zaterdag 27 april 2024

Toerisme Oostenrijk: onwaarschijnlijk mooi Kalkalpen

Bij het binnenrijden van Oostenrijk sturen we onze motoren doorgaans kaarsrecht richting de beroemde passen. Prima toch? Zeker. Maar als je van verrassingen houdt en de wereld eens voor jezelf wilt hebben, moet je het een keer helemaal anders doen. Hans Avontuur sloeg vóór Salzburg linksaf en belandde in droomterrein.

Hoe vaak ben ik bij Salzburg rechtdoor gereden? Vol verlangen naar de hoogste bergpassen van het Salzburgerland, Tirol en Karinthië. Vanuit mijn ooghoeken zag ik links van de weg ook bergen, maar om de een of andere reden heb ik nooit de aandrang gevoeld om af te slaan. Best gek, want één blik op de landkaart zegt genoeg: Nationalpark Kalkalpen, Nationalpark Gesäuse, Dachstein-massief, een fantastisch merengebied…

Dus doe ik het vandaag een keer helemaal anders. Na de snelwegkilometers draai ik noordelijk om de stad Salzburg heen en word ik al snel beloond met een prachtig decor van meren en bergen. Even bijkomen in mijn hotel op palen aan de Mondsee, de benen strekken in het Kurpark en daarna, vóór de zon onder gaat, nog een rondje door de omgeving. Borden vragen me vriendelijk om Langsam zu fahren, bitte. Het kost nauwelijks moeite. Het landschap is onwaarschijnlijk mooi in het gouden avondlicht.

Het dorpje Mondsee heeft grote tijden gekend, getuige een gigantische basiliek, een klooster uit 748 (!), een slot en herenhuizen in krullerig barok. En toen in de negentiende eeuw het bergtoerisme begon, was Mondsee al snel geliefd. Met stoomschepen werden uitstapjes over het meer gemaakt. Ik drink een biertje aan het water en verheug me op morgen.

Vroeg uit bed, een duik in het meer, gezond ontbijt, spullen op de motor, rijden. Ik heb de weg voor mezelf, want de eerste badgasten zullen pas in de loop van de ochtend arriveren. Slierten nevel trekken over de Mondsee en klimmen langs de hellingen omhoog. Houten boothuizen staan op de rand van oever en water.

Speelkwartier

Ik volg het asfalt door een kloof naar de naburige Wolfgangsee, gevolgd door de uitlopers van het Salzkammergut en het stijlvolle stadje Bad Ischl. Eerst een rondje door de statige straten met thee- en koffiehuizen, en winkels die al generaties lang in dezelfde familie zijn. Met de motor onder een boom geparkeerd, drink ik uitstekende koffie met zicht op het theater.

Bad Ischl dankt zijn roem aan de keizerlijke villa die aan de rand van het centrum staat, omgeven door een groot park. Het was de lievelingsplek van keizer Frans Jozef, ja, die van Sissi. Een bonusrondje door het centrum en dan terug de natuur in. Een bochtige route volgt de loop van een bergriviertje. Speelkwartier voor de BMW R1200GS. Alsof de bochten speciaal voor deze motor zijn aangelegd. Superstrak stuurwerk tot de vallei zich opent en de Attersee zich laat zien. Uitdrijven tot aan het plaatsje Seewalchen dat een museum heeft over Gustav Klimt. De eigenzinnige kunstenaar bracht tussen 1900 en 1916 zijn vakanties hier door en maakte dan prachtige werken.

Lees ook: Toerisme Frankrijk: Avesnois en Thiérache

Onze Gustav vond zichzelf geen bijzonder persoon en hij woonde zijn leven lang bij zijn moeder. Maar laat je daar niet door foppen. Gustav was een ondeugend mannetje en had tal van kinderen bij verschillende minnaressen. Geen idee wie Klimt is? Google hem even. Grote kans dat je de afbeeldingen van in goud gehulde vrouwen, vaak licht erotisch, wel eens eerder hebt gezien. Ze zijn miljoenen waard.

Doodlopende weg

Voorbij Gmunden, nog zo’n mooi stadje aan het water, volgt een lekker doorrij-traject met links de golvende heuvels van de Vooralpen en rechts de serieuze bergen. Het glooit, wendt en keert. Via smalle plattelandsweggetjes komen de Kalkalpen binnen bereik. Ik rijd door diepe dalen en klim naar de mooiste vergezichten. De toppen zijn niet hoog, maar omdat de dalen laag liggen is het hoogteverschil juist weer groot. Hem je ’m nog? Ik tel meer hoogtemeters dan op tal van beroemde bergpassen.

Mijn gps zegt dat ik moet omrijden, maar de landkaart laat een weggetje binnendoor zien. Vanuit het kleine Molln naar Trattenbach. Het proberen waard. Wie niet waagt, et cetera. Ik volg het mooie dal van de Krumme Steyrling. Dit is Oostenrijk puur: bergen, weilanden, bruggen, kapelletjes, boerderijen.

Richtingborden zijn er niet, althans, niet die ik nodig heb. En de gps wil al een half uur lang dat ik een U-bocht maak. Met de hulp van een ouderwetse wegenkaart probeer ik de juiste afslag te vinden. En dat lukt. De wereld wordt er nóg een stukje kleiner. En het asfalt verandert in gravel in zand. Geen punt. Daar weet de GS wel raad mee.

Tot een verbodsbord en een slagboom een einde maken aan het feest. Ik schat het aantal illegale kilometers in en kom tot de conclusie dat het er teveel zijn. Zeker in een Nationaal Park… Er zit niks anders op dan omdraaien, tot grote tevredenheid van gps-mevrouw die eindelijk ophoudt met zeuren over een U-bocht.

Terug op de juiste route wordt de pijn al snel verzacht door fijne bochten en mooi landschap in zacht avondlicht. Bij Trattenbach kruipt het asfalt hoger en hoger. Het smalle dal was vroeger het centrum van de messenmakerij. De meeste ambachtelijke fabriekjes zijn verdwenen, slechts een enkeling houdt het vak in leven.

Industrieel erfgoed in Scharnstein

Ik stuur tot hoog boven het dal. Het is er fijn rijden. Géén circuitbochten, maar werkbochten. Ideaal voor een allroad met een breed stuur. Opschakelen, remmen, terugschakelen, de hoek om en dan van onderuit, sleurend de bocht door. Elke keer opnieuw maakt de tweecilinder-boxer van die lekkere lange klappen.

De finish ligt een klein stukje verderop: Gasthof Blasl in Losenstein, al 150 jaar in dezelfde familie en een geliefd motoradres, onder meer dankzij een jaarlijks Guzzitreffen. Er staan enkele machines voor de deur en op het terras wacht een grote pot met Weizenbier.

Krap en hoekig

Bij het ontbijt gooi ik mijn plan om. Hotelbaas Georg Blasl heeft me overtuigd om binnendoor naar Mariazell te rijden, zijn favoriete traject. Het is volgens hem onontdekt terrein en ‘absolut traumhaft’. Er is geen woord van gelogen. Na een frisse, ietwat nevelige start, groeit de ochtend uit tot één van de mooiste die ik in Oostenrijk heb beleefd. Het is avontuurlijk, stil en bochtig. Zodra de weg is opgedroogd, zet ik de voeten stevig op de steps en tik ik de rijmodus in Dynamisch.

Lees ook: Route Noord-Holland langs vliegtuigwrakken uit de Tweede Wereldoorlog

De dalen van de Ybbs en de Ois brengen me naar het bedevaartsoord Mariazell, geliefd bij pelgrims die er komen bidden bij een Mariabeeld. Naar goed Rooms-Katholiek gebruik worden het beeldje allerlei wonderen toegedicht. Ik zoek het terras op van Hotel Goldener Löwe, geen goedkoop adres maar met uitzicht op de basiliek en de beste Topfenstrudel van de stad.

Het traject dat volgt, gaat dwars door het dal van bergrivier de Salza. Het is er spannend rijden over een onvoorspelbare weg. Luie en hoekige bochten wisselen elkaar af. Het asfalt laat je nooit in een ritme komen. Tot twee keer toe verkijk ik me op de loop van een bocht en moet ik in de remmen om mezelf niet tegen een rotswand aan te plakken.

De passen die volgen zijn ondanks hun bescheiden status allemaal even prachtig: Hengstpass, Niederalplpass, Lahnsattel. Goed, het gaat niet met dertig haarspeldbochten naar de top, maar de wegen zijn uitdagend, rustig én afwisselend. Het ene moment rijd je tussen lieflijke almen, drie minuten later word je omgeven door dramatische rotswanden.

Ik passeer de Hochschwabgruppe de Ybstaler Alpen, de mooie Brunnsee, het dorp Wildalpen en vraag me af waarom ik hier nooit eerder ben geweest.

In één klap beroemd

Het eindpunt komt langzaam maar zeker binnen bereik: Hallstatt. Het dorpje kwam in het nieuws omdat het, vlak voor Corona, werd overlopen door vooral Aziatische bezoekers. Jarenlang had het gewoon slaperig aan het meer gelegen, tot het als model dienst deed in de film Frozen. En bam! Wereldberoemd.

Vandaag zijn er geen files richting het dorp en ook de parkeerplaats is lang niet vol. Maar er is wel degelijk meer bedrijvigheid dan in de andere plaatsjes aan het water. Hallstatt zelf is autovrij dus parkeer ik de motor en loop ik op m’n motorlaarzen een rondje door het dorp. Tsja, wat zal ik zeggen. Mooi, lieflijk, leuk. Maar naar mijn persoonlijke smaak iets teveel een openluchtmuseum. Ik moet op zoek naar een passender slot van mijn reis.

De GS staat nog na te dampen in de schaduw van een boom als ik de startknop alweer indruk. Rap door de tunnel boven Hallstatt en linksaf richting het Tennengau, een rustige streek aan de voet van de machtige rotsen van de Dachstein. De wegen worden weer stiller, bochtiger en spannender. Ik doe mijn vizier dicht en zet de rijmodus in Dynamisch.

5 superstops

Gasthof See, See

Heerlijk terras in de schaduw van bomen aan de Mondsee. Perfect adres voor een vismaaltijd en een alcoholvrije sundowner. Of een alcoholrijke als je er ook blijft slapen. Informatie: www.gasthof-see.at.

Rathauscafé, Gmunden

Eersteklas gelegen aan plein en kade. De wereld wandelt er aan je voorbij en traditionele boten vertrekken er voor een rondvaart over het meer.

Landhotel Grünberg am See, Gmunden

Aan de overkant van het water. Vanaf het terras kijk je op het dorp, het kasteel en de bergen er pal achter. Informatie: www.gruenberg.at.

Pirker am Hauptplatz, Mariazell

In het pand van Hotel Goldener Löwe bevindt zich Pirker, een klassieker met behalve een perfect terras, ook het lekkerste gebak van het bedevaartsoord. Informatie: www.lebkuchen-pirker.at.

Strand Buffet, Hallstatt

Op ruim een kilometer vóór Hallstatt staat aan het meer een eenvoudige kiosk. Geen culinaire hoogstandjes, maar wel het beste uitzicht op het dorp.

Reisinformatie

De reis

Vertrekpunt Mondsee ligt op 960 kilometer vanaf Utrecht, via München en Salzburg. Ideaal te combineren met het Beierse Woud of de Allgäu. Voor de snelwegkilometers in Oostenrijk heb je een vignet nodig.

Overnachten

Wij sliepen in Mondsee direct aan het meer bij Seepension Hemetsberger. Fijne kamers in een huis dat deels op palen boven het water staat. Vanaf de steiger kun je de vermoeidheid van je af spoelen met een duik in het meer. Informatie: www.seepension.at.

Halverwege de rit staat in Losenstein het Familiengasthof Blasl, supergezellig hotel dat geliefd is bij motorrijders. ’s Avonds lekker met een biertje in de tuin of aan de bar. Eigenaar Georg is een encyclopedie voor routes in de omgeving. Informatie: www.gasthof-blasl.at.

Informatie

Interessante websites: www.oberoesterreich.at, www.austria.info.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen