donderdag 10 juli 2025
Home Blog Pagina 143

Toertocht Belgisch Limburg: waar de heuvels zachtjes glooien

0
Toertocht Belgisch Limburg

Bij het Heuvelland denken we al gauw aan het zuiden van ons eigen Limburg. Met bochtig asfalt langs Valkenburg, Vijlen en Vaals. Maar die heuvels trekken zich van de grens niks aan. Dus steken we hem over naar Haspengouw in het Limburg van onze zuiderburen. Over fruit, regen en glooiend motorterrein zonder tegenliggers.

Er wordt geoogst. Grote kisten vol appels en peren staan aan de kant van de weg en tractoren slingeren met hun karren over de plattelandswegen van Haspengouw, de fruitstreek van Belgisch Limburg. Ik stuur de motor door zacht glooiend landschap. Geen diepe dalen of steile beklimmingen zoals we die rond Valkenburg en Vijlen vinden, maar plooien die geleidelijk op en af gaan. Een garantie voor een aangenaam ritme.

TankTasTocht #5 Limburg: Toer zonder grenzen

Het is na de snelwegkilometers heerlijk opwarmen in een kleine wereld. De dorpen, akkers, wegen, uitzichten, alles heeft een overzichtelijke menselijke maat. Iets om je prettig bij te voelen. Met de verdiende koffiepauze wacht ik tot Sint-Truiden, de mooie Grote Markt is er gemakkelijk te bereiken via een handvol straten door het sfeervolle centrum.

Op die van Sint-Niklaas na is de Grote Markt van Sint-Truiden de grootste van België, goed voor twee hectare. We hebben weinig aandacht voor de drie torens die het plein sieren. Een terras moeten we hebben. Goedemorgen mevrouw, koffie met gebak alstublieft, een vlaai met fruit uit de streek, uiteraard.

Sint-Truiden heeft monumenten, kerken, abdijen en musea in de aanbieding. De toppers: de Benedictijnenabdij die uit de 11e eeuw dateert, het Begijnhof en de Festraetsstudio waar Truienaar Kamiel Festraets in 1942 een astronomisch uurwerk bouwde. Opmerkelijk detail: Magere Hein slaat er het uur, of Pietje de Dood, zoals de Belgisch Limburgers zeggen.

Muizen en Jeuk

Voor de mooiste boomgaarden moet ik volgens de boekjes in het noordelijke deel van Haspengouw zijn, maar eerst daal ik verder af naar het zuiden. Voor mijn gevoel golft het landschap hier nadrukkelijker en oogt het allemaal wat authentieker met hellingen vol hoogstam fruitbomen. Die zijn niet het handigst en meest lonend voor de boer, maar wel het mooist. Opvallend: ik ben nog niet één andere motorrijder tegengekomen.

In Borlo besluit ik om de gps-route even te laten voor wat hij is en een rondje op gevoel te rijden door de heuvels rond de dorpen Jeuk, Rukkelingen en Muizen. Ook passeer ik het kasteel van Gingelom, in de 19e eeuw het huis van baron Erasme Louis Surlet de Chokier, het eerste staatshoofd van het onafhankelijk geworden België. Hij regeerde het nieuwe land tot er een koning was gevonden.

Het is zachtjes gaan regenen. Tempo aanpassen, regenkleding aan, rijmodus van de sportstand af. Het grootste nadeel zijn niet de druppels die op mijn ruitje en het vizier tikken, maar het vocht dat het wegdek steeds gladder maakt. Vooral de stroken tussen velden en akkers veranderen in een modderige glijbaan.

Aan de schoonheid van de streek doet het matige weer niks af. Ik stuur langs kastelen, kapelletjes, mooie en lelijke dorpen, boomgaarden en vierkantshoeves. De motor afwisselend in de tweede, derde en vierde versnelling. Het gaat te ver om de sfeer Frans te noemen, maar Haspengouw zit lekker los in de heupen. Alleen de namen van dorpen en gehuchten geven al zwier aan het leven: Horpmaal, Zammelen en Hoepertingen – ‘Hoepertingen, waar de meisjes op de jongens springen.’ De herkomst en betekenis van dit lokale gezegde blijven onduidelijk. Het zal wel met een bedenkelijke reputatie uit het verleden te maken hebben.

Honderd staalplaten

Iets onder Borgloon ga ik op zoek naar het Doorkijkkerkje, een kunstwerk van duizend op elkaar gestapelde stalen platen in de vorm van een kerk. Boerenwegen voeren me dwars door de boomgaarden. Rijpe appels en peren wachten om geplukt te worden. Ik heb er meesterlijk uitzicht op Groot-Loon, dat ondanks zijn naam een piepklein dorp tussen de heuvels is. Na wat zoeken en dwalen door een labyrint van wegen en paden sta ik op zo’n vijftig meter van het kunstwerk. Afstappen, de benen strekken en kijken. Grijze wolken jagen over het heuvelland.

Terug in het zadel rijd ik naar Borgloon. De voormalige hoofdstad van het graafschap Loon ligt op 130 meter hoogte en kijkt uit over de weidse omgeving. Ondanks de bescheiden status die volgde na de korte glorietijd, heeft het stadje altijd een zekere allure weten te behouden met plein, herenhuizen en een weelderig stadhuis.

Tot diep in de 20e eeuw werden de fruitbomen in Haspengouw alleen als bijverdienste en schuilplaats voor het vee gebruikt, tegen zon en regen. Het graan kwam op de eerste plaats, dan de koeien & co en pas op de laatste plaats het extraatje: fruit voor eigen gebruik. Dankzij de Engelsen die kersen wilden en de Duitsers die om appels vroegen, groeide het belang van de fruitoogst. Uiteindelijk werd Haspengouw ten koste van traditionele Belgische fruitstreken als het Waasland en Meetjesland de belangrijkste producent.

Ik maak nog een extra lus en rijd dan omhoog naar Tongeren. Verbodsborden maken het onmogelijk om eenvoudig naar de Grote Markt te rijden met het standbeeld van Ambiorix, de held die met zijn legers de Romeinen versloeg. Mijn gedwongen rondje om het centrum bezorgt me wel een mooie verrassing. Via de Moerenpoort bereik ik een prachtig, verstild hoekje stad: het Begijnhof. Alsof ik in de 17e eeuw ben beland. Er is een museum in een begijnenhuisje uit 1660 dat op de Werelderfgoedlijst staat.

Het geluid van de motor klimt omhoog tussen de historische huizen. Gezien de serene rust probeer ik het volume zoveel mogelijk te beperken. De gevels spiegelen in het natte wegdek van kasseien. Ik heb er even geen oog voor en probeer vooral om de motor recht en overeind te houden.

Het landschap golft en biedt tunnels van bomen.

Fruit en de pest

Eenmaal voorbij Tongeren rijd ik naar het noorden van de streek. Aan de route ligt een aantal fruitbedrijven dat op gezette tijden en soms op afspraak te bezoeken is. Dat gaat van klassieke fruittelers tot boerderijen waar op ambachtelijke wijze stroop, jam of appelsap wordt gemaakt. Bezoekers krijgen er met liefde uitleg over het werk.

Ik rijd inmiddels een van de mooiste stukken Haspengouw binnen, de streek rond Kerniel, Jesseren, Gors en Zammelen. Het water van bescheiden beken heeft het glooiende landschap gevormd en een laagje leem aan de bodem toegevoegd. En daar doen de fruitbomen het nou juist zo goed op. Sluipweggetjes voeren dwars door de boomgaarden. Het asfalt vaak vol gaten, kuilen en scheuren.

De fruitteelt heeft in Haspengouw een lange en soms ook bewogen historie. Er bestaat een document uit het jaar 1006 (!) dat al verwijst naar een vereniging van fruittelers. Lang niet altijd werd fruit als gezond beschouwd. Zo vreesden de mensen in de Middeleeuwen dat fruit de pest kon verspreiden. Er kwamen strenge regels over wat wel en niet mocht. Zo was het verboden om bepaalde kersen en pruimen op straat te verkopen.

Over de Middeleeuwen gesproken. Gezellige tijd was dat… In de Odulfuskerk van Borgloon zag ik eerder vandaag één van de beroemdste reliekschrijnen van België, je weet wel, een fraaie kist met daarin overblijfselen van een of meer heiligen, vaak een stukje bot of haar. Of het nu gaat om oprechte aanbidding of om een lucratief verdienmodel voor de kerk – er kwamen duizenden bedevaartgangers op af – bijzonder is deze zeker.

Het verhaal wil dat de heilige Odilia op terugweg van haar bedevaart naar Rome door de Hunnen op beestachtige wijze is vermoord. Aanvankelijk reisde ze samen met enkele jonge dames, later werden er wat namen bij genoemd, tot het plotseling om 11.000 maagden zou gaan. Het reliekschrijn is als een soort beeldverhaal beschilderd. Inclusief veel aandacht voor de onsmakelijke marteltoestanden.

Toerisme Wallonië, België: de lelijkste route van het land.. (of toch niet)

Ridders kijken of rijden

Gauw de heuvels in. Het is opgehouden met regenen. De weg droogt langzaam op. De rijmodus kan terug op standje lekker comfortabel doorrijden. Het is heerlijk om de bochten weer wat zorgelozer aan te snijden. Af en toe mogen de ogen van het wegdek en wat meer op de mooie omgeving. Prachtig.

Ik stop even bij Alden Biesen, een zogeheten Landcommanderij uit de 13e eeuw, zetel van de ridders van de Duitse Orde. Het is tot in detail gerenoveerd. Wie de tijd heeft kan er urenlang blijven hangen in de Franse tuin, het Engelse park, de waterburcht en de pronkkerk. Keuzemoment: ridders kijken of verder rijden? Ik ben er snel uit en tik de motor door zijn versnellingen: een, twee, drie, vier. Toerental niet te hoog.

Aan de horizon doet de zon een dappere poging om door het wolkendek te breken. Ik snijd op tempo een bocht aan. En nog één. En nog één. En…

Tekst loopt door onder de foto’s.

Fotografie: Hans Avontuur


Drie mooie stops

Grote Markt Sint-Truiden

Snel en gemakkelijk te bereiken. Waar je precies gaat zitten maakt niet zoveel uit. Vanaf elk terras kijk je uit over de op een na grootste Grote Markt van België.

De Stroopfabriek, Borgloon

In de volledig gerestaureerde stroopfabriek kom je alles te weten over het telen van het fruit en de verwerking tot onder meer sap en stroop (stroopfabriek.be).

Landcommanderij Alden Biesen

Een van de mooiste kasteelcomplexen van België met park, tuinen, voorburcht, waterburcht en kapel. Het is vooral een kwestie van kiezen (alden-biesen.be)


Reisinfo

De reis

Haspengouw begint grofweg onder Hasselt, de hoofdstad van Belgisch Limburg. Het is zo’n 160 kilometer rijden vanaf Utrecht.

Blijven slapen

Er zijn tal van mogelijkheden. Van eenvoudig tot luxe. De Pastorie in Gors-Opleeuw heeft zes kamers in de voormalige woning van meneer pastoor. Het adres is onderdeel van een sociaal initiatief om mensen aan werk te helpen dat bij hen past. Lekker terras in de tuin ook (depastorie.be). In het zuiden van de streek, in het dorp Batsheers, ligt wijndomein Marsnel met onder meer een B&B, goed restaurant en eigen wijnen (www.domeinmarsnil.be). Ook leuk: het Pachthof in Borlo. Gevestigd in een typisch Haspengouwse vierkantshoeve met kamers, nostalgische taverne en een museum over de Tweede Wereldoorlog (pachthof.com).

Informatie


Download de route Belgisch Limburg

MUTT Motorcycles Testevent: Minder cc’s, Meer Plezier?

0
MUTT Motorcycles

De ochtend begon fris en druilerig, maar ze stonden glimmend klaar: vier MUTT Motorcycles. Drie luchtgekoelde met Suzuki-blokken en MUTT’s zwaarste, de DRK-01 Deluxe 250 ABS. Dit topmodel is uitgerust met een vloeistofgekoeld CFMoto-blok. Nu wordt van MUTT’s gezegd dat ze meer bieden dan hun cc’s doen vermoeden. Tijd om te testen of minder gewicht en vermogen écht voor meer rijplezier kan zorgen.

Suzuki Testevent: Soezen onder de zon

Tijdens deze lezertest stappen we voor één dag in de motorschoenen van een Motor.nl-redacteur. Dat betekent dat we niet alleen gaan touren, maar ook mooie beelden moeten schieten, interviews afnemen en heel vaak gaan keren!


Mijn persoonlijke favoriet is de 125cc-Mongrel

Tjerk (61)

Tjerk, eigenaar van een fotowinkel, heeft een jarenlange ervaring met motoren. Hij heeft zijn dochter zelfs kortgeleden zelf leren motorrijden. ‘Ik heb m’n Kawasaki Versys 1000 ingeruild voor een Royal Enfield Interceptor 650, wat al een flinke stap terug in vermogen was. Maar dat heeft mijn plezier alleen maar vergroot! Dus nu wil ik weten: als ik nóg verder terugga in cc’s, wordt het dan nóg leuker?’

Tjerk stapt met een brede glimlach op de Mongrel 125. ‘Wat een plezier,’ lacht hij na zijn rit. ‘Dit is dezelfde weg waarop ik mijn dochter heb leren rijden. Toen stond ik hier zelf met een camera langs de kant en nu ben ik zelf degene die de lol beleeft.’ De lichte Mongrel bracht hem weer terug naar die dagen, waarin het niet ging om brute kracht, maar om het pure gevoel van rijden. ‘Deze motor heeft precies wat je nodig hebt. 11 pk lijkt weinig, maar het biedt precies genoeg om je volledig op de rijervaring te richten. Elke bocht, elke heuvel, alles voel je. Dit is motorpret in zijn puurste vorm.’


Gek op de DRK-01 Deluxe 250 ABS

Ivan (71)

Ivan, die al meer dan twintig jaar op een zware Kawasaki rijdt, overweegt steeds vaker een lichtere motor. ‘Het gewicht van een motor wordt belangrijker naarmate je ouder wordt,’ vertelt hij. ‘Ik was benieuwd hoe zo’n eencilinder zou voelen in vergelijking met mijn oude tweecilinder.’

Voor de test kiest hij de DRK-01 Deluxe 250 ABS, het nieuwe topmodel van MUTT, met een vloeistofgekoeld CFMoto-blok. ‘Deze motor heeft een compleet andere rijervaring dan de luchtgekoelde modellen. Vanaf het eerste moment voelde het alsof ik op een grotere motor zat. Het stuurgedrag is direct, hij is goed afgewerkt en de kracht is precies goed voor toertochten en woon-werkverkeer.’ Ivan is vooral onder de indruk van de balans tussen wendbaarheid en stabiliteit. ‘Hij concurreert met gemak met zwaardere 400cc-motoren. Voor iemand zoals ik, die niet impulsief een motor koopt, zou dit zeker een serieuze optie zijn. Licht, verfijnd en toch krachtig.’


Test de Mushman 250 ABS en DRK-01 Deluxe

Dewi (43)

Dewi werkt voor de luchtmacht en doet daar de IT. Ze rijdt motor sinds 2019 en zoekt een motor die bij haar lengte van 160 cm past. ‘Ik was nieuwsgierig naar een lichtere motor die meer aansluit bij mijn lengte. De Mushman ziet er compact en stoer uit, precies wat ik nodig heb.’

Na haar eerste rondje is ze meteen enthousiast. ‘De Mushman verrast me echt. Je bent snel op snelheid en het stuurgedrag voelt best strak. De bochten zijn even wennen, het stuur voelt voor mij best zwaar, maar na een paar kilometer wen je daar ook wel aan.’ Dewi houdt van de combinatie van wendbaarheid en een stoer uiterlijk. ‘Voor mij is dit geen hoofd-motor, maar wel eentje die perfect is voor erbij, voor binnendoor ritjes en gewoon lekker rond cruisen.’


Conclusie MUTT Motorcycles Testevent

De vier geteste modellen van MUTT leverden elk op hun eigen manier een unieke rijervaring. De luchtgekoelde Suzuki-blokken, waarmee MUTT ooit begon, blijven goede keuzes voor motorrijders die op zoek zijn naar een lichte motor met een retro-uitstraling. Het topmodel DRK-01 Deluxe 250 ABS laat zien dat MUTT niet bang is om te vernieuwen en mee te concurreren in het steeds populairder wordende segment van 400cc-modellen.

Of je nu kiest voor de lichte en wendbare Mongrel 125 of de sterkere en verfijnde DRK-01 Deluxe 250, vast staat dat een MUTT meer plezier biedt dan zijn cc’s doen vermoeden. Ze zijn wendbaar, betaalbaar en zitten vol karakter, een perfecte combinatie voor wie op zoek is naar puur rijplezier.

What the MUTT?
MUTT Motorcycles is in 2013 in Birmingham opgericht door Benny Thomas en Will Rigg. Zij besloten na vijftien jaar customizen van Harley-Davidsons, Indians en Triumphs een betaalbare custom te maken. Eentje die je makkelijk even pakt om de stad in te gaan of de bosweggetjes op te zoeken. De meeste MUTT’s worden verkocht in Engeland, Azië en Australië. En nu dus ook in Nederland: muttmotorcycles.nl

Onthult Royal Enfield op 4 november een elektrische motorfiets?

0

Het lijkt erop dat Royal Enfield van plan is om begin november 2024 zijn eerste elektrische motorfiets te presenteren tijdens de EICMA-beurs in Milaan. Het bedrijf uit Chennai heeft in het verleden vaker bijna-productierijpe concepten getoond op deze Italiaanse motorbeurs. Ditmaal zou het de bijna definitieve versie van zijn eerste zero-emissie model kunnen onthullen.

Interceptor Bear 650: Nieuwe Royal Enfield-scrambler

Het is algemeen bekend dat Royal Enfield werkt aan een serie elektrische motorfietsen voor zowel de Indiase als de internationale markt. Eerdere afbeeldingen van het ontwerpregistratie tonen dat de aankomende motorfiets, net als andere RE-modellen, een retro-look zal hebben met moderne stijlelementen. De teaser hint naar vergelijkbare designkenmerken, waaronder aluminium steunen.

De teaser van Royal Enfield toont een motorfiets hangend aan een parachute, zwevend boven de horizon. Dit doet vermoeden dat het de Flying Flea zou kunnen zijn, een naam die het bedrijf al eerder heeft vastgelegd. De ontwerpregistratie wijst op ronde koplampen, een druppelvormige tank, een zwevend instrumentenpaneel, lichtmetalen wielen en een cantilever-zitplaats.

De originele Royal Enfield Flying Flea (WD/RE) was een lichtgewicht motorfiets die Britse parachutisten gebruikten in WO II. Hij was ontworpen om samen met troepen gedropt te worden en kon makkelijk ruw terrein aan. Met een 125cc-tweetakt woog hij slechts 56 kg, wat hem zeer draagbaar maakte. Dankzij zijn compacte formaat paste hij in een speciale parachute-cradle. De Flying Flea stond bekend om zijn robuustheid.

De Flying Flea werd een symbool van Royal Enfield’s bijdrage aan militaire inspanningen en is tot op heden een historisch model. De teaser suggereert sterk een terugkeer van de Flying Flea, mogelijk met een moderne elektrische aandrijflijn, een grote accu en een krachtige elektromotor. Specificaties zijn nog niet bekend.

KTM Duke: 30 jaar innovatie in een unieke tentoonstelling

0

KTM viert 30 jaar Duke-geschiedenis met een speciale tentoonstelling in de KTM Motohall in Oostenrijk. De Duke wordt gezien als een baanbrekende motorfiets die het segment van naked bikes heeft gedefinieerd. Voor veel Europese motorrijders speelde de KTM Duke een cruciale rol in hun motor carrière. Beginnen op een Duke was een levensveranderende beslissing.

KTM onthult meer details automatische transmissie

De tentoonstelling ’30 Jaar Duke’ toont de complete evolutie van het model, met 15 motorfietsen van verschillende generaties en uitvoeringen. Het is een must-see voor motorliefhebbers die KTM’s thuisbasis bezoeken. De showcase ging open op 12 oktober en zal diep ingaan op de wortels en geschiedenis van dit iconische motormodel.

De KTM Duke heeft een bijzondere betekenis voor veel motorrijders vanwege de manier waarop deze motoren hun leven heeft beïnvloed. Het is een motorfiets die niet alleen indruk maakt door zijn prestaties, maar ook door de persoonlijke verhalen en herinneringen die ermee verbonden zijn.

Morbidelli T1002VX: betaalbare ‘Italiaanse’ adventure?

1

Het Italiaanse motormerk Morbidelli, onderdeel van de Keeway Group, introduceert een nieuwe maxi enduro. De T1002VX heeft een 997cc-V2 die 87 pk levert en kost in Italië minder dan 10.000 euro.

De T1002VX lijkt sterk op de MBP 1002 V, die gepresenteerd werd op de EICMA 2023 motorshow. Beide merken vallen onder de Keeway Group, eigendom van het Chinese bedrijf Qianjiang. De motor is ontwikkeld en geproduceerd door Gaokin, een toeleverancier van motoren aan diverse merken wereldwijd.

De T1002VX heeft een hoekig ontwerp dat het frame en vooral de 80° V-twin benadrukt. De motor levert 87,2 pk bij 7.500 tpm en een maximaal koppel van 89 Nm bij 5.250 tpm. De motorfiets heeft een 20 liter brandstoftank en instelbare KYB-vering.

Geschiedenis Moto Laverda #1: De jaren vijftig & zestig

Het remsysteem is van J.Juan en omvat dubbele schijfremmen voor en een enkele achter, met standaard Bosch ABS Pro. De T1002VX heeft vier intelligente rijmodi die de gasrespons en ABS aanpassen aan verschillende omstandigheden.

De motor is uitgerust met het Morbidelli Connect-systeem, waarmee je via een app verbinding kunt maken en functies kunt monitoren. Standaard accessoires zijn aluminium koffers, verwarmde handvatten en zadel, verlichte knoppen en een 7-inch TFT-display.

De Morbidelli T1002VX zal vanaf november beschikbaar zijn bij Italiaanse Keeway dealers voor een prijs van 9.990 euro, inclusief zijkoffers en topkoffer. De garantie bedraagt 3 jaar.

We zijn benieuwd of we deze motorfiets ook in Nederland mogen verwelkomen.

Dainese Smart Air: Intelligente Motorairbag Innovatie

0

De nieuwe generatie Dainese Smart Air is een geavanceerd airbagsysteem voor motorrijders dat veiligheid, intelligentie en veelzijdigheid combineert. Het systeem maakt gebruik van D-air® technologie, met een nauwkeurig algoritme, snelle opblaastijd en hoogwaardige materialen voor optimale bescherming. De airbag voldoet aan CE-level 2 eisen zonder extra protectors.

Dainese D-air Smart Jacket: besparen op motorkleding, investeren in veiligheid

Het slimme ontwerp omvat het FRS ‘Fast Replacement System’ waarmee rijders zelf tot drie keer het gaspatroon kunnen vervangen. Via de Dainese D-air® app kan het systeem eenvoudig gereset worden en kan men de status, batterij en technische ondersteuning monitoren.

Feedback van consumenten heeft geleid tot een lichter en compacter systeem dat zowel over als onder de meeste jassen gedragen kan worden. Het is geschikt voor weg- en licht offroad gebruik. De Dainese Smart Air is verkrijgbaar bij Dainese dealers voor een adviesprijs van €649,00, ondanks de verbeterde technologie.

Energica failliet: einde elektrische motorfietspionier

0

Na ons eerdere bericht over de crisis bij Energica heeft de pionier op het gebied van elektrische motorfietsen, zijn faillissement aangevraagd. Een door de rechtbank benoemde curator zal nu de resterende bezittingen van het bedrijf te gelde maken om de schuldeisers zoveel mogelijk te kunnen betalen. Dit betekent helaas het einde van Energica in zijn huidige vorm.

De beslissing om het faillissement aan te vragen werd genomen door het bestuur van Energica Motor Company SpA op 14 oktober 2024. Zij zagen zich genoodzaakt deze stap te zetten vanwege aanhoudende financiële problemen, veroorzaakt door moeilijke marktomstandigheden en teruglopende investeringen in de sector van elektrische voertuigen.

Crisis dreigt bij Energica

Hoewel Energica in 2021 nog recordresultaten boekte met het model Experia en de omzet verdubbelde ten opzichte van voorgaande jaren, bleek dit onvoldoende om het tij te keren. Zelfs pogingen om nieuwe investeerders aan te trekken mochten niet baten. Het bedrijf zat uiteindelijk zo in de financiële problemen dat een gerechtelijke liquidatie onvermijdelijk werd.

De curator zal nu de bezittingen van Energica, zoals productiemiddelen, patenten en intellectueel eigendom, proberen te verkopen. Met de opbrengsten zullen de schuldeisers volgens een wettelijk bepaalde volgorde worden betaald, waarbij onder andere achterstallige salarissen van werknemers en belastingschulden voorrang krijgen.

MotoManiac 2025: grootste Freestyle Motocross (FMX) event van Europa komt naar Nederland!

0
Motomaniac 1200x800

Op 3 mei 2025 wordt het Gelredome in Arnhem het decor voor de eerste editie van MotoManiac, een grensverleggend motorsportevenement dat voor het eerst Freestyle Motocross (FMX) en indoor trial combineert. Als het grootste FMX-evenement van Europa én het enige FMX-evenement in Nederland, is dit een unieke kans om wereldkampioenen in actie te zien. Met grote namen zoals Maikel Melero, Dany Torres, Fred Wasner en Benoit Bincaz belooft MotoManiac 2025 een avond vol spanning en sensatie. De wereldkampioenen zullen hun skills tonen onder de meest uitdagende omstandigheden, terwijl spectaculaire showelementen het visuele spektakel versterken.

Entertainment

Naast motorsportstunts van wereldklasse biedt MotoManiac compleet entertainment met een internationale DJ, pyro-artiesten en andere verrassende acts die het publiek voortdurend in de greep houden. Dit evenement is een sensationele belevenis voor alle doelgroepen – of je nu met familie, vrienden of collega’s komt. MotoManiac is de perfecte avond uit voor jong en oud, voor liefhebbers van extreme sporten én voor mensen die gewoon op zoek zijn naar een avond vol adrenaline! Kaarten vanaf 39,50 euro zijn verkrijgbaar via www.motomaniac.com.

Wat is FMX en indoor trial?

Freestyle Motocross (FMX) is een spectaculaire motorsport waarbij de rijders indrukwekkende sprongen en gewaagde combinaties hoog boven de grond uitvoeren. Indoor trial richt zich op het technisch overwinnen van obstakels, waarbij rijders hun balans en precisie tonen. De combinatie van deze twee disciplines in één evenement is een primeur en maakt MotoManiac tot een uniek spektakel.

BMW C 400-scooters vernieuwd voor 2025

0

De vernieuwde middenklasse scooters van BMW, de C 400 X en C 400 GT, hebben een opgefriste look gekregen voor 2025. Daarnaast zijn ze voorzien van uitgebreidere elektronica en meer bergruimte onder het zadel.

De C 400 X heeft een sportiever karakter, terwijl de C 400 GT meer gericht is op comfort en toerisme. Beide modellen delen hetzelfde technische platform. De 400cc-eencilinder voldoet aan de Euro 5+ normen, maar is verder ongewijzigd gebleven qua prestaties.

Bouwt Chinese autogigant BYD een elektrische motorscooter?

Op elektronisch vlak zijn er wel flinke stappen gezet. Standaard zijn de scooters nu voorzien van BMW Motorrad ABS Pro, een bochten-ABS dat blokkerende wielen en het omklappen van de scooter bij hard remmen voorkomt. Ook Dynamic Brake Control en tractiecontrole behoren tot de standaarduitrusting.

Het dashboard is gegroeid naar 6,5 inch en volledig verbonden via de BMW Motorrad Connected app. Hiermee kun je bellen, muziek luisteren en navigeren tijdens het rijden. De GT-versie is optioneel leverbaar met een nog groter 10,25 inch scherm.

De opbergruimte onder het zadel is flink toegenomen: 3 liter extra in de C 400 X en zelfs 12 liter meer in de C 400 GT. Ook nieuw is de 43,5 liter topkoffer met interne verlichting en USB-lader. Diverse accessoires zoals carrosseriebescherming en handkappen zijn leverbaar.

Geelbroek: zo scabreus als de pest – aparte plaatsnamen

0
Geelbroek

Na Lull en Kuttingen, Reeth en Rectum, Achterom en Poepershoek mag je gerust stellen dat we de voornaamste scabreuze plaatsnamen in Nederland wel hebben gehad. Wat rest, zou je kunnen zeggen, is B-categorie. Zoals Kruishaar, verleden keer, en nu Geelbroek.

Scabreus, vond mijn vrouw, ik niet. Toch zijn we er geweest en wat bleek? Zo scabreus als de pest! Zo reisden ooit tientallen chicks naar deze omgeving, en niet om eerpels te rooien. En wat betekent ‘Die het de knien los in’t hok lop’n’? Nou …? Verder leren we over het droevige lot van Paosie en vertelt Jan Strijk waarom hij als boerenzoon zo’n hekel had aan vliegen. Grootste verrassing? Die volgt als we in Grolloo een broodje eten. Van wie is toch dat beeld waarnaast alle bejaarden een selfie maken?

Geelbroek ligt ergens goed verstopt onder Assen, net naast het nationaal park Drentsche Aa maar daarvan duidelijk te onderscheiden. Het is één en al boerenland, met grote, strakgetrokken percelen tussen verre houtsingels en bosschages. Niet per se mooi. De gps voert ons naar Eleveld waar we pardoes stuiten op een grote boerderij met in de voortuin het bordje Boermarke Eleveld/Geelbroek. Daar zullen ze vast meer weten, maar boer Evert Smeenge is te druk. Hij verwijst ons naar Jan Strijk in Ekehaar: ‘Die kan je veel meer vertellen.’

Benedenknijpe: MeToo avant la lettre? – aparte plaatsnamen

Snor

Dat geeft houvast en dat hebben we nodig ook want de ontvangst in Geelbroek is laten we zeggen teleurstellend. Als we er na veel vijven en zessen arriveren – het is echt een uithoek, ergens verloren tussen grote, moeilijk te definiëren landerijen –, lopen we tegen een muur van stilzwijgen. Er staan welgeteld vier huizen en de eerste die we tegenkomen, is een oude dame die net haar dagelijkse wandeling maakt. Ze hoort me uit maar op mijn vraag of ze als tegenprestatie geen verhaal voor mij heeft – zonder verhaal ben ik nergens – geeft ze niet thuis. En datzelfde overkomt me bij het huis waar ik op haar advies aanbel – mevrouw maakt een heel gastvrije indruk, roept haar man maar deze, in het bezit van een mooie snor, zegt zware hoofdpijn te hebben en wijst mijn verzoek om een verhaal om niet nader te preciseren redenen af.

Daar sta je dan, machteloos om niet te zeggen voor lul en stilletjes druipen we af, naar het nabijgelegen Grolloo – volgens de gps kunnen we daar terecht voor een broodje. Het wordt de eerste verrassing van de dag. Nooit geweten dat Grolloo zo mooi is, met allemaal rietgedekte boerderijen onder hoge eikenbomen, geen enkele rechte straat en zowaar hier en daar een weitje tussen de huizen. Mooiste plek: het terras van café-restaurant Hofsteenge, midden in het dorp, vanwaar we een riant zicht hebben op hetgeen zich afspeelt op de kruising van de Hoofdstraat en de Voorstreek.

Opvallend: de grijze golf die goed gedekseld en op elektrische fietsen langstrekt – Grolloo is een echte toeristenfuik. En wat doen deze bejaarden graag? Zichzelf afbeelden naast het borstbeeld in het plantsoentje recht tegenover Hofsteenge – het moet een hele hotemetoot zijn die daar staat. Natuurlijk lopen we er even naartoe en … nee maar … Harry Muskee … Cuby, mijn god, Cuby … van de Blizzards … verdomd, die woonde hier en op slag ben ik om. Een van de idolen uit mijn jeugd! De man die zich onsterfelijk maakte met Things I remember (‘I love you, I love you, I love you …, hij schreeuwt het uit) en Gin House Blues en Somebody will know someday, met dat fantastische thema op piano van Herman Brood – het beste dat de Nederlandse popmuziek ooit heeft voortgebracht.

Ons mam

We haasten ons de Voorstreek op, naar het voormalige woonhuis van Harry, een Saksisch boerderijtje, stampvol memorabilia. We treffen het. Roelof Enting (65) opent net de deuren van het museum en ‘jazeker heb ik Harry gekend, heel goed zelfs, hij was onze buurman.’ Roelof was zeven toen de zanger zich hier vestigde. Een échte Drent, herinnert hij zich, met beide voeten op de grond en geen poeha. ‘Aardige vent ook. Je kon met hem lachen. En hij sprak de taal. Hij was er één van ons.’ Wat niet wil zeggen dat hij meteen werd geaccepteerd, met zijn lange haren en de ‘pestherrie’ die ze produceerden. Roelof: ‘Je weet toch wel wat ze van de Drenten zeggen … Uit turf, jenever en achterdocht heeft de Heer de Drent gewrocht. Zo werd hij in het begin ook bekeken, met de nodige argwaan. Maar dat was snel over.’

Een belangrijke rol daarbij was weggelegd voor Harm en Grietje Hofsteenge, de toenmalige uitbaters van het café-restaurant die zich over Harry ontfermden. Hij zou er vele avonden verblijven en Grietje liefkozend ‘ons mam’ noemen – ze deed zijn was en steeds als de jongens terugkwamen van een optreden, lagen er in het café kippenpootjes voor hen klaar.

Toen Muskee naar Grolloo verhuisde, in 1965, werd het dorp nog uitsluitend door boeren bewoond. Roelof weet nog dat hij met wat vriendjes stond te luisteren als de groep in het boerderijtje repeteerde en ‘dat Engels … dat was voor ons iets heel aparts … dat kenden we helemaal niet.’ Lachend: ‘Op goed moment stond in de krant dat Herman Brood wegens het bezit van LSD in de gevangenis was verdwenen. Maar LSD, dat zei de boeren helemaal niets. Wat voor drankje zou dat wel wezen?’

Onderbroek

De komst van Muskee betekende ook dat het dorp destijds werd overspoeld door een geile golf, zijnde tientallen groupies die vanuit het hele land naar Grolloo trokken om de eenzame blueszanger wat comfort te bieden. In de woorden van Roelof: ‘Harry had op al zijn onderbroeken een handtekening kunnen krijgen.’ En uit het boek ‘Somebody will know someday’ van Koert Broersma: ‘In de vroege ochtenduren lagen de meisjes van vijftien, zestien jaar hier al buiten op de veranda (van café-restaurant Hofsteenge – PV) … Mijn moeder (Grietje Hofsteenge- PV) haalde ze naar binnen en vroeg wat ze van plan waren. Nou, ze wilden allemaal naar Harry toe … Meestal gaf ze die meisjes wat te drinken en zette ze hen terug op de bus naar Assen.’ Mooiste wat we over Muskee te horen krijgen, komt uit de mond van Roelof. Aan het eind van het gesprek concludeert hij: ‘Harry is zijn achtergrond altijd trouw gebleven.’

Omdat we pas in de namiddag bij Jan Strijk terecht kunnen, maken we van de nood een deugd en pikken de TT-route op. 65 Kilometer scheuren over historische gronden want de route voert van Assen via Rolde naar Borger en weer terug, over het parcours waarop in 1925 de eerste TT werd verreden. Later komen we ook nog langs het officiële TT-circuit – gi-gan-tisch wat ze daar in het zuiden van Assen hebben neergezet. Ook gezien: het Herinneringscentrum Westerbork, bij Hooghalen. Nooit geweten dat het Durchgangslager Westerbork vanwaar in de Tweede Wereldoorlog meer dan honderdduizend joden en enige honderden Sinti, Roma en verzetsstrijders naar de concentratie- en vernietigingskampen werden afgevoerd, zo dicht bij Assen lag. Het Kwaad is soms vlakbij.

Wonderlijk genoeg blijkt over Geelbroek veel meer te vertellen dan wij in eerste instantie dachten. Die kennis danken we aan Jan Strijk, veeboer in ruste – hij is 82 – maar al jaren gegrepen door zoiets als het virus van de geschiedenis. Hij ontvangt ons thuis in Ekehaar, op het terras met zicht op de moestuin – de kool staat al flink in het blad. ‘Geelbroek’, steekt hij meteen van wal, ‘dankt zijn naam aan het geel van de gagel en de brem, en broek staat voor het feit dat het vroeger onland was.’ Onland? ‘Een moerassig gebied, moeilijk bereikbaar en niet geschikt om te boeren. Zo groeide er moeraspaardenstaart en dat is voor herkauwers giftig.’

Gespuis

Er zijn meer redenen waarom Geelbroek vroeger een slechte naam had. Volgens Strijk hebben er vermoedelijk plaggenhutten gestaan waar de eekschillers woonden. ‘Dat waren heel arme mensen die hier in het voorjaar de bast van de eiken kwamen schillen. Eenmaal gedroogd en gemalen noemden ze dat eek en eek bevat looizuur, toentertijd onmisbaar in de leerlooierij.’ Ook zouden er dieven naar Geelbroek zijn verbannen en ander gespuis. Resultaat van dat alles? Als kinderen in Ekehaar vroeger stout waren, kregen ze, Strijk weet het nog goed, te horen: ‘Als je dat nog eens doet, ga je naar Geelbroek.’

Als uithoek figureert Geelbroek in Drentse gezegden als ‘Men kan het in Geelbrook wal heuren’ en ‘Gao toch hen Geelbrook lilkers (kikkers – PV) vangen’. Ook is het doorgedrongen tot de Nederlandse taal getuige de zegswijze ‘Ga naar Geelbroek en eet droog brood’, een verwijzing naar de armoede ter plaatse. Maar al googelend beleef ik het meeste plezier aan de Drentse zegswijze ‘Die het de knien los in’t hok lop’n.’ De hoofdredacteur dezes, een Drent tot achter zijn oren, moest eraan te pas komen om duidelijkheid te verschaffen. ‘Dat betekent dat een vrouw onder haar truitje geen bh draagt. Knien zijn konijnen.’

Keren we terug naar Jan Strijk. Over de armoede in Geelbroek heeft hij nog wel een verhaal. ‘Voor de oorlog woonde er een voddenman, de ouwe Paosie. Hij ging met de hondenkar langs de huizen, mijn vader heeft het nog meegemaakt. Die man was zo arm dat hij van de gemeente bijstand kreeg. Niet in de vorm van geld. Nee, hij mocht voor een rijksdaalder levensmiddelen halen bij mijn oom, Hendrik Ratering. Dat mochten echter geen luxe artikelen zijn, alleen het hoognodige. Dus geen suiker, zout of tabak. Alleen maar spullen zodat-ie niet dood zou gaan!’

Verschrikkelijk

Met de goede oude tijd hoef je bij Jan Strijk dus niet aan te komen. Dat blijkt wel als we het nog even hebben over de grote veranderingen op het platteland, door de ruilverkaveling en de intensivering van de landbouw. ’Vijfenzeventig procent minder insecten’, begin ik zorgelijk waarop Strijk zich zijn jeugd herinnert als boerenzoon. ‘’s Ochtends met de hand de koeien melken ging het nog wel. Maar ’s avonds stikte het van de vliegen. Kreeg je om de haverklap een klets van die staart om je oren. Of trapte de koe de melkemmer om. Of je werkte met het paard en die werden toentertijd ingesmeerd met hertshoornolie. Nou, dat stonk verschrikkelijk. Ik was toch blij toen het wat minder werd met die insecten.’ Arme beesten, en dat geldt zowel de koe, het insect als … de mens.

Foto’s: Paul Vreuls