vrijdag 29 maart 2024

2014: Michael van der Mark, wereldkampioen én vrachtwagenchauffeur

We gaan terug terug naar 2014. Michael van der Mark is zojuist wereldkampioen Supersport geworden en wij hebben een interview met Van der Mark. In een vrachtwagen, met Michael als chauffeur.

Haast ontelbare jaren stonden we droog. Kurkdroog. Tot jerez 2014. In dé race van het jaar – en misschien wel van het decennium – werd michael van der mark met de nederlandse pata honda wereldkampioen supersport! De bekroning van jaren bikkelhard werken. Op de motor, met zichzelf en ook zeker in de vrachtwagen.

Het lukt echt zelden iemand om zonder steken tot hier te komen’, klinkt het met veel respect. Niet alleen op de Pata Honda CBR600RR maakt Michael van der Mark dus keer op keer diepe indruk, ook met de vrachtwagen blijkt hij een wonder op wielen te zijn. Want de ‘aanvliegroute’ naar één van de zestig vaste klanten van Van der Mark Transport Rotterdam kent bijna net zo veel uitdagingen als de weg naar de wereldtitel Supersport, maar aan Michael merk je helemaal niets. Terwijl hij zo’n tweehonderd meter achteruit rijdt, inclusief twee scherpe bochten, slalomt hij – met onwaarschijnlijk gemak – tussen schoolgaande jeugd, een niet oplettende scootmobiel, twee ‘luxe wagens’, een vork­heftruck met haast, en gemeen omhoog staande trottoirbanden. En dat ook nog, al pratend over het bijzondere weekend op Jerez. ‘Ik heb klaar­blijkelijk m’n dag’, klinkt het droog als we op de plaats van bestemming aankomen. Meer Michael van der Mark wordt het echt niet. Pochen wil hij niet, pochen kan hij waarschijnlijk niet eens. Toch is het commentaar van de net aanrijdende Henk van der Mark veelzeggend: ‘Michael is een echte chauffeur, veel meer dan ik. Natuurlijk, ik kom er ook wel, maar niet zo gemakkelijk als het bij hem gaat. Dat heeft hij al van jongs af aan, toen hij begon met het wassen van de vrachtwagens. Voordat ik het wist reed hij bij ons op het terrein. Omdat hij toen nog zo klein was, stond hij letterlijk achter het stuur en wist hij op één of andere manier bij dat gaspedaal te komen.’

Ook de basis van het racen ligt aan de Overschieseweg in Rotterdam, ingeklemd tussen de A20 en de A13, op een steenworp afstand van Rotterdam The Hague Airport. Op de dam van het transportbedrijf racete Michael met zijn neef Kevin Bakker op alles wat wielen had. 

Lees ook: ‘Gemeente Rotterdam’ krijgt lachers op z’n hand met brief naar Michael van der Mark

Dat begon heel rustig met een skelter met trappers, maar al snel moest  er natuurlijk een motortje op komen, want zonder ging het de twee veel te langzaam. Michael, die zijn eerste vier levensjaren in Moordrecht  doorbracht: ‘Dat we het allemaal overleefd hebben, is echt een wonder.

Ze vragen mij wel eens naar de gevaren van de motorsport. Die mensen hebben mij vroeger vast niet over ons terrein zien gaan. Zo stonden de lege trailers altijd achterin. Door die iets naar voren te rijden, met net voldoende tussenruimte, konden we daar precies vol gas tussendoor,  maar dan mocht er echt niets misgaan.’ Datzelfde gold ook voor het terugdraaien op de Overschieseweg, de dijk langs de Schiedamse Schie  en een veelgebruikte route voor vrachtwagens. ‘De chauffeurs van ons bedrijf wisten wel dat wij zomaar vanuit een blinde hoek konden opduiken, maar alle anderen niet. Na een paar ‘ontsnappingen’ besloten we toch maar wat pionnetjes neer te zetten. Het was een schitterende tijd, we kenden geen stress en hadden geen druk. Het ging om zo veel mogelijk lol maken’, klinkt het terwijl Van der Mark met spanbanden een groot ijzeren geraamte vastzet op de vijftien meter lange trailer. Het is haast niet te geloven dat dit ook de wereldkampioen Supersport is, zo handig is hij met die onmogelijke spanbanden en de zware steunpalen. Totdat zo’n lekker paaltje op z’n vinger valt… Wat volgt is geen gevloek, maar een triomfantelijk omhooggehouden blauwe vinger en een brede glimlach. Van der Mark is duidelijk in z’n element en praat met iedereen honderduit over het racen, maar ook over dingen waar je over praat als je staat te wachten: weer, vrouwen, werk, afgewisseld met heel veel humor. Tot aan dit seizoen was Van der Mark fulltime in dienst bij z’n pa en maakte hij 80.000 kilometer per jaar. Nu rijdt hij alleen nog als hij tijd over heeft, zodat trainen, rusten en eten niet in het gedrang komen.

FAMILIEBAND

Toch is het niet alleen dikke pret geweest voor de jonge Van der Mark. Hoewel hij bijvoorbeeld prima kon leren, was school helemaal niets voor hem. Nadat hij z’n vmbo­diploma behaalde, wist hij niet hoe snel hij moest stoppen. Dat hij daar weinig vrienden had, maakte die keuze  zeker gemakkelijker: ‘We zitten hier vrij afgelegen, tussen bedrijven in. Klasgenoten woonden daardoor niet in de buurt en kwamen ook zelden spelen. Nadat ik begon te racen, werd het er niet beter op. Ik miste regel­matig een paar dagen op school. Dat zorgde natuurlijk voor gemengde gevoelens bij de rest, want niemand wilde graag naar school. Als er dan eentje telkens vrij krijgt… We deden dat wel in overleg met school. Mijn vader schreef dan een briefje. Later maakte ik die briefjes natuurlijk zelf, zodat ik twee extra vrije dagen had. Ik kon de handtekening van mijn vader na een beetje oefenen echt goed namaken!’

Dat niemand in de klas interesse had in de motorsport versterkte de soms eenzame positie van Michael eveneens. Maar klagen? Dat nooit. Topsport vraagt nu eenmaal om opofferingen, bijvoorbeeld gebrek aan een sociaal leven, aldus Van der Mark. Eenzaamheid is een veelgehoord verhaal 

bij topsporters. Velen stonden daardoor al vroeg op eigen benen en zijn daarom gewend dingen op te lossen, uitdagingen niet uit de weg te gaan en vooral de concurrentie met zichzelf aan te gaan. Het verhaal van Van der Mark verschilt echter in één opzicht van dat van veel topsporters, en dat is de hechte familieband. Hoewel zijn ouders op elfjarige leeftijd uit elkaar gingen, is het contact onderling nog altijd als vroeger: ‘Natuurlijk was dat een lastige periode, maar ik was nog zo jong dat ik er niet al te veel van begreep. Nu zou dat een heel ander verhaal zijn, omdat ik nu precies snap wat er toen aan de hand was. Als je jong bent, is de impact ook veel minder. Gelukkig kunnen mijn vader Henk en mijn moeder Juliette het nog altijd goed met elkaar vinden.’

SUCCES MEEVIEREN

Sterker nog: tijdens raceweekeinden merk je niet dat Henk en ‘Juul’, die alweer een paar jaar werkzaam is in de hospitality van Pata Honda, gescheiden zijn. ‘Ik vind het echt fijn dat mijn familie zo dichtbij is  tijdens een raceweekeinde, maar kan ook prima op eigen benen staan. Na Portimão vloog ik bijvoorbeeld in m’n eentje door naar Japan om te testen voor de Acht Uren van Suzuka. Ik was ook daar meteen snel en voelde mij prima op mijn gemak. Dat mijn zus Shannon mijn moeder nu helpt bij Pata Honda, maakt het heel bijzonder. Door het racen draaide het vroeger namelijk voornamelijk om mij. Altijd waren Henk en ik weg en dat moet niet gemakkelijk zijn geweest voor mijn zus. Dat ze nu van zo dichtbij het succes kan meevieren, is voor mij echt belangrijk. Anders had ze de mooie dingen weer vanaf de zijlijn, ver weg in Nederland, moeten meemaken.’ Het tekent de levensopvatting van Van der Mark. Zo nam hij zelfs op Jerez z’n dolende teamgenoot Lorenzo Zanetti op sleeptouw en is hij altijd ‘één van de jongens’ in zijn team. Ook het vertrouwen van onder anderen Jonathan Rea in hem is groot. Zo vroeg Rea op een stormachtig Portimão bijvoorbeeld waar Michael het meest last had van de harde wind om zo zelf niet verrast te worden. Het maakt Van der Mark terecht trots. Steeds meer toppers in het WK Supersport en Superbike komen alleen nog naar buiten om te rijden en te eten. Van der Mark niet, die is steevast in de buurt van zijn teamleden. Hard lachend: ‘Dat komt doordat ik geen camper heb, ik heb geen keus. Nee serieus, zonder die jongens ben ik echt nergens. Natuurlijk kost het dralen wel extra energie, maar ik voel mij er prettig bij. En vanzelfsprekend moet ik het op zondagmiddag afmaken. Maar als ik win, winnen we met z’n allen. Ik weet dat heel veel rijders daar anders over denken en dat kan ik echt niet begrijpen.’

De emoties na het binnenhalen bij de titel liepen mede daarom hoog op, want ook het team voelt altijd die waardering. Van der Mark: ‘Het eerste contact na de finish op Jerez was met vriend, helmspuiter én begeleider Rafael Sinke en met Wim Struyk, één van de sponsors die er altijd bij is. Rafael vergat alleen haast te genieten, want hij moest de helm, het shirtje en de helmcamera regelen. Wim wist net als ik niet waar hij het moest zoeken’, aldus de 21­jarige terwijl hij de 44 ton wegende vrachtwagen vakkundig door het drukke Rotterdamse verkeer loodst. Niet één keer hapert z’n verhaal, ook niet als hij schuin over een drukke kruising moet. Zonder stil te staan, stuurt hij de combinatie met peperdure vracht precies overal door. Alles past alsof het van tevoren doorgesproken is.  En als iemand weet hoe breed z’n vrachtwagen is, dan is het wel Van der Mark. Bij het opdraaien op het afleveradres zit er aan beide kanten van het hek echt maximaal een centimeter of tien. Toch komt de snel ­heid niet onder de dertig kilometer per uur. Niemand die er vreemd van opkijkt. Niet vanwege het feit dat er een wereldkampioen aan komt, niet vanwege de snelheid. ‘Dat is Michael’, klinkt het meerdere keren.

MEMORABELE MOMENTEN

De eerste bezinning op de wereldtitel kwam al tijdens de uitloopronde. Maar nadat hij al die Nederlanders op de tribune zag, was Van der Mark de weg weer helemaal kwijt: ‘Vlaggen, spandoeken en toeters. Ik kon de groep landgenoten heel goed zien zitten en dat was een moment dat ik nooit meer zal vergeten. Zo mooi. Net zo mooi was het eerste samenzijn met mijn team, nadat ik in de pits eerst door een soort van applaudis­serende erehaag was gereden. Dat zijn de momenten waarvoor je het  echt doet. De eerste die ik belde, was mijn vader, die een race had op de Nürburgring. Pas een uur later, maar ik belde hem wel het eerst.’ 

Toch had het niet gehoeven op Jerez: ‘Hoewel we natuurlijk nog een paar kansen hadden gehad op het winnen van het kampioenschap wilde ik het bij de eerste mogelijkheid afmaken. Magny­Cours is vier weken later en ik wilde niet weer telkens over druk, spanning en de unieke kans moeten praten. Bovendien zie je aan Jeffrey Herlings en zijn blessure wat er kan gebeuren. Natuurlijk spookten dat soort dingen ook door mijn hoofd.’ Haast vanzelfsprekend was Van der Mark in de veelbesproken Super­sport­race op Jerez lang niet altijd zeker van zijn keuzes: ‘Het was echt mijn slechtste wedstrijd van het jaar. In de trainingen had ik een racesnelheid waar niemand aan kon komen. Ik was echter iets te enthousiast in de eerste bocht – ik had nog nooit kopstart in de Supersport – en kwam in het gedrang. Daarna wijzigde ik mijn strijdplan soms per bocht’, aldus Van der Mark nadat hij de truck bij een tankstation heeft geparkeerd: schafttijd. Helaas geen ‘broodje bal’, geen dubbele grillburger of een andere hoogstaande culinaire truckersmaaltijd. We zijn op stap met een afgetrainde topsporter en het wordt dus een (bruin) broodje gezond.

SLECHTE VERLIEZER

Het gesprek over Jerez gaat gewoon verder. Zo blijkt dat Van der Mark zelfs overwoog de koplopers maar te laten gaan en hij had daar – terwijl het gevecht nog in volle gang was – een bijzondere reden voor. ‘Ik zou dan de titel kunnen pakken tijdens de thuisrace van Jules Cluzel. Dat leek mij ook wel mooi en ik hoefde dan geen risico meer te nemen, want natuurlijk twijfelde ik en daar word je als coureur echt helemaal gek van. Het duel was zo fel. Ik heb een paar keer Florian Marino geraakt en wist dat Jules Cluzel alles op alles zou zetten. Kort daarna besloot ik er desondanks weer vol voor te gaan, nadat ik op het achterste rechte stuk naast Jules kwam te rijden en hem vol in het gezicht kon aankijken. Mijn tachtig­jarige trainer Frans van Leeuwen had mij ooit die tip gegeven en ik vond het wel een goed moment om eens te kijken wat voor effect dat had.’ Hoewel Cluzel er niets over wil zeggen, heeft het er alle schijn van dat de Franse MV Agusta­rijder na ‘het moment van 2014’ echt alles op alles zette en daarbij uiteindelijk over de grens ging. Opvallend genoeg is Cluzel overigens nog altijd vol ongeloof dat niet hij, maar Van der Mark wereldkampioen is geworden. Waar onder anderen Marino en Sofuoglu – beiden oud­Ten Kate­rijders – de Rotterdammer welgemeend felici­teerden, was Cluzel vooral druk bezig met het retweeten van berichten van fans die vonden dat de F3­coureur toch echt veel beter was. Ondanks het feit dat Van der Mark na Jerez 78 punten meer had… Van der Mark: ‘Ja, wat moet ik daarvan zeggen? Volgens mij zijn alle duels tussen ons eerlijk verlopen en heb ik hem gewoon verslagen.’

Hoewel Van der Mark pas op twaalfjarige leeftijd begon te racen, was snel duidelijk dat hij talent had. Zo kwam hij als vijfjarige met een minibike in een Spaanse badplaats ooit zo dwars aangeremd dat iedereen dacht  dat het mis zou gaan. En met een waterscooter had vader Henk de grootste moeite z’n zoon voor te blijven. Gepusht is Michael echter  nooit. ‘Ik wilde gaan racen, niet mijn vader. Na een paar goede Junior Cup­seizoenen werd ik twee keer Nederlands kampioen 125cc.’

En toen kwam daar de overstap naar de 125cc­GP’s met Lambretta Reparto Corse. Dat hield op nog voordat het echt was begonnen. Van der Mark: ‘Dat heeft mij echt gesterkt. Achteraf kun je misschien zeggen dat ik zoiets nodig had, want het is maar de vraag of we op het goede spoor zaten. Bovendien was ik anders nooit de Super stock/Supersport­kant op gegaan. Ik dacht zelfs aan stoppen nadat het Lambretta­avontuur voorbij was, maar vond tijdens een paar rondjes op een Moriwaki weer de lol.’ Het lijkt alsof Van der Mark daarna alleen maar succes heeft gekend, maar dat ziet hij zelf bepaald niet zo. ‘In 2011 won ik de Superstock 600­race op Assen. Daarna viel het echt tegen, tot aan de laatste drie races. Zo’n periode is lastig, geloof me. Het seizoen 2012 was echt goed, alles klopte, maar 2013 was weer moeilijk. Weer begon ik sterk, maar opnieuw werd het een net­niet­jaar. Ik wilde zo graag nog een keer op het podium, maar moest daar te lang op wachten. Toch wist ik na dat seizoen dat dit jaar de titel mogelijk was. Het is moeilijk om aan te geven wat er echt veranderd is in 2014. Net als in 2012 klopte het gewoon: de motor, het team, de afstelling, ikke. Op Jerez hoefden de monteurs eigenlijk niets meer te doen aan de Honda. Elke bocht was goed. Vorig jaar waren we veel vaker de weg kwijt. Zelfs de motor is de afgelopen winter verbeterd, terwijl de CBR600RR toch alweer een paar seizoenen meedraait. Dat laat wel zien op welk niveau Ten Kate werkt en met welke instelling. Het kan dus echt altijd beter.’

VEEL ONDUIDELIJKHEID

Met precies dezelfde instelling runt Henk van der Mark zijn transport­bedrijf. Of Michael het bedrijf overneemt, weet hij nog niet. Het is ergens te hopen, want al vanaf 1923 bestaat Van der Mark Transport Rotterdam BV. Destijds was het de opa van Henk die met een trekschuit en trek­honden begon. Zijn zeven zonen gingen door met het bedrijf en kochten de eerste vrachtwagens. Nadat Henk dertien jaar had geracet, stopte hij om de zaak voort te zetten. Inmiddels staan er elf man op de loonlijst en telt het wagenpark negen trucks. ‘Je weet als wegracer nooit hoe lang je carrière duurt. Misschien stop ik over drie jaar, misschien pas over twintig. Voorlopig heb ik echter nog wel een paar doelen’, onthult Michael terwijl hij met één handje aan het stuur – uiteraard achteruitrijdend en zonder één onnodige stuurbeweging – de trailer op het terrein van het familie­bedrijf neerzet. Voor de zoveelste keer hard lachend: ‘Nee, over dat plan praat ik niet, dat zit verstopt in mijn gedachten. Maar natuurlijk heb ik nog een paar dromen die ik heel graag verwezenlijkt zie worden. Als je trouwens een klein beetje nadenkt, weet jij het ook wel, haha.’ En dat klopt. Kijkend naar zijn succesvolle tweeseizoenentraject in zowel het EK Superstock als in het WK Supersport loopt het Michael van der Mark­plan namelijk via twee zeer succesvolle WK Superbike­jaren richting het meest magische voor een wegracer: een groot MotoGP­team. Wij dromen mee!

Michael van der Mark
Marien Cahuzak
Marien Cahuzak
Marien Cahuzak, geboren op 3 juni 1982, was amper twee maanden oud toen hij voor het eerst met zijn vader naar de Citadel van Namen ging voor de Belgische cross-GP. Vanaf dat moment speelt de motorsport een grote rol in zijn leven en die rol is als MotorNL-sportcoördinator alleen maar groter geworden. Houdt ook van veldrijden trouwens.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen