maandag 14 oktober 2024

Terug naar toen – 1970 – Deel 2

Winst in Etten

In de jaren zestig en zeventig wordt er nog veelvuldig geracet op stratencircuits. Snoeihard langs rijen bomen, heggen, sloten, stoepranden, vlaggenmasten en hekken voor de afzetting. Circuits zijn er in heel het land. Een kleine greep: Tegelen, Ammerzoden, Heerlen, Mill, Soerendonk, Drempt, Surhuisterveen, Tolbert en Vlagtwedde. Bijzonder is het circuit van Etten. Het is lang – 6.006 meter – en is één van de snelste banen van het land. De zware machines rijden er gemiddelden van ruim 130 km/u.

In juni 1970 is de belangstelling van de rijders groot. Zeven goedgevulde klassen komen aan de start.

In de klasse 500cc Nationaal zijn de Japanse merken ruim vertegenwoordigd, maar ook van een BMW, Ducati en het zware geronk van Engelse motoren als Tribsa, Triumph en Norton kan het publiek genieten. Winnaar in de klasse wordt Henk Coelman uit Den Haag op zijn Seeley. Na een matige duwstart stuurt hij zich naar een tweede plek, echter nog ruim achter koploper Arie Mol op een Honda. ‘Elke ronde knabbelde hij een stukje van zijn achterstand af, en nam in de laatste ronde Arie Mol te grazen om met minder dan een seconde voorsprong te winnen’. Coelman doet dat met een gemiddelde van 129,78 km/u. Dat is hard.

MOTOR 26, 26 juni 1970

Super Freni

Laverda is van oorsprong een fabrikant van landbouwwerktuigen, maar in 1949 komen daar motorfietsen bij. Eerst nog lichte machines voor de eigen markt, maar in de tweede helft van de jaren zestig een dikke tweecilinder. Eerst nog 654 cc zwaar, later vergroot naar 744 cc. Ze zijn vooral bedoeld voor de export. Er zijn twee modellen. De GT – dat staat voor Gran Turismo – is met z’n hoge stuur een toerversie. Bij de iets later verschijnende S – Sportivo – staat hard rijden voorop.

Terug naar toen – 1970 – Deel 1

Beide motoren slaan erg aan. Ze zijn zwaar en presteren goed. Niet te evenaren is de roffel uit de uitlaat. Maar… er is ook wel enige kritiek. Zo zijn de remmen niet in staat om de zwaargewicht snel te laten stoppen. Voor de Laverda-fabriek een reden om in 1970 de S te vervangen door de SF. Die heeft een verlaagd frame, versterkte achtervork, een balanspijp tussen de uitlaatbochten en sterk verbeterde remmen. ‘Ze zijn gemaakt volgens een geheel nieuw ontwerp van dr. Francesco Laverda, de stichter en tevens de grote baas van de fabriek’. De remmen hebben nu een trommel van 230 millimeter en de voorrem heeft een grote luchtinlaat en een speciaal tunnelvormig koelsysteem. Ze maken meteen duidelijk waar de letters SF voor staan: Super Freni, oftewel ‘super remmen’.

Dikke remtrommel in voorwiel – MOTOR 36, 4 september 1970

Pretpakket

Eind jaren zestig is de H1 Mach III het uithangbord van Kawasaki. De ronduit onstuimige driecilinder-tweetakt heeft 60 pk in huis en haalt een topsnelheid van ruim 200 km/u. Een motor voor durfallen. Maar Kawasaki maakt ook aantrekkelijke lichte fietsjes. Bijvoorbeeld een 90cc’tje, die de onnavolgbare typenaam GA2-A90-SS heeft. De eencilinder met roterende inlaat levert 10,5 pk bij 8.000 tpm. Goed voor een topsnelheid van 110 km/u. Da’s best pittig. Maar… Kawasaki heeft nog een pretpakket voor de eigenaren van deze A90 in de aanbieding. Een racekit, die bestaat uit cilinder en kop, zuiger, inlaatschijf, carburateur, expansie-uitlaat en nog wat klein grut. Na montage van deze onderdelen loopt de 90 cc snoeihard: 150 km/u. Uiteraard wel met de kin op de tank.

Foto van lichte Kawasaki – MOTOR 34, 21 augustus 1970

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen