektrische motorfietsen begrijpt.

Veel fabrikanten van elektrische motorfietsen leggen te veel nadruk op het woord ‘elektrisch’. Om aantrekkelijker te zijn en succesvol te worden, moeten deze motoren geen ‘elektrische motorfietsen’ zijn, maar ‘motorfietsen die elektrisch zijn’.

Honda lijkt dit te begrijpen en heeft het conceptmodel EV Fun Concept onthuld. De naam zegt al veel over het model.

Dit prototype lijkt al goed voorbereid voor productie. ‘De EV Fun Concept is Honda’s eerste elektrische sportmodel,’ meldt een persbericht. ‘Het wordt ontwikkeld als een nieuwe generatie elektrische motorfietsen die een unieke rijervaring en een gevoel van stilte bieden.’

Honda stelt elektrische modellen voor

Een langverwacht project

Honda werkt al geruime tijd aan elektrische motorfietsen. Ongeveer tien jaar geleden, tijdens de Isle of Man TT Zero race, werd de toenmalige toppositie van Victory Motorcycles door Honda’s Mugen-motoren, gereden door John McGuinness en Bruce Anstey, overgenomen. Mugen stond van 2012 tot 2019 elk jaar op het podium, totdat de TT Zero-race zonder veel aankondiging uit de agenda van de Isle of Man TT werd geschrapt.

De motorfiets die Honda van plan is te lanceren, zal profiteren van jarenlange ervaring in het ontwikkelen van elektrische motorfietsen. De opgedane ervaring zal hierin worden weerspiegeld. Ik weet uit eigen ervaring dat een elektrische motorfiets uitstekend kan zijn; de Harley-Davidson LiveWire is wat mij betreft een van de beste motorfietsen ooit. Hoewel het met verschillende markten en zakelijke uitdagingen te maken had, was het in zijn essentie een geweldige motorfiets.

Hoewel Harley-Davidson de eerste grote fabrikant was die de elektrische motorfietsmarkt betrad, lijkt Honda de eerste te worden die succesvol is.

Wanneer kunnen we het verwachten en hoe zal het eruitzien?

Honda’s aankomende elektrische model is een naked sportmotor die vergelijkbaar moet zijn met een middelgrote verbrandingsmotor. ‘Het is uitgerust met een vaste batterij en is Honda’s eerste elektrische sportmodel, met commercialisatie gepland voor 2025,’ aldus het bedrijf.

Wat Honda precies bedoelt met ‘commercialisatie’ is niet helemaal duidelijk. In het persbericht vermeldt Honda dat ze een grootschalige entree in de elektrische motorfietsmarkt voorbereiden, met 2026 als periode voor marktintroductie en daarna uitbreiding.

Arai RX-7V EVO Isle of Man 2025: Exclusieve helm

0

Arai, als officiële helmpartner van de meest beroemde wegrace ter wereld, introduceert met trots de nieuwste toevoeging aan hun IoM-collectie: de RX-7V Evo, Isle of Man 2025. Dit ontwerp is uiteraard gerealiseerd op de toonaangevende RX-7V EVO, Arai’s vlaggenschip in de helmenmarkt.

De RX-7V EVO 2025 IoM TT Limited Edition is het 16e unieke ontwerp dat Arai Helmet heeft gemaakt voor de Isle of Man TT. Deze gelimiteerde edities, die sinds 2007 worden geproduceerd, zijn zeer gewild onder verzamelaars. Voor 2025 heeft de Italiaanse ontwerper Aldo Drudi opnieuw een meesterlijk ontwerp geleverd.

Motorrijders uit hele wereld laten helm zegenen in Portugees bedevaartsoord

In 2025 viert Arai zijn vijfde decennium op het eiland Man, na het viering van 40 jaar geleden dat Joey Dunlop en Brian Reid Arai-helmen voor het eerst droegen op de Mountain Course. Dit jaar was bijzonder met de recordbrekende 29e TT-overwinning van Arai-coureur Michael Dunlop, en 2025 belooft weer een memorabel evenement te worden.

De TT-races zijn van groot belang geweest voor Arai’s onderzoek en ontwikkeling, en hebben geleid tot tal van verbeteringen aan de rondere, sterkere en gladdere buitenschaal die Arai kenmerkt, vooral tijdens deze uitdagende en unieke wegraces.

De RX-7V EVO 2025 IoM TT Limited Edition helm zal vanaf het voorjaar van 2025 beschikbaar zijn. Voorafgaand is de helm nu al te reserveren bij geselecteerde Arai-dealers.

Voor meer informatie over de RX-7V EVO 2025 IoM TT Limited Edition, bezoek: www.araihelmet.eu/en/iomtt.

Toertocht Vogezen, Frankrijk: mysterieuze meren tussen de bergpassen

0

Motorrijders denken bij de Vogezen meteen aan de bergwereld van de ballons, die koepelvormige bergtoppen, wegen als de Route des Crêtes en passen als Col du Bonhomme, Col de la Schlucht, Col du Markstein… Daardoor zien we een andere natuurschat over het hoofd: de waterwereld, want tussen de bergpassen fonkelen mysterieuze meren.

Je kunt erop wachten. In een bocht zwermt een groep wielrenners naar beneden en daarbij raakt een aantal dwarrelen op mijn stijgende weghelft. Dat het niet tot een carambole komt, is alleen te danken aan mijn defensieve rijstijl, door decennialange ervaring in verschillende werelddelen getest en verfijnd. Ogen openhouden dus in de Vogezen en mijn blik niet te veel laten afleiden door de schitterende panorama’s die zo nu en dan opduiken tussen de bomen die dicht op elkaar langs de weg staan. De Vogezen, een toerwereld waar bochtige wegen je door bossen en langs pieken leiden. En de stuurpret begint voor mij op de promenade bij het meer van Gérardmer.

Dat stadje, in het hart van de Vallei der Meren, is een van de belangrijkste toeristische trekpleisters van de Vogezen. Het Lac de Gérardmer heet het grootste meer van de Vogezen te zijn. Of dat zo is, kan ik niet beoordelen en het doet ook niet ter zake. Wat telt is dat het verleidelijk tussen de boomstammen doorschemert als ik hoog boven de noordoever ervan door het bos rijd. Via de zuidoever loopt de weg meer op gelijk niveau met het wateroppervlak en buigt dan af om met wat haarspeldbochten omhoog te gaan over de D486 over de Col de Grosse Pierre. Misschien als ode aan die Vette Steen is het wegdek bezaaid met vers ingezaaid grind. Voeg daar nog zwermen wielrenners bij en het is duidelijk dat ik op deze weg de ogen goed open moet houden.

Zonder vangrail

La Bresse heet de sporthoofdstad van Frankrijk te zijn, skiën in de winter en fietsen in de zomer. Het wemelt er van de wielrenners en La Bresse ligt ook op een kruispunt van motorroutes. Terwijl de grijze stad in het groene dal in m’n spiegels kleiner wordt, duik ik op het priegelweggetje naar het Lac des Corbeaux. Geen raven te bekennen bij dit meer, wel staan de bermen erlangs vol met geparkeerd blik. Wandelaars kunnen zich ook buiten het wegdek voortbewegen en zijn daardoor lang niet zo’n risico voor motorrijders als wielrenners. Die laatsten laten zich trouwens niet zien op dit bospad. Ze vinden het weggetje misschien te smal, of te eng zo zonder vangrail tussen asfalt en de gapende diepte ernaast.

Net als bij La Bresse staan er ook richting Lac de Blanchemer skiliften op de hellingen. Vreemd genoeg ziet het gebied rond dat meer er ondanks de hoogte van bijna duizend meter moerasachtig uit. Nog tot na de Tweede Wereldoorlog werd er in de Vogezen turf gewonnen. Vanaf de oostkant van het meer zie ik de beroemde Route des Crêtes al liggen en ook een deel van de Rainkopf, één van de bergtoppen van deze weg over de bergkam, die mij luttele minuten later naar de volgende afslag brengt.

Toertocht Frankrijk: zwieren in de Corrèze

Verbodsborden

Over de Col de la Vierge waakt de heilige maagd Maria, ze kijkt me devoot na als ik haar met een beleefde tik tegen de helm passeer. Zo kom ik met hemelse zegen over de Col de Bramont. Na wat woeste slingers ik volgens de GPS al langs de Lac de Kruth. Het door de kaart beloofde rondje langs het meer, inclusief stuwdam, zit er helaas niet in. Route barrée zeggen verbodsborden en voor wie geen Frans verstaat zijn er voor de duidelijkheid stevige hekken op de zijwegen gezet.

Dan niet. Er zijn in de Vogezen genoeg meertjes en motorweggetjes buiten de Kruth om. De D27 slingert door het bos hemelwaarts naar Le Markstein, op een kale hoogvlakte, een van de hoogtepunten op een motortriptocht door de Vogezen. Vanaf Le Markstein kun je op de motor alle kanten op. Ik koers via de Route des Crêtes naar de Grand Ballon. De Route van de Bergkammen werd in de Eerste Wereldoorlog als noord-zuidlijn op de toenmalige grens tussen Frankrijk en Duitsland aangelegd door het Franse leger en verbindt de hoogten van het massief van de Vogezen met elkaar. De bergkam biedt steeds uitzicht op een van de meertjes, die als juwelen glinsteren tussen het groen van de bossen.

De Grand Ballon markeert met 1.424 meter het hoogste punt van de Vogezen. Het uitzicht is er fantastisch, de wereld van de ballons in vogelvlucht. Daar liggen de Ballon d’Alsace, Ballon de Servance, de Drumont, de Rossberg, de Kahler Wasen, de Baerenkopf, de Rainkopf en de Hohneck onder me, zonder dat ik me uit het zadel hoef te wippen. Col de Bussang in het zuiden, Grand Ventron, en daar fonkelen de meertjes alweer als juwelen in het groen en grijs: Lac du Ballon, Lac de la Lauch, wateren in de vallei van Saint-Amarin, Thann, Goldbach, Altenbach… Daarachter glinstert het zilveren lint van de Rijn, met daarachter de donkere bergen van het Zwarte Woud, het Duitse spiegelbeeld van de Franse Vogezen. Zo ver als mijn open ogen reiken verleiden motorroutes naar alle windstreken.

Husky-monument

Terug op Le Markstein kies ik nu voor de D27 over passen als Le Breitfirst op 1.280 meter en Col du Platzerwasel op 1.183 meter. Links ontvouwt zich het panorama dat al decennialang in reisgidsen wordt omschreven als de Blauwe Lijn der Vogezen. Vandaag extra mooi dankzij witte wolken in een blauwe hemel. Rechts in de berm staat een monument voor de 450 husky’s die in de Eerste Wereldoorlog uit Alaska naar het Vogezenfront waren gehaald, om onder barre winteromstandigheden proviand en munitie naar de Franse soldaten te brengen en om gewonden af te voeren. Zo vredig als de hoogvlakte er vandaag bijligt was het toen niet. Ik hoef alleen beducht te zijn op overstekend wild en vee of uit de bocht vliegende fietsers.

De D27 slingert maar door met flauwe bochten, hier en daar een haarspeld en een overdaad aan beboste heuvels en brengt me uiteindelijk in het dal van de Fecht. Hoe oostelijker de route loopt, des te sterker wordt de Duitse invloed. Niet alleen in de plaatsnamen, maar ook in de architectuur zoals in Metzeral en Munster. In de Vogezen vind je tegenwoordig geen gletsjers meer. Die zijn samen met de wolharige mammoet en de sabeltandtijger naar de Disneystudio’s verhuisd. Maar dat die ijsbanen vroeger wel degelijk een koud en hard spel hebben gespeeld, blijkt wel op een motortocht door dit middelgebergte op de grens tussen West- en Midden-Europa.

Fijne herberg

De Vogezen liggen op het kruispunt van de Latijnse en Germaanse wereld en de streek lijkt van beiden het beste te hebben. Bovendien zijn de Vogezen een van de meest beboste gebieden van Frankrijk. Tussen de bomen fonkelen overal de parels van de Vogezen. De ogen zijn de spiegel van de ziel, zo heet het, en de ogen van de Vogezen zijn de vele meertjes waarin de hemel en de bossen weerspiegelen. Het Lac Vert krijg ik uit het motorzadel niet op een legale wijze te zien. Als ik vind dat ik me aan asociale wielrijders mag ergeren, moet ik niet op mijn bromfiets op wandelpaden gaan crossen. Het Groene Meer valt dus helaas af, dat kon meneer Garmin kennelijk ook niet weten, maar bij Lac Noir heb ik meer geluk. Daar mag ik zomaar op mijn motor naartoe rijden. En buiten een prachtig uitzicht op het ketelmeertje trakteert het Zwartemeer mij ook met een ouderwets fijne herberg, waar ouderwets prettige Vogezenkost op tafel wordt gezet door ouderwets vriendelijk personeel, dat natuurlijk ook wel ziet dat ik niet tot het als papegaaien uitgedoste en schreeuwende wielervolk behoor.

Het magnifiek gelegen Le Lac Blanc wordt gedomineerd door de rotspartij van Château Hans. Het Wittemeer ligt honderd meter hoger dan het Zwartemeer. Beide worden gebruikt voor het opwekken van elektriciteit. Als de centrale van Kembs op spituren te weinig stroom levert, wordt de centrale aan het Zwartemeer ingeschakeld. Voor die tijd is er al 20.000 m3 water uit het Zwarte in het Wittemeer gepompt, dat weer naar beneden langs de turbines stroomt. De imponerende rotswanden en de bossen zorgen ervoor dat deze bedrijvigheid verborgen blijft voor het oog van de toerist.

Koepelvormige rotsklompen

Driemaal is scheepsrecht, zo heet het; ik pak voor de derde keer op deze route een stukje van de Route des Crêtes mee. In plaats van de beroemde Col du Bonhomme overwin ik de Col du Calvaire, waar bont geklede wielrenners nijdig heen en weer zoemen. De Col de la Schlucht is een van de beroemdste toppen van de Vogezen. En niet zonder reden. Hij staat op 1.139 meter hoogte in de kern van het gebergte, in het centrum van de bergmeren en de kale hoogvlaktes die chaumes heten waarnaar een kaas is vernoemd.

Na Col de la Schlucht overwin ik nog de Hohneck, met 1.361 meter het toppunt van de hoofdkam van de Vogezen. Alleen de Grand Ballon is hoger, maar die ligt op een zijkam. De Hohneck is een van die merkwaardige koepelvormige rotsklompen van de Vogezen, de ballons, die steil afdalen naar de Elzas en zijn bedekt met bergweiden.

Het gebied rond de Col de la Schlucht en de Hohneck heet terecht de Centrale Vogezen. Dit hart is een indrukwekkende bergwereld. Gigantische bergmuren dalen steil af naar de vlakte van de Elzas in het oosten, terwijl de overgang naar het westen veel geleidelijker verloopt. Oostelijk liggen het Frankenthal en Wormspel. Ze herinneren aan de grote ijstijd, net als de meertjes die in hun schoot liggen. De bergtoppen zijn kaal of met een karikatuur van een bos bedekt: verwaaide en gebroken bomen. De wind is hier heer en meester, fietsers maar ook motorrijders wijken daarom soms graag uit naar de zijwegen van de hoofdkam.

Toerisme Frankrijk: 27 Spectaculaire kloven in Zuid-Frankrijk

Kudde gnoes

Op de laatste etappe van mijn motortocht moet ik het wegdek weer delen met horden bontgekleurde wielrenners. Zoeken die opzettelijk de route door de Vallée des Lacs uit, om van de verkoelende werking van de meren in deze vallei gebruik te maken? De vallei is ook een erfenis van de ijstijd. De wateren die er lopen zorgen in de zomer voor waterpret in en langs het Lac de Retournemer, Lac de Longemer en het al bekende Lac de Gérardmer. Op de oevers staan dan ook campings, hotels en pensions voor zomergasten.

Het Lac de Retournemer is blauw van ansichtkaartkwaliteit, het zou dan ook beter Lac Bleu kunnen heten en daarmee beter passen in het rijtje van bergmeren Lac Vert, Lac Noir en Le Lac Blanc die als wagonnetjes achter een toeristentreintje door de Vogezen slingeren.

Ook het Lac de Longemer ontstond door een puinkrans die een gletsjer als een dam in de vallei duwde. De meeste meren van de Vogezen liggen naast de hoofdkam van de Vogezen in nissen die geologen ‘karren’ noemen. Alsof een kolossaal stuk rots uit een berg is weggerukt, zodat er een zetel voor een reus ontstond. De ‘zitting’ van zo’n zetel is door de gletsjer uitgehold en in die uitholling ligt dan vaak een meertje. Het zijn vooral deze karren die aan de Hoge Vogezen hier en daar het karakter verlenen van de veel hoger gelegen Alpen. Het Lac de Longemer is inderdaad relatief lang, twee kilometer maar liefst met een breedte van zo’n vijfhonderd meter en een diepte van zo’n dertig meter. Vanaf de weg zie ik het tussen de boomstammen glanzen: een liefelijke, stille plas die contrasteert met de wilde granietbergen die erboven uit toornen en in het water weerspiegelen.

Van de Hohneck stormen nu wielrenners en een enkele motorrijder als een verdwaalde buffel midden in een kudde gnoes naar het westen. We volgen gezamenlijk het pad dat ooit door de gletsjers werd gebaand, die door ophopingen van morenes de loop van wateren en het ontstaan van meren beïnvloedden. De liefelijke Vologne die door het Lac de Longemer stroomt, werd door zo’n morene verhinderd naar het Lac de Gérardmer te stromen en moest zich een weg naar het noorden breken. Zo is de waterval Saut des Cuves ontstaan, die ik, zoals het Groenemeer, niet op de motor kan bezoeken. Dan bruis ik maar door in het kielzog van het wielerpeloton, op naar de oever van het Meer van Gérardmer, gedenkwaardig begin- en eindpunt van mijn Circuit des Lacs.

Foto’s: Michiel van Dam

Download de route Vogezen

2025 Kawasaki Ninja 1100SX SE test: minder of meer?

0

We zien ze graag komen, motoren die geüpdatet zijn om te voldoen aan nieuwe emissie-eisen. Meestal gaat het om kleine motorische aanpassingen en daarmee basta, maar fabrikanten profiteren ervan en voegen nog wat extra technologie toe, een rijkere standaarduitrusting of zoals in het geval met de Kawasaki Ninja 1100SX een nieuwe SE-versie. En die gingen wij rijden.

MotoGP-testdag Barcelona: Marc Márquez op de fabrieks-Ducati

0
Marc Márquez op de fabrieks-Ducati: roder kan niet!
Marc Márquez op de fabrieks-Ducati: roder kan niet!

Nog nooit veranderden zoveel MotoGP-coureurs (negen) en ook technici van merk en/of team. Daarbij komen ook nog eens drie Moto2-coureurs bij, die debuteren in de koningsklasse. Vol spanning werd dan ook uitgekeken naar de eerste test voor het seizoen 2025.

Op het circuit van Barcelona waren natuurlijk in de eerste plaats alle ogen gericht op de kersverse wereldkampioen Jorge Martin (die zijn Ducati heeft ingeruild voor een Aprilia) en Marc Márquez als volwaardig Ducati-fabriekscoureur. Bij zo’n eerste test gaat het niet zozeer om de tijden, maar om de eerste indrukken. Die bleken bij Jorge Martin (uiteindelijk de elfde tijd) en ook zijn nieuwe teamgenoot Marco Bezzecchi (dertiende) positief te zijn. Hoewel ze geen (mondeling) commentaar mochten geven vanwege nog lopende contracten, gaven opgestoken duimpjes en een lach dat aan. ‘The Martinator’ presteerde het zelfs om al in de derde ronde op zijn nieuwe wapen in de beruchte bocht vijf van het Catalaanse circuit met zijn schouder over de kerbstones te vegen. Zo plat! Later ging het nog platter oftewel het eerste schuivertje met de Aprilia was een feit. Het is nog niet bekend met welk startnummer de wereldkampioen in 2025 gaat rijden. Blijft het #89 of wordt het toch #1? In ieder geval reden Pecco Bagnaia (63) en Pedro Acosta (37) weer met hun ‘oude’ nummer.

MotoGP eindrapport 2024: Jorge Martin is de nieuwe nummer 1

Als nieuwe Ducati-fabriekscoureur reed Marc Márquez uitgerust in het knalrood op een knalrode machine zonder stickers. Het was een lust voor het oog. Maar er waren ook mensen die er oogpijn van kregen. In dit geval was er eveneens sprake van verschillende, concurrerende sponsorcontracten. In de eerste plaats tussen Monster (het team) en Red Bull (de coureur). De Ducati-troeven waren snel aan hun prototype van de Desmosedici GP25 gewend. Aan het einde van de test bedroeg het verschil tussen Bagnaia (als derde) en Márquez (als vierde) slechts 0,056 seconde. De jongere broer van laatstgenoemde, Alex, reed met een GP24-machine met 1.38,803 de snelste tijd. Hij werd gevolgd door Fabio Quartararo op de nieuwste Yamaha M1. En dat geeft hoop voor de toekomst. Terwijl Raul Fernandez als vijfde de snelste Aprilia-coureur was, gold dat in het geval van Honda voor Johann Zarco (tiende). Maverick Viñales leek als twaalfde weinig moeite te hebben met zijn overstap van Aprilia naar KTM. Fermin Aldeguer (Ducati GP24) was als twintigste de snelste rookie.

Van 5 t/m 7 februari 2025 wordt het testen voortgezet op het circuit van Sepang (Maleisië).

Foto’s: ANP

Ten Kate Racing en Glenn van Straalen niet samen verder

0

Na één jaar komt er al een einde aan de samenwerking tussen Pate Yamaha Ten Kate Racing en Glenn van Straalen in de World Supersport. De Nederlandse combinatie werd vorige winter nog met hoge verwachtingen aangekondigd. Van Straalen eindigde met één overwinning en twee podiumplaatsen op een achtste plaats in de eindstand. Motor.NL vroeg de betrokkenen naar hun verhaal achter de breuk.

Pata Yamaha Ten Kate Racing teammanager Kervin Bos: ‘Het is jammer dat de samenwerking met Glenn niet verder gaat. Glenn heeft als rijder gedurende het seizoen zeker progressie geboekt, maar in de sport gaat het ook om andere belangen en verplichtingen. We hadden een optie aan onze kant in het contract om de samenwerking onder bepaalde financiële voorwaarden te kunnen verlengen in 2025. Een week voor de einddatum van de optie (begin september), hebben we medegedeeld dat we geen gebruik wilden maken van de optie in ons contract en deze dus lieten verlopen. In samenspraak met en op voordracht van Yamaha (Japan) is er uiteindelijk gekozen voor Yuki Okamoto. Hij is momenteel de snelste Yamaha-rijder in Japan met diverse kampioenschappen in de Supersport- en Superbike-klasse op zijn naam. Met Stefano Manzi hopen we na twee vice-wereldtitels nu voor de allerhoogste plek in het WK te gaan. De nieuwe Yamaha R9 moet ons gaan helpen in die strijd. Ik verwacht dat we met de Yamaha R9 vanaf het begin gelijk competitief zijn en dat we gedurende het seizoen alleen maar sterker gaan worden.’

Interview Glenn van Straalen naar Ten Kate Racing Yamaha

Glenn van Straalen reageerde als volgt: ‘Het was mijn beste seizoen met onder andere een WK-overwinning in Assen, maar het heeft een zure nasmaak gekregen. Na een lastig begin was ik in het tweede deel van het seizoen constant, anders was er wellicht meer mogelijk geweest dan de achtste plaats in de eindstand. Ik heb er lang – achteraf te lang – op vertrouwd dat we samen verder zouden gaan in 2025, aangezien het team ook lang die signalen gaf. Vooraf was het plan ook om er een tweejarige samenwerking van te maken, zodat we in het tweede jaar echt konden scoren. Het was daardoor een domper en het werd erg lastig om in zo’n late fase van het seizoen een goed, nieuw zitje te vinden. Dat is uiteindelijk wel gelukt bij een Italiaans Ducati-team in de World Supersport, wat binnenkort officieel bekend wordt.’

Van Straalens manager Laurens Klein Koerkamp voegde daaraan toe: ‘Na de trotse aankondiging van een jaar geleden van ”weer een Nederlander in het Ten Kate-team” is het teleurstellend dat de optie niet door het team is genomen. En dan met name omdat door hen is aangegeven dat ze tevreden waren met de resultaten en geboekte progressie, en dat ze daarom op zich met Glenn door wilden, maar niet tegen de financiële voorwaarden waarvoor is getekend indien de optie zou worden genomen. Het is uiteraard aan hen om de optie wel of niet te nemen, maar dat is het feitelijke verhaal en die is naar mijn mening teleurstellend. Daar komt bij dat vanaf het begin het idee van beide kanten was om de samenwerking langer dan één jaar te laten duren. Dat maakt het wel wrang. Maar Glenn z’n carrière gaat verder en hij heeft een goede plek voor komend jaar bij een ander team.’

Glenn van Straalen (rechts) en Kervin Bos (links) op het podium na de World Supersport-overwinning in Assen.

Kort door de bocht

Slechts twaalf combinaties stonden aan de start tijdens de laatste ronde van de WK Zijspannen in Estoril. Bennie Streuer reed niet met zijn gebruikelijke bakkenist Kevin Kölsch, maar met de Nederlander Ferry Segers. Het team uit Grolloo kwalificeerde zich als zevende, maar kon zich niet bemoeien met de podiumplaatsen: vijfde en zesde. Team Streuer eindigde zo op een zesde plaats in het wereldkampioenschap. Tijdens een bloedstollende titelstrijd wonnen Payne en Rousseau beide races en werden zo wereldkampioen.

Foto’s: ANP