Na de tests in Maleisië en Thailand is één ding zeker: Marc Márquez is als nieuwbakken Ducati-fabriekscoureur klaar voor de start van het MotoGP-seizoen 2025. Dat geldt niet voor regerend wereldkampioen Jorge Martin. Want de Spanjaard heeft zijn nieuwe wapen, de Aprilia RS-GP, nauwelijks aan de tand kunnen voelen omdat hij er in Sepang al snel en dusdanig mee ten val kwam dat verder testen niet mogelijk was. Daardoor begint de coureur met het prestigieuze startnummer 1 nagenoeg onvoorbereid aan het nieuwe seizoen.

Moto2 voorbeschouwing 2025: Collin Veijer en zijn concurrenten in 2025

Met 22 Sprints en 22 GP-races verreden in achttien verschillende landen op vijf verschillende continenten beginnen de 22 MotoGP-coureurs verdeeld over elf teams op 28 februari in het Thaise Buriram aan het intensiefste Grand Prix-seizoen ooit. Ook dit seizoen werd voorafgegaan door de traditionele twee testen. Die vonden dit keer niet plaats in Maleisië en Qatar, maar in Maleisië en Thailand. Dit omdat het GP-seizoen dit jaar vanwege de ramadan niet in Qatar maar in Thailand van start gaat. Op moment van schrijven ziet het ernaar uit, dat Jorge Martin daarbij aanwezig zal zijn. Hoe fit de Spanjaard zal zijn, moet worden afgewacht. Want bij zijn (tweede) val in Sepang liep hij meerdere breuken in zijn linkervoet en rechterhand op. Aan de laatstgenoemde breuk werd hij geopereerd. Martin was niet de enige coureur die al op de eerste testdag werd uitgeschakeld. Dat gold ook voor VR46 Ducati-rijder Fabio Di Giannantonio (gebroken linker sleutelbeen na een val door een mislukte wheelie?!) en Raul Fernandez (Trackhouse Aprilia). Ook zij moesten een operatie ondergaan. Al met al was Aprilia zo direct al twee van haar vier coureurs kwijt. En dat terwijl er heel veel testwerk was te verrichten. Maar gelukkig voor het Italiaanse merk liet een andere nieuwkomer binnen het team, Marco Bezzecchi, met name in Buriram (waar hij de twee na snelste rondetijd realiseerde) zien, dat de 2025-uitvoering van de Aprilia competitief is. Net als de twee andere Europese merken, Ducati en KTM, moest Aprilia er rekening mee houden dat de motorblokken niet alleen voor dit seizoen, maar ook voor volgend 2026 gehomologeerd dienen te worden. Dit om zo ontwikkelingskosten te sparen voor 2027 als er een compleet nieuw technisch reglement in werking treedt. Door de concessieregels geldt dit niet voor de beide Japanse merken Yamaha en Honda. Het bij deze twee tests moeten kiezen van het juiste motorblok voor de komende twee seizoenen zorgde vooral bij Ducati voor de nodige hoofdbrekens. Na zowel met de GP24 als de GP25 heel veel kilometers te hebben afgelegd, besloten Pecco Bagnaia en Marc Márquez (die uitstekend samenwerkten) en de technische staf van Ducati onder leiding van Gigi Dall’Igna om toch voor de beproefde succesvolle machine van afgelopen seizoen te gaan. Een machine waarmee in 2024 tijdens twintig GP-weekenden maar liefst zestien Sprints en zestien GP-races werden gewonnen en daarom als ‘bijna volmaakt’ werd betiteld. Dat gold (en geldt) niet alleen voor het motorblok, maar ook het frame en de aerodynamica. Zo zullen alle zes Ducati-coureurs dit seizoen met een GP24 aan de start verschijnen. Natuurlijk gaat de ontwikkeling van die machine binnen de mogelijkheden van de reglementen door en worden de fabrieks-Desmosedici’s van Pecco Bagnaia en Marc Márquez nu al als ‘GP24.9’ aangeduid. Het is overigens niet de eerste keer dat bij Ducati eerst een stap achteruit wordt gezet met vervolgens als doel een stap sneller naar voren te zetten. Dit gebeurde ook al in 2022. KTM, dat verleden jaar geen enkele Grand Prix wist te winnen, is er alles aangelegen om ook in de MotoGP succesvol te zijn. Want zoiets komt een positieve uitstraling ten goede. En dat is hard nodig nu het Oostenrijkse bedrijf in financiële problemen verkeert. Ondanks dat ging de ontwikkeling van de KTM RC16 gewoon door en is het Red Bull KTM-fabrieksteam met twee keer twee coureurs groter dan ooit. Uiterlijk is het verschil tussen de machines van Pedro Acosta en Brad Binder en het Tech3-duo Enea Bastianini en Maverick Viñales alleen de sticker van de oliemaatschappij: Mobel1 versus Motul. Zoals verwacht toonde Acosta zich tijdens de tests de snelste van de vier coureurs. Bastianini had veel meer problemen met zijn overstap van Ducati naar KTM dan de van Aprilia afkomstige Viñales.

1 van 5

Italiaanse hulp voor de Japanners

Yamaha en Honda hebben beiden voor het eerst een Europeaan, beter gezegd een Italiaan, als technisch directeur aangesteld, te weten Max Bartolini (ex-Ducati) en Romano Albesiano (ex-Aprilia). Hiermee hopen de Japanners zo snel mogelijk de aansluiting met de Europese merken Ducati, KTM en Aprilia te bewerkstelligen. Daarbij komt nog dat de twee Japanse firma’s door het MotoGP-concessie systeem nog steeds volop mogen testen. Dat doen ze dan ook. Voor Yamaha komt daar nog bij dat ze via het Pramac-team nu ook weer vier machines op de grid hebben. En dat komt de ontwikkeling ook zeker ten goede. Hoewel het merk (nog) geen titelkandidaat mag worden genoemd, liet Fabio Quartararo met name in Sepang (derde tijd) zien, dat het met de M1 de goede kant opgaat. Ook bij Honda zijn er de nodige veranderingen. In de eerste plaats is na dertig jaar de naam van hoofdsponsor Repsol van de machines verdwenen. Met Castrol is er een oude bekende voor teruggekomen. Het Britse oliemerk had al een samenwerkingsverband met Honda in 1966 ten tijde van de glorieuze successen van onder andere Mike Hailwood en Jim Redman. En in 1982 prijkten er Castrol-stickers op de Honda’s van Freddie Spencer & Co toen het merk op volle sterkte haar rentree in de GP-racerij maakte. Buiten het Honda HRC-fabrieksteam is tevens de LCR-Honda van Johann Zarco weer in de Castrol-kleuren gespoten en is de oliegigant ook verbonden aan het Aprilia-fabrieksteam. De eerste tests van 2025 lieten zien dat de immense inspanningen van Honda de eerste vruchten beginnen af te werpen. Want de achterstand van met name Johann Zarco en Joan Mir ten opzichte van de top was aanzienlijk kleiner dan verleden jaar het geval was. Zo was Mir in Buriram maar liefst 0,646 seconde sneller dan tijdens de Grand Prix in oktober. Daarmee was de wereldkampioen van 2000 in Thailand de coureur die de meeste vooruitgang boekte.

1 van 2

Conclusies

Een positieve conclusie van de twee tests voor het seizoen 2025 is dat zowel in Sepang als in Buriram alle vijf deelnemende merken minimaal één coureur bij de eerste negen had zitten. Of zo het veld daadwerkelijk dichter bij elkaar is gekomen, moet echter worden afgewacht. Want nog altijd geeft het rijden van één snelle ronde nog niet de zekerheid dat dit ook voor het afleggen van een complete raceafstand geldt. De coureur die in Buriram op beide vlakken het meest imponeerde, was Marc Márquez. Daarbij moet echter worden aangetekend dat zijn teamgenoot Pecco Bagnaia wat het rijden van snelle ronden betrof niet tot het uiterste ging. De grootste bedreiging van het Lenevo Ducati-duo lijkt op dit moment van de snelste Red Bull KTM-coureur, Pedro Acosta, te komen. Of wordt het de bij beide tests verrassend snelle Alex Márquez op de Gresini-Ducati? Opvallend goed waren ook de beide MotoGP-debutanten Fermin Aldeguer (met zijn negentien jaar nu tevens de jongste deelnemer in de koningsklasse) en Moto2-wereldkampioen Ai Ogura. Ja en dan is er nog één heel grote vraag: waartoe is titelhouder Jorge Martin bij zijn GP-debuut op de Aprilia in staat? Is de Spanjaard voldoende hersteld van al zijn blessures en hoe goed weet hij met de voor hem nieuwe machine om te gaan? We komen er op 1 en 2 maart achter op het Chang International Circuit van Buriram, waar Somkiat Chantra (Honda) als de eerste Thaise MotoGP-deelnemer ooit zeker een heldenontvangst te wachten staat.

Foto’s: MotoGP.com, ANP en Teams

Test Resultaten Maleisië

Absoluut ronderecord (2024): Bagnaia, 1.56,337

Test Resultaten Thailand

Absoluut ronderecord (2024): Bagnaia, 1.28,700

Quotes

1 van 4