woensdag 25 juni 2025
Home Blog Pagina 151

TankTasTocht #5 Limburg: Toer zonder grenzen

0

Onze Limburgtoer begint in Noord-Brabant. Vierlingsbeek ligt niet ver van de Maas, de grenzen met Limburg en Duitsland. Maar als je op de kaart kijkt, is niets in Limburg ver weg van de Maas of landsgrenzen. Hoe moet je in dit kleine gebied een motorroute over de mooiste weggetjes uitstippelen? Dan roep je de hulp in van een professional. Enter Jos Bosch, die al een kwart eeuw lang lezers en redactie van dit motortijdschrift verblijdt met routes in zijn woongebied Limburg.

Daarbij weet hij altijd weer verkeersdrukte en doorgaande wegen te vermijden. We steken dus via de Vierlingsbeekseweg de A73 over en komen in Overloon. ‘Oorlog hoort in het museum’ is het motto van het Oorlogsmuseum, dat zich vooral richt op de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog in Nederland. Op het voormalige slagveld van Overloon staat het grootste en oudste oorlogsmuseum over de Tweede Wereldoorlog van West-Europa. Zo’n 20.000 m² aan oorlogsgeschiedenis, waaronder meer dan 180 militaire voertuigen. Helaas is het museummotto buiten onze landsgrenzen niet overal werkelijkheid.

Overal langs de weg staan in Limburg kapellen en kruisen. Al sinds de Romeinse tijd is Limburg katholiek. Maar beeldenstorm en godsdienstoorlogen, die de rest van Nederland teisterden, gingen aan Limburg voorbij. Ook de Tweede Wereldoorlog ging grotendeels aan het dorp Merselo voorbij en uit dankbaarheid daarvoor bouwden de Merseloërs het fraaie Mariakapelletje waar onze route langs gaat. Maria wordt hier niet alleen als de moeder van Jezus afgebeeld, maar als koningin van alle mensen. Ze staat op een halve bol die de wereld voorstelt en met haar voet vertrapt ze een slang, het symbool van het kwaad.

Taal verbindt

Via Merselo rijden we naar America, dat is op Limburgse en Nederlandse schaal ’n afstandje van niks. Op het plaatsnaambord staat de tekst ‘”hoije wa!’, dat betekent ’tot ziens!’ weet Jos. Ook qua taal zijn in Limburg de grenzen nooit ver weg. De plaatselijke dialecten verbinden alle omringende gebieden, met invloeden uit het Frans en het Duits. Op America volgt Helden. Aan de Molenweg staat een fraai gebouwencomplex dat we eerder in het Franse Versailles of het Duitse Potsdam zouden plaatsen, zo’n fraai paleiskasteel is het. Via koffie met Limburgse vlaai bij Dennenoord in Roggel komen we in Grathem.

Hé die herberg kennen we! Ooit, in de jaren negentig van de vorige eeuw, dook restaurant-café-zaal Geraats al op in een route die Jos had uitgestippeld. Bij dit thuishonk van MC Grathem liggen vijf verschillende motorroutes klaar voor de liefhebbers, op zondagen vanaf mei tot en met september. Gratis en voor niks! ‘”Rij veilig, ontdek de wereld, help elkaar en maak motorvrienden’, is het motto van deze sympathieke Limburgse motorclub. Op de eerste toertocht met Jos zijn heel wat routes gevolgd, maar Jos weet elke keer weer te verrassen met onbekende stuurweggetjes die het motorrijdershart sneller laten kloppen. Met een uitgekiende balans tussen stuurpret, natuurschoon en bezienswaardigheden onderweg.

Grenzstein 309B

Parallel aan de hier slingerende Maas rijden we via Thorn met haar mooie witte huizen Nederland uit en België in. Ligt Maaseik nog op Belgische bodem, in Maasheuvel rijden we alweer op Nederlands asfalt. Is er een ongeluk geweest op die Pater Sangersbrug over de Maas? De reling ziet er verwrongen uit. Maar nee: het is een kunstwerk, genaamd ‘Verbinding tussen de twee Limburgen’, iets met twee paar handen die aan een touw met een knoop erin trekken. Heel symbolisch, verbinding in plaats van verwijdering, over de grens heen, die midden in de Maas loopt. Jos: ‘Ik vind het fijn om ook stukjes België en Duitsland in mijn route op te nemen. Want daar kun je tenminste een beetje doorrijden.’

Grenzen? Vertel de inwoners van Selfkant niets over grenzen. Vanaf 1949 was Selfkant gedurende veertien jaar Nederlands grondgebied. Maar nadat Duitsland netjes de herstelbetalingen had overgemaakt, kregen ze het dorp in 1963 weer terug.

Bij Selfkant markeert een zwerfkei de grens tussen Duitsland en Nederland, alsmede het westelijkste punt van de BRD aldus de tekst die op deze Grenzstein 309B is gebeiteld. Ondanks alle grensverwikkelingen blijven de goede betrekkingen tussen de Selfkant en het Maasland voortbestaan. Het gemeenschappelijke dialect verbindt de bewoners nog altijd. Sinds 1989 zijn de tolhuisjes gesloten en de grenzen open, maar hier in de Selfkant maakt dat eigenlijk geen verschil.

Vanaf Selfkant loopt het smalste stukje Nederland, amper vijf kilometer hemelsbreed, naar de Belgische grens bij Dilsen-Stokkem. En de Duitse Selfkant heeft nog een verrassing in petto, door Jos vakkundig in onze route geweven. Historische stoomlocomotieven en wagons staan liefdevol gerestaureerd en wachten op passagiers op het stationnetje van Schierwaldenrath. We zwieren naar een korte pauze verder over Duitse dreven naar Gangelt, waar we Nederland weer inrijden. We slingeren langs Valkenburg en Simpelveld over smalle en steile weggetjes. Onwaarschijnlijk dat dit in Nederland is, maar toch is het zo. Dan rijden we langs een grijze grenspaal België weer in, voorbij aan het kasteel van Sippenaeken. Henri-Chapelle, Thimister-Clermont, dat klinkt duidelijk naar Wallonië.

Taalgrens

Ook de Voerstreek is door de Belgische taalgrens getekend: op tweetalige plaatsnaamborden hebben vanouds tegenstanders van Vlaamse dan wel Waalse namen de letters daarvan onleesbaar gemaakt met verf. Ten noorden van de N608 is het weer Vlaams wat de klok slaat. Planck, Einde, Schoppen, Schietekamer en Grijzegraaf glijden op de GPS voorbij, dan steken we over de stippellijn die ons weer in Nederland verwelkomt. De maïs in de velden staat hoog als struikgewas in een tropisch oerwoud. Jos: ‘Eigenlijk kun je zo’n route als deze zeker vier keer per jaar rijden. Minimaal. In elk seizoen ziet het landschap er weer helemaal anders uit.’

Vroeger met routerol, nu met GPS. Het landschap waar Jos doorheen leidt lijkt de afgelopen 25 jaar weinig te zijn veranderd.

Maar tweeduizend jaar geleden stonden in Limburg honderden Romeinse villa’s: enorme landerijen in Mediterrane stijl, met woningen voorzien van glazen ramen en vloerverwarming, badhuizen, opslagruimtes, stallen, werkplaatsen, siertuinen en grote akkerlanden. De Limburgse villa’s voorzagen alle bewoners in de regio van graan. Die woonden in steden als Heerlen, Cuijk, Xanten en Keulen. Ook de soldaten langs de limes, de noordelijke grens van het Romeinse rijk, waren klant. Graan werd verhandeld tot in de verste uithoeken van Noordwest-Europa. Dat gebeurde via het uitgebreide netwerk van Romeinse (water)wegen. Toen aan het einde van de derde eeuw de Romeinse macht afnam, zijn de villa’s verwoest, afgebrand en verlaten. Tegenwoordig is er vrijwel niets meer van te zien in het Limburgse landschap.

Zonnekoning

We rijden met een boog om Maastricht heen. Maastricht is internationaal bekend door de gezellige terrassen op het Vrijthof en de concerten van André Rieu. Maar in 1673 stond de stad anders op de kaart die de Franse koning Lodewijk XIV, ook bekend als de Zonnekoning, bij zich droeg. Er is een tekening bewaard van Adam Frans van der Meulen, de veldtochtschilder van het Franse hof. Daarop zijn rookwolken te zien, loopgraven en honderden soldaten. Daarachter lonkte het bolwerk der Nederlanden: de stad Maastricht. Het beleg van Maastricht, persoonlijk geleid door de Franse koning, duurde dertien dagen. Op 30 juni 1673 gaf de stad zich over. Een van de sterkste vestingen van Europa viel in Franse handen. Duitsers, Romeinen en Fransen zijn uit Limburg verdwenen. Gebleven zijn de piekfijne stuurweggetjes die Jos Bosch telkens weer in een nieuwe toertocht weet te vangen.

Bij de Geulhemermolen in Berg en Terblijt komt weer een gedenkwaardige motorrit ten einde. Bedankt Jos, graag tot de volgende keer.

De TTT-toerdag

Omdat we onderweg geen TTT-foto’s meer maken, kregen we regelmatig de vraag of we dan niet minimaal de datum van dé TTT-toerdag wilden uitventen. Wel nu: TTT #5 wordt gereden op 26 oktober.

ONK zijspancross Halle – Hermans/Van den Bogaart verlost van pech

0

Koen Hermans/Ben van den Bogaart hebben in Halle het ONK Zijspan gewonnen. Na alle pech eerder dit seizoen werd het viertakt AMS-motorblok vervangen door de Mega-tweetakt en daarmee kon Hermans uit de schaduw van de pechduivel treden. De eerste heat pakten de broers Leferink de kopstart en gaven de leiding niet meer uit handen. Hermans pakte de tweede plek na een gevecht met Van Werven/Van der Wiel, maar kon nooit meer bij de sterk rijdende Leferink komen. Van Werven werd derde. In de tweede heat pakten de broers Leferink weer de kopstart maar nu kon Hermans sneller aansluiten. Toen Hermans aan het achterwiel zat van de leiders was het ook direct gedaan. Hermans/Van den Bogaart pakten de kop over en legden als vanouds een moordend tempo neer. Hermans pakte zo met een grote voorsprong de heatzege én de dagzege. Leferink werd tweede en werd dat ook in de daguitslag. Prümmer reed sterk en had een tijdje Wijers/Van Hal in zijn nek maar de Duitser bleef koel en pakte uiteindelijk onbedreigd de derde plek en mocht zo als derde naar het dagpodium. Wijers werd dan vierde met hierachter Van Werven, die net het totaalpodium miste met de vijfde plek in de tweede heat.

Test Ducati Panigale V4 S 2025: Klasse apart!

0

Met de volledig vernieuwde Panigale zijn we toe aan de zevende generatie superbikes uit Bologna. Wat in 1988 begon met de 851-tweecilinder groeide uit tot een verhaal vol successen. Om dat verhaal te bestendigen bouwde Ducati een nieuwe Panigale die voor maar liefst 94% bestaat uit nieuwe onderdelen. MOTO73 werd uitgenodigd voor een exclusieve eerste test.

In de MotoGP is de heerschappij van Ducati verpletterend. Onder leiding van ingenieur Gigi Dall’Igna evolueerde de Desmosedici tot een amper te kloppen machine. Het mag dan ook niet verbazen dat Ducati voor de ontwikkeling van de nieuwe Panigale heel gretig gebruik maakte van de technologie die door Ducati Corse zo succesvol wordt toegepast. Vooral op het vlak van aerodynamica was er werk aan de winkel. De vorige generatie van de Panigale werd in de loop van z’n bestaan voorzien van aerodynamische hulpmiddeltjes, maar bij de ontwikkeling van deze nieuwste versie werd de aerodynamica al van bij de eerste potloodlijnen meegenomen in het ontwerp. Daardoor veranderde de aanblik van de Panigale behoorlijk.

Dubbelzijdige achtervork

Ducati werkt volgens het principe “form follows function”, maar ging gelukkig opnieuw voor een combinatie van technisch (aerodynamisch) vernuft en Italiaans design. Zo herken je aan de voorzijde duidelijk de lijnen van de ondertussen 30 jaar oude 916. Die worden gecombineerd met een state-of-the-art aeropakket en een wat vlakkere vormgeving, waardoor de nieuwe Panigale er iets minder gedrongen uitziet dan het uitgaande model.

Heel andere koek is het aan de achterzijde, waar de prachtige en zo typerende enkelzijdige achtervork werd vervangen door een “normaal” dubbel exemplaar. Hier ging functie duidelijk boven vorm.

Meer specifiek zorgt die nieuwe achtervork voor een lager onafgeveerd gewicht, minder laterale stijfheid (-37%), meer tractie bij het uitaccelereren van bochten en vooral meer grip van de achterband bij extreme hellingshoeken. De bandentechnologie is de laatste jaren zo sterk veranderd dat hellingshoeken van 60% en meer mogelijk worden. Bij zulke hellingshoeken komt de werking van de vering ernstig in het gedrang en is de stijfheid (of flex) van de achtervork cruciaal voor een goed contact tussen band en wegdek. Ducati ging echter niet over één nacht ijs, want de enkelzijdige achtervork is samen met de desmodromische klepbediening heel kenmerkend voor de Ducati Superbikes. Bij de talrijke testen op meer dan tien circuits en met veel verschillende testrijders kwam de dubbelzijdige achtervork echter steeds als een grote stap voorwaarts uit de bus. Zelfs een “oude” Panigale met deze nieuwe achtervork bleek gemiddeld een seconde sneller.

Regerend wereldkampioen

Dat er ook onderhuids serieus werk werd geleverd kon je wel verwachten. Want ook deze pk-brakende racemotoren moeten immers voldoen aan de nieuwe Euro5+. Dat is voor een fabrikant best een hele uitdaging. De basis van het blok blijft uiteraard de ondertussen bekende 90° V-vier Desmosedici Stradale, die onder een hoek van 42° naar achter gekanteld de verbinding vormt tussen de nieuwe achtervork en het eveneens nieuwe en nog steeds piepkleine frame (-700 gram). Dat blok levert met z’n 1103 cc nu 216 pk bij 13.500 tpm, een half paardje sterker dan z’n voorganger dus. Het maximum koppel bedraagt 120,9 Nm bij 11.250 tpm. Dat zijn er 2,7 minder dan bij het uitgaande model. Bovendien moet de nieuwe ook 1750 toeren meer draaien en dat is toch wel een behoorlijk verschil.

Benieuwd hoe dat zich gaat vertalen tijdens deze eerste test waarvoor we door Ducati zijn uitgenodigd op de Autodromo Vallelunga Piero Taruffi, vlak bij Rome. Een in motorkringen wat minder bekend circuit, maar door z’n combinatie van uiterst technische stukken en snelle doorlopers ideaal voor deze test. Een exclusieve bedoening, want er zijn slechts twintig journalisten van over heel de wereld uitgenodigd, verdeeld over twee testdagen.

De spanning en de temperatuur lopen samen op in aanloop naar de eerste van zes te rijden sessies. Want een onbekend circuit, een nieuwe topklasse superbike en bovendien een dubbele wereldpremière. De nieuwe Panigale is immers als eerste uitgerust met de nieuwe Hypure-remklauwen van Brembo. Die zijn per set liefst 60 gram lichter (onafgeveerd gewicht, dus extra belangrijk), ze zijn stijver en hebben een betere warmteafvoer. Bovendien hebben ze 15% minder residuele wrijving. Dat is de wrijving tussen de blokken en schijven wanneer er niet wordt geremd. Het gaat er dus redelijke detaillistisch aan toe in deze topklasse van sportmotoren…

De Panigale is de regerend wereldkampioen bij de Superbikes en hoewel Ducati graag verwijst naar de MotoGP is het toch het WSBK waar het hier allemaal om draait. De Panigale gaat dus als een gehomologeerde machine door het leven en hoewel de meeste Panigale’s worden gebruikt op een circuit, besteedde Ducati toch ook wat aandacht aan bijvoorbeeld een “comfortabele” zitpositie. Dat is ook het eerste dat je merkt als je plaatsneemt op de machine. De zit werd wat langer, waardoor je meer ruimte hebt om te verzitten. Ook de nieuwe vorm van de tank merk je direct. Die moet vooral tijdens hard remmen meer steun bieden. Je kunt ook beter wegduiken achter de kuip. Met name voor je voorarmen is er door de nieuwe tank meer plaats. Niet geheel onlogisch is dat de Panigale als éénzitter wordt geleverd. Om je wederhelft tevreden te houden wordt er bij elke Panigale een set geleverd waarmee je in enkele minuten tijd de machine kunt ombouwen naar een tweezitter.

Veel rijhulpsystemen

Het geluid van de beresterke vierpitter is sterk vergelijkbaar met dat van z’n voorganger en dat terwijl we hier toch te maken hebben met een totaal nieuw ontworpen uitlaatdemper. Die kreeg opnieuw een plaatsje onder het blok. Opteer je voor de volledig titanium race-uitlaat (à rato van € 8.812…) dan komen de dempers onder het zadel. Je krijgt dan de look van de fabrieksracers en meteen ook 228 pk ter beschikking.

De licht te bedienen hydraulische koppeling draait in de olie en laat zich perfect doseren. Zodra je in beweging bent kun je daar perfect zonder, want de nieuwe quickshifter is ronduit verbluffend. Ducati werkt niet langer met een druksensor op de schakelstang maar meet nu de verdraaiing van de schakelwals in de versnellingsbak. Daardoor is er een veel directere link tussen de bak en het schakelpedaal en dat resulteert dan weer in een uitermate accurate bediening. De quickshifter werkt onder alle omstandigheden perfect. Dus ook wanneer je met geopende gaskleppen terugschakelt. Vreemd, maar het schakelen krijgt daardoor bijna de status van een noodzakelijke bijkomstigheid. Temeer omdat het nieuwe elektronicapakket nieuwe standaarden zet.

De rijhulpsystemen zijn zo uitgebreid dat hier de ruimte ontbreekt om ze allemaal te bespreken. Maar belangrijk om weten is dat Ducati bij de ontwikkeling van de nieuwe Panigale heel veel aandacht besteedde aan wat je de “driveability” zou kunnen noemen. Voor ervaren racepiloten maar ook voor wie maar af en toe een circuitdagje meepikt moet de nieuwe Panigale een soort van “skillbooster” zijn.

Helemaal nieuw is het DVO (Ducati Vehicle Observer). Dit nieuwe systeem werd ontwikkeld door Ducati Corse in de MotoGP en is als het ware een soort van tweede brein dat je helpt nog beter te presteren op een circuit. Aan de hand van data van tientallen sensoren maakt het systeem een inschatting van de krachten en de belasting die op dat ogenblik werken op de motorfiets en deelt die inschatting met de gegevens van het 6-assige IMU. Samen sturen ze dan de optimale setting door naar de verschillende rijhulpsystemen.

Eén daarvan is het volledig nieuwe Race eCBS. Het is een gecombineerd remsysteem dat de gegevens van de IMU (nu met vier druksensoren in plaats van één) gebruikt om het rijden van bochten te optimaliseren. Bij gebruik van de voorrem geeft het systeem autonoom ook druk aan de achterrem. Op zich niets bijzonders, want ook bijvoorbeeld de Ducati Multistrada beschikt over een dergelijk systeem. Het verschil zit ’m in de manier waarop het systeem wordt gebruikt. Bij deze nieuwe Panigale is het bedoeld om de bochtenlijn te optimaliseren. Net als de toppers uit de MotoGP dat doen, zal het systeem autonoom de achterrem gebruiken om tijdens het rijden van bochten de bochtenlijn te optimaliseren. Daarmee komt een stuk stuurmanskunst van het allerhoogste niveau voor iedereen ter beschikking. Zelfs na het lossen van de voorrem zal het systeem druk leveren aan de achterrem. Deze manier van remmen in bochten vraagt normaal een berg talent, maar dit nieuwe eCBS maakt het toegankelijk voor “iedereen”. Het eCBS heeft zeven instelniveau’s waarvan de eerste vijf bedoeld zijn voor circuitgebruik en de laatste twee voor op de openbare weg. In niveau 5 kan ook “Slide by Brake” geactiveerd worden.

Van een andere wereld

We rijden vandaag met de meest exclusieve versie van de nieuwe Panigale, de V4 S. Die verschilt van de gewone V4 door z’n elektronisch gestuurde Öhlins-vering, lichtere wielen en mede daardoor een 4 kg lager gewicht (187 kg in plaats van 191 kg). Tijdens de eerste sessie gebruiken we onze tijd om de baan te verkennen en middels de handige up-and-downknoppen op de linker stuurhelft door de verschillende niveau’s van de gekozen setting te scrollen. Daarbij geholpen door het nieuwe en extreem duidelijke dashboard.

Meteen valt op dat de nieuwe Panigale wel degelijk anders aanvoelt dan het uitgaande model. De voetsteunen staan een stukje dichter naar binnen en dat zorgt samen met de nieuwe vorm van de tank voor een nog groter eenheidsgevoel met de machine. Ook de wat langere zit is een duidelijke verbetering. Gecombineerd met de betere stroomlijn kun je op de snelle stukken echt goed wegduiken achter de ruit en zit je in een soort bubbel van rustige lucht.

De motorprestaties zijn (nog steeds) overweldigend. Over het hele toerenbereik is de Panigale beresterk en zijn de acceleraties zondermeer indrukwekkend. Dat de motor nu voldoet aan Euro 5+ merk je echt niet. Nog meer worden we van onze sokken geblazen door het gemak waarmee de Panigale zich laat sturen. Vallelunga is een heel veeleisend circuit, zowel voor de fiets als de berijder. Maar ik kan me geen betere strijdmakker indenken dan deze nieuwe Panigale. Het gemak waarmee de machine zich laat sturen is verbluffend. Hetzelfde geldt voor de stabiliteit bij hoge snelheden. Maar het vertrouwen dat de machine schenkt bij het uitaccelereren van bochten of het extreem laat remmen is van een andere wereld. De nieuwe Hypure Brembo’s doen het uitstekend, met heel veel en perfect te doseren remvermogen.

Dat het nieuwe elektronicapakket nieuwe standaarden zet is duidelijk, al merk je daar aan de machine zelf weinig van. Het is pas in de pitbox dat onze persoonlijke data-analyst laat zien wat er allemaal gebeurt tijdens het rijden. Onze machine is immers voorzien van de optionele datalogger die samen met telemetriespecialist en marktleider in deze materie 2D werd ontwikkeld. Overweeg je de aankoop van een Panigale, investeer dan zeker €1210 voor dit systeem, want de informatie die draadloos van je machine naar je laptop wordt verstuurd is bijna te mooi om waar te zijn. Via de ingebouwde GPS zie je op je scherm de gereden lijnen en ontelbaar veel andere gegevens die de 70 sensoren van de Panigale genereren. Denk daarbij aan… zowat alles! Met een waanzinnig aantal grafieken kun je tot op een honderdste van een seconde zien wat er gebeurt tijdens het rijden.

Het vergt natuurlijk een zekere kennis van zaken. Onze data-analyst toont me na elke sessie waar het fout gaat, waar het beter kan, welke interventies van de elektronica er hebben plaatsgevonden en nog veel meer. Hij toont me dat het gas open draaien in je hoofd niet hetzelfde is als in de realiteit. Hij betrapt me zelfs enkele malen op het lossen van het gas om te schakelen en laat meteen zien hoeveel tijd dat soort fouten je per ronde kosten. Door deze info ga je met een ander gevoel de baan op want uit de grafieken blijkt dat de capaciteiten van de nieuwe Panigale zo veel groter zijn en dat het allemaal nog heel veel harder kan. Compleet leeg parkeer ik de nieuwe Panigale na zes sessies in de pitbox. Wat een machine!

Conclusie

Tijdens de voorbije Race of Champions tijdens het World Ducati Weekend in Misano reden alle deelnemers met deze nieuwe Panigale V4 S. Ze reden er voor het eerst mee tijdens de vrije trainingen. Pecco Bagnaia verpulverde tijdens de race z’n eigen ronderecord van 2022 met liefst een volle seconde (1.35,051) en was daarmee slechts 4 seconden trager dan tijdens de MotoGP-race op datzelfde Misano. En daarmee is zowat alles gezegd. De nieuwe Panigale V4 kost € 32.490. Voor de hier geteste V4 S betaal je € 39.990. Dat is een behoorlijke smak geld, maar wat je ervoor krijgt is ronduit indrukwekkend. Een gehomologeerde racemachine die zo geraffineerd, zo sterk en zo mooi is dat we zonder te overdrijven kunnen spreken van een klasse apart.

Technische specificaties Ducati Panigale V4S 2025

Type motor Vloeistofgekoelde viertakt V4
Cilinderinhoud 1103 cc
Boring x slag 81,0 x 53,5 mm
Kleppen per cilinder 4
Compressieverhouding 14:1
Carburatie 2 injectoren per cilinder, variabele inlaatlengte, full ride-by-wire
Koppeling Natte meerplaatskoppeling met slipper-functie, hydraulisch bediend
Transmissie Zesbak
Eindoverbrenging Ketting
Maximaal vermogen 216 pk (158,9 kW) @ 13.500 tpm
Maximaal koppel 120,9 Nm @ 11.250 tpm
Motor elektronica Full ride-by-wire, Ducati Slide Control, Ducati Wheelie Control, Ducati Power Launch, Engine Brake Control, Ducati Quick Shift
Frame Gegoten aluminium “front frame”
Vering voor 43mm-Showa BPF UPSD-voorvork (43mm-Öhlins NPX 25/30)
Stelmogelijkheden voor Volledig instelbaar (Öhlins Smart EC 3.0 elektronische regeling)
Vering achter Sachs (Öhlins TTX 36 (SV))
Stelmogelijkheden achter Volledig instelbaar (elektronische regeling Öhlins Smart EC 3.0)
Veerweg v/a 125 mm / 130 mm
Rem voor Dubbele 330mm-schijf met Brembo Hypure-remklauwen
Rem achter 245mm-schijf met tweezuigerklauw
Banden v/a 120/70-ZR17, 200/60-ZR17
Wielbasis 1485 mm
Balhoofdhoek 24°
Naloop 98 mm
Zithoogte 850 mm
Gewicht 191 kg rijklaar (187 kg droog)
Tankinhoud 17 liter
Prijs (NL) € 32.490 (€ 39.990)
Prijs (B) € 27.990 (€ 34.990)
Website www.ducati.com

WK Langbaan Team Morizes (F) – Medailles buiten bereik van TeamNL

0
2024 FIM Long Track of Nations - Morizes

De Nederlandse grasbaanracers eindigden tijdens het WK voor landenteams als zevende en laatste. Met afmeldingen van Romano Hummel en Dave Meijerink leek titelprolongatie voor TeamNL in het Franse Morizes op voorhand al een utopie. Na het stoppen van Gorredijkster Jannick de Jong bleef enkel Mika Meijer over van het winnende team van vorig jaar. Het Nederlands kwartet bestond naast Meijer en de amper van een polsblessure herstelde captain Henry van der Steen nog uit Rene van Weele en reserverijder Lars Zandvliet. Zij konden lang meestrijden voor een plek in de top vijf, maar een diskwalificatie in het duel met de Tsjechen en een valpartij in de strijd met de Finnen brak hen uiteindelijk op. TeamNL eindigde met drie punten achterstand op de als vijfde geëindigde Tsjechen op de zevende plaats. De titel ging naar het team uit Duitsland dat in de finale afrekende met de gastgevers uit Frankrijk. Het brons kwam in handen van de Britten.

Racelegendes maken TABAC Classic GP Assen 2024 onvergetelijk

0

De derde editie van de TABAC Classic GP op het TT Circuit was een groot succes. Het programma bestond uit 21 auto- en motorraces, diverse prachtige demonstraties en een paddock gevuld met historische racewagens, zijspannen, motoren en ook bromfietsen. Bezoekers beleefden een weekend vol snelheid, nostalgie en onvergetelijke momenten.

Een van de absolute hoogtepunten van het evenement was de komst van oud-wereldkampioen Emerson Fittipaldi. De Braziliaanse Formule 1-legende nam plaats achter het stuur van de iconische zwart-gouden Lotus 72, de auto waarmee hij in 1972 zijn eerste F1-wereldtitel behaalde. Het was voor het eerst dat de autosport legende naar Assen kwam, samen met zijn zoon Emerson Fittipaldi Jr. die tevens in actie kwam in de Eurocup3 bolide van MP Motorsport. Er kwamen meer F1-wagens in actie tijdens de TABAC Classic GP, waaronder de Benetton B192 waarmee Michael Schumacher zijn eerste F1 overwinning behaalde, deze wagen werd bestuurd door de Britse Lorina McLoughlin. Het zien van de exclusieve racewagens, en in het bijzonder de magische Lotus F1 met Fittipaldi, zorgde voor kippenvel bij het publiek, dat in grote getale toestroomde om dit unieke spektakel te aanschouwen.

Zijspanlegendes keerden terug naar Assen
Meervoudig WK-zijspankampioenen Steve Webster en Rolf Biland maakten hun terugkeer naar de ‘Cathedral of Speed’. Meer dan dertig jaar na hun gloriedagen gaven ze demonstraties met de zijspannen waarmee ze destijds meerdere wereldtitels veroverden. Voor velen in het publiek was dit een bijzonder moment om deze historische machines opnieuw in actie te zien. De jonge Nederlandse Moto3-topper Collin Veijer maakte zijn opwachting op zondag en werd warm onthaald door zijn fans.

Historische races en demonstraties
De TABAC Classic GP bood een rijk overzicht van racehistorie, variërend van vooroorlogse sportwagens van de Dutch Vintage Sports Car Club tot klassieke motorfietsen die de magie van oude GP-motorfietsen weer tot leven brachten op het bijna 100 jaar oude circuit van Drenthe. Ook waren er indrukwekkende racebolides uit de Tourenwagen Legenden, waarbij gestreden werd met beroemde DTM-bolides.

Brommen over het circuit met JMPB BromfieTTs
Op zaterdag vond op het TT Circuit Assen de JMPB BromfieTTs plaats, het grootste bromfietsevenement van Nederland. Duizenden bromfietsers keerden terug naar hun ‘brommertijd’ en reden hun favoriete 50cc-tweewielers over de beroemde piste.

Een memorabel raceweekend in Assen
Met de aanwezigheid van motorsportlegendes zoals Emerson Fittipaldi, Steve Webster en Rolf Biland, een volgepakt raceprogramma, vele demonstraties, handtekeningensessies en ontmoetingen met beroemde coureurs samen met een gedenkwaardige sfeer, maakte de TABAC Classic GP Assen tot een evenement dat motorsportliefhebbers nog lang zullen koesteren.

MXGP Turkije en China – De Wolf is er bijna!

0

Het brons staat vast in beide klassen, maar wie goud en wie zilver krijgen zal pas in de laatste GP van dit seizoen worden uitgemaakt. Tim Gajser verspeelde de MXGP-leiding aan Jorge Prado, Kay de Wolf is nog steeds de leider in de MX2.

De MXGP van Turkije in Afyonkarahisar staat inmiddels alweer enige jaren vast op de kalender, de Chinese GP werd pas voor de tweede keer verreden. Het was vijf jaar geleden dat er in Shanghai werd gereden. Al vanaf de eerste GP heeft Kay de Wolf de rode plaat in de MX2 in zijn bezit en op een gegeven moment ging hij heel ruim aan de leiding. Maar teamgenoot Lucas Coenen weet de laatste tijd steeds een beetje van de voorsprong af te snoepen. Zo ging het ook in Turkije en China, waar Coenen alle vier manches wist te winnen en De Wolf achtereenvolgens vierde, tweede, derde en tweede werd. In de Turkse kwalificatie verspeelde De Wolf nogal wat punten doordat hij na een aanraking met Simon Längenfelder pas als negende over de finish kwam en Coenen in die race tweede werd achter Liam Everts. De Wolf reist af naar Spanje (Cozar, 28/29 september) met een voorsprong van 36 punten op Coenen, die 68 punten meer heeft dan Längenfelder. De Duitser op zijn beurt heeft 62 punten meer dan Everts en weet zich dus verzekerd van WK-brons. Everts zal niet in Spanje aantreden, want bij een val in de tweede manche in Shanghai brak hij een nekwervel. Alle belangstelling zal in Cozar uitgaan naar het duel tussen De Wolf en Coenen. De Belg moet aanvallen, maar is volledig afhankelijk van de uitslagen van zijn Nederlandse teamgenoot. Coenen: ‘Ik wil Kay verslaan en elk van de drie races winnen. Ik ga er alles aan doen en dan maar zien hoe het gaat.’ De Wolf: ‘Ik ben tevreden met mijn uitslagen in China. Nadat ik in de tweede manche op kop kwam, maakte ik een foutje. Ik kon gelukkig terugvechten naar de tweede plek. In de stand komt Lucas steeds dichterbij, ik weet dat ik scherp moet blijven. Het zal in Spanje een enerverende race worden. Ik ben er klaar voor om met de titel naar huis te gaan.’ De GP van China zou op zondag en maandag worden verreden, maar de nadering van een tyfoon deed de organisatie besluiten het programma naar voren te halen naar zondag. In een heet (35 graden) en zeer winderig Shanghai vervielen de kwalificatieraces en gold de tijdtraining als basis voor de startopstelling.

Simon Längenfelder kan het WK-brons in de MX2 niet meer ontgaan

Rick Elzinga werd achtereenvolgens achtste, zesde en achtste en kwam vanwege een val in de tweede manche in China niet aan de finish, maar werd nog wel als achttiende geklasseerd. Elzinga is zeker van de zevende plaats in de WK-eindstand. Kay Karssemakers en Jens Walvoort behaalden in alle races punten.

WMX Turkije: Lotte klaart de klus

Kleine verschillen

Sinds Letland voert Gajser het MXGP-klassement aan, met al die tijd Prado als tweede. Groot werd het onderlinge verschil nooit. Dat was ook in Turkije het geval. Gajser zegevierde in de kwalificatie voor Prado. In de eerste manche werd Prado (gehinderd door problemen met zijn bril) derde en Gajser vierde (hij verloor de aansluiting met Prado doordat zijn motor afsloeg), in de tweede race won Prado voor Gajser, waardoor de Spanjaard de achterstand op de Sloveen met vier punten verkleinde. De eerste manche begon ongelukkig voor Romain Febvre, die in aanraking kwam met Jeffrey Herlings en Ruben Fernandez en onderuit ging. De Fransman wist nog terug te komen tot de zevende plaats. De winst ging verrassend naar Jeremy Seewer, zijn eerste winst van dit jaar. Hij verlaat Kawasaki na één seizoen en wordt volgend jaar kopman van het team van Ducati. Even verrassend was de tweede plaats van Maxime Renaux. Herlings kwam ten val en liep een brandwond op aan zijn arm, die in aanraking was gekomen met de hete uitlaat. Ondanks de pijn wist Herlings nog tiende te worden. In China kwam uit dat Herlings bij de val twee ribben had gebroken.

Jeffrey Herlings is verzekerd van de derde plaats in de MXGP

De vier beste rijders van de afgelopen jaren – Gajser, Herlings, Prado en Febvre – bepaalden het beeld van de tweede race. Ze wisselden meerdere keren van plaats. Gajser zat aan het achterwiel van Prado, toen zijn Honda uit de versnelling sprong, waarna de zege van Prado niet meer in gevaar kwam. Glenn Coldenhoff was op zaterdag heel hard ten val gekomen. Met een zeer pijnlijk lijf reed hij beide manches en werd daarin zesde en vijfde.

Afknapper voor Gajser

Het werd in China een GP voor Gajser om snel te vergeten. In de eerste ronde raakte hij het achterwiel van Coldenhoff en ging er voorover af. Later kwam hij nogmaals ten val en daarbij brak zijn linker voetsteun af. Hij ging naar de pits voor reparatie en kwam niet verder dan de zeventiende plaats. Prado werd tweede achter Febvre. Met een tweede plek achter Prado verspeelde Gajser in de tweede race nog eens drie punten, waardoor de Spanjaard nu als lijstaanvoerder naar de slot-GP mag. Prado: ‘Het was fysiek een zware dag, hoge luchtvochtigheid en erg heet. Voor mij werd het een fantastische dag. Ik ga nu met zeven punten voorsprong naar de slotrace in Spanje. Niemand zal hebben verwacht dat ik met de rode plaat daar heen zou gaan. Nu de titel pakken in eigen land!’ Gajser weet wat hem te doen staat in Cozar: ‘Ik moet daar alle drie races winnen. De rode plaat verspelen met nog één GP te gaan is moeilijk te verteren. Ik ga ervoor vechten tot het bittere eind!’

Jorge Prado (1) en Tim Gajser zorgen voor een geweldig spannend slot van de competitie

Herlings had zich voor de start neergelegd bij het feit dat de titel voor hem onbereikbaar was geworden. Herlings, die derde en vierde werd en derde totaal: ‘Ondanks twee gebroken ribben kon ik wel rijden, maar erg prettig was dat niet. Ik ben een groot fan van het ééndaagse formaat en het is goed dat we hier in China rijden, want het is een wereldkampioenschap. Mijn doel voor dit jaar was om voor het eerst sinds 2017 een seizoen te rijden zonder een wedstrijd te moeten missen. Dat is nu bijna gerealiseerd.’

Glenn Coldenhoff en Brian Bogers behaalden punten in beide manches. In de WK-stand passeerde Coldenhoff de vanwege een knieblessure afwezige Calvin Vlaanderen en is nu zesde. Vlaanderen kan in Spanje de zevende plaats niet meer verliezen.

UITSLAGEN MXGP AFYONKARAHISAR

MXGP

Kwalificatie: 1. Gajser; 2. Prado; 3. Herlings; 4. Febvre; 5. Fernandez; 6. Seewer; 7. Renaux; 8. Guadagnini; 9. Bonacorsi; 10. Pancar.

1e manche: 1. Seewer; 2. Renaux; 3. Prado; 4. Gajser; 5. Bonacorsi; 6. Coldenhoff; 7. Febvre; 8. Forato; 9. Fernandez; 10. Herlings; 11. Horgmo; 12. Guadagnini; 13. Monticelli; 14. Guillod; 15. Bogers; 16. Pancar; 17. Toendel; 18. Gilbert; 19. Brumann; 20. Van Doninck.

2e manche: 1. Prado; 2. Gajser; 3. Herlings; 4. Febvre; 5. Coldenhoff; 6. Seewer; 7. Forato; 8. Bonacorsi; 9. Pancar; 10. Guadagnini; 11. Renaux; 12. Fernandez; 13. Guillod; 14. Horgmo; 15. Van Doninck; 16. Bogers; 17. Monticelli; 18. Brumann; 19. Gilbert; 20. Toendel.

GP: 1. Prado; 2. Gajser; 3. Seewer.

MX2

Kwalificatie: 1. Everts; 2. L. Coenen; 3. Haarup; 4. Längenfelder; 5. Zanchi; 6. Benistant; 7. McLellan; 8. Adamo; 9. De Wolf; 10. Reisulis.

1e manche: 1. L. Coenen; 2. Längenfelder; 3. Everts; 4. De Wolf; 5. Adamo; 6. Haarup; 7. McLellan; 8. Elzinga; 9. Reisulis; 10. Prugnieres; 11. Benistant; 12. Walvoort; 13. Oliver; 14. Braceras; 15. Karssemakers; 16. Weckman; 17. Zanchi; 18. Ambjörnson; 19. Mohammadalizadeh; 20. Selek.

2e manche: 1. L. Coenen; 2. De Wolf; 3. Haarup; 4. Längenfelder; 5. Everts; 6. Elzinga; 7. Reisulis; 8. McLellan; 9. Adamo; 10. Zanchi; 11. Benistant; 12. Oliver; 13. Prugnieres; 14. Walvoort; 15. Braceras; 16. Weckman; 17. Ambjörnsson; 18. Mohammadalizadeh; 19. Selek; 20. Karssemakers.

GP: 1. L. Coenen; 2. De Wolf; 3. Längenfelder.

UITSLAGEN MXGP SHANGHAI

MXGP

1e manche: 1. Febvre; 2. Prado; 3. Herlings; 4. Fernandez; 5. Coldenhoff; 6. Renaux; 7. Horgmo; 8. Pancar; 9. Guadagnini; 10. Seewer; 11. Forato; 12. Bonacorsi; 13. Guillod; 14. Bogers; 15. Brumann; 16. Gibbs; 17. Gajser; 18. Pu; 19. Wang; 20. Waters.

2e manche: 1. Prado; 2. Gajser; 3. Febvre; 4. Herlings; 5. Pancar; 6. Fernandez; 7. Bonacorsi; 8. Coldenhoff; 9. Guadagnini; 10. Horgmo; 11. Brumann; 12. Gibbs; 13. Waters; 14. Guillod; 15. Bogers; 16. Pu; 17. Wang; 18. Rong; 19. Forato; 20. Renaux.

GP: 1. Prado; 2. Febvre; 3. Herlings.

WK-stand na 19 GP’s: 1. Jorge Prado (E), GasGas, 943; 2. Tim Gajser (SLO), Honda, 936; 3. Jeffrey Herlings, KTM, 895; 4. Jeremy Seewer (CH), Kawasaki, 643; 5. Romain Febvre (F), Kawasaki, 611; 6. Glenn Coldenhoff, Fantic, 574; 7. Calvin Vlaanderen, Yamaha, 550; 8. Kevin Horgmo (N), Honda, 428; 9. Valentin Guillod (CH), Honda, 359; 10. Brian Bogers, Fantic, 319; 53. Lars van Berkel, Honda, 5; 64. Freek van der Vlist, KTM, 3; 71. Boris Blanken, Fantic, 1.

MX2

1e manche: 1. L. Coenen; 2. Längenfelder; 3. De Wolf; 4. Everts; 5. Haarup; 6. Adamo; 7. McLellan; 8. Elzinga; 9. Reisulis; 10. Benistant; 11. Braceras; 12. Zanchi; 13. Karssemakers; 14. Walvoort; 15. Cosford; 16. Shao Hui; 17. Fang; 18. Li; 19. Connolly.

2e manche: 1. L. Coenen; 2. De Wolf; 3. Längenfelder; 4. Haarup; 5. Adamo; 6. Benistant; 7. Reisulis; 8. McLellan; 9. Zanchi; 10. Karssemakers; 11. Cosford; 12. Walvoort; 13. Li; 14. Shao Hui; 15. Fang; 16. Braceras; 17. Everts; 18. Elzinga; 19. Connolly.

GP: 1. L. Coenen; 2. De Wolf; 3. Längenfelder.

WK-stand na 19 GP’s: 1. Kay de Wolf, Husqvarna, 915; 2. Lucas Coenen (B), Husqvarna, 879; 3. Simon Längenfelder (D), GasGas, 811; 4. Liam Everts (B), KTM, 749; 5. Mikkel Haarup (DK), Triumph, 658; 6. Andrea Adamo (I), KTM, 632; 7. Rick Elzinga, Yamaha, 555; 8. Sacha Coenen (B), KTM, 456; 9. Camden McLellan (SA), 395; 10. Ferruccio Zanchi (I), Honda, 359; 14. Jens Walvoort, KTM, 250; 18. Kay Karssemakers, Fantic, 155; 25. Cas Valk, KTM, 58; 31. Ivano van Erp, Yamaha, 31; 32. Dave Kooiker, KTM, 27; 36. Scott Smulders, Honda, 16; 44. Bradley Mesters, KTM, 11; 62. Lotte van Drunen, Yamaha, 1.

Expositie Molenaar Racing – vergeet het Rijksmuseum, dit is pas kunst!

0

Het zal je in deze MOTO73 (en eerdere MOTO73’s) vast niet ontgaan zijn: Arie Molenaar Motors viert in 2024 het 60-jarig bestaan! Afgelopen weekeinde werd deze bijzondere mijlpaal groots gevierd met een spectaculair jubileumweekend. Een van de meest bijzondere momenten? Zonder enige twijfel de unieke expositie die de rijke geschiedenis van Molenaar Racing op schitterende wijze tot leven brengt!

In MOTO73 #6 van 2024 vond je al een uitgebreid verhaal over de mooiste momenten uit de geschiedenis van Molenaar Racing en bijna al die momenten kwamen afgelopen weekeinde ook voorbij in IJsselstein.

Tijdens het jubileumweekend was er een indrukwekkende Wall of Fame, waar Molenaar Racing- en Molenaar NSF100-coureurs hun handtekening konden zetten bij hun eigen foto. Deze fantastische muur van eer, met een formaat van drie bij drie meter, krijgt na de expositie een prominente plek bij Arie Molenaar Motors in IJsselstein.

En dat was nog niet alles! Je kon klassieke racemotoren bewonderen van grote namen zoals Haruchika Aoki en Hans Spaan. Lees en zie je dit alles met een beetje pijn in je buik omdat je de expositie gemist hebt? Geen stress! Ga snel naar pagina 8 van deze MOTO73 en ontdek hoe en waar je deze fantastische tentoonstelling nog een keer kunt zien.

Zoek de verschillen tussen de foto’s van Arie Molenaar en Hans Spaan uit 1992 en 2024. En nee, we hebben eerlijk gezegd geen idee hoeveel verschillen er zijn. Veel, maar aan de andere kant herken je ondanks al die jaren die ertussen zitten zo Hans en helemaal Arie.

In 2008 reed Hugo van den Berg voor Molenaar Racing. We herinneren ons van dat jaar natuurlijk allemaal de emoties na het behaalde punt tijdens de Dutch TT in de 125cc-klasse. Hij vormde in dat jaar een team met Danny Webb (links) en Stevie Bonsey (rechts). Tegenwoordig vormt hij duidelijk een heel ander team, maar wel een team mooier dan ooit.

Haruchika Aoki mag bij de motorrace-expositie van Molenaar Racing natuurlijk nooit ontbreken. Voor 1995 wist Molenaar de op dat moment nog onbekende en jonge Japanner aan zijn team te binden. De samenwerking werd ongekend succesvol, want de talentvolle Haru won zes van de eerste acht races in 1995 en werd mede door die zeges wereldkampioen in de 125cc. Alsof het nog niet genoeg was, lukte het Molenaar Racing en Aoki een jaar later om de wereldtitel te prolongeren. In 1997 werd Aoki door veel geld losgeweekt bij Molenaar Racing en maakte hij de overstap naar de 250cc.

De man met misschien wel het meest heftige verhaal is Joey Litjens, want we weten allemaal wat er een paar jaar na deze foto uit 2006 (met naast Arie Molenaar links Jarno Janssen) gebeurde op De Varsselring. Het hele verhaal van Joey werd door voormalig MOTO73-redacteur Jarno van Osch omgevormd tot een ongelooflijk indrukwekkend boek, dat zeer terecht ook in 2024 nog altijd een prominente plek heeft bij fans. Litjens reed in 2006 en 2007 voor Molenaar in de 125cc Grand Prix, maar zou geen WK-punten scoren.

De racer met startnummer 12 is de Honda van Haru Aoki uit 1995, het jaar van de eerste wereldtitel. Ook de motor met startnummer 24 heeft een schitterend verhaal. Dit is de oude racer van Hans Spaan uit 1994, het laatste jaar dat hij in de Grand Prix reed. Hans koos bewust voor Molenaar Racing, zodat hij daar na zijn carrière verder kon als technicus. Gedurende het jaar ontdekte Spaan Haru Aoki als concurrent op het circuit en wist voldoende.

Een blik op de inmiddels beroemde Molenaar Racing Wall of Fame. Alleen hier kun je al een uurtje naar kijken zonder je ook maar een seconde te vervelen. Binnenkort voor altijd te bewonderen bij Arie Molenaar Motors. De motor met startnummer 46 is niet van Valentino Rossi, maar van Arie Molenaar zelf uit 1991. Het is de Honda waarmee hij met een elfde plaats op Donington Park zijn beste Grand Prix-resultaat uit zijn carrière behaalde.

Dat Arie Molenaar nog steeds een bijzondere positie heeft in de wegracewereld bleek wel uit de komst van Moto3-topper Collin Veijer en Moto2-coureur Zonta van den Goorbergh naar het jubileumweekeinde. De twee hadden ook lekker op een strandbedje kunnen liggen aan de Adriatische kust, tussen de twee Misano GP’s in, maar besloten even terug te keren naar Nederland. Zonta mocht als voormalig Molenaar NSF100-coureur uiteraard ook de Wall of Fame signeren. Collin hield het bij heel veel petjes, shirts en notitieblokjes.

Co-Auteur: Marien Cahuzak
Fotografie: Made By Jane Photography
Archieffotografie: Henk Keulemans

Infected by Radicalitis: Liefde voor extreme custom ligt verankerd in Frisson-DNA

0

Jarenlang reed Pascal Frisson op de meest exorbitant gecustomizede choppers van België, maar vandaag kiest hij liever voor het comfort van z’n Road Glide CVO. Zijn zoon Nicolas erfde de liefde voor extreme custombikes. De tot ‘El Chicano’ verbouwde Softail Deluxe is zijn eerste project.

Al op zijn 18de kwam Pascal tot het besluit dat een Kawasaki Z900 toch niet zo bekoorlijk was als gedacht. “De film Easy Rider draaide in de bioscoop en dat bracht nogal wat teweeg onder de jongelui. Ook voor mij was het de aanzet om mijn heil te zoeken in de ietwat robuustere, alternatieve chopperscene”, verklaart hij. “Standaard eenheidsworst bezorgt me geen vleugje kippenvel. Zelfbouw motoren met ellenlange voorvorken, rijzige sissy bars en hardtail frames brachten mijn hoofd op hol en niet veel later had ik mijn eigen gecustomizede Yamaha met hoge en langgerekte voorvork. Vervolgens schoof ik een Honda 750 Four met nog straffere vorkhoek onder de reet. Dat was in die periode de Japanner die het vaakst gebruikt werd om extreme choppers uit te smeden.”

RADICALITIS

Van zodra het spaarvarken wat aangedikt was, werd er door Pascal ‘natuurlijk’ overgeschakeld op ‘the real deal’ van Amerikaanse makelij. “Vooral de in Zweedse stijl verbouwde choppers spraken me enorm aan, omdat die steviger en mooier afgewerkt waren”, zegt hij. “In november 1994 haalde ik voor het eerst de Bigtwin pagina’s met een Swedish highneck Shovelhead. Door mijn voorliefde voor keiharde metal muziek noemen mijn vrienden me Pascallica en de memorabele reportage werd gepubliceerd met het opschrift ‘Pascallica heeft radicalitis’. In 2002 kwam de V-Rod op de markt, een revolutionaire samenwerking tussen Harley-Davidson en de Porsche Engineering afdeling. Het futuristische ontwerp, alsook zijn fenomenale koppel en snelheid, had me onmiddellijk in zijn greep. Vanwege de brute power, werd de V-Rod opgevolgd door een gecustomizede Night Rod. Daarmee kwam ik in 2014 terug op de Bigtwin pagina’s terecht. Tussen de twee reportages passeerden zelfs meerdere Harleys de revue, waaronder een FXR en een Nighttrain.” 

SALON ASSORTIMENT

Aan alles komt een eind, ook aan ‘radicalitis’. Door het jarenlange geboender met hardtail frames, inclusief apehanger stuur, zijn de rug en schouders van Pascal serieus gehavend. Ook het staartbeen moest inmiddels geamputeerd worden. Een uurtje motorrijden leverde verschrikkelijk veel pijn op en de drang naar wat extra comfort werd groot. Zo kwam hij met een Ultra Limited noodgedwongen in Harley’s ‘salon assortiment’ terecht. “Achteraf bleek dat voor een custom- en powerfanaat niet de beste keuze te zijn”, geeft hij toe. “Momenteel heb ik een Road Glide CVO die uitgerust is met allerlei hedendaagse snufjes zoals navigatie en muziek. Daarbij is er de indrukwekkende performance van het Screamin’ Eagle motorblok, inclusief Stage 1 kit. De ‘Sharknose’ kuip heeft de denkbeeldige contouren van een haaienkop. De Mako Shark Fade, een kleurstelling die in het zonlicht wisselend overgaat van zwart naar blauw, is ontleend aan de kleuren van de vier meter lange Mako haai. Van deze machine zijn slechts tweehonderd stuks geproduceerd.”

ALS DE BLIKSEM

Pascal is letterlijk verzot op snelheid. “Wat erin zit, moet eruit. Vroeger vocht ik met mijn choppers zwabberend tegen de 180 km/u limiet, wat qua veiligheid niet echt koosjer was. Op een CVO wordt de tellernaald in luttele seconden gladjes naar de 200 indicatie gebliksemd. Een Coyote radar detector komt dan erg goed van pas. Voor nauwe filedoortochten is er een ‘luidkeelse’ air horne geïnstalleerd”, zegt hij proestend. “De Vance & Hines uitlaatbochten monden uit in zes ronddraaiende ‘Tailgunner’ cilinders, gebaseerd op het M61 Vulcan machinegeweer dat gevechtsvliegtuigen gebruiken om 20 mm kogels mee af te vuren. Ze zijn vanuit Amerika zes maanden onderweg geweest en aan de talrijke stickers te zien, door wel 20 douaneafdelingen gecontroleerd of ze niet voor militair gebruik bestemd waren. Bij lage toeren draait er maar één kant en hoe meer gas, hoe sneller de buizen draaien. Via facebook ben ik in contact met overzeese vrienden die me unieke, in Europa niet verkrijgbare onderdelen bezorgen via privépost. Verder zitten er moderne, digitale Dakota meters, strakke Wilbers vering en een via een hendel in te schakelen achteruitversnelling op. Als de bakken geopend worden, word het Harley logo op de grond gereflecteerd via ingebouwde ledlights. De zoektocht naar iets wat iemand anders niet heeft gaat nog steeds verder en stopt eigenlijk nooit.”

EL CHICANO

Zoon Nicolas pikt aan: “Op jonge leeftijd was ik reeds verlekkerd op de Mexican Chicano style. Tot heden heb ik twee winters aan het project gesleuteld en velen verklaarden me bij aanvang gek, omwille van de werkuren en kosten. Een technische opleiding heb ik nooit gevolgd, want schoolbanken waren niet mijn meest favoriete habitat. Ik had een tiental brommers, waarvan er altijd wel eentje bij de politie vaststond omdat hij opgedreven was. Uit noodzaak leer je dan snel bij. Twee jaar gelden vond ik in Friesland de ideale donor voor mijn nieuwste droom. De Softail was, op het hoge Carlini stuur na, nog volledig standaard. Dat extraatje scheelt achteraf in de kosten. De fishtail buizen zijn een must voor de nagestreefde ‘gangster style’. Om met de laag geplaatste uitlaten de grond niet te raken, moet er omzichtig gestuurd worden. Je moet er de ballen voor hebben, want een normaal mens zal er wellicht nooit op rijden. De gemonteerde air-ride kocht ik voor amper € 80,- van een frutselaar die dacht dat hij defect was, terwijl enkel het ventieltje waarlangs de lucht ontsnapt tijdens het neerzakken, verstopt was.”

FRISSON DNA

De Chicano zal volgens Nicolas hoofdzakelijk gebruikt worden voor woon/werk verkeer en wat show verkopen rond de kerktoren. “Voor een toertje naar de Ardennen is hij alleszins niet efficiënt en het klassieke zondagmiddagtripje interesseert me geen fluit. Het bij elkaar zoeken en in elkaar puzzelen van een uniek project bezorgt me meer voldoening. Elk technisch probleem is extra motivatie. Ik heb ondertussen meer gereedschap in mijn garage dan de techniekers op het werk. Tijdens een eenzaam nachtelijk sleutelmoment gaf ik een dusdanige ferme mot op een potsleutel, dat de motor van de heftafel afschoof. Ik heb toen dik een uur onder de machine gelegen, alvorens ik hem steunend op mijn elleboog terug recht kreeg. Na een laagje bordeaux en later een witte primer, heeft een kameraad de machine nu in een klassieke, groenblauwe Volkswagen kleur gespoten. Een vol achterwiel is, net als een verchroomde achterbrug en achterste remklauw, voor een volgende fase. De open fishtail buizen scoren geen bekers op gebied van demping. Het knalt hard, maar voor een gewichtig koppel ben je beter af met een 2-in-1 systeem. Ach, misschien bouw ik hem binnen een aantal jaar wel om tot bagger. Het zit wellicht in het Frisson DNA, maar net zoals mijn vader dat wil, heb ik graag dat mijn motorfiets zo perfect en extreem mogelijk in elkaar steekt.” 

BEKERS EN INTERVIEWS

Papa Pascal sluit filosofisch af: “Ik heb ooit met de breedste achterband gereden, dat was indertijd gewoon een hoekige autoband. Ik scheurde rond met de langste voorvork van de Benelux en heb uitlaatpijpen gehad die tot boven mijn nek uitstaken. Hoe extremer, hoe beter. Dat waren stuk voor stuk motoren waarmee ik op custombike shows in de prijzen viel. In die periode waren extreem gecustomizede motoren schaars. Daardoor werd ik geïnterviewd voor allerlei kranten, motormagazines en zelfs tv-programma’s. Nu ik een dagje ouder geworden ben, is het radicale gedachtegoed ernstig afgezwakt. Met mijn ‘Shark’ heb ik de perfecte combinatie van comfort, power en design onder de billen. Ik doe het liefst korte, op voorhand uitgestippelde routes naar maffe bikerkroegjes en niet te veraf gelegen buitenlandse Harley dealers. Het is nu aan de jongere generatie om de custom- en chopperscene in leven te houden. Met Nicolas en zijn ‘El Chicano’ lijkt deze nobele intentie alvast voortreffelijk geslaagd.”

TECHNISCHE SPECIFICATIES HARLEY-DAVIDSON ROAD GLIDE CVO

Eigenaar en bouwer Pascallica
Bouwtijd ‘still under construction’
Type motorblok Milwaukee Eight
Bouwjaar motorblok 2019
Cilinderinhoud 1923 cc
Luchtfilter Heavy Breather
Uitlaten M61 machinegeweer replica
Andere aanpassingen Stage 1 kit, achteruitversnelling, led lights in bakken, Kleinn air horne
Merk en type frame H-D Road Glide CVO
Schokdempers Wilbers Suspenion
Voorvork Wilbers, Kuryakyn lower fork covers
Voorwiel 21”
Tellers Digital Dakota, gauge bezels red
Stuur Diablo Rhino handlebar
Handvatten H-D
Zadel Hammock, Leather/Alcantara, heated & cooled
Valbeugels Vindikta bag guard
Voetsteunen H-D
Kleur Mako Shark Fade
Dank aan Anthony Broodhaers (voor technische hulp), Talat (garnierder uit Lier)

TECHNISCHE SPECIFICATIES EL CHICANO

Eigenaar en bouwer Nicolas Frisson
Bouwtijd 2 winters
Type motorblok Twin Cam 88 V-Twin
Bouwjaar motorblok 2006
Cilinderinhoud 1450 cc
Ontsteking Drag Specialties iridium plus
Luchtfilter Clarity RSD
Uitlaten 44” open fishtail pipes
Frame H-D Softail Deluxe
Achterbrug Kuryakin swingarm covers
Schokdempers Fournales air-ride
Voorvork Deep cut fork cans chrome
Voorwiel 23” Ultima fat spoke
Voorrem RSV polished disk
Voorband Shinko white wall
Koplamp Led, DRL ringen
Stuur 16” Carlini Gangster ape
Knipperlichten Kellermann
Spiegels Motea chrome
Tellers Koso
Handvatten Joker machine
Benzinetank Tanklift, dash panel console
Zadel Ultima
Voorspatbord 26” FL Style fender
Achterspatbord Tommy and Sons
Kleur Makena turquoise metallic

Scabreuze plaatsnamen: Kruishaar

0

Het vuige en het verhevene. Dat is wat mij betreft de essentie van deze serie over scabreuze plaatsnamen. Je begint met een schuine plaatsnaam en voor je het weet gaat het over leven en dood en al wat daartussen ligt. Intussen bezoek je een plek waar je van je levensdagen niet naartoe zou zijn gegaan en dat op zich biedt al de nodige verrassingen.

Neem Kruishaar, onze volgende bestemming. Natuurlijk gekozen omdat het naar de schaamstreek verwijst maar in werkelijkheid gelegen in de Gelderse Vallei, bij Voorthuizen. En kijk, daar komt het verhevene al om de hoek kijken want Voorthuizen, dat is hartje Biblebelt. Kan ik de dominee eindelijk vragen hoe het komt dat zich binnen het protestantisme zoveel verschillende stromingen voordoen terwijl ze zich allemaal beroepen op een god van vrede. Vanwaar dan die verdeeldheid?

Tevens bevinden we ons hier hartje pluimveehouderij en ik neem me voor een boer te vragen wat nou de lol is van het houden van kippen. Dat facet gaat helemaal verloren in de lopende discussies over het boerenvak en hoe het allemaal zo fout heeft kunnen gaan. Nee, laten we het nu eens hebben over hoe mooi het boerenbestaan kan zijn, hoe interessant en uitdagend.

Het is een frisse voorjaarsdag als we bij Barneveld de A1 verlaten en de Gelderse Vallei induiken. Al snel verdwijnen we in de intimiteit van een coulisselandschap, met een afwisseling van akkers, weilanden, houtsingels en natuurgebieden. Het is veel mooier dan ik al die jaren heb gedacht, voortjakkerend op de A1 en nooit de tijd nemend binnendoor te rijden. Er doet zich wel een probleem voor. Kruishaar is niet te vinden. Nergens een bord met de naam van het gehucht en het enige wat naar zijn bestaan verwijst zijn de Eerste en Tweede Kruishaarseweg. En daar staan geen huizen.

Toupet

Al rondrijdend schuiven we ten slotte Voorthuizen binnen – een vriendelijk plaatsje, ruim opgezet, met veel huizen in het groen en, jawel, een heleboel kerken. Ik tel er uiteindelijk negen, variërend van de Gereformeerde Kerk via de Gereformeerde Kerk Vrijgemaakt tot de Nederlands Gereformeerde Kerk enzovoort en zo meer. En wanneer houden al deze kerkgenootschappen een dienst? Bijna allemaal op zondagochtend, om een uur of tien. Maar zo concurreer je elkaar toch de tent uit? Of is dat de bedoeling?

Om antwoord te krijgen op de vraag waarom binnen het protestantisme zoveel verdeeldheid heerst, probeer ik een dominee te strikken. Maar dat valt nog niet mee. De een na de ander houdt de boot af, vaak op vage gronden als: ‘Ik ben hier nog niet zolang werkzaam’ of ‘Ik voel me niet de aangewezen persoon daarover iets te vertellen’. Alleen Leo Smelt, dominee in ruste, is na enig aandringen bereid me te ontvangen, later op de dag dus maken we van de nood een deugd en reizen af naar het Pluimveemuseum.

Het eerste dat we daar tegenkomen, is een gezelschap vrouwen in klederdracht, uit Staphorst. Wonderlijk toch hoe wij allemaal in onze eigen biotoop blijven rondhangen. In het Stedelijk Museum zul je dit gezelschap niet gauw zien. En omgekeerd natuurlijk. Waarmee beide partijen zichzelf tekort doen want had ik de Brabanter willen missen? Nee. Had ik de Uilebaard willen missen? Nee. Had ik het Zijdehoen willen missen, met zijn idiote toupet? Nee. Om nog maar te zwijgen van de exquise verzameling buitenlandse kippenrassen. Al die kleuren, al die vormen … neem de Spaanse Witwang, rechtstreeks uit het spookhuis, en de Ajam Cemani uit Java, he-le-maal zwart.

Transgender

Ook leren wij dat je aan de kleur van de oorlellen de kleur van het ei kunt aflezen – wit betekent witte eieren en rood betekent bruine eieren. Alleen is de vraag: waar zitten die oorlellen, sterker, waar zitten de oren? Geen oor te zien en dat klopt, lezen wij. Kippen hebben geen uitwendige oorschelp en moeten het doen met kleine gaatjes aan weerszijden van de kop die toegang geven tot de gehoorgang. De gaatjes zijn te herkennen aan de ronde plekjes eromheen, in een iets andere kleur. Daaronder zitten de enigszins verschrompelde oorlellen, min of meer tegen het kippenhoofd geplakt! En die lellen onder de kop dan? Dat zijn de kinlellen, natuurlijk.

Geheel gesterkt hernemen wij onze tocht door de omgeving van Kruishaar en zodoende maken wij kennis met schoonheden als de Beulekamperweg met zijn lekkere bochten, Den Akker, nog zo’n idylle, en de Appelsestraat – op nummer 42 staat een boerenbedrijf in de sfeer van vroeger, met het wasgoed buiten aan de lijn, de hond die het erf bewaakt en het roodbonte melkvee in de huisweide ernaast. Grappig: net als wij passeren, klimt een koe met zijn voorpoten op het achterlijf van een andere koe, om haar vervolgens secondenlang vooruit te duwen. Wat is dat toch? Penisnijd? Transgender gedrag? Speelsheid?

Op het afgesproken tijdstip melden we ons bij dominee Leo Smelt, thuis aan de Beatrixlaan. Prominent aanwezig in de voorkamer: een lessenaar met daarop een kolossale Statenbijbel – het is duidelijk waar hij zijn inspiratie vandaan haalt. In zijn eigen woorden: ‘Voor mij is de Bijbel norm en bron.’ Bij een kopje koffie en een koekje probeert de dominee antwoord te geven op de vraag hoe die verdeeldheid onder protestanten te verklaren. Om te beginnen wil hij één ding recht zetten: toen Luther zijn strijd om hervorming van de katholieke kerk begon, was het allerminst zijn bedoeling zich van de moederkerk af te scheiden. Hij werd er min of meer toe gedwongen!

Papieren paus

‘Waar het in feite om gaat’, zegt dominee Smelt, ‘is het balanceren tussen eenheid en waarheid. In de negentiende eeuw lag het accent op het zoeken van de waarheid, op het volgen van de juiste leer in plaats van de persoon van de Heer. Dat leidde tot de Afscheiding van 1834 en de Doleantie van 1886 – beiden voortgekomen uit het verzet tegen de vrijzinnige koers van de Nederlandse Hervormde Kerk. Zo werden meer en meer vraagtekens gezet bij de Dordtse Leerregels uit 1618/1619, met name rond het leerstuk van de totale verdorvenheid van de mens. Zo zijn de Gereformeerde Kerken in Nederland ontstaan.’

In de vorige eeuw komt het omgekeerde proces op gang, gaat het niet meer zozeer om het zoeken van de waarheid als wel om het bewaren van de eenheid. Leo Smelt: ‘Vanaf de jaren zestig heet het: je volgt niet zozeer de leer als wel de Heer, in de persoon van Jezus.’ Dat proces, onder de naam Samen op Weg, resulteerde in 2004 in het samengaan van de hervormden, gereformeerden en evangelisch-luthersen in de PKN, de Protestantse Kerk in Nederland. Daarmee nam het aantal denominaties binnen protestantse kring niet af want bij elke fusie, er zijn er wel meer geweest, is er altijd wel een groep die het samengaan niet ziet zitten en vrolijk verder gaat, al of niet onder een nieuwe banier.

Hoe komt het toch dat je dit soort afsplitsingen in protestantse kring veel meer ziet dan bij de katholieken? ‘Kijk’, zegt de dominee, ‘als je als katholiek iets niet weet, vraag je het aan de pastoor. Weet die het ook niet, dan vraagt die het aan de deken, die vervolgens weer aan de bisschop enzovoort. Tot je bij de paus bent, en die is onfeilbaar. Zo werkt het bij ons niet. De Bijbel fungeert niet als een papieren paus.’ Later thuis bedenk ik me nog het volgende. Daar waar zo de nadruk wordt gelegd op de zondigheid van de mens – ‘… altijd zijn wij (mensen) dwalende’, staat in het boek Een stem uit Voorthuizen van Steven van de Craats, ‘altijd hebben wij verkeerde gedachten of woorden. Altijd mislukt alles’ – komt een enorme druk te liggen op het zoeken van de zuivere waarheid, het zuiver interpreteren van de Bijbel. Stel je voor je zit fout, dan hang je, bij wijze van spreken. Zou dat een rol kunnen spelen?

Dubbele gevoelens

En dan nog dit. Dankzij dominee Leo Smelt begrijp ik nu dat de Biblebelt niet zozeer ontstaan is doordat de mensen in deze streken iets in de uitoefening van hun geloof veranderden. Het waren juist de mensen buiten deze streken die zich inlieten met nieuwe ideeën. De Biblebelt staat voor hoe het er oorspronkelijk aan toe ging in protestantse kring en, vertelt de dominee, binnen de Gereformeerde Bond bijvoorbeeld spreekt men nog over ‘de oude waarheid’. ‘Zij zijn wars van liturgische vernieuwing en houden vast aan de oude berijming.’ De oude waarheid, prachtig, en fijn dat de dominee bereid was haar met ons te delen!

Blijven er nog twee vragen over. Wat is de lol achter de pluimveehouderij? En waar komt die rare naam Kruishaar toch vandaan? Op zoek naar antwoorden maken we nogmaals een rondje door de buurt en uiteindelijk belanden we op de Schoenlapperweg. Onmiskenbaar kippenland want op diverse gevels staat de beeltenis van een meer dan levensgrote kip en op nummer 2a is er zelfs eentje midden op het gazon geplaatst, manshoog wel te verstaan. Als ik daar aanbel, wacht me een verrassing. ‘Sinds donderdag zijn al onze stallen leeg’, zegt Evert-Jan Versteeg. ‘We zijn ermee gestopt.’ Waarop hij mij uitnodigt binnen te komen.

De achtergrond is simpel, vertellen hij en zijn vrouw Wilma. Leeftijd, gezondheidsproblemen en gebrek aan opvolging – hun kinderen willen niet –  leidden tot de beslissing. Maar nu het zover is, voelt het toch niet als een opluchting, zegt Evert-Jan. ‘Ik heb er dubbele gevoelens bij. Natuurlijk, ik krijg meer vrije tijd. Maar het is toch je levenswerk dat nu stopt.’ Ze zijn in 1988 begonnen met hun pluimveehouderij, om verschillende redenen. Wilma: ‘Met dieren bezig zijn is mijn passie. Als je ’s ochtends de stal binnenkomt en al die kippen komen kakelend op je af … En al die prachtige eieren die van de band rollen …’

Zondeval

Voor Evert-Jan was het niet zozeer de pluimveehouderij die hem trok als wel het ondernemerschap. ‘Een eigen bedrijf runnen, dat was mijn droom. En die is uitgekomen. Toen we in 1988 dit bedrijf met vleeskuikens overnamen, kwamen we al snel voor de vraag of we niet beter verder konden in de scharrelkippen. Dat is dat stukje ondernemen dat mij zo aanspreekt. De marktwerking en hoe daarmee te dealen. Beperken we ons tot de Nederlandse markt of gaan we de Duitse op? Welk voer zetten we de kippen voor? Kiezen we voor witte of bruine eieren? Elke week stond je wel voor een keuze en vergis je niet, er gaat heel wat geld in om. Eén foute beslissing en je zit in de problemen.’

En nu? Wilma maakt zich geen zorgen. ‘We hebben schapen, honden, geiten, o ja, en niet te vergeten de kakelbus met 249 kippen d’r in. Zoveel kippen mogen wij van de overheid nog houden. Dus mijn passie voor dieren kan ik wel kwijt, hopelijk nog voor heel lang.’ Evert-Jan worstelt wel enigszins met de vraag: wat nu? Gelukkig kan hij een dag per week als technisch adviseur terecht bij een opfokorganisatie van legkippen. ‘Zo blijf ik inhoudelijk toch betrokken bij de pluimveehouderij.’

Rest de vraag waar de naam Kruishaar vandaan komt. Het is wederom het boek Nederlandse plaatsnamen verklaard van Gerald van Berkel en Kees Samplonius dat antwoord geeft. Nee, met schaamhaar heeft hij niks te maken, hij verwijst naar een kruisbeeld boven op een haar en dat is een zandige rug. Het kruisbeeld hebben we niet aangetroffen laat staan die haar maar … wat zit er achter het woord schaamhaar en, breder gezien, de schaamstreek? Na enig speurwerk komen we weer uit bij de bijbel, en wel bij Genesis 3:1-15 waar de zondeval van Adam en Eva staat beschreven. ‘En de vrouw zag dat die boom goed was tot spijze … en zij nam van zijn vrucht en at; en zij gaf ook haar man met haar, en hij at. Toen werden hun beider ogen geopend, en zij werden gewaar dat zij naakt waren; en zij hechtten vijgenboombladeren samen en maakten zich schorten.’

Rokje aan

Nu wordt in sommige religieuze kringen gezegd dat hier helemaal niet staat dat Adam en Eva zich schaamden voor hun naaktheid. Maar linksom of rechtsom, de zondeval en naaktheid worden met elkaar in verband gebracht en expliciet betrokken op de schaamstreek lees seksualiteit. Kortom, hier zien we de geboorte van een taboe en zoals bekend zijn die altijd omgeven door schaamte. En waar leidde dat toe? Een paar idiote voorbeelden. Zo eiste Benedictus van Nursia (480-547) van zijn volgelingen dat zij gekleed te bed gingen, je weet het anders maar nooit met die gasten. En in de Victoriaanse tijd (1837-1901) kregen meubels met lustig kronkelende pootjes een rokje aan – de heren konden wel eens op gedachten komen.

Ook leuk. In de vijftiende eeuw groeide het oorspronkelijke vijgenblad uit tot de braguette, een buidel die de penis moest bedekken. Niks mis mee natuurlijk maar op den duur werd die braguette een soort statussymbool – hoe groter, hoe beter. En daar bleef het niet bij. Op goed moment ontdekte iemand dat je in zo’n grote braguette best wat spullen kon opbergen, van geld en een zakdoek tot … versnaperingen. Pepermuntje mijnheer?

Test Mash B-Side 500

0

Sinds heel lang loop ik dagelijks minstens twee maal voorbij een foto van mijn grootouders en mijn vader gezeten op een lichte BSA met zijspan. Niets bijzonders zal je denken. En daar heb je gelijk in. Het is pas sinds de Mash B-Side 500 onze teststal bezocht dat de foto me werkelijk wat doet.

De B-Side 500 is een nieuw model en komt in het uitgebreide Mash-gamma naast de Black Side 440. Die laatste loopt al een tijdje en kent een vaste schare aanhangers. Vooral in Duitsland is deze betaalbare (€11.999) zijspancombinatie erg populair. De leuk uitziende machine heeft echter één groot minpunt en dat is het slechts 29 pk sterke ééncilinderblokje dat zorgt voor de aandrijving. Die 29 pk zijn écht heel nipt om de 342 kg wegende combinatie vlot te laten rijden. Met de nieuwe B-Side 500 wordt daar wat aan gedaan. Want die beschikt met zijn heerlijk lopende 500cc-tweecilinder met 54 pk over bijna dubbel zo veel vermogen als de 440. En dat maakt een wereld van verschil.

Zak zand in de bak

We halen de machine op bij Mash-importeur Motomondo in IJsselstein en wagen het erop om de terugweg naar thuisbasis Antwerpen via de snelweg te rijden. En al snel blijkt dat de nieuwe B-Side 500 uit een heel ander vaatje tapt dan zijn kleinere broer. Vooral het verschil in vermogen zorgt voor een veel aangenamer en meer volwassen rijgedrag. De tweecilinder heeft een sterk middengebied, wat zorgt voor vlotte acceleraties en een mooie opbouw van de snelheid. Meekomen met het overige verkeer is daardoor niet langer een uitdaging zoals bij de 440. De verhoudingen van de vlot schakelende vijfbak sluiten mooi op elkaar aan. Hierdoor kan de 54 pk sterke krachtbron goed overweg met de 345 kg – droog – zware combinatie. Omdat ik alleen rijd, kieperde de immer behulpzame Jan Ykema van Motomondo net voor mijn vertrek nog een zak zand van 25 kg in het zijspanbakje. ‘Ga je wat stabieler door rijden’, voegde hij er nog aan toe. En inderdaad, de zijspancombinatie gedraagt zich op de snelweg uiterst keurig en stabiel. Dat verandert echter wanneer ik de Belgische grens over rijd en het wegdek aanvoelt als oorlogsgebied. Vooral de diepe spoorvorming veroorzaakt door vrachtwagens op de rechter rijbaan maakt de B-Side onrustig. Nooit eerder was ik zo blij met een zak zand van de Gamma als nu… Maar ondanks de extra ballast vraagt de machine om opperste concentratie en wringt zich regelmatig onverwacht uit de diepe sporen met de nodige instabiliteit tot gevolg. De combinatie van weinig zijspanervaring en een Belgisch wegdek is verre van ideaal en ik besluit dan ook de eerstvolgende afrit te nemen en via secundaire wegen de rit af te werken. Een goede keuze zo blijkt. Dit is het werkterrein van de B-Side. Hier voelt de zijspancombinatie zich opperbest en kan het genieten beginnen.

Iedereen enthousiast

Want het rijden met deze leuk uitziende machine is echt genieten. De relaxte zithouding, de vrolijk tokkelende tweecilinder en het ‘effe-helemaal-wat-anders-gevoel’ zorgen voor instant geluk en ontspanning. De machine wekt ook opvallend veel sympathie op bij andere weggebruikers. Het aantal opgestoken duimen is haast niet te tellen. Bij thuiskomst wordt de sympathie voor de Mash alleen maar groter. Iedereen wil wel eens een toertje maken en zelfs de honden laten duidelijk verstaan dat ze deze eenmalige kans om met een motor mee te rijden niet zomaar laten passeren. We hebben de Mash twee volle weken getest en nooit eerder was de betrokkenheid van familie, vrienden en zowat iedereen die deze motorfiets te zien kreeg zo groot en zo leuk. De ijssalon in de naburige gemeente deed door de Mash goede zaken, want geen beter excuus voor een ritje dan een ijsje. Regelmatig word ik gefeliciteerd voor de ‘mooie restauratie’… Wanneer ik dan vertel dat de machine helemaal nieuw is en voor iedereen te koop neemt de verbazing alleen maar toe. De looks van de B-Side zijn dan ook echt geslaagd. De vele details zoals de bagagerekjes op het span, de mooie offroad-banden rondom de stevig uitgevoerde zwarte draadspaakwielen en de mooie kleurcombinatie zorgen voor een fraaie retrolook. En dat valt dus duidelijk in de smaak.

Je merkt ook dat deze machine ontworpen is als zijspancombinatie en dus meer is dan een motorfiets met een aangeschroefd zijspan. De koppelstukken waarmee het zijspan aan het hoofdframe bevestigd zijn, zien er oerdegelijk uit en ook bij de standaard gemonteerde schommelarmvoorvork werd niet op een grammetje staal gekeken. Het stevige drooggewicht van 345 kg komt ergens vandaan natuurlijk. Toch ondervind je tijdens het rijden weinig tot geen hinder van dit gewicht. Zowel de motor als de drie schijfremmen (onderling gekoppeld voor een stabiel remgedrag) weten er perfect raad mee. Gelukkig beschikt de Mash ook over een heel eenvoudig te bedienen achteruitversnelling waardoor ook parkeren vlot verloopt.

Veel bagageruimte

Met achttien liter benzine in de tank en een verbruik van zo’n zes liter kom je met de Mash al een heel eind alvorens te moeten tanken. Lange ritten zijn ook perfect te doen, want zowel in het zadel als in het bakje is het zitcomfort best aardig. De vering van het zijspanwiel is wel wat aan de harde kant, maar dat valt enkel bij slecht wegdek op. Omdat de tweecilinder over voldoende vermogen beschikt nodigt de Mash ook uit om wat langere afstanden te rijden. Maar het mooist zijn natuurlijk de kronkelige land- of dijkwegen in een mooie omgeving. Zelfs een stukje offroad is voor de stoere Mash geen enkel probleem. Ook leuk is dat je heel wat bagage kan meenemen. Op de verschillende rekjes, maar ook in het keurig afgewerkte bakje onder het reservewiel achterop het zijspan. Eveneens handig is het 12V-stopcontact op het stuur, ideaal voor een GPS. Minder enthousiast zijn we over het dashboard. Dat is het enige onderdeel aan de B-Side dat er modern uitziet en ook het enige onderdeel dat voor een – weliswaar beperkte – ergernis zorgt. De ronde teller is immers veel te vlak gemonteerd en is daardoor bij fel zonlicht moeilijk afleesbaar. Is het licht minder fel, dan is er voldoende info beschikbaar. Zelfs de bandendruk van de drie wielen wordt weergegeven.

Conclusie

Wie nooit eerder met een zijspan reed, zal zijn eerste ritten ervaren als vreemd en onnatuurlijk. De driewielige constructie van een motor met zijspan is verre van ideaal, maar het plezier dat je aan deze Mash B-Side 500 beleeft is ook niet normaal. Rijdend met de B-Side word je als het ware met een tijdmachine teruggeflitst naar een leven waar alles nog eenvoudig was. Een tijd waar je wel moest genieten van de kleine dingen. Het cliché ‘de reis is belangrijker dan de bestemming’ is deze Mash ook werkelijk op het lijf geschreven. Het is een tijdloze metgezel die je met zijn nostalgische looks en aangename rij-eigenschappen gewoon gelukkig maakt. Zowat heel mijn jeugd heb ik mijn grootmoeder horen klagen over haar slechte rug. ‘De schuld van je grootvader en zijn zijspan,’ vertelde ze me steevast. Hij had de gewoonte om ’s zondags voor het krieken van de dag te vertrekken en pas tegen schemerdonker te stoppen met rijden. Met mijn grootmoeder in het bakje. Ik heb nooit begrepen wat hij daar zo leuk aan vond. Maar dankzij deze leuke onthaaster nu dus wel…

Pluspunten

Rijplezier
Prestaties ten opzichte van B-Side 440
Leuke details

Minpunten

Lakkwaliteit accessoires
Afleesbaarheid dashboard