Eigen muziek, eigen films, eigen vervoer. In de jaren vijftig kreeg de jeugd steeds meer te besteden en voor het eerst in de geschiedenis kwam er een productie op gang die zich speciaal richtte op een markt van snotapen. Dragstrip Riot gaat over de strijd tussen ‘sportscar boys’ en jongens op ‘bobbers’, een soort oer-choppers.
Door de komst van de televisie daalde in de jaren vijftig het aantal volwassen bioscoopbezoekers. Filmmaatschappijen richtten hun aandacht daarom steeds meer op een jeugdig publiek. Het gevolg was een eindeloze reeks films voor en over tieners: van de klassieker Rebel Without a Cause (1955) en de rock & roll-film Rock Around the Clock (1956) tot het onbenullige I was a Teenage Werewolf (1957).
Veel van die films weerspiegelden dat jongeren voor het eerst in de geschiedenis beschikten over eigen gemotoriseerd vervoer. De onafhankelijke filmstudio American International Pictures (AIP) stelde dat jeugdige automobilisme in veel van zijn films zelfs centraal. Films als Hot Rod Gang (1958) en Ghost of Dragstrip Hollow (1959) gingen over jongens die hun tot racers omgebouwde auto’s lieten rijden op benzine, nitromethaan en testosteron.
The Wild One met Marlon Brando (1953) wordt niet alleen gezien als de aartsvader van deze jongerenfilms, maar ook als de eerste bikerfilm. Merkwaardigerwijs zou het echter nog tot de tweede helft van de jaren zestig duren voordat het bikerfilmgenre tot bloei kwam. Tot die tijd kwamen er maar twee andere films in omloop die je tot dat genre kunt rekenen: Motorcycle Gang (1957) en Dragstrip Riot (1958).
Meer lezen? Mis dan de nieuwe MOTO73 niet!
Tekst: Fanta Voogd
