zondag 15 december 2024

Hrubý Jeseník-gebergte: de Tsjechische bergen

56 toppen van meer dan duizend meter telt het Hrubý Jeseník-gebergte, een nog altijd vrij onbekende regio in het noordoosten van Tsjechië met heerlijke bochten en, als je er de tijd voor neemt, heilzame warmwaterbronnen.

[sgpx gpx=”/wp-content/uploads/gpx/hruby-jesenik-tsjechie.gpx”]

‘Daar tuf ik altijd graag naartoe, vooral naar Most of Brno. En om het Tsjechische bier!’ grijnst Uli, wanneer hij ons de sleutels voor de hemelsblauwe Bonneville Spirit Edition overhandigt. Tja, racecircuits en bier, dat is vaak het eerste waar je bij Tsjechië aan denkt. Tijdens de heenreis over de monotone snelweg via Wrocław denk je misschien nog even aan Lolek en Bolek, een Poolse animatieserie uit de tijd dat Oost-Europa nog terra incognita achter het IJzeren Gordijn was – totdat het decor verandert en zich ten zuiden van Opole eindelijk de uitlopers van het Hrubý Jeseník-gebergte uit het gouden licht van de late middag losmaken en de eerste bochten zich aandienen. Eindpunt voor vandaag en ons rustpunt voor de komende vijf nachten is het familiepension U Petra aan de rand van het stadje Jeseník. Een uitstekende keuze. Kamer, keuken, service en sfeer: wat wil je nog meer?

Het plaatselijke toeristenbureau prijst het gebergte uiteraard aan, net als de districtshoofdstad Jeseník, dat tot 1947 overigens nog Frývaldov, in het Duits Freiwaldau, heette. En dus hebgen ze een klein welkomstcomité samengesteld dat ons de eerste dag begeleid, van de ene bezienswaardigheid naar de andere. In Jeseník zelf zijn het er niet zoveel: een oude waterburcht met een streekmuseum en dan misschien nog het beulshuis, eertijds de zetel van de laatste scherprechter ter plaatse, thans informatiekantoor voor toeristen – dat was het wel zo’n beetje. Verder naar de duivelsstenen, een rotsachtig bastion met een onbelemmerd uitzicht op Moravië. Koffiestop in het van medeklinkers vergeven Hhtel Křížový vrch, en daarna verder naar Lázně Jeseník, het voormalige Gräfenberg.

Zweten in de spa

Het kuuroord legt het dan misschien af tegen Karlovy Vary (Karlsbad) en co, maar het was wel mooi het eerste water-herstellingsoord ter wereld. Hydrotherapie is begin negentiende eeuw uitgevonden door Vinzenz Prießnitz, lang voordat een zekere Sebastian Kneipp het natte terrein betrad. En ook wie geen weekje halfpension met alle voorzieningen van dien in kuurhotel Priessnitz boekt – misschien een aardige cadeautip voor een ontspannend verblijf voor z’n tweetjes? – kan in Lázně Jeseník zijn lijf verwennen, in het spa- en wellnesspark zweten en in het Balneo-park pootjebaden in koud water. Maar je kunt ook een Schroth-therapie volgen in Lipová-Lázně of de zwavelbronnen in Velké Losiny bezoeken.

En wat staat daar vrolijk en ongegeneerd op een veld bij Bělá pod Pradědem met zijn karakteristieke handvormige bladeren naar ons te wuiven? Hennep, onmiskenbaar. ‘It’s technical cannabis’, lacht Kyle, een bekende Yamaha-dragcoureur. Hij is de baas van de Bairnsfather Distillery, die door het filteren van de planten (niet alleen hennep) hun spirit in de flessen weet te krijgen. Het meest prominente product van de al door Johnny Depp bezochte destilleerderij zijn diverse soorten absint. Dat juist dit goedje het zo vaak moet ontgelden, doet Kyle maar weinig. Zijn motto: Create your own reality – anders maken anderen gehakt van je.

Van de geest in en uit de fles naar al die allang gestorven min of meer vernuftige geesten die hun gedachten hebben overgeleverd op papier. Oftewel: op naar de papierfabriek Velké Losiny, waar al vierhonderd jaar lang papier wordt geschept, van oudsher gemaakt van de pulp van katoen- en linnenvezels. Dat ooit in het nabijgelegen renaissanceslot heksenprocessen plaatsvonden waarbij zelfs de vrome papiermakersvrouw Barbora Göttlicher in het openbaar werd verbrand, toont tragisch genoeg maar weer eens aan dat het aankomt op wat je met iets doet. Want zonder papier en boekdrukkunst had Malleus Maleficarum, beter bekend als de Heksenhamer, zijn verschrikkelijke inquisitiepraktijken vermoedelijk nooit binnen de 29 drukken van het boek kunnen verspreiden.

Naar de oude vader

Na het verplichte programma, dat ons zakken vol folders en souvenirs heeft opgeleverd – dank nogmaals aan Lenka en Lucie, Renata en Věra, Kyle en Jana – zijn we nu vrij voor onze kuur. In de met allerhande afgedankte landbouwwerktuigen volgehangen ontbijtzaal strijkt opeens een hele meute sprinkhanen neer. Een aan lange wandelingen verslingerde groep gasten doet zich in sneltreinvaart te goed aan het buffet en is vijftien minuten later alweer gevlogen. Nee, dan wij. Buiten in het zonnetje fonkelen onze levenslustige tweecilinders, die we vandaag nog de Praděd op willen drijven. De in het Duits Altvater (‘oude vader’) genoemde berg is met zijn 1491 meter niet alleen de hoogste top van het Hrubý Jeseník-gebergte maar van heel Moravië. Voor motorrijders is het een soort mekka: je moet er minstens één keer in je leven zijn geweest.

Onderweg naar de Praděd muteren hele cohorten van de homo sapiens tot de homo bussicus, die met pendelbussen naar de tussenstop Ovčárna worden gebracht. Van daaruit draait het alleen nog om spierkracht, ook voor de tolbetalers die met hun eigen vervoer zijn gekomen. Tenzij je bevoorrecht bent en een speciale vergunning bezit. Dan mag je ze lekker relaxed inhalen, al die ontbijtcalorieënverbranders die via een slingerend asfaltweggetje drie kilometer bergopwaarts sjokken. Een ware volksverhuizing. De een met zeven poedels in zijn kielzog, een ander met een MTB met dertig versnellingen, en iedereen zucht onder de hitte. Boven op de Praděd een fotosessie voor de televisietoren en een bezoekje aan het restaurant om de inwendige mens te versterken. Onder het genot van goulash en sla een tip: ook gasten die in het belendende eenvoudige hotel overnachten, mogen gratis de Praděd op. Succes!

Op een ererondje door het rustige, door donkerbruine houten huizen en een drankpaviljoentje gedomineerde kuuroord Karlova Studánka volgt een uitputtend bochtenparcours op de 44 naar Červenohorské sedlo. De op de kaart verleidelijk krullerige weg is gloednieuw. Boven op de pas kun je door de werkzaamheden aan de weg niet verder, maar moet je retour – wat het alleen maar leuker maakt, want verkeer is er nauwelijks. Wie hoeft dan nog zo nodig de Stelvio op? Als om die gedachte kracht bij te zetten, laat de Triumph de vonken vrolijk sproeien.

Broodje in een Tatra-wrak

Een stuk relaxter is de rit door het noordelijke puntje van het Hrubý Jeseník-gebergte bij de Poolse grens, met zijn fijnmazige netwerk aan wegen die doen denken aan de haarvaten van longen. Hier een korte pauze op strobalen voor Vidnava, daar het kasteel Jánský Vrch in Javorník, een juweel dat je het best van onderaf kunt bewonderen, een imposant contrapunt met de bouwvallen die je elders soms ziet. We gniffelen telkens om lollig en soms ook geil klinkende namen als Horní Fořt. En dan zijn we weer terug in U Petra, hongerig en wel.

Niet alleen dorstige zielen vereren de Lesní bar bij Lipové-Lázně met een bezoekje. De boshut is 8.760 uur per jaar geopend, maar doet het zonder personeel. Je laat het geld voor je in bronwater gekoelde drankjes achter in een kistje. Eerlijk gezegd is het ons een beetje te ver, en onze tankrugzak is nog goed gevuld. En dus kiezen we geen romantische maar een roestige plek om te picknicken, een al tijden uitgerangeerde Tatra-truck met een laadschop op zijn rug die, door struikgewas omgeven, elk moment de botanische eeuwigheid kan binnengaan. Junglekamp anno 2050?

Als een grote blauwe vlinder zeilt de Spirit Edition met krachtige vleugel- dan wel zuigerslagen over de glooiingen tussen Branná, Loučná nad Desnou en Vikantice, en brengt zo een beetje kleur, al is het maar even, in het onopgesmukte dagelijks bestaan van sluimerende oorden als Žárová en Pusté Žibřidovice. En dan opeens een formidabel zomers onweer, gelukkig net boven Staré Město, waar een kerkje bescherming biedt. Met Gimme Shelter van de Stones in ons oor spatten we er ten slotte vandoor, maar ver komen we niet. Het ‘Just a shot away’ dreunt nog na, de storm heeft bomen als mikadostokjes doen omvallen, de weg is door de brandweer afgezet. Geen probleem: we banen ons een weg langs afgezaagde takken en pakken onze rust. Net als gisteren op de 44 heeft ook de 11 bij Červená Voda met haar spaghettislierten op de Červenovodské sedlo een onweerstaanbare aantrekkingskracht op motorrijders. Al even onweerstaanbaar is de avondhemel met de ondergaande zon, zodat het uitstapje naar de bedevaartskerk Mariánsky Kopec op de ‘Berg van de Moeder Gods’ bij Králiky er enigszins bij inschiet en we op de terugweg door de mistig grijze nacht behoedzaam onze weg zoeken.

Bier en dansen

Maar ’s ochtends is alle kleur weer terug. Het schitterende auto- en motormuseum in Česká Ves toont een mix van vooral Oost-Europese merken en modellen, zoals Mirela, Ogar en Praga; en daartussen prijkt bijna exotisch een Ducati 750 Supersport. Die had maar even een kloeke 68 paardjes tot zijn beschikking, net zoveel als onze 900 Triumph van nu en genoeg om in volle aanval over de onberispelijk geasfalteerde 453 naar Zlaté Hory, eens een centrum van de Silezische goudmijnen, te galopperen. Niet te missen en nauwelijks te bevatten dat op zoveel plaatsen de tand des tijds zo heeft toegeslagen. Verlaten en vervallen huizen als de stomme getuigen van oorlog en verdrijving. De oude Duitse plaatsnamen hebben de heerschappij van de Habsburgers en later de nazi’s in het gebied dat ooit Protectoraat Bohemen en Moravië heette overleefd, althans op een aantal wegenkaarten. En wat ontdek je dan aan het oostelijk eindpunt van de 453? Hotzenplotz! Dat riekt naar een rovershol, maar het blijkt een door woonblokken gedomineerd dorp dat inmiddels Osoblaha heet en waar de Duitse naam allang uit de herinnering is verdwenen.

Oogstfeest in Slezské Rudoltice. In de wijde omtrek zijn de velden gemaaid en leeg, vermoedelijk tot de Oeral aan toe, maar hier en nu is het bal. Voor het fraaie slot een springkasteel en biertenten, er wordt gedronken en gedanst. Ondanks het feestgedruis wordt de weg vriendelijk vrijgemaakt voor de beide vreemde motorrijders. Die belanden zo linea recta via een halfverharde weg door het bos langs de Poolse grens in Město Albrechtice en op een gegeven moment ook weer in, verrassing, Freiwaldau alias Jeseník.

Geen verdienmodel

Toegift. De gesloten staalfabriek in Ostrava is hét adres als je van industriële architectuur met haar enorme sculpturen houdt. Het uitkijkplatform van Hoogoven 1 biedt een overweldigende blik op het complex, dat in zijn beste tijden 44.000 en bij de sluiting nog slechts tweeduizend werknemers telde. Wat dan wel weer een lichtpuntje voor het milieu was, want de kolen-staal-chemiemoloch was niet bepaald zijn beste vriend. Tijden veranderen. Bij het jaarlijkse festival Colours of Ostrava bracht Björk het publiek al in extase, en ook meervoudig olympisch kampioen Usain Bolt heeft zich, ondanks zijn hoogtevrees, met zijn handtekening op de Bolt-Tower laten vereeuwigen. En de toekomst? De EU wil cultuurmonumenten graag behouden, vertelt museumgids Hana Plachá, maar potentiële investeerders zijn huiverig, want ‘er moet wel een verdienmodel zijn’. Laten we dus maar hopen dat er in de toekomst niet alleen geld wordt gestoken in van oudsher succesvolle Tsjechische exportproducten à la Pilsner Urquell.

INFO

Tsjechië – dat zijn niet alleen 110 bierbrouwerijen en twee racecircuits. Maar ook de stille dalen, dichte bossen en boomloze kruinen van het Hrubý Jeseník-gebergte, een regio waar je met aanzienlijk minder dan tweehonderd pk óók uit het mannetje (of vrouwtje) bent.

HEENREIS

Via Praag door Tsjechië tot in het Oost-Boheemse Hradec Králové, daarna via een secundaire weg verder via Sumperk tot Jeseník in het centrum van het Hrubý Jeseník-gebergte – of via Dresden en Wrocław tot even voor Opole, aansluitend naar de Pools-Tsjechische grens bij Gluchotazy en verder naar Jeseník.

VERBLIJF

Aanbevelenswaardig is Penzion U Petra aan de rand van Jeseník, overnachting met ontbijt omgerekend vanaf 17 euro, tel. +420 604587818, www.upetra.cz. Een goede indruk maken ook Penzion Běla in Bělá pod Pradědem, +420 584420000, www.penzion-bela.cz; Penzion na Palubě in Mikulovice, tel. +420 588884630, www.napalube.com; Penzion Trombly in Loučná nad Desnou, tel. +420 606123252, www.penzion-trombly.cz; Hotel Křížový vrch ten noorden van Jeseník, tel +420 603216585, www.krizovyvrch.cz. Op de top van het Hrubý Jeseník-gebergte ligt Hotel Praděd, tel. +420 554779017, hotelpradedvysilac.cz; tegenover de staalfabriek Dolní Vítkovice in Ostrava het Ubytovna VP1, tel. +420 595955244, www.ubytovnavp1.cz.

MUNTEENHEID

Betaalmiddel is de Tsjechische kroon; 1 euro is 27 CZK. Benzine kost omgerekend ca. 1 euro per liter ‘Natural 95’.

Redactie
Redactie
De redactie van Motor.nl bestaat uit alle redactieleden van MOTO73 en Promotor. Redacteuren Marien Cahuzak, Jan Kruithof, Maikel Sneek en diverse freelancers zijn dagelijks actief voor Motor.nl.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen