vrijdag 13 december 2024

MotoGP Misano: Marc Márquez wint weer

Een licht regenbuitje zorgde ervoor dat een toch al enerverende Grote Prijs van San Marino in een minimum van tijd compleet op zijn kop werd gezet. Voor Marc Márquez kwamen de luttele druppels als een geschenk uit de hemel. Volgens de na Aragón opnieuw zegevierende Spanjaard werden die druppels gestuurd door de veel te vroeg overleden stichter van zijn team, Fausto Gresini. Terwijl Márquez in deze race alles goed deed, gokte Jorge Martin compleet verkeerd door van machine te wisselen. Dat gaf de als tweede gefinishte Pecco Bagnaia de kans om zijn achterstand in de titelstrijd ten opzichte van Martin terug te brengen tot zeven punten.

In zijn voorwoord van dit nummer van MOTO73 constateert hoofdredacteur Marien dat met septembeR de ‘R’ weer in de maand zit. Dus dat wordt weer massaal hoestabletten en keelsnoepjes slikken. En…. dat we ons de komende weken (waarschijnlijk zelfs de maanden oktobeR en novembeR) weer druk gaan maken over teamordeRs. Dat zou kunnen. Marien noemt in zijn voorwoord de situatie zoals die zich in 2022 tijdens de GP van Thailand voordeed. Toen besloot Johann Zarco, die op zijn Pramac Ducati op dat moment sneller was, achter Ducati-fabriekscoureur Pecco Bagnaia te blijven. Met als gevolg, dat niet de Fransman maar de Italiaan de zestien punten behorende bij de derde plaats pakte.

Comeback compleet: van der Mark wint weer in WorldSBK

Op het moment dat het begon te druppelen greep Marc Márquez de leiding en stond die niet meer af.

Voor Bagnaia en zo Ducati waren dat drie punten meer dan als hij als vierde de finish was gepasseerd. Voor de Italiaanse combinatie waren dat op dat moment drie heel belangrijke punten in de strijd om de wereldtitel die gaande was met regerend kampioen Fabio Quartararo op Yamaha. Dat er in Thailand binnen Ducati geen teamorders waren, blijkt niet alleen uit het feit dat Zarco zijn positie binnen het merk wist (mede omdat hij heel veel te danken had aan Ducati Corse-baas Gigi Dall’Igna die hem na een mislukt KTM-avontuur bij Ducati een nieuwe kans gaf), maar ook dat Bagnaia’s teamgenoot Jack Miller in deze race ‘gewoon’ als tweede kon en mocht eindigen. En dat met slechts een voorsprong van 1,2 seconde op de titelkandidaat van Ducati. Wat teamorders? Dall’Igna heeft altijd gezegd dat hij ervan uitgaat, dat zijn coureurs dondersgoed weten wat de belangen van Ducati zijn en daar naar handelen. Dat gold op het einde van het seizoen 2022 met name ook voor een andere Ducati-satellietteamrijder, Gresini-coureur Enea Bastianini. Zeker in Maleisië legde hij Bagnaia het vuur aan de schenen, maar werd uiteindelijk wel tweede en geen eerste. Dat deed deze Italiaan ook uit eigen belang, want het jaar erop werd hij binnen het fabrieksteam wel de stalgenoot van Bagnaia, die na een indrukwekkende inhaalslag in 2022 met Ducati toch nog wereldkampioen werd.

Bo Bendsneyder uit zijn Moto2-team gezet

In de Sprint verliep alles nog naar wens voor Jorge Martin (89). Hij won voor Pecco Bagnaia (1) en Franco Morbidelli (21).

Geen teamorders

Dit seizoen is de situatie voor Dall’Igna met zijn acht Ducati-coureurs compleet anders. Beter gezegd nog comfortabeler dan die al was. Met nog zeven confrontaties voor de boeg, waarin nog maximaal 259 punten te verdienen zijn, staat de eerste niet-Ducati-coureur pas op de vijfde plaats. Dat is Brad Binder. De Zuid-Afrikaanse KTM-coureur heeft maar liefst 151 punten achterstand op WK-koploper Jorge Martin. Bij de constructeurs bedraagt de voorsprong van Ducati op de nummer twee (KTM) liefst 229 punten (463 om 234). En bij de teams bezetten drie Ducati-teams, te weten Team Ducati Lenovo, Prima Pramac Racing en Gresini Racing MotoGP de eerste drie plaatsen. Deze cijfers in ogenschouw nemend kan er (opnieuw) vanuit worden gegaan dat er, hoewel de ‘R’ in deze maand en komende maanden zit, binnen Ducati geen teamorders zullen worden uitgevaardigd. Dat betekent niet, dat Gigi Dall’Igna niet met een probleem zit. Hoewel ‘probleem’, het is een situatie die hij zelf heeft gecreëerd. Wat te denken als niet Pecco Bagnaia maar Jorge Martin wereldkampioen wordt en vervolgens volgend jaar de prestigieuze ‘1’ op zijn nieuwe motor, notabene een Aprilia, mag plakken? Dall’Igna zal zeggen dat Ducati weer de titel heeft gegrepen en dat hij woord heeft gehouden door ieder van zijn coureurs te behandelen zoals van tevoren is afgesproken. Met deze verklaring zullen ook de grote sponsors van het fabrieksteam, Lenovo en Monster het moeten doen. De grote racebaas van Ducati heeft altijd gezegd dat de coureurs (en ook de teams) het op de baan moeten uitvechten. En dat is een standpunt waar iedere racefan blij om mag zijn. Voor volgend jaar wordt het trouwens interessant om te zien welke energiedrank op de kuip van de rode raketten prijkt. Blijft dat Monster? Of wordt het Red Bull? Want hieraan is de nieuw aangetrokken stercoureur Marc Márquez zo’n beetje heel zijn carrière verbonden.

Moto3 Misano: Veijer brengt Piqueras naar eerste GP-zege

Marc Márquez en Luca Gresini, de jongste zoon van wijlen Fausto Gresini, vieren gezamenlijk een gedenkwaardige GP-zege.

Verkeerde gok

Maar eerst nog dit jaar. Beter gezegd de GP van San Marino. Direct bleek, dat Pecco Bagnaia na zijn aanvaring met Alex Márquez in Aragón zich zowel op lichamelijk- als mentaal gebied aardig had hersteld. Want tijdens de kwalificatie op Misano verpulverde hij met 1.30,304 min. het absolute ronderecord. De eerste startrij werd gecompleteerd door nog twee rijders van de VR46-Academy (en zo Misano-specialisten), Franco Morbidelli en Marco Bezzecchi. Als vierde liet Jorge Martin zien, dat ook op dit circuit de Ducati-coureurs verreweg de snelsten waren. Na zijn indrukwekkende triomftochten in Aragón baalde Marc Márquez van het feit, dat hij door een val in Q2 nu pas als negende mocht vertrekken. Dat vertrekken zou juist op dit korte en bochtige circuit van essentieel belang zijn. Dat kwam direct al in de Sprint tot uiting. Martin had een raketstart en troefde grote favoriet Bagnaia al in de eerste bocht af. Vervolgens reed de Spanjaard foutloos met als gevolg dat Bagnaia zich op zure wijze tevreden moest stellen met plaats twee. Morbidelli (voor het eerst sinds Jerez 2021 zo weer eens met champagne in de weer) werd derde voor Bastianini en Marc Márquez. Was Bezzecchi niet ten val gekomen, dan was de Ducati-overmacht (met toch al voor de eerste keer de vier GP24-machines op de eerste vier plaatsen) nog groter geweest.

Voor dat Jorge Martin (89) een foutieve machinewissel maakte, ging het al bijna mis tussen de WK-leider en regerend wereldkampioen Pecco Bagnaia (1).

Al met al bouwde Martin door deze uitslag zijn WK-voorsprong op Bagnaia uit tot 26 punten. Laatstgenoemde wist wat hij op zondag tijdens de GP-race moest doen: dat was in de eerste plaats het verzilveren van zijn poleposition. Dat gebeurde nu wel. Maar onder andere weersomstandigheden dan op zaterdag. Het miezerde wat met als gevolg dat de wedstrijdleiding besloot dat er in de race direct van machine mocht worden gewisseld. Nadat Pedro Acosta al onderuit was gegaan, overkwam dit ook Franco Morbidelli. Laatstgenoemde was het eerste slachtoffer van de toenemende regenval. Door het werk van Pluvius schoof ook het veld in elkaar. Van dit veld, beter gezegd een grote kopgroep, was het Martin die vervolgens in de fout ging. Niet dat de Spanjaard onderuit ging. Nee, op het einde van de zevende ronde dook hij, notabene rijdend achter zijn grootste concurrent in de titelstrijd Bagnaia, de pitstraat in om van machine te wisselen. Het was een, voor velen onbegrijpelijke, gok die al snel verkeerd uitpakte, omdat de regen niet doorzette. Na terug te zijn gegaan naar een machine op slickbanden restte voor de WK-leider slechts de vijftiende plaats en zo één puntje (voor alle moeite). Onder de gegeven zeer tricky omstandigheden kwam weer eens het fenomenale kunnen van één coureur boven drijven. Dat was natuurlijk het kunnen van Marc Márquez. Eenmaal op kop sloeg hij direct een gaatje ten opzichte van Pecco Bagnaia, die gezien het belang van twintig punten zich dit keer al snel tevreden stelde met de tweede plaats. Enea Bastianini zorgde er vervolgens voor, dat er andermaal drie Ducati-coureurs op het podium stonden. Als vierde was Brad Binder dit keer de beste KTM-rijder.

Fabio Quartararo zorgde bij Yamaha voor een lichtpuntje.

Dramatisch

Terwijl Fabio Quartararo met een negende plaats in de Sprint en een zevende in de GP-race twee keer in de puntenrangen reed en zo in Misano voor een lichtpuntje bij Yamaha zorgde, konden de prestaties van zijn teamgenoot Alex Rins (negentiende en laatste) en de Aprilia- en Honda-coureurs dramatisch worden genoemd. Dat gold met name voor de fabriekrijders van het Italiaanse merk. Na Aragón scoorde Maverick Viñales ook op het naar de in 2011 op tragische wijze dodelijk verongelukte Marco Simoncelli vernoemde circuit geen enkel WK-punt. Dat laatste deed ook zijn stalgenoot Aleix Espargaró niet. Nog groter was het drama voor het toch al zo geplaagde Repsol Honda-fabrieksteam. Omdat Joan Mir last van buikgriep had, moest de Spanjaard besluiten helemaal af te zien van deelname aan de GP van San Marino. Op zondag moest ook Luca Marini besluiten om niet van start te gaan in zijn thuisrace. Ook de Italiaan bleek ziek te zijn. ‘Waarschijnlijk zijn ze ziek van Honda’, werd er al opgemerkt…. Al met al werd Johann Zarco als twaalfde weer eens de best geklasseerde Honda-coureur. Maar het verschil op de finish tussen de Fransman (die eveneens niet van machine wisselde) en winnaar Marc Márquez bedroeg meer dan een minuut! En nog was de gifbeker van de Honda Racing Corporation niet leeg. Want direct na deze voor het Japanse merk zo desastreus verlopen Grand Prix werd officieel bekend gemaakt, dat de Spaanse oliegigant Repsol na dit seizoen niet langer als hoofdsponsor van Honda optreedt. Zo komt er een roemloos einde aan een (uniek) samenwerkingsverband dat exact dertig jaar duurde. En waarin tot nu toe in de koningsklasse (500cc/MotoGP) maar liefst vijftien wereldtitels bij de coureurs, 183 GP-zeges en 455 podiumplaatsen werden behaald.

Nadat er op maandag na deze gedenkwaardige Grand Prix door de MotoGP-coureurs nog een belangrijke test werd afgewerkt, komen ze op 20 t/m 22 september opnieuw op het Misano World Circuit Marco Simoncelli in actie. Maar dan niet onder de naam van ‘Gran Premio Red Bull di San Marino e della Riviera di Rimini’ maar die van ‘Gran Premio Emilia-Romagna’. Nu afwachten of die net zo spectaculair gaat verlopen. Alles duidt daarop. Ook al omdat het verschil tussen de WK-favorieten Martin en Bagnaia is teruggebracht tot slechts zeven punten. En wat te denken van ene Marc Márquez? Die staat weliswaar op 53 punten van de eerste plaats, maar met hem is van alles mogelijk. Dat werd na Aragón ook weer in Misano weer eens duidelijk.

UITSLAGEN

Sprint Misano

13 RONDEN = 54,938 KM

1.Jorge Martin (E), Ducati, 19.56,502; 2. Pecco Bagnaia (I), Ducati, +1,495; 3. Franco Morbidelli (I), Ducati, +1,832; 4. Enea Bastianini (I), Ducati, +2,041; 5. Marc Márquez (E), Ducati, +6,469; 6. Pedro Acosta (E), KTM, + 6,796; 7. Brad Binder (ZAF), KTM, +9,979; 8. Jack Miller (AUS), KTM, +10,726; 9. Fabio Quartararo (F), Yamaha, +11,015.

Racegemiddelde winnaar: 165,2 km/u

MotoGP Misano

27 RONDEN =  114,102 KM

1.M. Márquez; 2. Bagnaia, +3,102; 3. Bastianini, +5,428; 4. Binder, +1,185; 5. Marco Bezzecchi (I), Ducati, +16,725; 6. Alex Márquez (E), Ducati, +17,582; 7. Quartararo, +17,642; 8. Miller, +19,327; 9. Fabio Di Giannantonio (I), Ducati, +27,946; 10. Pol Espargaró (E), KTM, +38,781; 11. Miguel Oliveira (POR), Aprilia, 46,386; 12. Johann Zarco (F), Honda, +1.02,637; 13. Takaaki Nakagami (J), Honda, +1.10,717; 14. Stefan Bradl (D), Honda, +1.17,547; 15. Martin, op één ronde.

Racegemiddelde winnaar: 163,5 km/u

Snelste ronde (20e): M. Márquez, 1.31,564 = 166,1 km/u (record)

STAND MOTOGP NA 26 VAN 40 RACES

1. Jorge Martin (E) Ducati 312
2. Francesco Bagnaia (I) Ducati 305
3. Marc Márquez (E) Ducati 259
4. Enea Bastianini (I) Ducati 250
5. Brad Binder (ZAF) KTM 161
6. Pedro Acosta (E) KTM 152
7. Maverick Viñales (E) Aprilia 139
8. Fabio Di Giannantonio (I) Ducati 119
9. Aleix Espargaró (E) Aprilia 119
10. Alex Márquez (E) Ducati 114
11. Marco Bezzecchi (I) Ducati 93
12. Franco Morbidelli (I) Ducati 90
12. Marco Bezzecchi (I) Ducati 53
13. Miguel Oliveira (POR) Aprilia 65
14. Fabio Quartararo (F) Yamaha 61
15. Jack Miller (AUS) Yamaha 58

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen