donderdag 10 oktober 2024

Redactie Motor.NL kiest motor van het jaar 2021

Wie had het gedacht toen in 2020 de (motor)wereld werd ondergedompeld in een pandemie: 2021 is zowaar een Grand Cru-jaar geworden voor motoren. Motorrijden werd – surfend op de staycation-golf – populairder dan ooit. Nieuwe en vernieuwde modellen plaatsten concurrenten en voorgangers in de schaduw. Dé motorfiets kiezen die met kop en schouders boven de rest uitsteekt, leek – gezien het groot aantal (ver)nieuw(d)e modellen en vooral omwille van het niveau – onmogelijk.

Maar, impossible is nothing, dus gingen we toch aan de slag. Omdat een breed en kwalitatief hoogstaand aanbod een verkiezing niet in de weg mag staan, lieten we een testcrew uit België en Nederland negen motoren bij elkaar brengen. Er was dus vooraf door de redactie een klassement vastgelegd, maar wel de uitverkoren motor van elk van die deelnemers.

Kill your babies

Dat gegeven was een zegen en een vloek tegelijk. Enerzijds werd het aanbod wel erg divers. Want, mocht elke deelnemer gewoon zijn top-drie of top-vijf in een lijstje gezet hebben, dan waren er misschien wel erg veel stemmen naar eenzelfde type motor gegaan. Nu zaten er enkele verrassende deelnemers in de groep. De – niet eens erg zwaar – vernieuwde Honda GL1800 GoldWing bijvoorbeeld. De al bij al niet erg veelzijdige en vooral afgezwakte Hayabusa ook. Of de zeer betaalbare MT-07.

Keerzijde van de medaille was dat motoren die er voor een paar redacteurs écht wel in gemogen hadden, nu niet in de selectie voorkwamen. Het moet hartverscheurend zijn als je in de Playboy Mansion mag rondlopen en maar één keuze kunt maken voor je privé bubbelbad. LGBTQ leden, gelieve deze vergelijking aan te passen naar eigen smaak.

Nu we toch in de letterafkortingen zitten: het werd dus een KYB-verhaal. Geen Kayaba gesteund project, maar wel Kill Your Babies. Motoren die je hart sneller doen slaan, moesten toch een keihard Njet accepteren. Daarom staat er onder elke persoonlijke visie van elke deelnemer ook nog welke motor(en) hij tot zijn spijt niet kon selecteren. Dura Lex Sed Lex.

Strikte regels

Elke deelnemer mocht dus één motor kiezen en kreeg op het einde van zijn betoog ook nog de kans om één of meerdere motoren te selecteren die hij (bijna) net zo graag had meegenomen. Die visie die hierna weergegeven wordt, is gebaseerd op ervaringen tijdens het voorbije jaar met die specifieke motor en niet op een vorm van vergelijkingstest tijdens de dag waarop de foto’s genomen werden. Probeer een BMW S1000R maar eens te vergelijken met een Honda GoldWing. Of een Harley-Davidson Sportster S met een Kawasaki Versys 1000 S.

Op het einde werden aan alle deelnemers gevraagd hun top 5 van de motoren in deze verkiezing neer te pennen. Zodanig kwam er uit de selectie van negen persoonlijke motoren van het jaar ook nog eens een indusputable Motor Van Het Jaar. Gekozen door leden van MotoMedia in België en PiTE Media in Nederland en dus goed voor een tiental publicaties in de Benelux. Dat kan al tellen.

Thierry Sarasyn

Hoofdredacteur Motor Magazine, MotorNieuws.be en MotoJournal.be, testredacteur Motor.NL, MOTO73, Promotor

Een winnaar moeten kiezen uit een aanbod van toppers, het is niet gemakkelijk. Hoedje af voor wijlen Hugh Heffner – die een vergelijkbaar probleem handig omzeilde. Voor hem was iedereen een winnaar. Hart van goud, The Heff. Onze sympathie voor hij-die-viagra-slikte-alsof-het-M&M’s-waren, maakte het kiezen jammer genoeg niet eenvoudiger.

Harley-Davidson Pan America Adventure Experience door Noorwegen

Desalniettemin is mijn keuze duidelijk. De Kawasaki Versys 1000 S is een motor waar gewoon niks, maar dan ook niks fout mee is. Ik vind de Versys 1000 S in zijn klasse de absolute koning en in het algemeen één van de meest bruikbare en veelzijdige motoren op de markt. En als we het dan toch over dit hoogpotige sport touring segment hebben, de Versys 1000 is ook een pak goedkoper dan zijn directe concurrenten.

De prestaties zijn indrukwekkend, het comfort wordt enkel overtroffen door de gebruiksvriendelijkheid en die quickshifter is heerlijk. De Versys 1000 is de motor waarvan we het ganse jaar stilletjes hoopten dat Kawasaki hem zou leveren voor een test en vergeten op te halen.

Is de Versys 1000 vrij van nadelen? Wat ons betreft wel, maar dat is mede omdat er over smaken en geuren niet te redetwisten valt. Er zijn er naar verluidt een paar die het design niet kunnen smaken. Persoonlijke stijl-ideeën mogen echter geen afbreuk doen aan de kwaliteiten van deze hoogpotige GT.

En ja, er waren nog andere motoren die we heel graag mee in deze test betrokken hadden. Uiteindelijk hebben we ons afgevraagd welke motor we zouden kiezen als we er echt maar eentje in de garage mochten hebben en  er een gans jaar de meest uiteenlopende ritten en reportages mee moeten maken. Dat maakte de keuze al wat gemakkelijker. De Kawasaki Versys 1000 is de motor die op alle vlakken bijzonder hoog scoort. En hij is bijzonder scherp geprijsd. En wat mij betreft, daardoor in zijn totaalscore door niemand overtroffen wordt.

Welke had er nog in gemogen?

De Triumph Speed Triple RS. Een dijk van een motor met een onovertroffen fun factor, een héérlijk blok en een prachtig design. En wat een feest om ermee te rijden. Waarom ik de Brit niet gekozen heb? Ik lig er eerlijk gezegd nog af en toe wakker van. In bijna even grote mate ook van de CRF1100L Africa Twin, de Harley Pan America en de Yamaha Ténéré 700 Rally.  This sucks. Maar had er eentje van deze vier wél meegedaan en de Kawa niet, was de spijt nog groter geweest. Stom dat er maar één van de andere juryleden één van deze vier gekozen heeft. Sommige van die gasten hebben echt geen smaak.

Nick Enghardt

Testredacteur MOTO73, Motor.nl en Promotor

Niet iedereen valt direct in katzwijm. Sterker nog, sommigen zijn van meet af ronduit kritisch. Op het uiterlijk, het innerlijk en zelfs het algehele concept van Suzuki GSX1300R Hayabusa is onder de redactieleden onderhevig aan kritiek. Klaarblijkelijk een contrast van jewelste vergeleken met de man in de straat. Zelden zo veel opgestoken duimpjes gekregen, mensen die er toch even omheen lopen bij het tankstation en de legio aanspraakmomentjes daar nog bovenop. Men herkent het meteen als een Hayabusa en die onorthodoxe aantrekkingskracht lijkt niet het kleinste beetje verdund ten opzichte van het origineel. En dan heeft maar weinig van die criticasters of geïnteresseerde passanten er daadwerkelijk van kunnen proeven.

Eerste test 2021 Suzuki GSX1300R Hayabusa

Zoals met elk verslavend middel, heb je van de Hayabusa niet veel odig om er voor te vallen. Het klopt gewoon direct. Al vanaf het allereerste lossen van de koppeling voel je dat dit echt wel iets speciaals is. De dikste streep onder die notie komt natuurlijk van het moddervette 1340cc-viercilinderblok. Een eerder bezoekje aan de testbank van Druijf Racing tekent het plaatje met keiharde cijfers: zowat vanaf het stationairtoerental beschik je over 120 Nm koppel, waarna het prachtig lineair verder oploopt tot ruim 157 Nm zo rond de 6.000 tpm. Het vermogen loopt even zo mooi vlak en bruikbaar op, waardoor je op afroep de wereld onder je door trekt. Een machtig gevoel zoals je maar zelden meemaakt. Nog machtiger is hoe gemakkelijk het allemaal gaat aan boord van de Suzuki. Van het accelereren tot remmen en sturen. Het vermoeit simpelweg niet.

Natuurlijk is het geen vederwicht en stuurt het ook niet met eenzelfde eenvoud als een de MT-07 of de Tuono 660. Toch stuurt het zo veel gemakkelijker dan je ooit van zo’n immens lang apparaat zou durven verwachten. De Busa stuurt bepaald niet als een bus – laat dat gezegd zijn. Bovenal is de telkens weer verrassende power een wapenfeit dat – zeker in dit gezelschap – indruk maakt en blijft maken. Never a dull moment. En dat wil je toch?

Welke had er nog in gemogen?

De Hayabusa kreeg met marginale voorsprong voorkeur op de Aprilia RS660. De Tuono is gelukkig van de partij en met recht ook. Hoewel betrouwbaarheid nog als een donkere wolk boven de Aprilia blijft, maakte de nieuwe Noale-tweecilinder-supersport immens veel indruk. Een knap lijnenspel, laag gewicht, speelse rijbeleving tot en met, en pit zat. Scheelde echt niet veel. Hetzelfde geldt voor de Multistrada V4S. Wat een machine is dat. Meer innovatie dan zo’n beetje elke concurrent, en meer vermogen ook. Bovenal is het het waanzinnige gebruiksgemak – zei iemand het allerbeste verstelbare ruitje ooit? – waarmee de Multistrada V4S punten scoort. Niet meer dan logisch dat Bologna’s dikste allroad alsnog van de partij is dus. Al was het maar omdat ik daardoor zelf schaamteloos en zonder schroom weer op de Hayabusa mag stappen. Zei ik al dat die Busa verslavend is?

Kaj Dijkhuizen

Motor.NL Business Relations & Events

Eigenlijk is het gek dat ik als gepassioneerde Ducatist zo kan genieten van vrijwel alle merken die in Nederland en België verkocht worden. Van gifgroene Kawa tot snelle KTM. Ieder merk heeft modellen die mij kunnen bekoren. Van compacte allroad tot brute powernaked, iedere kilometer moet genieten zijn, ongeacht het type motor. Eén ‘motor van het jaar’ is dus eigenlijk niet mogelijk. ‘Je moet kiezen’ wordt er dan gezegd. Ondanks dat het een lastige keuze is en ik meerdere kanshebbers op mijn shortlist had, vind ik de BMW S1000 Rde meest complete motorfiets van 2021. Een absolute winnaar.

BMW Motorrad heeft altijd een uitgebalanceerde collectie van functionele modellen én modellen waar je je vingers bij kunt aflikken. Van GS-topper tot M1000RR-exoot. De BMW S1000R is voor mij het summum van beide werelden. Een functionele naked die qua looks en performance veel te bieden heeft met exotische eigenschappen, waardoor hij toch een streepje voor heeft ten opzichte van andere supernakeds. Met een 165 pk tellende krachtbron is het zeker niet de snelste motor van zijn segment, maar 114 Nm koppel en een gewicht van onder de 200 kg (zelfs met volle tank) zorgt ervoor dat je bij ieder verkeerslicht uit de startblokken schiet. De motor van de S1000R stamt rechtstreeks af van de supersport-motorfiets. Vuurwerk genoeg!

Zowel de rijeigenschappen als de M-dresscode zorgen voor kippenvel bij iedere rit. Het lijnenspel wat doorloopt in het fantastisch-ogende subframe maakt deze motor helemaal af. De soepele vermogensafgifte en elektronische veiligheidssystemen in combinatie met het fijne stuurkarakter zorgen ervoor dat de S1000R de perfecte allrounder is in het premium naked-segment.

Het prijskaartje, met name met alle M-opties, is wellicht niet voor iedereen weggelegd. Echter zijn de andere gegadigden in deze verkiezing ook niet de goedkoopste modellen. En tja… Je rijdt dan wel op een dikke B – M – W. Daarbij is er eindelijk een powernaked met een vergevingsgezind karakter, waar een breed publiek mee uit de voeten kan.

Welke had er nog in gemogen?

Dit jaar zijn zoveel te gekke motorfietsen uitgekomen: de BMW M 1000 R en Kawasaki ZX-10R vind ik dé high-performance supersports van dit jaar. In het toersegment kan ik mijzelf verlekkeren aan de KTM 1290 Super Adventure S (en R), plus de 890 Adventure variant. De Multistrada V4 S mag hierin ook niet ontbreken. Gelukkig heeft mijn collega Gijs deze meegenomen. Tot slot vind ik de Yamaha MT-09 een uitstekende naked die breed inzetbaar is. Je leest het al: was BMW dit jaar niet met de geweldige S 1000 R gekomen, dan had ik gelukkig keuze zat.

Jan Kruithof

Redactiemanager MOTO73, Promotor, Motor.nl

Sinds ik de gebroeders Moorman, van de viszaak in Steenwijk, met hun kobaltblauwe en steenrode Aspencades zag rijden, ben ik om. Maar als erkend toer- en langeafstandsmotorrijder ben ik helemaal niet zo verzot op luxe en comfort op een motorfiets. Een beetje stilte rond de helm is nog goed te pruimen, maar een verwarmd zadel, radio, elektrische ruitverstelling? Het leidt allemaal maar af van waar het volgens mij met motorrijden allemaal om gaat; dat je in alles voelt dat je op een motor rijdt. En toch kies ik voor de Honda Goldwing?

Met de 2021 Honda GL1800 Gold Wing over de hoogste pas van Europa

De Honda Goldwing is een fenomeen, ook een ongeëvenaarde motorfiets wat mij betreft. Misschien in zijn huidige vorm zelfs minder dan in z’n vorige, maar het concept is zo buitenissig dat je er wel van moet houden. Techniek, comfort en luxe; het zijn de ingrediënten waarmee Honda al decennialang succes heeft. De Goldwing is vaak gekopieerd, maar niemand is geslaagd in een overtuigend model.

Het zescilinder-boxerblok voelt als een gevoelige massage, de weldadige zachtheid van het zadel, de diepe bas van de geluidsinstallatie. Het is dat er remmen op de Goldwing zitten, anders zou je eeuwig willen doorgaan. De wereld is te klein voor de Goldwing.

Heb ik dan helemaal geen kritiek? De Honda weegt als dieplood, keren op de weg is een crime. Het is dat er een achteruit op zit. Je verdwaalt in alle knopjes, want intuïtief is de bediening van alle mogelijkheden verre van. Maar gaat het primair niet om het rijden? Juist dat doet de Goldwing als geen ander.

Natuurlijk zou ik de Goldwing graag bij huis hebben staan, maar dan moet ik wel eerst mijn schuurtje verbouwen en uitbreiden. De contraptie eist de biotoop van een walrus in de haven van Oost-Vlieland. De rest van de motorverzameling moet dan buitenstaan. En de Honda is natuurlijk veel te duur en daardoor weggelegd voor slechts weinigen. Wat jammer is, want je zou iedereen de kans geven ooit een Goldwing te bezitten. Om je te laven aan een wijze van motorrijden die onovertroffen is. Ga dan wel voor de uitvoering met DCT.

Welke had er nog in gemogen?

De MV Agusta Superveloce. De uitstraling van deze moderne classic raakt je keihard tussen de ogen. MV Agusta moet het minder hebben van prijs en kwaliteit, maar de aandacht voor details maken van deze Italiaan kunst die in de woonkamer niet misstaat. De Triumph Tiger Sport 850, om tegenwicht te bieden aan de euroverslindende Superveloce. Voor krap 10 mille heb je een dijk van een motor. En natuurlijk ook de KTM 890 Adventure R, al was het om eens met de motor naar de Preikestolen te rijden. En voor een dolle-avondrit de Kawasaki Ninja ZX-10R. Sturen en stoeien met vol vermogen.

Bart Verhoeven

Director Digital & Video bij Motor.nl

Een motor van het jaar kiezen in een tijd waarin vergroening, duurzaamheid, individualiteit en inflatie hoogtij vieren is niet makkelijk. Wat is dan de beste motorfiets die dit jaar op de markt kwam? Je kunt je hierbij laten leiden door kwaliteit, betrouwbaarheid, innovatie of pure emotie. Ik denk dat mijn stem op een motorfiets valt – eigenlijk twee motorfietsen – die al deze elementen aanspreekt. De Harley-Davidson Sportster S 1250. Maar dit had net zo goed de Pan America kunnen zijn in mijn ogen, ware het niet dat die al ingepikt was door een collega.

De Harley-Davidson Sportster S is naast een buitengewoon mooie motorfiets om te zien ook het toonbeeld van een oeroud motormerk dat durft te innoveren. Moet ook wel trouwens, want zonder het nieuwe Revolution Max-motorblok zouden er geen nieuwe Sportster meer naar Europa mogen komen. Maar je doelgroep trotseren die gewend was aan dikke klappen snel thuis, dat vind ik toch een pluim waard.

Maar goed, de looks, zeker een overweging bij mijn beslissing: Een lage, in elkaar gekropen bruut die ieder moment uit zijn vel kan barsten. Kleine spiegels aan de stuuruiteinden, platte benzinetank, smal zadel en een kort spatbord. Maar wel dikke, grote banden, een vet motorblok en een nadrukkelijk aanwezige shotgun-uitlaat. Mooi? Duh.

En dan de zitpositie, wel even het noemen waard. Toen ik de machine voor het eerst zag, vroeg ik me oprecht af hoe ik daar met mijn 1.89 op plaats zou nemen. Maar verassend genoeg, mijn kniehoek is redelijk en ik zit rechtop. Wauw, weer een plus.

En dan het blok. Als je de motor start moet je wel even wennen. Het patato-patato geluid dat zo typisch vertegenwoordigend is voor dit merk is er niet meer. Het maakt plaats voor een moderner, beschaafder geluid. Is dit dan ook een indicatie dat de motor beschaafder en moderner rijdt? Moderner wel. Beschaafder? Nee. Als je de gashendel tegen de stuit zet denk je maar één ding.. wow! Wat een kracht.

Ofwel, progressief denken binnen Harley-Davidson, een geweldig nieuw blok en een killer-uiterlijk. Dit is mijn motorfiets van het jaar. Mijn portemonnee denk ik even niet aan, want met een vanaf prijs van €18.495,- is het geen impulsaankoop – en ik ben redelijk verslavingsgevoelig als het om motoren gaat.

Welke had er nog in gemogen?

Mijn tweede en eigenlijk gelijke keuze samen met de Sportster zit al in deze ‘competitie’. De Harley-Davidson Pan America. Voor deze motorfiets gelden eigenlijk al bovenstaande argumenten. Al is een allroad-motorfiets voor Harley-Davidson eigenlijk nog gedurfder dan de update van de Sportster. Ook deze motorfiets rijdt als een dolle – zelfs offroad – en daar wordt ik warm van.

Gijs Gilis

Testredacteur Motor Magazine, redacteur Motor.nl, motornieuws.be, Motojournal.be, Moto73 en Promotor

Ik heb een enorme gok genomen met mijn keuze van de Ducati Multistrada V4 S als Motor van het Jaar 2021. Waarom? Omdat ik er nog nooit mee gereden had. Maar omdat andere journalisten er zo laaiend enthousiast over waren, durfde ik het aan om de gok te wagen. En gelijk hadden ze…

De Multistrada is al vrij vroeg in het jaar gepresenteerd, waardoor het lijkt alsof het ondertussen al een wat oudere motor is. Toch is de machine me altijd bijgebleven omdat ik een fan ben van het concept ‘sportieve alleskunner’. Meer specifiek – en de Multistrada hoort eigenlijk niet helemaal in dat rijtje thuis, maar blinkt er wel in uit – de ‘sportieve toermotoren’. Het zijn volgens mij de meest complete motorfietsen op de markt die ook exact doen wat ze pretenderen: sportief toeren. Favorieten in het rijtje? BMW S 1000 XR, Yamaha Tracer 9 GT, Kawasaki Versys 1000 SE… De qua gewicht niet al te zware motoren dus, met voldoende pk’s en comfort om met twee personen en bagage lange trips te maken.

Hoewel ik de vorige Multistrada een mooiere motor vind, is de huidige een evolutie in de goede richting. Met dank aan het V4-motorblok. We leven in een tijdperk dat naar elektrisch rijden groeit en waarin momenteel de allerbeste benzineslurpende motorblokken op de markt komen. De Ducati V4 is een meesterwerk. Een soepelheid vanjewelste in lage toeren en een allesverslindende, tot power wheelies leidende trekkracht als je het gas opendraait. En dan die quickshifter. Mijn god, wat hebben ze die fijn afgesteld. Idem met de remmen, de elektronica, de veren… Om nog maar te zwijgen van de verstelbare ruit. Daar hebben ze zo’n belachelijk simpel, maar super-effectief, met één hand bedienbare unit van gemaakt. Alle andere merken, kopieer dit systeem alstublieft.

Het enige nadeel van de Multistrada? Zijn belachelijk hoge prijs. Maar dat maakt hem ook weer zo begeerlijk.

Welke had er nog in gemogen?

Drie andere motoren stonden ook op mijn shortlist. Te beginnen met, op de tweede plaats, de BMW S 1000 XR. Ook die laatste generatie heb ik nog niet getest, maar de eerste XR uit 2015 is – nog steeds – de beste motor waar ik ooit mee heb gereden. De nieuwe moet ook heel goed zijn, maar lijkt het in verschillende tests toch nipt af te moeten leggen tegen de Multistrada. Mijn derde keuze was eveneens een BMW, de R 1250 RT. Een knoepert van een motorfiets die je stuurt als een 125cc-machientje. Onwaarschijnlijk. En beter dan de GS als je nooit offroad gaat. Tot slot de CFMoto 700CL-X. Dé grote verrassing van 2021. Een mooie, originele, fijn rijdende en volwassen motorfiets. Hou het merk in de gaten!

Nick Glättli

Algemeen directeur P!te Media

In 2021 zijn er veel prachtige nieuwe motoren bij de motordealers geïntroduceerd. Voor mij sprong er dit jaar toch eentje echt uit. Het was niet het vermogen, of toch wel,

niet het merk, of toch wel, het was niet de prijs, of toch wel, het was niet het uiterlijk, of toch wel…..

De Harley-Davidson Pan America heeft op alle genoemde punten iets bijzonders. Het begon al tijdens de eerste introductie op de EICMA, de grote motorbeurs in Milaan. Toentertijd was het nog een concept-model maar… Harley-Davidson die een allroad op de markt ging brengen: dat kon toch niet? Allroad is het domein van de BMW GS, Kawasaki Versys, KTM Adventure, Ducati Multistrada, Honda Africa Twin, Triumph Tiger en Suzuki V-Strom en niet van Harley-Davidson. Alleen al het lef om in dat marktsegment een hoofdrol te willen spelen, verdient respect.  Qua uiterlijk kun je er van alles van vinden, maar vele vinden kunnen het uiterlijk van de Pan America zeer waarderen.

Ga je ermee rijden, dan valt het onmiddellijk op dat deze motor zich direct met de toppers in het segment kan meten. Dat is enorm knap voor een motor die compleet nieuw op de markt is. Meestal heeft een model toch een aanloop nodig, maar de Harley-Davidson Pan America stond daar in één keer tussen de toppers in het allroad segment. De Pan America is een motor waar je direct een zeer vertrouwd gevoel bij krijgt. Vertrouwd en toch anders dan de anderen. Je moet het maar doen.

Dan is er nog de prijs van de Harley-Davidson Pan America. Die is echt competitief! Vergelijk je de prijs met andere toppers in het segment dan kun je niet anders dan stellen dat de Harley.-Davidson zéér scherp geprijsd is. Combineer dit met zijn kwaliteiten en uitstraling en je hebt een winner.

Welke had er nog in gemogen?

Welke hadden er nog in gemogen? Over smaak valt niet te twisten; dat is een bekend gegeven. Ik heb een persoonlijke voorkeur voor motoren die wat hoger zijn – gezien mijn lengte. Mijn keuze had ook zomaar de Ducati Multistrada V4, Kawasaki Versys 1000 of Honda Africa Twin kunnen zijn. Stuk voor stuk motoren naar mijn smaak, maar Harley-Davidson heeft met een compleet nieuw model de Pan America een prima entree in dit segment gemaakt. Dat heeft de doorslag gegeven.

Jelle Verstaen

Testredacteur MotorNieuws.be, Motor.nl, Motojournal.be, Motor Magazine, Moto73 en Promotor

Wie zich P.P. Arnolds nog herinnert, weet dat ‘The first cut is the deepest’ een vrij treffende verwoording is van dat eerste moment waarop je verliefd wordt, en de deerne in kwestie ook na lange tijd uit elkaar door je hersenpan blijft weergalmen. Ook als ze op niet meer dan twee rubberen voetzolen door ‘t leven flaneert. Zo heb ik zelf leren rijden op meer dan één ‘oude fiets’, maar was m’n eerste ‘moderne liefde’ het afdragertje van de lokale rijschool. Een MT-07’tje van de eerste generatie, dat aan de littekens op de bast te zien een zware jeugd had gehad, weker dan bedoeld op haar knieën steunde, met een koppeling die heus niet enkel rook alsof ze d’r beste tijd had gehad, maar na tienduizenden kilometers nog steeds verrassend kwiek voor de dag kwam.

Een gevoel dat de afgelopen jaren perfect overeind is gebleven, en me opnieuw bekruipt telkens er een nieuwe generatie aan de tand gevoeld dient te worden. De laatste keer was afgelopen winter, in en rond Marseille. Alwaar ik ontdekte dat MT-07’s voorgevel danig met scalpel en botox te lijf was gegaan, maar ze onderhuids haar heerlijke zelve was gebleven. Ja, een kilootje Euro5 was rond de heupen blijven kleven, en ze was er een peekaatje en newtonmetertje bij ingeschoten, maar niks wat me zou tegenhouden om de rit met een brede grijns achter m’n vizier aan te vatten.

Lezerstest 2021 Yamaha MT-07 & MT-09: Dark Side Rotterdam

Yamaha’s CP2 – de gekende 689cc-crossplane paralleltwin – is ondanks wat schaafwerk gedurende de afgelopen zeven jaar – namelijk nog geen spat veranderd qua draaicultuur. Ronkt best viriel, is immer gretig naar toeren, maar overdondert tegelijk nooit. Een ideale startersmotor dus, maar zoveel meer dan dat. Want als je het brede en ietwat achterovergeleunde stuur vastpakt, kan de pret pas echt beginnen. Gooien en smijten dat het een lieve lust is, wat – ondanks wat de basic telescoopvork en axiale remklauwen zouden doen vermoeden – met alle vertrouwen en grinta kan.

Eerlijk is eerlijk, puur visueel kan de nieuwe me minder bekoren dan de voorgangers. Maar de ervaring leert dat als je achterop zit, je doorgaans niet op de voorgevel zit te staren. Eh, juist ja. Daarenboven maait het vederlichte prijskaartje in dezen elke twijfel van tafel.

Welke had er ook in gemogen?

De afgelopen jaren had ik hier zonder twijfel Triumph Street Triple 765 RS geantwoord – of misschien zelfs als eerste naar voor geschoven. Maar sinds ik diens in 2021 opgewaardeerde grote broer heb mogen testrijden, ben ik helemaal om. Die moddervette Britse driepitter, met 180 pk en 125 Nm op stal, en een ophanging die de 198 rijklaarkilo’s zo om elke hoek hengst, is een geweldige tweede voor mij. Al koop je voor de vanafprijs wel bijna drie MT-07’s…

Marien Cahuzak

Sport-en testredacteur Motor.nl, Motor Magazine, Moto73 en Promotor

Zoals het een (motor)journalist betaamt, heeft ook ondergetekende flink zin om overal zijn nieuwsgierige snufferd in te steken. En al helemaal als het een volledige nieuwkomer – en geen zoveelste iteratie – op de motormarkt betreft. Als er één merk is dat aan die voorwaarde voldoet én zijn motoren schijnbaar naar mijn billen lijkt te boetseren, dan wel Aprilia. Voor onderdeurtjes met octaan in de aderen is Aprikia het merk bij uitstek, want die dingen lijken – van de RSV4 tot de Tuono 660 – getekend te zijn op een lage heuphoogte.

Over die laatste gesproken: op die halfnaakte exoot had ik al even mijn zinnen gezet. Als het niet was omwille van het door Aprilia vers uit de hoogovens van Tata Steel getrokken ‘halve V4’ – zeg niet paralleltwin – in het vooronder, dan wel om de waanzinnig scherpe penseeltrekken en het kleurenpallet waarmee deze freule de showrooms moet bevolken. Want zeg nu zelf: heb je, van de brute dubbele koplamp met led-DRL’s tot de kort afgezaagde driehoekige uitlaatdemper, het afgelopen jaar een strakker geborstelde motor zien verschijnen? Wij dachten het niet. Of het zou de volledig gekuipte RS660 uit dezelfde stoeterij moeten wezen. Maar goed, de Tuono 660 dus.

Noopte het eerste oogcontact al tot het opdeppen van weinig wenselijke lichaamssappen, dan bracht een eerste rit ook geen extra zoden aan de dijk. Van het cinematografisch verantwoorde schouwspel op het tft’tje, tot het gebulder van de staande twin – die klinkt warempel echt als een V4! – tot de gasrespons nadat je ‘m voor het eerst in z’n een hebt getikt: deze jongen hééft het. Met 95 pk en 67 Nm geeft hij qua potentie veel lichte middenklassers flink het nakijken. Tel je daar het geweldig precieze sturen, erg gevoelig te bedienen remmen, de kwaliteit van de componenten en de scheepslading aan elektronische rijhulpjes bovenop, dan komen enkel de R- en RS-broers van de Triumph Street Triple-familie enigszins in de buurt. Ook qua prijs overigens.

Want de € 11.959,-  voor de Tuono 660 kan je bezwaarlijk een habbekrats noemen, maar je krijgt er zoveel motor voor terug dat de gemiddelde motorrijder wel twee keer achter z’n oren krabt alvorens koers te zetten naar dichtsbijzijnde dealer.

Welke had er ook in gemogen?

Moeilijk, maar doe mij dan toch maar eentje uit een heel andere categorie: good ‘old’ BMW R1250GS – als het even kan in de 40th Anniversary-kleurstelling. Weinig machines die qua rijgemak in de buurt komen van de Duitse überbuffel. Oogt lomp, stuurt als een bmx’je. En de dikke klappen uit die boxer word ik nooit ofte nimmer beu.

And the winner is…

Harley-Davidson Pan America

We zouden kunnen doen alsof we ouders van millennials zijn en iedereen in het oor fluisteren dat er alleen maar winnaars zijn. Maar, zo werkt noch deze verkiezing, noch de wereld. De winnaar van de 2021 Redactiemotor Van Het Jaar is de Harley-Davidson Pan America. Voornaamste reden daarvoor is dat dit een compléét nieuwe motorfiets is die als een bom binnenviel. Totaal nieuw blok, heerlijk ding om mee te rijden en, laten we eerlijk zijn, met verrassend weinig kinderziektes. De Pan America is het eerste tastbare bewijs sinds een paar decennia dat Harley méér kan dan customs en cruisers bouwen. Wat meer is, het Revolution Max-blok maakt die customs en cruisers op zijn beurt ook een stuk beter. Getuige daarvan de Sportster S, een motor die door zijn smaller bereik en bredere voorband niet in de buurt van zijn stalgenoot kwam in deze verkiezing. De Pan America wint omdat hij veelzijdig is, fun om mee te rijden en, jawel, een origineel design heeft. Hij heeft mensen beroerd en concurrenten verrast. Hij heeft potentieel om nog verder te groeien en is op een aantal vlakken zelf ronduit innovatief. Een motor die al deze troeven op tafel kab leggen, kun je niet anders zien dan als een terechte winnaar. Gezien het niveau van zijn tegenstanders in deze competitie, mogen de mannen uit Milwaukee zich gerust eens op de al dan niet harige borst kloppen.

Redactie
Redactie
De redactie van Motor.nl bestaat uit alle redactieleden van MOTO73 en Promotor. Redacteuren Marien Cahuzak, Jan Kruithof, Maikel Sneek en diverse freelancers zijn dagelijks actief voor Motor.nl.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen