donderdag 19 juni 2025
Home Blog Pagina 279

Motorverkoop België en Luxemburg: dipje in november tijdens groeijaar

0
Honda CB500R
(Foto: Honda)

De Federale Overheidsdienst Mobiliteit & Vervoer en FEBIAC, de Belgische en Luxemburgse Auto- en Fietsfederatie, hebben de inschrijvingscijfers van nieuwe voertuigen in België en Luxemburg voor november 2023 vrijgegeven. De organisaties melden zowel goed, als slecht nieuws voor onze zuiderburen.

Het is het makkelijkste om met het slechte nieuws te beginnen, want dan zijn we er tenminste vanaf: de registraties van gemotoriseerde tweewielers, waaronder motoren, scooters, driewielers en lichte vierwielers, laten in november 2023 een erg negatief resultaat zien (-17,5 procent). Het goede nieuws is daarentegen dat de markt als geheel het dit jaar wel goed doet: in de eerste elf maanden van 2023 is de markt met vier procent gegroeid, ten opzichte van vorig jaar.

ACEM: motorfietsmarkt 2023 in de lift terwijl scooterverkoop stagneert

Wat betreft de merken, is Honda (opnieuw) de koploper van België met 24.683 inschrijvingen. Het totale aantal inschrijvingen heeft op dit punt in 2023 al het aantal van heel 2022 overtroffen. Het lijkt er dus sterk op dat Honda het jaar weer als nummer één gaat afsluiten. Ook de rest van de ranglijst blijft grotendeels ongewijzigd. Er is echter wel een wisseling op de tiende plaats, waar het Taiwanese KYMCO Ducati heeft ingehaald. Daarnaast is er ook een strijd gaande om de twaalfde plaats, waar CFMoto weer de plaats van Suzuki inneemt.

De cijfers

Hieronder volgt de Top 20 van de merken, met het aantal nieuwe motoren dat is ingeschreven, het marktaandeel (uitgedrukt in procenten) en de vergelijking met dezelfde maand vorig jaar.

MerkNieuwe motorenMarktaandeelVergelijking
Honda3.89215,73+24,90
BMW3.27613,24+5,92
Yamaha2.85611,54+10,70
Kawasaki2.0008,08+29,87
Piaggio1.5976,45-10,83
KTM1.2144,91+6,49
Triumph1.1184,52+2,38
Harley-Davidson9603,88-7,16
SYM6782,74-13,19
KYMCO6452,61-22,57
Ducati6442,60-15,15
CFMoto4962,00-7,46
Suzuki4952,00+31,65
Royal Enfield4571,85-15,06
Husqvarna4161,68+21,64
Aprilia3471,40-10,10
BRP3381,37+9,74
Benelli3271,32-10,16
Moto Guzzi2661,08+14,16
Zontes1820,74+32,85

Yamaha vervolgt Ténéré Travel Trophy met tweede editie

0
Yamaha Ténéré Travel Trophy

Na het succes van de eerste editie organiseert Yamaha Motor Europe, branch Benelux, in 2024 een nieuwe editie van zijn reisevenement exclusief voor Yamaha Ténéré rijders.

De Ténéré Travel Trophy keert terug in 2024. Het concept van de eerste editie is komend jaar de basis voor een geheel nieuwe reiservaring. De slogan “Explore New Horizons” komt bij de tweede editie tot zijn recht tijdens de avontuurlijke motorreis waarin deelnemers vier landen doorkruisen. Op zaterdag 8 juni ontmoeten 150 avonturiers elkaar bij het eerste bivak in de Duitse deelstaat Beieren. Na de Ténéré Experience op zondag 9 juni, begint op maandag 10 juni de reis van 5 etappes door Duitsland, Oostenrijk, Slovenië en Kroatië. Deelnemers kunnen rekenen op routes van de gebaande paden, met een flinke dosis onverharde wegen. Voor wie dat wil zijn er volledig verharde alternatieve routes beschikbaar. De routes leiden door prachtige landschappen met uitzichtpunten en interessante bezienswaardigheden.

Aankoopdossier Yamaha Ténéré 700: woestijnkind

De Ténéré Travel Trophy is geen race, maar elke dag zijn er wel nieuwe uitdagingen, waarmee de deelnemers punten kunnen verdienen om in het klassement te stijgen. Op vrijdag 14 juni zal de top 3 Ténéré Travelers gehuldigd worden op het podium. Na het ontbijt op zaterdag 15 juni is het programma afgelopen en vervolgt iedereen zijn eigen weg.

De ticketprijs voor het evenement bedraagt 999,00 euro. Deelnemers hebben de mogelijkheid om een optioneel Dealer Package af te nemen voor 800,00 euro. Hierbij geniet de deelnemer van diverse gemakken: een check-up van de motorfiets bij de dealer, motortransport, bus- en vliegreis en bagagetransport. Voor 200,00 euro is het bagagetransport ook los te boeken.

Eerste editie

2023 is het jaar van vier decennia Yamaha Ténéré. Deze mijlpaal vierde het merk afgelopen juni daarom met de eerste editie van de Ténéré Travel Trophy. Meer dan 100 Ténéré-rijders verschenen aan de start. In Noord-Frankrijk werd een Frans château omgedoopt tot Ténéré Town. Na de eerste nacht onder de sterrenhemel stond de Ténéré Experience op het programma. Deze dag stond bol van masterclasses, clinics, workshops en outrides op een 33 hectare groot offroad speelterrein om de deelnemers voor te bereiden op de reis. Na deze enerverende dag begonnen de Ténéré rijders aan de reis van 5 etappes dwars door Frankrijk, Andorra en Spanje. Voor deelname aan de volgende editie kan je je hier aanmelden.

Bill Davidson, vicepresident Harley-Davidson Museum: ‘Schatkist vol ongelooflijke verhalen.’

0
Bill Davidson Milwaukee

Harley-Davidson heeft dit jaar het 120-jarig bestaan groots gevierd. De festiviteiten in Boedapest en Milwaukee overtroffen alle verwachtingen. Honderdduizenden fans van over de hele wereld kwamen samen om Harley-Davidson te bewieroken. Exclusief voor de Benelux hadden we het privilege om Bill Davidson, kleinzoon van een van de oprichters én vicepresident van het Harley-Davidson Museum, thuis in Milwaukee te ontmoeten.

Tekst en foto’s: Laurent Cortvrindt

Hoe voel je je als zo’n mijlpaal nadert?

‘Het is een waar genoegen om toezicht te houden op zo’n iconisch merk als Harley-Davidson. Het museum, vol met motorgerelateerde memorabilia, is voor mij een schatkist vol ongelooflijke verhalen. Denk aan het begin met mijn overgrootvader en oudooms die hun droom opbouwden. Ons bedrijf heeft in 120 jaar zoveel verhalen verzameld. Denk even terug aan die tijd, toen de financiële reserves al in 1904 waren uitgeput, een jaar na de eerste motorfiets uit de schuur kwam. Een cheque van $170, geschonken door een familielid, gaf de oprichters de mogelijkheid hun droom te blijven volgen. Deze essentiële steun in de beginjaren en de slimme beslissingen die ze namen, hebben ons gebracht waar we nu zijn…’

120 jaar geschiedenis is iets om trots op te zijn.

‘Wat bewonderenswaardig is aan onze oprichters, is hun unieke expertise die ze inbrachten. Samen vormden ze een succesvol team, vastberaden en overtuigd van hun succes, ondanks de uitdagingen in het begin. We vergeten soms dat er ooit zo’n 150 motorfabrikanten waren in de VS! Een reis door de Eerste en Tweede Wereldoorlog, de depressie van de jaren dertig, de verkoop en overname…’

Joan Pedrero en Harley-Davidson doen mee aan de Africa Eco Race

Naast een motorfabrikant is jouw naam nu een symbool geworden…

‘Zeker. Mensen vragen me vaak wat Harley-Davidson vertegenwoordigt. In de kern is het een uniek avontuur in de geschiedenis van motorrijden. Met meer dan een half miljoen HOG-leden wereldwijd en mensen die onze naam op hun huid tatoeëren, is het een levensstijl die we koesteren. We leveren een bijdrage aan deze levensstijl en streven ernaar deze te laten groeien. Het “toegangsbewijs” tot ons merk is simpelweg de passie voor motorrijden. Daarna is het onze verantwoordelijkheid om ervaringen te bieden aan onze klanten: rallies, HOG-evenementen… we willen onze fans betrokken houden bij deze speciale wereld. Hoe meer we ze bieden, hoe meer ze rijden. En hoe meer ze rijden, hoe vaker ze naar een dealer gaan voor service, accessoires, kleding… Het is een krachtig model, en overal waar ik ga, voel ik me thuis tussen de Harley-Davidson enthousiastelingen.’

Wat staat er te wachten in de toekomst voor Harley-Davidson?

‘Mijn vader is met pensioen en schildert nu. Hij schetste altijd concepten op servetten tijdens vergaderingen. Inspiratie kan overal vandaan komen. Op basis van zijn ideeën zijn motorfietsen en logo’s ontwikkeld. Deze verhalen verklaren deels waarom onze geschiedenis en ons merk zo robuust zijn. Unieke elementen vervagen niet. Net zoals onze filosofie. We blijven nauw verbonden met onze klanten. We blijven samen rijden. In 120 jaar hebben we geleerd wat we als motorbouwer moeten vermijden. Zelfs na 120 jaar streven we nog steeds naar uitmuntendheid, omdat het werk nooit af is. Technologie, innovatie, mechanica, elektronica… ze evolueren voortdurend.

En net zoals zij zich ontwikkelen, evolueren wij mee. Ik geloof oprecht dat we over 120 jaar nog steeds zullen bestaan. Mensen leven en ademen Harley-Davidson. Voor sommigen is het een emotionele ervaring om door de deuren van ons museum te lopen; het is voor hen een toevluchtsoord. Ik heb mensen ontmoet van over de hele wereld die speciaal naar Milwaukee reizen om het Harley-Davidson Museum te bezoeken. Dat is toewijding. Daarom geloof ik dat onze toekomst stevig gefundeerd is. We zijn bezig met de ontwikkeling van onze elektrische modellen, hebben net het trail-segment betreden… en op basis van deze successen blijven we leren in nieuwe markten.’

Je hebt altijd voor Harley-Davidson gewerkt. Heb je nooit overwogen om iets anders te doen?

‘Mijn andere grote passie is skiën. Gelukkig kan ik regelmatig naar Whistler gaan om te genieten van downhill, mijn favoriete discipline. Het doet me denken aan motorrijden. Als kind kon ik dankzij mijn moeder al skiën. Wat betreft mijn professionele carrière, ik ben nooit onder druk gezet om voor Harley-Davidson te kiezen. Integendeel, het was een eer om niet “voor” maar “met” mijn vader te werken. Mijn ouders hebben ons altijd aangemoedigd om onze dromen na te jagen. Aangezien ik op 7-jarige leeftijd verliefd werd op motorrijden, was het een natuurlijk pad. Naarmate ik ouder werd, groeide mijn interesse.’

Harley-dealer Big-Rivers overgenomen door Mark Wegh

Als je zelf een motor zou moeten kiezen, welke zou het dan zijn?

‘Dat is een lastige vraag, echt heel lastig… Ik heb zelf aan motorcross en offroad gedaan, dus het zal je niet verbazen dat ik een KTM EXC450 bezit. Ik hou van die machine. Binnen het assortiment van Harley-Davidson… het is nog moeilijker om te kiezen. Maar als ik er echt maar één zou moeten noemen, dan zou het serienummer één zijn. Omdat dat het begin vertegenwoordigt van het hele verhaal en de ongelooflijke odyssee van Harley-Davidson. Toen ik erop mocht rijden, was dat een enorme eer. Wat een leven in die motor!’

Denk je dat het Milwaukee-Eight blok een lang leven is beschoren?

‘Zeker, nog heel lang. De huidige technologie is buitengewoon. De cilinderinhoud, het vermogen en het koppel van onze V-Twins zijn door de jaren heen toegenomen. Ondanks dat worden onze motorfietsen steeds zuiniger, met een motor die steeds flexibeler wordt. Dit moedigt ons aan om de V-Twin voort te zetten.’

DMC en KNMV: samen voor jeugdmotorsport

0
DMC en KNMV MiniGP

DMC en KNMV bundelen hun krachten om samen de jeugdmotorsport en FIM MiniGP te ondersteunen in 2024. Ze gaan namelijk gezamenlijke evenementen organiseren, waarbij de KNMV-competitie op zaterdag plaatsvindt, de DMC-competitie op zondag. Daarnaast is de FIM MiniGP onderdeel van het weekendprogramma.

De twee organisaties hebben ervoor gekozen om hun kalenders op elkaar af te stemmen en dezelfde circuits te gebruiken. Hierdoor moet er meer samenwerking ontstaan tussen beide competities. Dit maakt het ook mogelijk om de FIM MiniGP weer in Nederland te organiseren, wat een belangrijke stap is voor jonge coureurs die dromen van een toekomst in de MotoGP.

Wereldtoppers: GP zijspancross, EK grasbaan zijspan, WK langbaan

De FIM MiniGP is bedoeld voor coureurs tussen 10 en 14 jaar oud. Daarnaast maakt de competitie deel uit van het ‘Road to MotoGP’-programma van Dorna. De beste twee rijders krijgen de kans om deel te nemen aan de finalewedstrijd in Valencia. Dit biedt hun een unieke kans om zichzelf te laten zien en mogelijk door te stromen naar prestigieuze competities zoals de Red Bull MotoGP Rookies Cup.

Toenadering

DMC-voorzitter Jolle Wind is blij met de toenadering van de twee bonden: “Ik zie dit als een mooie eerste stap in het samenwerkingsproject tussen DMC en KNMV. De beide competities zullen in de bekende opzet georganiseerd worden, maar we optimaliseren de organisatie door in één paddock en op één circuit samen te komen”.

Coördinator van het NK Junior Moto Racing van de KNMV, Roy Ten Napel: “Road to MotoGP heeft hoge prioriteit. Kijk naar het seizoen wat een rijder als Collin Veijer neerzet. Daar mag Nederland echt trots op zijn, maar we moeten veel meer van dit soort talenten klaarstomen én naar een podium brengen waar ze zichzelf in de kijker kunnen rijden. Daarvoor zullen we in de FIM MiniGP met een vaste rijderscoach gaan werken die de rijders helpt waar nodig.” De betrokken partijen kijken uit naar het seizoen 2024 en werken aan een kalender die ze later nog delen.

De geschiedenis van het legendarische merk B.S.A.

0
Model A met 750 cc V-Twin zijklepper.
Model A met 750 cc V-Twin zijklepper.

Het Britse merk BSA, voluit ‘Birmingham Small Arms Trade Association’, was ooit een wereldwijd vermaarde fabrikant die in de meeste gevallen zelf produceerde of andere merken onder haar hoede had. De geschiedenis van BSA leest als een spannend jongensboek met steeds weer nieuwe hoogtepunten.

Het is onbegonnen werk om op twee pagina’s de imponerende geschiedenis van BSA samen te vatten, zelfs al zouden we ons alleen maar concentreren op de motoren. BSA produceerde namelijk ook auto’s, fietsen en wapens. Ook klinkende namen als die van ontwerpers als Val Page en Edward Turner, zijn aan het merk BSA verbonden.

OORLOG

BSA werd in 1861 opgericht als wapenfabriek, maar begon ook al snel fietsen te produceren. De eerste voorzichtige schreden op het pad der motorfietsen werden in 1903 genomen toen BSA frames maakte voor o.a. Fafnir en Minerva motorblokken. In 1908 kwamen de eerste BSA auto’s, maar het succesverhaal op wielen startte pas goed toen in 1910 Daimler werd ingelijfd. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog produceerde BSA al zeven modellen solo motorfietsen en twee zijspanmodellen. Daarmee was BSA op dat moment de grootste producent van (motor)fietsen in het Verenigd Koninkrijk. In het interbellum leverde BSA een kwart van alle Britse motorfietsen. BSA overleefde zelfs de Beurskrach van 1929. Niet vanwege de motorfietsverkopen, maar door populaire driewielers en sportfietsen. Met de Tweede Wereldoorlog in zicht, was BSA de enige grote producent van wapens, motoren (model M20) en voertuigen voor de Geallieerde legers die volop kon leveren. Er gaat zelfs een verhaal dat de Duitse Veldmaarschalk Erwin Rommel bij de slag van El Alamein uit zijn precaire situatie wist te ontkomen in een buitgemaakte Daimler (Dingo) Scout Car.

BSA GROEP

Tijdens WW2 had BSA 67 fabrieken en naast eigen producten werden ook veel producten in licentie gemaakt en er waren nevenmerken. De motormerken Ariel, New Hudson, Triumph en Sunbeam hoorden ooit bij de BSA groep. Sunbeam was trouwens voorbestemd om een ‘Engelse BMW’ te worden, aangezien BSA als herstelbetaling de bouwtekeningen  van het BMW R75 Wehrmachtgespann in handen had gekregen. Dat plan kreeg geen bijval zo vlak na de oorlog, maar de BSA Bantam, de kopie van de DKW RT125, haalde het wel. Maar net als met de andere grote Britse merken, kon ook BSA niet op tegen de combinatie van de opkomende Japanse concurrentie. De laatste poging het tij te keren was het uitbrengen van de Rocket 3, die het op moest nemen tegen de Honda CB750. Maar dat mocht helaas niet baten, want in 1972 werd de productie gestopt. In de jaren daarna werden er nog verschillende pogingen gedaan om het merk in leven te houden, maar in 2007 viel definitief het doek.

TERUGKEER

Tegenwoordig is BSA onderdeel van Classic Legends, een dochteronderneming van het uit India afkomstige Mahindra. Vanaf 2021 bouwen ze verschillende modellen op basis van een 650 cc ééncilnder motorblok.

TIJDLIJN B.S.A.

1861

Birmingham Small Arms wordt opgericht.

1869

Eerste BSA (Penny-Farthings) fietsen.

1903

BSA levert frames met achtervering.

1907

De eerste BSA auto’s worden geproduceerd.

1910

BSA koopt de Daimler autofabriek.

1919

Eerste 770 cc zijklep-V-twin (Model E) wordt gepresenteerd.

1926

Model S (Sloper) wordt uitgebracht.

1930

BSA gaat weer wapens produceren.

1931

BSA koopt het automerk Lanchester.

1943

BSA koopt Sunbeam (fietsen).

1946/47

De 500 cc BSA A7 en A7 Star Twin zijn nieuw ontworpen motoren. Andere modellen waren al ontwikkeld, maar werden nu uitgebracht waaronder de B33, C10, C11 en M21 zijspancombinatie.

1950

Het merk New Hudson wordt ingelijfd en de A10 650 cc Golden Flash wordt uitgebracht.

1951

Triumph komt bij de BSA groep.

1954

Carrosseriefabriek Carbodies wordt overgenomen en de BSA A7 en A10 krijgen een swingarm.

1958

De pre-unit constructie wordt deels verlaten en BSA SS80 en B40 komen uit.

1960

Daimler wordt verkocht aan Jaguar.

1961

BSA bestaat 100 jaar en beëindigd de productie van wapens.

1963

De Gold Star gaat uit productie.

1968

De BSA Rocket 3 wordt in productie genomen.

1971

Onder andere coureur John ‘Mooneyes’ Cooper behaalt met de Rocket 3 racer 6 overwinningen. 1972 BSA wordt samengevoegd met Norton Villiers.

1976

Merknaam BSA wordt verkocht.

1991

BSA wordt samengevoegd met Andover Norton Ltd.

1994

BSA heet nu BSA Regal en levert retro modellen met Yamaha SR 400 en SR 500 motorblokken.

2003

De BSA Wasp met een 1000 cc paralleltwin komt niet verder dan een prototype.

2007

Het doek valt definitief voor BSA.

2021

Het merk BSA wordt weer nieuw leven ingeblazen door het in India gevestigde Mahindra.

Promotor 10 2023

0

MOTO73 21 2023

0

Ontdek de Bering Lady Leonarda 2: Een veelzijdige motorlaars voor dames

0

Binnen de Metro line-up van Bering is er nu de Bering Lady Leonarda 2, een stijlvolle dames motorlaars die goed past bij chopper-, cruiser- en retrorijders. Het synthetische leer heeft een mooie uitstraling en is goed afgewerkt. De Leonarda 2 kan ook buiten het motorrijden gedragen worden.

Tijdens het rijden is de Lady Leonarda 2 motorlaars comfortabel te dragen. Om het leer te beschermen, is de Leonarda 2 voorzien van een verstevigd gedeelte bovenop de neus, zodat schakelen geen beschadigingen veroorzaakt. Daarnaast is de Bering Lady Leonarda 2 waterdicht, waardoor regen geen probleem is. Het leer zelf biedt ook de nodige bescherming voor onverhoopte ongelukken.

Om het comfort te waarborgen, heeft de Lady Leonarda 2 een zachte textielen binnenkant die prettig aanvoelt en het lopen naast het rijden gemakkelijk maakt. Ondanks het waterdichte membraan is de motorlaars voldoende ademend, zodat het ook tijdens warm weer comfortabel blijft.

Voor een betere pasvorm heeft de Leonarda enkelverstelling met klittenband. Deze verstelling heeft reflecterend materiaal voor extra veiligheid. Het instappen is eenvoudig dankzij de treklussen aan de achterzijde van de laars. De rits aan de zijkant zorgt voor een gemakkelijke en comfortabele sluiting.

Beschikbaar in maten T36 tot en met T41 en alleen verkrijgbaar in het zwart. De prijs is €159,99.

Where is Anna? Herdenkingsrit langs de frontlijn van WO I in België

3

Tijdens WO I zocht de Britse motorkoerier John onvermoeibaar, doch tevergeefs naar verpleegster Anna, die hij had ontmoet in een veldhospitaal. Hans Devos, zijn broer Jurgen Devos en Jurgen Meeschaert, organiseren jaarlijks een historische motortour met de naam ‘Where is Anna’. De deelnemers herdenken hiermee niet alleen de liefdesdaad van John, maar ook alle moedige motorkoeriers in die verschrikkelijke Eerste Wereldoorlog…

We vertrekken met ruim 130 deelnemers vanuit De Coude Scheure, Mannekensvere in het zuidwesten van België, voor de in totaal 87 km lange rit. De lange stoet rochelende, walmende en stampende oude motoren komt even later aan bij ‘WO I museum 14-18 Cabour’. Daar krijgen we een rondleiding en uitleg over het Belgisch Militair Hospitaal, opgericht in april 1915.

ANNA

We treffen daar ook actrice Riet, die als ‘re-enactor’ Anna’s collega-verpleegster uit die tijd speelt en stellen haar de vraag die ons allen vandaag zo bezighoudt; ‘Waar is Anna en heeft zij haar geliefde John ooit weer ontmoet?’ “Awel”, antwoordt Riet met lieflijk Belgisch accent, “Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden alle jonge mannen opgeroepen om naar het front te trekken. De achtergebleven vrouwen wilden ook hun steentje bijdragen en boden spontaan hun hulp aan om te werken in de gaarkeukens, het maken van munitie of te helpen in de veldhospitalen. Anna was een dochter van een rijke notaris in Mannekensvere en ook zij wilde helpen in de veldhospitalen, maar daar was haar vader op tegen en wist een plaatsje te versieren in de Koninklijke villa in De Panne. Anna werd daar als dienstmeid aangesteld en in haar vrije tijd trachtte ze in het nabijgelegen veldhospitaal bij te springen, want er was een groot tekort aan helpende handen.

Riet vertelt verder; “Op een dag kwam John, een jonge Britse motorkoerier, gewond aan bij de villa en Anna kreeg de taak voor hem te zorgen. En zo bouwden ze een band op met elkaar. Nadat hij hersteld was, vertrok John weer naar het front. Daar kreeg hij onmiddellijk spijt dat hij Anna niet had durven vertellen over zijn gevoelens voor haar. Het eerstvolgende vrije weekend raapte hij al zijn moed bij elkaar en reed naar de villa. Daar aangekomen bleek het hele koninklijke gezelschap te zijn vertrokken, dus ook Anna. John werd verteld dat zij vertrokken was naar een veldhospitaal dicht bij de frontlinie. Hij rijdt naar het veldhospitaal, maar zonder succes. Daarna heeft John alle veldhospitalen langs de frontlinie afgereisd, maar Anna jammer genoeg nooit gevonden.

Riet doet een suggestie: “Ik denk dat hij op een verkeerd spoor zat, want intussen had de koningin een school gesticht in Alveringem en heeft Anna daar gewerkt in plaats van in die veldhospitalen. Als kind van een notaris kon zij immers lezen en schrijven en is zij daar als lerares gaan werken. Dus moeten we haar niet zoeken in de veldhospitalen, maar in de oude school van Alveringem. Ik weet het natuurlijk niet zeker, maar het is een mogelijkheid…”

HEL OP AARDE

We stoppen hier en daar om wat te eten en te drinken. De rit wordt vervolgd en een volgende stop is bij het Belgisch Militair kerkhof in Keiem. Het is mooi weer en de graven liggen er vredig bij. Wat zijn er toch veel mensen gestorven in deze vreselijke oorlog. Een moment van bezinning is op zijn plaats. Wat ook even later het geval is als we de beruchte rivier de IJzer oversteken. Ook hier waren enorme loopgraafcomplexen waar gruwelijk werd gevochten. In gedachten neem je het op en kan je nauwelijks voorstellen hoeveel verschrikkingen daar hebben plaatsgevonden. In de loopgraven lag de dood overal op de loer. Onder het onophoudelijk gedaver van kanonnen in de modder met ziekte, pijn, kou en regen. Geen sanitair en nauwelijks iets te eten en te drinken. De gruwelen van de Grote Oorlog zijn Nederland gelukkig grotendeels gespaard gebleven, maar in België was het de hel op aarde.  

VOLGEND JAAR

Nog onder de indruk van ons bezoek aan het Militair kerkhof, komen we eind van de middag aan in Mannekensvere. De BBQ staat al aan en de bar is open. Het was een mooie en indrukwekkende dag, maar Anna is nog steeds niet gevonden. Dus gaan we volgend jaar met zijn allen weer op zoek!

Dank aan Hans Devos, Filip Berquet en Riet Sinnaeve, bijgestaan door collega Filip Berquet.

More is More: Het sensationele V8 project van Otto Nijs

0
Otto Nijs: More is More

Superlatieven schieten tekort wanneer Otto Nijs het lijstje met bijna onwerkelijke specificaties van zijn motor oplepelt. Een 5800 cc metend V8 motorblok met dubbele turbo, lachgas- en water-methanol injectie met een geschat vermogen van ruim 700 pk! Alles is zo’n beetje zelf gemaakt, inclusief het frame. En met digitale elektronische technieken, die het verstand al gauw te boven gaan

Ruim 20 jaar is Otto met dit project bezig geweest. Stel je maar eens voor: alles zelf ontwerpen, verzinnen, maken en uitproberen. Er achter komen dat iets na de euforie van de oplossing niet blijkt te werken en soms zelfs verwoestend destructief blijkt. Diepe ellende voelen na weer een mislukking en dan toch weer volhardend doorgaan tot het wèl werkt. Een levenswerk zonder einde.

GEWOON EEN KENTEKEN

Theatraal gaat het doek van de motor af. Als Bigtwin-reporter ben ik de eerste die de motor, na twintig jaar bouwen, officieel live mag aanschouwen. Een hele eer. En dan word je stil. En heel klein. Want ik sta oog in oog met een zelfbouwproject op het allerhoogste niveau. Een absoluut unieke creatie, die een kruising tussen een dragbike en een straatfiets lijkt te zijn. Had ik al gezegd dat deze motor ‘gewoon’ bij de RDW gekeurd is en ‘gewoon’ een kenteken heeft en dus op de openbare weg mag rijden? Het verhaal achter deze machine op enkele pagina’s samenvatten is onmogelijk. Zelfs de website waarop de bouw gevolgd kon en kan worden, schiet jammerlijk tekort.

De 57-jarige Otto Nijs is docent aan de Kunstacademie ArtEZ Arnhem en rijdt motor sinds 1989. Naast de vele motoren voor dagelijks gebruik, valt vooral zijn zelfbouw ‘Less is More’ Honda CBX Inox in het rijtje op. Nadat de CBX klaar was werd het tijd voor het project ‘More is More’.

Otto vertelt: “De bouw startte in 2002 en vele mensen en bedrijven hebben me geholpen: aanvankelijk Klaus Sarembe, vervolgens sloot Niels Saarloos aan en de laatste jaren vooral Peter Scheepers. De complete bouw van de motor duurde van 2002 tot eind 2022 en kende vele technische en emotionele ups en downs.”

EXTREEM COMPROMISLOOS

Otto: “Mijn eerste zelfbouw bouwde ik dus volgens het bekende principe ‘Less is More’: een dikke zescilinder in lijn en verder alles weglaten wat niet strikt noodzakelijk is. Deze V8 bouwde ik echter volgens het principe ‘More is More’, dus kijken hoe ver je kunt gaan qua power. Daarnaast wilde ik een sportieve, sobere lijn, waarbij de motor een dragrace uitstraling moest hebben, met zo min mogelijk verstorende zaken, zoals enorme radiatoren, gigantische dynamo voor het blok of zo’n idioot grote benzinetank voor je neus.” Otto heeft alles ‘in huis’ om zo’n project te beginnen. Hij is gezegend met een enorme dosis technisch vakmanschap en ook de digitale wereld is hem wel toevertrouwd. Ook kennis van motorfietstechniek, materiaalkennis en het bedienen machines is essentieel. Maar de belangrijkste eigenschap is misschien nog wel: doorzettingsvermogen.

VRIENDEN

Als eerste kocht Otto een Chevrolet V8 blok, een dikke carburateur en nog wat meer onderdelen. Echter, bij de eerste mock-up op wielen bleken de carburateurs met luchtfilter veel te hoog te worden, dus besloot Otto ‘om dan zelf maar een injectiesysteem te bouwen’. Met behulp van geavanceerde computerprogramma’s werden in de eerstvolgende jaren tekeningen in 2- en 3D gemaakt, waarna de onderdelen werden gefabriceerd. Vrienden sprongen waar nodig bij. Otto heeft wat samenwerken betreft een mooie uitspraak; ‘Motorbouwen is 80% overleggen en 20% daadwerkelijk uitvoeren.’ Het standaard Chevrolet two-bolt blok bleek al gauw vrijwel zeker niet tegen het extra pk-geweld van Otto’s tuning opgewassen te zijn. Een nieuw, sterker four-bolt high-performance blok werd gebouwd, waarbij alles, maar dan ook alles werd zelf ontworpen en gemaakt. Voor bepaalde onderdelen moest Otto zelf de benodigde gereedschappen en machines maken.

LEVENSWERK

“Er ging veel mis”, vertelt Otto. “Vaak stond ik met samengeknepen billen naast de testbank. ‘Als ‘t maar heel blijft’ dacht ik dan. Een blok aan diggelen, vonkenregens uit de koppeling, van alles hebben we meegemaakt. Weken bezig zijn met iets, om erachter te komen dat er dan weer iets anders kapot is.” Laconiek vervolgt hij; “Het hoort bij de ontwikkeling. Vaak zag ik het ook als een goed excuus om weer iets te kunnen maken en mezelf te verbeteren.” Zoals gezegd werd alles in de computer ontworpen. “Neem iets simpels als de ontluchtingsnippel van de achterrem. Ik moest deze inkorten, zodat deze net genoeg ruimte in de velg heeft”, wijst Otto. “Van de benzinetank maakte ik eerst in de computer een 3D model en van daaruit van piepschuim een ‘echt’ model, anders krijg ik geen ‘feel’ met hoe dat ding er uit gaat zien.”

FREAKWERK

“Maar goed”, vervolgt Otto. “In die benzinetank moesten dus twee brandstofpompen inkomen, zonder zichtbaar te zijn. Telkenmale bleek hitte mijn allergrootste vijand, maar ik wilde niet zo’n enorme radiateur in het zicht hebben. Samen met een specialist zijn we tot een mooi compact compromis gekomen. Bovenin de tank liggen twee grote flessen, oorspronkelijk bedoeld voor NOS lachgas. Toen bleek dat de lucht die vanuit de turbo het inlaatspruitstuk ingaat, ook nog te heet was, hebben we een van die flessen op druk gezet met lucht en de achterbrug gevuld met een 50/50 % mengsel van water/methanol. Dit wordt dan onder druk verneveld in het inlaatspruitstuk. Hierdoor had ik geen lelijke pomp nodig en ook geen reservoir en bleef het design in takt. Het geheel wordt weer beveiligd met een volumesensor die zorgt dat er een waarschuwing te zien is als er niet genoeg mengsel meer in de achterbrug zit.” Wijzend naar de achterbrug; “Ik moest die ook verstevigen, vandaar die rondgebogen buis in de achterkant van de brug. Nu is het een soort driehoeksverbinding, dus beresterk. Zo past het design van de achterbrug ook optisch mooi in het geheel. Het beugeltje, waar het achterspatbord mee op de achterbrug is bevestigd, ontwierp ik ook eerst in de computer, net als de rand net boven de remschijf. Ik kan daar uren zoet mee zijn en doe dat het liefst als ik helemaal alleen ben. ‘Freakwerk’, ik kan mijzelf in zoiets helemaal verliezen, daar geniet ik van.”

DETAILS

Aan de voorkant zien we, naast de twee meer dan sexy turbo’s, twee kleine dynamo’s. Want er is voor de vele digitale systemen en zaken als de waterpomp etc. toch best veel stroom nodig voor zo’n dik blok. “Een grote dynamo, zoals bij de standaard V8 motoren voorop of naast het blok, vind ik afschuwelijk staan. Ik heb net zolang gepuzzeld tot ik met twee kleine hetzelfde resultaat boekte, maar met een veel mooiere en vooral symmetrische plaatsing.” Voor elk onderdeel werd minutieus een oplossing gezocht, die zowel technisch als optisch perfect is. Een motor die bijna helemaal symmetrisch is, met de linkerkant in mat (de brute kant) en de rechterkant in glanzend zwart (de gemoedelijke kant). Zelfs het minimalistische zadel is zo gemaakt, met in het midden om en om raceblokjes. Die zitten ook, nauwelijks zichtbaar, op de velgen. Hoe langer je kijkt, hoe meer details je ziet.

MAD MAX 

En daar staat ie dan, klaar om te rijden, met een geldig Nederlands kenteken. “Bij de RDW bleek bij de eerste keuring in Lelystad dat nog niet alles helemaal goed was, de richtingaanwijzers hadden geen CE-keuring en het geluid hè… Ik had gedacht dat de turbo’s het aardig zouden dempen, maar toen de keurmeester voluit door de kombaan ging dacht ik al, ‘dit wordt ‘m niet’. De tweede keuring bleek alles dik voor elkaar en kan je dus ook op een extreme bike een kenteken krijgen!”

We hebben een mooie fotolocatie op een scheepswerf. De rit erheen is iets speciaals. Otto’s zithouding op de ‘More is More’ is die van een dragrace coureur. Het enorme blok met een koppel waar een mammoettanker jaloers op kan zijn, behoeft geen versnellingen. De speciale centrifugaalkoppeling zorgt via een haakse overbrenging voor een sterke verbinding via de ketting naar het achterwiel. Als Otto wegrijdt lijkt het net een accelererende Topfuel dragster in een Mad Max scene. En als het gas nog wat verder open gaat, hoor ik een magnifieke, unieke sound en het hoogtoerige fluiten van de turbo’s. Kippenvel, huizenhoog. Wat een geweld! Wat een power! Maar vooral…. Wat een fenomenaal levenswerk!

Dank aan scheepswerf van Millingen aan de Rijn

TECHNISCHE GEGEVENS – MORE IS MORE
ALGEMEEN
Eigenaar en bouwer:Otto Nijs
Merk:Eigenbouw
Model:More = More
Bouwtijd:20 jaar
MOTORBLOK
Bouwer:Jacco Griekspoor
Merk:Chevrolet
Bouwjaar:omstreeks 1980
Cilinderinhoud:5,8 liter
Type:V8, fourbolt Performance, cast iron
Carburatie:one-off, Edelbrock
Turbo:2 x Garrett
Luchtfilter:2 x K&N #RC-9350
Luchtfilterhuis:custom made
Inlaatluchtkoeling:custom made injectiesysteem
Ontsteking:2 x Bosch Double Fire Coil
Koeler:custom made
Uitlaatsysteem:custom made
Versnellingsbak:geen, want gemodificeerde centrifugaalkoppeling
Motormanagement:MS3Pro
Relaybox:custom made
Stuurschakelunits:custom made
RIJWIELGEDEELTE
Frame:60×3 mm staalbuis
Voorvork:GSX-R 1000, gemodificeerd
Balhoofdplaten:custom made
Achterbrug:60 x 3 mm staalbuis
Schokdempers:custom made, SO Products
Voorwiel:custom made, Avon Cobra Chrome band AV91 130/70-B18
Achterwiel:custom made, Avon Cobra Chrome band AV92 300/35-VR18
Rem voor:2 x Nissin 6-zuiger klauw met Brembo pomp
Rem achter:2 x Nissin 6-zuiger remklauw met Nissin rempomp
DIVERSEN
Voorspatbord:Zodiac, modified
Achterspatbord:Zodiac Bellwether, modified
Spatbordsteunen:custom made
Benzinetank:custom made, aluminium
Claxons:Hella Twin Supertone Horn, 118 dB
Dashboard/Tellers:Motogadget Chronoclassic
Stuur:custom made, RVS
Schakelaarhuizen:custom made, aluminium
Achterlicht:custom made
Zadel:Miller Kustom Upholstery
Voetsteunen:custom made, RVS
Rem- schakelpedaal:one-off, RVS
SPUITWERK
Kleur:RAL 9005 mat en RAL 9005 glans
Spuiter:Kustombart
Idee:Otto Nijs
Design:Otto Nijs
DANK AAN
Frederiek, Scheepers Motorsport, Niels Saarloos, Klaus Sarembe (†), Jacco Griekspoor, Kustombart, Willy Naves, Josef Siebers, Hans Eickeler, Hartgers Radiateuren, Joe Hillers, Jurriën van de Geer, Michel Verrips, Fa. Holl, Eddie Duine, Jan van Atteveld, Ivo Doornenbal, Benno Krabbenborg, Robert Begeman, Roelf de Haan, Fa. Gacon, Leo Baars, Koen Roemaat, Micky! en Frans. Meer info: moreismore.bike