vrijdag 19 april 2024

Twijfeltest BMW R 1250 RT vs. BMW K 1600 GT

Twijfeltest BMW R 1250 RT vs. BMW K 1600 GT. In ‘De Twijfeltest’ helpen we potentiële kopers die niet kunnen kiezen tussen twee motoren van hetzelfde merk die dicht tegen elkaar aanleunen. Een situatie die we allemaal weleens hebben meegemaakt. Bespaar je geld en ga je voor het goedkopere model, of heb je toch liever wat meer pk’s en uitrusting? Een lastige keuze, waar wij je graag bij helpen. Want duurder is niet altijd beter. Dus zeg het maar: wat wordt het? De tweecilinder BMW R 1250 RT of de zescilinder K 1600 GT?

Fotografie: Jarno van Osch

Duel 1: Comfort

De belangrijkste reden om voor een toermotor te kiezen, is omdat het zeer comfortabele machines zijn. Al helemaal in het geval van de BMW R 1250 RT en de BMW K 1600 GT. Een relaxte zitpositie, fantastische windbescherming en alle mogelijke elektronicasnufjes aan boord. De zitpositie op beide motoren is zeer gelijkaardig, met de rug mooi recht en de benen sportief comfortabel geplooid om geen onderuitgezakte zithouding te creëren. Beide zadels zijn zacht genoeg om het er gedurende lange tijd op uit te houden, maar bieden toch voldoende steun als het gas er wat meer op gaat. De windschermen zijn elektronisch verstelbaar en zetten je, afhankelijk van hoe groot je bent, bijna volledig uit de wind op de hoogste stand. Cruisecontrol, radio, een groot tft-scherm, navigatie met de BMW Connected-app, handvatverwarming, grote zijkoffers,… Noem het op en het zit op de BMW R 1250 RT en K 1600 GT. Het is duidelijk dat ze bij BMW perfect weten hoe ze een comfortabele sport-tour moeten bouwen.

Tyson vs Ali

Toch zijn er verschillen die je op het eerste gezicht niet meteen ziet of waar je niet aan denkt. Dat begint bij de loop van de motoren. Een boxer tegen een zes-in-lijn. Dat is als, zou het mogelijk zijn, Mike Tyson tegen Muhammad Ali. Brute, directe stoten tegen dansende souplesse. Hoewel BMW er goed in geslaagd is om de laatste generatie boxermotoren zo soepel mogelijk te laten lopen, is er toch een duidelijk verschil met de zes-in-lijn. En dat is maar goed ook. De tweecilinder trilt, beweegt en reageert agressief op het gas. De zescilinder spint, zoemt en levert trillingvrij zijn vermogen af. Opnemen bij lage toeren zorgt voor een onmiddellijke reactie van de boxer, terwijl de lijnmotor daar rustiger op reageert. Dezelfde eigenschappen gelden voor de versnellingsbak en quickshifter. Brutaler op de boxer, lichter op de lijnmotor. Voor alle duidelijkheid; dit is geen negatief commentaar naar een van de twee machines. Het is een verschillende aanpak die erg goed werkt, waarbij rijders sowieso een duidelijke voorkeur hebben. Maar kijk je puur naar het comfort, en niks anders, dan is de BMW K 1600 GT de betere motor. Die maakt het verschil door zijn motorloop. De souplesse en draaicultuur van de zescilinder is van een andere orde en dat brengt, vooral op lange afstanden, meer rust aan boord. Het is dé uitgelezen motorfiets om met een hoog tempo lange afstanden af te leggen. Daar is hij uiteindelijk ook voor gebouwd. Met name autosnelwegritten verteer je beter op de K 1600 GT. Begrijp ons niet verkeerd, want ook op de BMW R 1250 RT is het een waar genot aan boord. Maar als de lat zo hoog ligt, komt het nu eenmaal aan op een ‘detail’ als de aandrijving.

Duel 2: Rij-eigenschappen BMW R 1250 RT en BMW K 1600 GT

Ook in dit onderdeel zit er een groter verschil tussen de twee motoren dan we aanvankelijk gedacht hadden. Op de BMW K 1600 GT zit je op een superstabiele en rotsvast aanvoelende hogesnelheidstrein. Dat komt deels door het stijve aluminium frame, maar ook door het hoge rijklaargewicht van 343 kg. Behoorlijk wat kilo’s, maar ze zijn niet onvermijdelijk met die dikke zescilinder en alle mogelijke comfort aan boord. Toch stuurt de K 1600 GT makkelijk en vloeiend. De eerste bochten is het wat zoeken naar hoe je het best omgaat met het hoge gewicht, maar eenmaal de klik gemaakt, kun je stevig doorrijden met deze zescilinder. Het best voelt hij zich thuis op langgerekt asfalt. Autosnelwegen, uiteraard, en ook lange, snelle bochten waar veel stabiliteit vereist is. Het krappere, technische werk neemt hij er graag bij, maar dan wordt het al snel minder vloeiend en geforceerder. Als een langeafstandsschaatser die plots moet slalommen tussen pylonen.

Twijfeltest Kawasaki Z900 vs Kawasaki Z650

Verborgen kilo’s

Na de zescilinder lijkt de BMW R 1250 RT alsof je op een fiets zit. Een extreme stelling, maar het verschil in handling is belachelijk groot. De RT draai je op een zakdoek 180 graden rond, valt gewillig in de bocht als een shorttrack-schaatser en laat zich manoeuvreren hoe je maar wil. Vergeet niet dat je met de R 1250 RT ook 279 kilo’s met je meezeult, maar waar die verstopt zitten, is ons een raadsel. De laaghangende tweecilinder zorgt ervoor dat het meeste gewicht bijna tegen het asfalt geplakt zit, en dan ook nog eens links en rechts van de machine, en dus niet centraal er tussenin. Het zorgt voor flitsende stuurprestaties die je op zo’n grote motorfiets niet voor mogelijk houdt. Dat is ook mede te danken aan het verschil in wielbasis: 1.485 mm voor de RT, 1.618 mm voor de K. En dat voel je. Daarbij zit je op de RT dichter op het voorwiel, wat ervoor zorgt dat je automatisch een gevoel hebt dat die wat compacter is.

Om 279 kg en 343 kg af te remmen, heb je goede stoppers nodig. BMW heeft dat kunstje ondertussen wel door op haar toermodellen. Met één vinger breng je deze grote motoren probleemloos tot stilstand. Het remhendel is instelbaar voor ieders hand, de remmen grijpen aanvankelijk sterk aan en verliezen geen kracht als je echt op de limiet zit. Dankzij het telelever-systeem duiken de motoren vooraan nauwelijks in hun veren, wat zorgt voor meer stabiliteit, maar aan de andere kant ook een licht gebrek aan feedback. Het lijkt namelijk alsof er geen grenzen zijn aan de remprestaties en snelheden waarmee je bochten kunt insteken. Dat is indrukwekkend om mee te maken op beide motoren, maar nog meer op de BMW K 1600 GT omdat die wat meer kilo’s meebrengt. Toch gaat de overwinning in het duel ‘Rij-eigenschappen’ overduidelijk naar de BMW R 1250 RT.

Duel 3: Prijs per pk

Het verschil in motorkarakter bespraken we al, maar over de prestaties van de boxer en zescilinder hebben we het nog niet gehad. De zes-in-lijn levert 160 pk, de tweecilinder 136. Is het boek gesloten voor de RT? Niet zo snel, want er is ook nog zoiets als de prestaties in de praktijk. De boxer-BMW moet namelijk 64 kg minder voortstuwen én pakt bij lage toeren veel vlotter op. Enkele rollende sprintjes leren ons dan ook dat de BMW R 1250 RT de eerste meters wegtrekt van de K 1600 GT. Als de zescilinder eenmaal op toeren is, lost hij de schaduw van de RT niet en op erg hoge snelheid maakt hij gebruik van zijn extra pk’s om de RT voorbij te gaan. Maar het verschil is miniem en de boxer is dus de betere sprinter.

Kijken we naar de prijs die je betaalt per pk, dan komt de R 1250 RT uit op 180,50 euro/pk en de K 1600 GT op 197,80 euro/pk. Geen malse prijzen, maar ook hier gaat de RT er weer met de overwinning vandoor. Dat is niet onlogisch, want de basis van de RT wordt ook gebruikt voor de R 1250 GS, R 1250 R en R 1250 RS. Daardoor zijn de ontwikkelingskosten een stuk lager. De zescilinderbasis van de K 1600 GT wordt inderdaad ook gebruikt voor de Bagger en de Grand America, maar dat zijn eerder variaties op het thema dan echt andere motorfietsen. Toch vinden we het moedig dat BMW de zescilinderbasis recent heeft doorontwikkeld en verder blijft inzetten op dit prachtig stukje techniek. Helaas is die sympathie niet voldoende om dit duel te winnen en is het ook hier de RT die met een betere prijs-per-pk-verhouding naar huis rijdt.

Dubbeltest Husqvarna Norden 901 vs. Honda Africa Twin: De kloof gedicht?

Conclusie BMW R 1250 RT vs. BMW K 1600 GT

De BMW R 1250 RT wint twee van de drie duels en is bovendien ook nog eens 7.100 euro goedkoper. Dat is geen tikfout, je leest het wel degelijk correct. Een overduidelijke overwinning voor de boxer dus, dankzij z’n flitsendere weggedrag en lagere kosten. Toch is de BMW K 1600 GT ook een dijk van een motor. Het is niet omdat hij hier het duel tegen zijn concurrent-in-eigen-gamma verliest, dat het ook een loser is. De zescilinder-BMW zit vol technisch vernuft en is een machine die gemaakt is voor liefhebbers. De loop van de motor is zijdezacht, maar hij levert toch aardkostverschuivende acceleraties. Het typische geluid herken je van ver en doet je denken aan racewagens van weleer. Is er naast de liefhebberij van zescilindermotoren nog een reden om toch voor de K 1600 GT te kiezen? Jazeker. Heb je wat extra cash te spenderen en rij je voornamelijk over autosnelwegen, dan is de K de fijnere motor. Moet je wekelijks tot diep in Duitsland rijden over de ongelimiteerde Autobahn, dan is de K de fijnere motor. De trillingen van de boxer, hoewel zeer beperkt aanwezig, kunnen niet tippen aan de bijna compleet trillingvrije loop van de zes-in-lijn. En dat is vooral bij lange ritten en woon-werkverkeer, waarbij je uren per dag in het zadel zit, een factor die niet onderschat mag worden. Het verschil is geen 7.100 euro waard, maar als je het toch hebt liggen… In elk ander geval zouden wij voor de R1250RT gaan.

Gijs Gilis
Gijs Gilis
Zot ván alles wat op wielen staat, soms zot óp alles wat wielen heeft. Rijdt het liefst met van die tweewielige machines. Licht of zwaar, naakt of aangekleed, traag of snel, als er maar iets leuk over te vertellen is.

GEBRUIKERSSCORE

Ben jij eigenaar van dit type en jaartal motorfiets? Doe dan mee met de gebruikersscore. Vul onderstaande velden in zodat andere geïnteresseerden nog meer informatie hebben voor dat ze eventueel tot aankoop overgaan.

Deel jouw ervaring met dit model met andere motorrijders

Motorblok
Stuureigenschappen
Vering en Demping
Remmen
Comfort
Afwerking
Uitrusting
Verbruik
Prijs/Kwaliteit

Gebruikers die hun ervaring hebben gedeeld (0)

Er zijn nog geen ervaringen van eigenaren/gebruikers van deze motor.

Laatste Artikelen

Gerelateerde artikelen