dinsdag 19 maart 2024

Kawasaki Ninja 1000SX – Drietrapsraket

Na (semi) verloren motorjaar 2020 sta ik te popelen om alles dubbel en dwars in te halen op het moment dat het weer mag. Reizen, woon-werkverkeer en pretritten moeten stuk voor stuk knalfeesten worden.

Toen ik mijn 88-jarige vadertje naar een vaccinatiestraat escorteerde voor zijn tweede coronaprik werd ik voor het eerst in mijn leven zowaar jaloers op een oud gebakkie. Dat onheilspellende Zwaard van Damocles hangt niet langer boven mijn vaders hoofd. Ik kan niet wachten tot ik zelf aan de beurt ben en dat de wereld weer volledig open gaat. Het moment dat het allemaal weer mag, ruil ik het uitzicht op de keukentafel per direct in voor dat op een dashboard. En dat scherm mag op zijn beurt zo veel mogelijk verschillende landschappen reflecteren. Het kan zo maar het tft-scherm van deze Ninja 1000SX zijn.

Reizen: Reiswoede bevredigen

Huub van der Lubbe van De Dijk zong het al: ‘Een man weet niet wat hij mist, maar als ze er niet is, weet een man pas wat hij mist.’ Van der Lubbe doelt daarmee niet op motorrijden, maar op vrouwen. De tekst is mij juist op het lijf geschreven als het gaat om reizen met de motorfiets.

Eigenlijk dacht ik dat het allemaal wel meeviel met mijn gereis, maar een gedwongen reisloos jaar leert me dat reizen weldegelijk een belangrijke rol in mijn leven speelt. De Ninja 1000SX sluit goed aan bij mijn toerwensen. Een grote traditionele toermachine is mij te zwaar en te steriel. Wind wil ik voelen en insecten moeten stuk kunnen slaan op mijn zonnebril. In een vacuüm achter een hoog windscherm zitten is niet mijn idee van reizen.

Schizofreen

Een allroad past ook prima in mijn toerplaatje, maar kan qua looks never nooit niet wedijveren met een sporttoermachine. Die laatste kan qua comfort dan wel weer de strijd aan met een allroad. De zitpositie op de Kawasaki is ontspannen en tegelijk een haartje actief. Dat staat me absoluut aan.

Een kale Ninja 1000SX is me te kaal. Vanwege de zijkoffers spaar ik liever nog even door voor een Tourer-pakket. Met de tent, matje en slaapzak in de roltas zijn al mijn bagagewensen vervuld. Al blijft er altijd iets te wensen over: een motorfiets met twee gezichten bijvoorbeeld. Het spreekt voor zich dat een sporttoermotor – het zit ingebakken in de naam – twee gezichten kan tonen. Het ene moment toer je relaxed om je heen kijkend in de zesde versnelling door prachtige omgevingen. Het andere moment heb je maling aan het mooiste landschap en heb je alleen oog voor de volgende bocht. Twee of desnoods drie trappen naar beneden van de linkervoet – de quickshifter werkt briljant – vormen het startsein van het speelkwartier. Ben ik de enige die elke route het liefst twee keer rijdt? Eenmaal als toerist en de andere keer als motorrijder vol adrenaline. Het is de schizofreen in me. Het maakt de Ninja niet uit. Die gaat net zo makkelijk met mijn ene als andere persoonlijkheid om. Dat doet hij zonder elektronische hulp. De rijmodi zitten er wat mij betreft voor de sier op want Sport voldoet altijd. Dat geldt ook voor de ‘gewone’ vering. De Ninja heeft geen elektronische vering, maar redt het ook zonder.

Woon-werk: Alledaagse Ninja

Geen idee hoe jij het beleeft, maar forenzenritten zijn voor mij eigenlijk nooit alledaagse sleur. Woon-werkritten kunnen altijd via andere routes en om de hoek ligt altijd iets moois. Snelweg of binnendoor; het maakt de Ninja 1000SX geen bal uit.

Mijn ideale woon-werkmotor heeft een tanktas met bajonetsluiting om mijn spullen voor de dag mee te zeulen. De zijkoffers die zo onmisbaar zijn tijdens de vakantie, blijven ongebruikt thuis want die maken de motor onnodig breed bij fileverkeer. Bij dat wandeltempo is het lekker als een motorfiets niet agressief op het gas reageert en krachtig genoeg is om in derde versnelling voor te tokkelen. De Kawasaki is dat. Sterker nog: het loeisterke blok pakt een glansrol bij het reizen, racen en woon-werken. Van onder- tot bovenin duwt het je met een massieve kracht voorwaarts.

Lezerstest Kawasaki Ninja 1000SX

Geruststellende gedachte

Zodra thuiswerken weer verleden tijd is, wachten mij dagelijks zestig kilometer heen en zestig terug. Met de slaap in de ogen kies ik ’s ochtends voor de snelweg. Lang leve cruisecontrol op de A2. Trajectcontroles zijn zo veel beter te verteren. Bovendien kun je ’s winters beide handen aan het blok warmen want handvatverwarming is niet standaard. Zou ik wel prettig vinden. Hetzelfde geldt voor een middenbok, maar die staat zelfs niet bij de accessoires.

De terugweg gaat ’s middags natuurlijk over leuke wegen. Een beetje kronkelen langs de plaatselijke rivier of over de lokale dijk verveelt nooit. Dat geldt ook voor een goeie sporttoermotor die tegelijk grossiert in comfort, gebruiksgemak en sportiviteit. Even de kop leeg rijden is een eitje door het blok bij een tussensprint het hele toerengebied door te laten vliegen. Zit je met je gedachten toch nog te veel bij het werk? Dan is het een geruststellende gedachte dat de remmen sportiever presteren dan 99% van alle allroads. Dat dezelfde motorfiets die ‘s ochtends nog als een trein rechtdoor ging op de snelweg zich ontpopt tot een fijne bochtenpikker is lekker meegenomen.

Fun: Groene grapjas

De eerste persoon die puur vanwege financiële voordelen motor rijdt, moet ik nog tegen komen. Iedereen kiest voor de motor omdat het zo leuk is. Daarop ben ik geen uitzondering. Daarom moet een motorfiets zoveel mogelijk disciplines makkelijk verteren.

Leuk als een motorfiets in één discipline tot astronomische hoogten stijgt, maar kopen doe ik hem niet. Daarvoor zet ik mijn motorfiets voor te veel verschillende doeleinden in. Hij moet woon-werkverkeer, vakantie, weekendjes weg, boodschappen en een enkele keer een circuitdagje aankunnen. Dat lukt niet op een cruiser, superbike of supermoto. Doet u mij maar een allesvreter als een Ninja 1000SX. Vooral omdat die funcomponent heel makkelijk mixt met reis- en forenzenkilometers.

Schwantz en Doohan

Eerlijk gezegd vind ik de funcomponent er in dit drieluik een klein beetje bijhangen. De pret is namelijk al aan bod gekomen bij het reizen en forenzen. Die maakt er integraal deel van uit. Wie reist er op een motor die hem geen glimlach kan ontfutselen? Geloof me: dan ben je verkeerd bezig. Zelfs die dertien-in-een-dozijn woon-werkrit moet nog aangenaam zijn. Dat kan met een motorfiets die probleemloos doet wat je wil en die potent en capabel genoeg is om de adrenaline in je aderen te laten gieren. Dat lukt wel met de Ninja 1000SX. De groene grapjas heeft 142 pk, moet ik nog meer zeggen?

Historisch onderlegde lezers weten dat mannen als Schwantz en Doohan met slechts een paar pk meer onderweg waren. Toch kunnen paniekreacties overboord, het is genieten van de 142 paardjes. Ze knallen je af, maar door de ondersteunende elektronica komt het altijd goed. Nooit durven denken dat zoiets saais als digitalisering zo leuk uitpakt op een funfiets.

Ad van de Wiel
Ad van de Wiel
Als kind verslond ik al de motorboekjes van mijn vader. Meer dan veertig jaar later is de liefde voor de motorfiets nog net zo groot. Natuurlijk ga ik mijn hele leven al autoloos door het leven, laat mij maar 365 dagen per jaar motor rijden. Of 565, maar dat kan niet.

Stay tuned

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en mis nooit het laatste nieuws! Onze nieuwsbrief wordt iedere week op dinsdag (bij veel nieuws) en donderdag verstuurd.


Gerelateerde artikelen