woensdag 25 juni 2025
Home Blog Pagina 9

100 Jaar TT Assen – Loek Bodelier: ‘Ik krijg er nog kippenvel van’

0
Loek Bodelier

Nederlandse overwinningen in de TT zijn zeldzaam, héél zeldzaam. Enkel Wil Hartog, Jack Middelburg, Paul Lodewijkx, Egbert Streuer, Bernard Schnieders en Hans Spaan hebben het Wilhelmus laten klinken op Grand Prix-niveau in Assen. Toch zijn er talloze andere unieke en soms bijna vergeten Nederlandse TT-momenten. Momenten waarop alles perfect samenviel, of juist nét niet. Prestaties die minstens zo indrukwekkend waren als een Grand Prix-zege. Ter ere van het 100-jarig bestaan van de TT in Assen sprak Moto73 met acht Nederlanders die een bijzonder TT-verhaal te vertellen hebben.

Dertig jaar lang was hij de laatste Nederlander die op het podium stond tijdens de TT van Assen. Toch is de Brabander bij het grote publiek relatief onbekend. Loek Bodelier zorgde in 1994 voor een verrassing door een knappe derde plaats te behalen in de 125cc. Met de inmiddels 59-jarige Bodelier blikken we terug op deze bijzondere race, waarin hij in de slotfase zelfs kort aan de leiding ging.

100 jaar TT Assen – Wilco Zeelenberg: ‘Moest dat nou zo?’

Loek, werd je er vaak aan herinnerd dat je de laatste Nederlander op het TT-podium was?

‘Natuurlijk besef je dat. Ik werd ieder jaar wel gebeld en erover aangesproken, over hoe bijzonder die dag was. Afgelopen jaar stond Collin (Veijer) op het podium. Het was bijna een zege en dat voelde voor mij herkenbaar. Een jaar eerder hoopte ik al dat Collin op het podium zou staan, want ik wist dat het erin zat. Ik vind het geweldig hoe hij het doet en hoop dat hij deze lijn kan doortrekken, al is de Moto2 een lastige klasse. Het betekent in elk geval dat ik niet meer de laatste Nederlander op het TT-podium ben. Dus waarschijnlijk krijg ik nu wat minder telefoontjes, maar dat is helemaal niet erg.’

Was die derde plaats in de 125cc-race tijdens de TT van Assen in 1994 de beste race uit je carrière?

‘Zeker qua resultaat en het was ook mijn beste race in Assen. Maar in de Grand Prix heb ik meer goede races gehad. In mijn eerste GP-jaar (1992) had ik ook al een aantal uitschieters in de 125cc. Ik reed toen met Yokohama-banden, die duidelijk minder waren dan die van de concurrentie. Ik koos wat binnen mijn budget paste, maar die banden begonnen na een paar ronden al flink te slijten. Tijdens de eerste Grand Prix van 1993 op Eastern Creek in Australië stond ik op de eerste startrij, nadat ik in veel trainingen bovenaan had gestaan. Toen ging het echt geweldig en dat aan het begin van mijn tweede jaar. In de race streed ik voor een podiumplaats, totdat een membraanplaatje stukging.’

Maar later dat jaar, tijdens de TT Assen van 1993, reed je niet in de 125cc maar 250cc. Leg uit!

‘Dat was zeker niet uit luxe. Ik zat dat jaar bij een Italiaans team met Ezio Gianola als teamgenoot. We reden met een eigenbouw chassis, wat in Australië heel goed uitpakte. Vervolgens in Maleisië ging het minder en in Japan ging ik in de trainingen met 200 km/u hard onderuit en schoof onder het luchtkussen door tegen een betonnen muur. De race wel gestart, maar uitgevallen omdat ik geen rem meer had. In Jerez liep ik een aantal botbreuken op en was uitgeschakeld. Voor de TT Assen was ik hersteld, maar vanwege perikelen in het contract was mijn enige optie om te starten in de 250cc. Ik heb het seizoen niet kunnen afmaken, maar in 1994 was ik terug in de 125cc met een eigen team in een samenwerking met het Duitse Zwafink Racing.’

Je scoorde vrij constant WK-punten voorafgaand aan de TT van Assen in 1994 en was al eens in de top tien geëindigd, maar in Assen trainde je als achtste. Was dat dan toch het thuisvoordeel?

‘Iedereen denkt dat het een thuisvoordeel is, maar dat is niet zo. Wanneer er 100.000 mensen naar je kijken, is dat eerder een nadeel. Natuurlijk reden we weleens op het nationale circuit van Assen, maar dat had een andere layout dan tijdens de Grand Prix. Mijn motor had flink minder vermogen. Ik wist dat ik het verschil kon maken op de remmen en dat ik op dat punt sterker was dan al mijn concurrenten.’

Had je vooraf gedacht dat je voor het podium kon rijden?

‘Dat wist ik niet, dat hing mede af van de start en hoe je door de eerste bochten kwam. Kun je gelijk de aansluiting vinden? In eerste instantie lukte dat niet, maar toen kwam Takeshi Tsujimura met zijn snelle Honda voorbij. Hij was slecht gestart en ik kon in zijn slipstream aanhaken. Op de rechte stukken verloor ik veel met mijn Honda, maar bij het remmen kon ik veel goedmaken. Tsujimura, Jorge Martinez, Tomomi Manako (die later zou uitvallen) en ik reden samen naar de twee koplopers toe en zo konden we uiteindelijk met vijf rijders gaan strijden voor de winst.’

De TT van Assen in 1994 was vanuit Nederlands oogpunt een geweldige dag: zowel Wilco Zeelenberg (links) als Loek Bodelier (rechts) behaalden een podiumplaats.

En met nog drie ronden te gaan kwam je zelfs naar de leiding. Heb je gedacht dat je de race kon winnen?

‘Daar ben je op dat moment niet mee bezig. Het was natuurlijk een geweldig moment om op kop te rijden, het publiek ging helemaal los. Maar je probeert zelf je hoofd erbij te houden en gewoon door te blijven gaan, want je bent nog niet in de laatste ronde.’

Toch leek je in de laatste ronde genoegen te moeten nemen met een vijfde plaats.

‘In de laatste ronde zat ik midden in de groep en probeerde Peter Öttl te passeren voor de tweede plaats in Ossebroeken. Ik kwam niet goed uit de bocht en viel terug naar de vijfde plaats. Op de Veenslang had ik geen slipstream en verloor de aansluiting. In het laatste deel van het circuit kon ik nog veel goedmaken. Kazuto Sakata en Öttl streden voor mij om de derde plaats en ze raakten elkaar al in de Ramshoek, en vervolgens ook op weg naar de Geert Timmer-bocht. Uit instinct besloot ik geen aanval te doen, want ik zag letterlijk aankomen dat het fout zou gaan.’

Vertel over de laatste meters en je gevoel toen je over de finish kwam.

‘Öttl ging bij het uitkomen van de chicane onderuit en Sakata moest door het gras. Ik kon eromheen en pakte de derde plaats. Ik schreeuwde van blijdschap in mijn helm, want dit is natuurlijk het mooiste wat je kan overkomen in je carrière. Ik wilde zo graag de TT rijden. In 1992 was dat gelukt en drie jaar later stond ik op het podium. Ik krijg er nog steeds kippenvel van. In de uitloopronde kreeg ik een Nederlandse vlag van wel tien meter. Die was zo zwaar en werd zo hard tegen mijn nek gedrukt dat ik bijna geen adem kreeg. Er kwam ook nog een vlag in mijn ketting terecht, waardoor ik crashte in de uitloopronde. Daarbij blesseerde ik nog mijn schouder, maar dat mocht de pret niet drukken.’

100 jaar TT Assen: de droomweek van Bert Smit

En toen naar parc fermé en het podium.

‘Daar kwamen alle emoties eruit, ook van dat pechjaar ervoor. Je weet dat het erin zit, maar je weet nooit wanneer je de kans krijgt om dat te laten zien. Nederland is een klein motorsportland en het is keihard werken om jezelf te profileren. Het was de tijd van Hans Spaan en Wilco Zeelenberg, ik stond wat dat betreft altijd op nummer twee. Ook was het net de tijd geweest van Egbert Streuer, die veel teweeg heeft gebracht in Assen met de zijspannen. Ik hoop dat hij rond 100 jaar TT Assen ook de aandacht krijgt die hij verdient. Ik stond op het podium met winnaar Tsujimura en Jorge Martinez. Mijn optreden maakte ook veel indruk op Martinez, want hij stond bekend als een specialist op de remmen, maar ik was die dag nog later. Met al zijn ervaring begreep hij heel goed hoe bijzonder dit podium voor mij was. Ik heb het moment echt bewust meegemaakt. Ik was zelfs nog zo helder om een extra pet op te zetten, omdat ik wist dat dit extra sponsorinkomsten zou opleveren.’

Takeshi Tsujimura (3) speelde een belangrijke rol voor Loek Bodelier (35) om aansluiting te kunnen vinden bij de kopgroep.

Weet je nog wat je verder die dag gedaan hebt?

‘Ik heb enorm genoten, en allerlei mensen kwamen langs bij onze tent. Boet (van Dulmen) was één van die eersten die mij kwam feliciteren. We hadden altijd goed contact en ik had veel respect voor hem. Hij kon mij helpen, omdat we uit dezelfde regio kwamen. Ik begreep zijn taal. Voor velen kon dat wat lomp overkomen, maar ik snapte wat hij ermee bedoelde en dan kon je er veel aan hebben. Vrijdagavond voor de race hebben we samen nog een biertje gedronken. Ik lag eigenlijk al in bed toen Boet de tent binnenstapte. Toen ben ik er uitgegaan, en hebben we samen wat zitten kletsen over het plan voor de race. Op zijn Brabants natuurlijk, een mooie herinnering!’

Je bent later niet meer in de buurt gekomen van een podium in Assen.

‘Een jaar later (1995) ging ik in de trainingen wel heel hard rond, maar mijn motor liep vast op een heel snel punt (Ruskenhoek), en daarbij brak ik mijn bekken. Toen ik op de grond neerkwam, voelde ik al iets knakken. De race helaas niet kunnen rijden. In 1996 – mijn laatste jaar in de Grand Prix – was ik te druk met het team en alles eromheen. Het was te hectisch om echt te kunnen presteren op de baan. Op dat moment had ik een team met twee coureurs. Het kostte allemaal zoveel geld, dat dat de overhand kreeg.’

Kom je nu nog bij de TT Assen?

‘Nee, ik zit liever voor de tv, dan kan ik alles zien. Dat is voor mij ook veel rustiger. Ik ken mezelf: als ik naar het circuit ga, wil ik daar ook iets doen en niet zomaar een beetje rondlopen. Ik vind het leuk om de huidige races te volgen, al mag de aerodynamica in de MotoGP van mij wel wat minder. Niet het materiaal, maar de coureur moet het verschil kunnen maken.’

Wat doe je tegenwoordig?

‘Ik heb jarenlang met een eigen zaak in de motorhandel gezeten, maar de markt is aan het veranderen. Vorig jaar ben ik een nieuw bedrijf begonnen: Trimobila. We verkopen scootmobielen. Van veel snelheid ben ik naar weinig snelheid gegaan. Je komt in een heel nieuw netwerk terecht en dat is interessant. Het is belangrijk om jezelf te blijven onderscheiden, of je nu op de motor zit, motoren verkoopt of scootmobielen.’

Holland bedankt!

Na de derde plaats wordt Loek Bodelier in parc fermé opgevangen door zijn uitzinnige team. En krijgt meteen een microfoon van een Nederlandse TV-ploeg onder zijn neus terwijl hij zijn helm nog op heeft. ‘Tek gek, het is perfect verlopen. We zijn nu op de goede weg dankzij de jongens van het team.’ Over de crash in de uitloopronde zei Loek het volgende: ‘Een supporter gaf mij de Nederlandse vlag en daarmee kan ik ten val, maar dat geeft niet want het is feest vandaag!’ Vervolgens moet Loek opschieten richting het podium, daar volgt het officiële interview, wat ook te horen was door de speakers op het circuit. Bodelier begon – zoals gebruikelijk – in het Engels en zei vertaalt het volgende: ‘Mijn eerste derde plaats en dat in de TT Assen’, gevolgd door in het Nederlands zich te richten op het publiek: ‘Holland bedankt!’

Wist je dat…
Naast Loek Bodelier stond er tijdens deze Grand Prix nog een Nederlander op het podium! Eerder op de dag – voorafgaand aan de 125cc-race – behaalde Wilco Zeelenberg een derde plaats in de 250cc. Zelfs voor die tijd was het een ongekende luxe dat er tijdens één Grand Prix twee Nederlanders op het podium stonden.

TT-resultaten van Loek Bodelier

Jaar Klasse Positie
1992 125cc P13
1993 250cc DNF
1994 125cc P3
1995 125cc DNS
1996 125cc P12

Kove 625X: parallel-twin adventuremotor voor de prijsbewuste motorrijder

0

De middenklasse adventure motormarkt krijgt binnenkort een nieuwe speler. De Chinese fabrikant Kove heeft onlangs typegoedkeuring verkregen voor hun nieuwe 625X, een motor die duidelijk mikt op een plek tussen de gevestigde merken. De 625X, uitgerust met een 580cc parallel-twin, is ontwikkeld met een filosofie die prestaties en betaalbaarheid combineert – een mix die potentieel zwaar concurerend kan zijn in dit competitieve segment.

Het model is nu officieel goedgekeurd voor de Chinese markt en zal naar verwachting eerst in Australië worden geïntroduceerd voordat een Europese lancering volgt. Voor de Nederlandse markt zijn nog geen specifieke plannen bekendgemaakt, maar gezien Kove’s internationale ambities lijkt een introductie in Europa slechts een kwestie van tijd.

Spanje zet adviessnelheid in de verf met opvallend nieuw verkeersbord

Technische specificaties tonen serieuze ambities

De Kove 625X wordt aangedreven door een 580,7cc vloeistofgekoelde parallel-twin met een boring en slag van 76 mm x 64 mm. Ondanks de “625” aanduiding in de naam, verraadt de werkelijke cilinderinhoud dat Kove hier dezelfde motorarchitectuur gebruikt als we kennen van de Voge DS625X. Het verschil is echter dat Kove deze motor nu in eigen huis produceert in plaats van in te kopen bij Loncin.

De motor wordt vermoedelijk goed voor ongeveer 47kW (63 pk) bij 9.000 tpm en een koppel van rond de 57 Nm bij 6.500 tpm. Het brandstofmanagement wordt verzorgd door een Bosch elektronisch injectiesysteem, wat bijdraagt aan een betrouwbare en efficiënte vermogensafgifte.

Verder beschikt de 625X over:

  • Een stalen perimeterframe
  • Upside-down voorvork
  • Aluminium swingarm met monoshock
  • Schijfremmen van Taisko met axiaal gemonteerde remklauwen
  • Spaakwielen geschikt voor tubeless banden
  • Bandenmaten: 110/80R19 voor en 150/70R17 achter
  • Wielbasis van 1.470mm
  • Rijklaar gewicht van 229kg

Positionering in een competitief segment

De Kove 625X betreedt een markt met stevige concurrentie. Directe rivalen zijn onder andere de Voge DS625X, die een vergelijkbare motorarchitectuur deelt, maar ook gevestigde modellen als de Honda CB500X, Benelli TRK 502X en CFMOTO 800MT.

Met zijn wielbasis van 1.470mm en combinatie van 19-inch voorwiel en 17-inch achterwiel mikt de 625X duidelijk op veelzijdigheid, zowel op verharde als onverharde wegen. De tubeless spaakwielen zijn een praktische keuze voor avontuurlijke rijders, omdat ze de voordelen van spaakwielen combineren met het gemak van tubeless banden bij lekke banden.

Kove 800X in actie. Het model stond aan de basis van de 625X.

Ricardo a.k.a. Fadelistics van Amsterdam Barber Company: ‘Kwaliteit boven snelheid’

0

Op de Bigtwin Bikeshow en Expo, grote ride-outs en socials: de Hundred Boyz vormen een hechte broederschap op donker uitgevoerde Harley’s, gekleed in hun eigen merk. De kleding is voor iedereen verkrijgbaar, maar binnen de groep geldt een ongeschreven regel: hun outfit is nét exclusiever en ook voor het team die meerijdt. Maar tussen al dat machtsvertoon en de glimmende motoren is er één man die op een heel andere manier opvalt: Ricardo, beter bekend als Fadelistics.

Wanneer ik Ricardo voor het eerst ontmoet, valt me meteen iets op. Niet zijn messcherpe fades, zijn connectie met de Hundred Boyz, maar zijn energie. Kalme uitstraling, doordachte woorden—hij is zo’n iemand bij wie je je direct op je gemak voelt. En ik blijk niet de enige.

Veel BN’ers en andere klanten komen graag bij Ricardo voor een barbierbehandeling. Er zijn te veel namen om op te noemen, en hij wil niemand tekortdoen. “Kijk maar op mijn Instagram-pagina,” zegt hij met een glimlach. Vanuit zijn Belmont-kappersstoel gaat hij verder: “Iedereen is hier relaxed. In het begin vond ik het spannend, maar inmiddels voelt het volkomen normaal. Mijn werk draait niet alleen om knippen of BN’ers, maar om relaties en de totale ervaring. Klanten moeten zich op hun gemak voelen en echt ontspannen. Sommigen noemen me zelfs een ‘mannenpsycholoog’.” Bij Amsterdam Barber Company staat kwaliteit boven snelheid. “Als iemand haast heeft, knip ik niet,” zegt Ricardo resoluut. “Knippen is voor mij een obsessie—ik let op elk detail en verwacht diezelfde passie van mijn team. Het allerbelangrijkste? Dat klanten met een goed gevoel de stoel verlaten.”

Andy Brown Clubstyle 124 Dyna: van not naar hot

Van Twijfel naar Trots

Buiten weergalmt het gebrul van ronkende Harley’s tussen de grachtenpanden. Geronimo, eigenaar van kledingmerk NinetyFour en HundredBoyz, arriveert. Even ontstaat er chaos, maar Ricardo lijkt zich er niet aan te storen. “Ik leerde Gero jaren geleden via Instagram kennen. We hadden veel raakvlakken, en onze passie voor Harleys was daar een van. Het was nooit mijn bedoeling om me bij een groep aan te sluiten, maar hij nodigde me uit om een keer mee te rijden voor een hiphopclip. Op een snikhete dag, 32 graden, stond ik te wachten. Mijn eigen Harley stond in de garage, dus ik moest het doen met een geleende HD. Niet ideaal. Maar toen ik in de verte een groep van twaalf mannen zag naderen en de grond onder me voelde trillen, sloeg dat gevoel om. Ze stopten vlak voor me, en meteen stapte Jamie Bloemhard op me af. Inmiddels een goede vriend—hij heeft zelfs de vloer in mijn barbershop gegoten. Evenals Django die het loodgieter werk deed. Friends become family, for real.”

Fat Boy

Voordat Ricardo voor een Fat Boy koos, had hij zijn oog laten vallen op een Sportster. Een klant bood er een te koop aan, maar besloot uiteindelijk toch niet te verkopen. Achteraf gezien was dat zijn geluk. “Ik had me helemaal verdiept in de mogelijkheden om de motor naar mijn smaak te pimpen. Ik verzamelde inspiratiefoto’s en werd steeds enthousiaster over de Sportster—tot ik er daadwerkelijk op ging zitten. Dat was een tegenvaller. De motor bleek simpelweg te klein voor mijn postuur. Uiteindelijk kwam ik deze Fat Boy tegen, toen nog in een klassiekere uitvoering. Maar ik zag meteen de potentie. Ik kocht hem en begon direct met aanpassen. De hele bike werd door Lowlands customs zwart gespoten, helemaal mijn stijl. Het werd een mengelmoes van verschillende stijlen, maar precies zoals ik het wilde. Met een Road King-scherm en koffers erbij kreeg de Fat Boy de uitstraling die ik voor ogen had. Door verder inspiratie op te doen via social media en bij de jongens van Hundred Boyz, werd de Fat Boy écht mijn ding—mijn eigen stijl, uniek en niet te kopiëren.”

Friends Become Family

Na een seizoen zei Gero: “Rijd volgend jaar weer met ons mee.” ” Vanaf dat moment voelde ik me echt deel van de groep—een familie. De HundredBoyz-kledinglijn is iets bijzonders. Het exclusieve vierkante logo en de 82-lijn zijn alleen voor ons, team only. Verschil moet er zijn. Maar uiteindelijk draait het om vriendschap en samen rijden. Onderweg met de groep rijd ik als laatste man en blocker, constant in contact met RC Joontje via het Cardo-systeem. Ik zorg ervoor dat de groep bij elkaar blijft en blokkeer ruimte bij rijbaanwissels. We zijn geen motorclub, maar een groep vrienden die meer deelt dan alleen motoren. We gaan samen op vakantie, vieren verjaardagen, bezoeken festivals—noem maar op. Met Koningsdag organiseren we in Amsterdam een groot feest met de HundredBoyz en Amsterdam Barber Company, compleet met dj’s en al onze vrienden. De vriendschappen hier gaan verder dan alleen het rijden. Het maakt niet uit hoe vaak je elkaar ziet, de band blijft. Rijden met de HundredBoyz heeft niet alleen mijn netwerk vergroot, maar ook veel nieuwe vriendschappen opgeleverd. Zelfs onze ouders en directe familie horen erbij. Daar ben ik Gero nog altijd dankbaar voor—honderd procent. Eer wie eer toekomt.”

Kenmerk Details
Naam Ricardo aka Fadelistics aka Bung
Bouwjaar
Beroep Eigenaar Barbershop / ondernemer (Amsterdam Barber Company)
Type Chilltype
Drank Geen alcohol, niet-roker
Eten Biefstuk, Aziatisch
Liefde
TV
Politiek
Film
Muziek Hiphop old skool, techno & soul
Boek Bigtwin 2025 👀 ✂️
Sport Fitness
Hobby Festivalletje met de boys op z’n tijd
Vrouwen
Mannen
Motoren Harleys only
Voorbeeld
Lijfspreuk Niet geschoten altijd mis

EMX125 en EMX250 Teutschenthal en Kegums: Podium voor Doensen en Heitink

0

Met twee derde plaatsen greep Gyan Doensen in Letland de tweede plek in de EMX250. Ook een wedstrijd eerder (Frankrijk) was de tweede plaats voor Doensen, die in zijn eerste jaar in deze klasse na acht van de dertien wedstrijden op een mooie vierde plaats staat. In de eerste manche ging Doensen vier ronden aan de leiding tot hij van de kop werd verstoten door Janis Martins Reisulis. Op zondag reed Doensen weer op kop, maar dat duurde slechts één ronde alvorens Reisulis voor eigen publiek naar zijn tweede zege reed. Ivano van Erp en Bradley Mesters scoorden op zaterdag niet, op zondag werden ze achtste en tiende.

In de EMX125 kon Dani Heitink terugkijken op twee goede wedstrijden. In Teutschenthal werd hij vijfde (vijfde en zesde in de manches), in Kegums reikte hij tot de derde plaats na in de manches vierde en tweede te zijn geworden. Dean Gregoire werd zaterdag achtste, maar bleef puntloos op zondag. In de EK-stand na negen van de twaalf wedstrijden klom Heitink van de vijfde naar de vierde plaats.

GP Zijspan Brou: Prunier wint thuiswedstrijd, Hermans/Van den Bogaart blijven WK-leiders

0

De Franse broers Prunier hebben de Grand Prix van Frankrijk te Brou weten te winnen. Tot enthousiasme van het dol geworden thuispubliek pakten ze in de eerste heat een kop-staartoverwinning. WK-leider Hermans kwam niet verder dan plek vier in de eerste heat, na een hevige strijd met Brown/Greyham die derde werden. Vanluchene, geplaagd door de nasleep van een virus, werd tweede. De tweede heat moest worden herstart omdat bij de eerste poging het starthek veel te vroeg viel. Na de rode vlag kwam een kwartier later dan gepland de heat op gang. Nu nam Brown het voortouw met Hermans er vlak achter. Binnen een ronde was Hermans nu wel bij machte om de Engelsman te passeren en nam de leiding over. Hermans/Van den Bogaart stonden de leiding niet meer af. Dit ondanks dat ze in de laatste twee ronden een losse radiator in de bak hadden bungelen omdat er een bevestigingspunt was afgebroken. Wilkinson/Millard werden op afstand tweede, maar de gevierde mannen werden de broers Prunier. Met hun derde plek in de tweede heat pakten ze net twee punten meer dan Hermans en mochten zich Grand Prix-winnaar noemen. En dat voor hun thuispubliek! Hermans/Van den Bogaart hebben na de Grand Prix in Brou nog immer een grote voorsprong op de concurrentie en leiden met 151 punten de dans om de WK-titel.

WMX Teutschenthal: Lotte van Drunen blijft aan de leiding

0

Het kwartet Lotte van Drunen, Kiara Fontanesi, Lynn Valk en Daniela Guillen dat vorig jaar het klassement aanvoerde in de WMX doet dat ook dit jaar weer na drie van de zes wedstrijden. In het Duitse Teutschenthal zegevierde Fontanesi door de eerste manche te winnen en achter Van Drunen tweede te worden in de tweede race. Op zaterdag was Van Drunen als derde geëindigd. Tussen haar en de Italiaanse werd Guillen toen tweede.

Fontanesi, snelste in de training, pakte kopstart in de eerste manche en bleef tot aan de finish aan de leiding. Achter de Italiaanse vertrokken Van Drunen en Valk als tweede en derde, gevolgd door Guillen. De Spaanse kwam voorbij Valk toen die een foutje maakte. Het duurde nog een aantal ronden eer ze Van Drunen voorbijstak. Guillens jacht op Fontanesi werd gehinderd door achterblijvers. Fontanesi was zich bewust van het gevaar, versnelde en reed in de slotfase de snelste ronde. Met Shana van der Vlist als achtste en Danee Gelissen als tiende eindigden nog twee Nederlanders bij de beste tien.

In de tweede manche geen veranderingen aan de top. Kopstart voor Van Drunen, die met ruim verschil won. Fontanesi was de hele manche tweede en finishte op ruim tien seconden van Van Drunen, met Valk constant op een onbedreigde derde plaats. Guillen had geen zicht op de tweede plek en geen enkele dreiging van achteren. Ze werd elf seconden na Valk als vierde afgevlagd. Van der Vlist leek achtste te gaan worden, maar door een val in de slotronde verspeelde ze vier plaatsen. Gelissen profiteerde van haar val en schoof op van de negende naar de achtste plaats.

De GP werd gewonnen door Fontanesi met Van Drunen als tweede en Guillen als derde. De vierde plaats was voor Valk, Gelissen werd achtste en Van der Vlist tiende. Van Drunen leidt het klassement met 133 punten voor Fontanesi (127), Valk (118) en Guillen (112).

De vierde wedstrijd voor de dames is in het weekend van 23 en 24 augustus tijdens de Nederlandse MXGP in Arnhem.

EK grasbaan St. Macaire: Meijer en Van der Steen naar grasbaanfinale

0

Mika Meijer en Henry van der Steen plaatsten zich in het Franse St. Macaire voor de finale van het Europees kampioenschap grasbaanracen. De wedstrijd in Frankrijk kende een moeizaam verloop. Het lukte de organisatie niet om de defecte startmachine te repareren, waardoor alle wedstrijden met de groene lamp gestart moesten worden. Naast deze handicap kregen de coureurs ook te maken met veel stof. De wedstrijd werd hierdoor een uur later gestart dan gepland en was ver na middernacht afgelopen. Zowel Meijer als Van der Steen plaatsten zich voor de B-finale. Meijer mocht na een tweede plaats door naar de dagfinale. Van der Steen werd vierde en dat was genoeg voor een ticket voor de finale die medio augustus in Eenrum wordt verreden. Meijer mocht, al zeker van een startbewijs voor Eenrum, in de finale nog strijden om de dagprijzen. Na een herstart eindigde Meijer achter de Brit Harris en de Noor Moi als derde.

Tijdens de tweede halve finale eind juli in Werlte komt onder andere Romano Hummel aan de start. Hij toonde op Pinkstermaandag in Stadskanaal al aan in goeden doen te zijn. Hummel won de internationale wedstrijd ongeslagen, voor de Duitser Stephan Katt en thuisrijder Mark Beishuizen. Tot een nieuw treffen tussen Hummel en Dave Meijerink kwam het in Stadskanaal niet. Na zijn val in Joure en twee lucratieve races in Duitsland besloot Meijerink zijn lichaam rust te gunnen.

Foto: Baansportfansite.nl

Test Ducati Desmo450 MX: anders dan de anderen

0
Ducati Desmo450 MX

Wie spreekt over Ducati denkt meteen aan een Panigale of een sportieve – vaak rode – wegmotor. Het Italiaanse merk kent inderdaad een rijke geschiedenis op het asfalt. Maar sinds kort is Ducati erop gebrand om ook geschiedenis te schrijven in het offroad-segment. Wij reisden af naar Italië om te zien of het merk uit Bologna kans van slagen heeft.

Ducati brengt na een bijna 100-jarig bestaan zijn eerste crossmotor op de markt. Het merk uit Borgo Panigale knalt meteen de deur eruit en stapt in op het hoogste niveau in de motocrosswereld. Ze brengen meteen een 450cc-crosser op de markt – wat niet zo vanzelfsprekend is. Maar met voormalig wereldkampioen Tony Cairoli als testrijder gaan ze resoluut voor het hoogste niveau. TC222 hing vier jaar geleden z’n helm aan de wilgen met maar liefst negen wereldtitels op zak. Nu brengt hij samen met Alessandro Lupino en vijfvoudig enduro-wereldkampioen Antoine Meo de Ducati Desmo450 MX op niveau. Hoe hoog dat niveau is, moest blijken op het Grand Prix-circuit van Faenza.

Van asfalt naar modder

De Desmo450 MX kwam er niet van de ene dag op de andere. Al in september 2021 startte het concept van de Desmo-crosser. Na intensief ontwikkelingswerk, draaide hun eerste motorblok in februari 2023 op de testbank. Daarna volgde nog heel wat onderzoek, ontwikkeling en testwerk. Maar de eerste échte test voor de verdere ontwikkeling van de Desmo450 MX, was een wedstrijd op internationaal niveau. Cairoli kwam na drie jaar terug uit pensioen om in 2024 tijdens de MXGP van Nederland in Arnhem de Ducati voor de eerste maal op het hoogste niveau te testen. Dit resulteerde in een zevende plaats in de kwalificatie, een vijftiende plaats na een slechte start in de eerste manche en een DNF in manche 2. Hoewel het vooral om de data van de Desmo onder zware omstandigheden ging, waren de resultaten mooi.

Halverwege het MXGP-seizoen 2025 bewijst Ducati met twee podiums en vier holeshots, dat hun passie voor de racerij en hun manier van aanpak werkt. Het is alvast niet vanzelfsprekend om op onbekend terrein op het hoogste niveau mee te draaien in zanderige modder tot betonharde kleigrond. Jeremy Seewer en compaan Mattia Guadagnini lijken Ducati’s eerste offroad avontuur alvast in goede banen te leiden.

Waarom we de elektrische Stark VARG EX echt serieus moeten nemen

Nonna’s keuken

We werden uitgenodigd in Bologna om de Desmo naar waarde te schatten. Daar aangekomen werden we ondergedompeld in een bad van Italiaanse passie en nostalgie. Eén wandeling door het oudste gedeelte van de fabriek bracht ons via gele lijnen op een oude tegelvloer naar de ruimte waar ze de Desmo450 MX tot leven brengen. Een ingenieur van R&D vertelde ons dat ze tot vier jaar geleden in deze ruimte enkel dozen, stof en rondkruipende spinnen aantrof. Na veel werk met een klein team werd de ruimte omgetoverd tot een state of the art motor-keuken. Wat we in die ‘keuken’ aantreffen is pasta noch pizza – al zou dat eigenlijk wel kunnen, alles is er zo proper dat je letterlijk van de vloer kunt eten. De verschillende testopstellingen en het testwerk dat er aan de gang is, doen ons alvast uitkijken naar de toekomst van Ducati’s nieuwe liefde voor het onverharde. En net zoals de pasta van elke Italiaanse ‘Nonna’ heeft Ducati ook een familierecept. Het befaamde Desmodromisch bediende kleppensysteem!

Desmologie

De MX-motor die ze gebouwd hebben, wordt aangedreven door een desmodromische klepaandrijving die Ducati al sinds 1956 toepast. Voor diegenen die zich afvragen waar Desmo juist voor staat; het Desmodromische systeem sluit de in- en uitlaatkleppen, tot daar niks bijzonder. Bij conventionele motoren gebeurt dit door een combinatie van nokken en klepveren. Bij het Desmo-systeem zijn er zowel voor de in- als uitlaatbewegingen nokken die de kleppen sturen. Het voordeel van deze techniek is dat de kleppen bij hogere toerentallen niet gaan zweven zoals dat het geval is bij klepveren. Dit resulteert in hogere toerentallen en meer vermogen. Om dit in cijfers duidelijk te maken: de Ducati produceert 63,5 pk bij 9.300 tpm en 53,5 Nm bij 7.500 tpm. Een kleine controle bevestigt: Ducati is qua vermogen en kracht koploper van de huidige 450cc-motoren.

Eindelijk rijden

Genoeg over de techniek en geschiedenis, de kernvraag blijft: hoe rijdt-ie? Nou, wat de kracht van de Desmo450 MX is, voelden we al snel op het Faenza-circuit. Maar het gaat om meer dan pure kracht of vermogen. De manier waarop dat vermogen vrijgegeven wordt, is zo mogelijk nog opvallender. De vermogensafgifte is bijzonder egaal. Je voelt de kracht niet wegzakken naarmate de toerentallen oplopen. Er is evenmin een brute reactie bij het opkomen van die kracht. De motor, en meer bepaald de bewegende delen van de cilinder, hebben door het Desmo-systeem veel minder frictie. Hierdoor draait het Ducati blok ook vrijer. Dit geeft een duidelijk ander gevoel tijdens het rijden. Deze motor voelt veel lichter aan dan eender welke 450cc. Maar hij is tegelijk sterker. We hadden de indruk met een 350cc op pad te zijn met het vermogen van een 450… of meer. Dat vraagt natuurlijk enige gewenning, maar als je die aanpassing achter de rug hebt, is de Desmo450 MX een motor die zich vooral heel gemakkelijk laat benutten. Dat komt natuurlijk ook door de ranke bouw en de juiste balans van het rijwielgedeelte. Het vertrouwen bij grote sprongen is er onmiddellijk. Door de reactie van de motor bij het landen, maar ook door het gemak waarmee je hem in volle vlucht nog kunt corrigeren.

Anders dan de anderen

De constructie van dit blok is iets ingewikkelder dan wat ze in MX-country gewoon zijn. Omdat er meer bewegende delen zijn, zou je in theorie wat inboeten op vermogen, maar de 63,5 pk toont aan dat dit niet het geval is op de Desmo450 MX, integendeel! In het verleden was het algemeen bekend dat een desmo meer onderhoud nodig had. Maar sinds 1956 heeft Ducati hard gewerkt om een Uno-reverse card op de onderhoudsintervallen te gooien. Tony Cairoli heeft de Desmo450 MX onderworpen aan talloze rondjes en uren in de zwaarste omstandigheden. Bij demontage/controle van het motorblok om de slijtage op te meten, hebben de Ducati-ingenieurs de volgende onderhoudsintervallen vastgelegd als norm:

Olie en oliefilter na 15 uur; de zuiger wisselen en kleppen stellen na 45 uur en een volledige revisie na 90 uur. Dat zijn langere intervallen dan voor de meeste bestaande MX-motoren voorgeschreven worden. Kort door de bocht (wat verrassend vlot gaat met de Duc) kunnen we zeggen dat er dus geen nadelen gebonden zijn aan het desmodromische systeem. Althans: niet voor de versie die in deze 450-monocilinder gebruikt wordt.

Geavanceerde elektronica

Geen moderne crossmotor zonder state of the art elektronica. De tractiecontrole is van een uitzonderlijk niveau. De Ducati-tractiecontrole (DTC) meet het doorspinnen van het achterwiel en zal ingrijpen naargelang het gekozen niveau. Tijdens de test merkten we duidelijk wanneer de DTC zich met ons ging bemoeien. Dit bleek vooral handig nadat het harde circuit tijdens de lunchpauze werd voorzien van het nodige water. Faenza leek plots meer op een glijbaan dan op een crossomloop. Perfect om de verschillende niveaus van tractiecontrole te testen. We kunnen hier meteen bij meegeven dat er duidelijk merkbare verschillen zijn tussen de laagste en de hoogste stand van interventie. Mooi. Hoe hoger het cijfer, hoe harder de DTC ingrijpt. Je kunt natuurlijk ook kiezen om zonder tractiecontrole te rijden. En ook dát is mooi.

Naast de DTC is er ook nog de launch control en een quickshifter aanwezig. De LC kan je op drie levels instellen en zal de meest sceptische rijders onder ons toch weten te overtuigen dat deze effectief werkt. Niet evident in de offroad-wereld gezien de verschillende omstandigheden waarin de launch control moet werken, maar deze is heel makkelijk in gebruik. Holeshots liggen zeker in het verschiet. Tenminste: voor wie goed overweg kan met het systeem van starten op een plateau. Wij moesten helaas toch de meerdere erkennen in Tony Cairoli en we hebben de foto’s om dat te bewijzen. Geen schande, maar het neemt niet weg dat wij nu drie weken de redactievloer mogen zwabberen…

En dan is er nog het motorremsysteem. Dat is ontworpen om rijders te helpen de stabiliteit van de Desmo450 MX te optimaliseren in situaties waarbij een stuiterend achterwiel zo handig is als Parkinson voor een nitroglycerine-verkoper. Dit is geen slipperkoppeling, zoals we ze wel vaker terugvinden op wegmotoren. De motorrem wordt geregeld door in te grijpen op de stand van de gasklep, de geselecteerde versnelling en de vertraging van de krukas tijdens agressief remmen. Op basis daarvan wordt de ontsteking aangepast. De motorrem (Engine Brake) kan op twee niveaus worden ingesteld. Waardoor je ofwel een typisch viertakt karakter krijgt, of iets wat op een vleugje tweetakt lijkt.

Alsof dat niet volstaat, is er ook nog een applicatie. Met de X-Link app kan je het desmo-blok helemaal aanpassen naar eigen wensen. De tractiecontrole en motorrem kan je met deze app haarfijn regelen. Het is trouwens best merkwaardig om het motorremvermogen van een viertakt te kunnen bespelen via een app. Bij vermindering van de motorrem kun je met meer rolvermogen door de bochten gaan, bijna zoals je dat met een tweetakt ook kunt doen. Al die kleine details zorgen ervoor dat je de 63,5 pk zo efficiënt mogelijk kunt beheersen naar eigen rijervaring en rijstijl. En een haarfijn afgesteld motor zorgt ook voor minder vermoeidheid. Dat ondervonden we niet alleen zelf op het circuit van Faenza, maar het is ook iets waardoor heel wat rijders op het einde van de wedstrijd tijd en plaatsen verliezen.

Oog voor detail en… gewicht

Het zijn niet alleen de motor en de geavanceerde elektronica waarmee Ducati zich onderscheidt. Het rollend gedeelte is ook met veel oog voor detail gemaakt. Het frame bestaat uit elf delen die met zo min mogelijk lasnaden zijn gemonteerd om de nodige stevigheid te creëren. Als eindresultaat is een superlicht aluminium frame van minder dan 9 kg! Een leuke extra in dit frame is dat Ducati op de plaats waar de onderbenen contact maken, een geïntegreerde frameprotector heeft geplaatst voor meer grip. Op de website kan je bij het customizen een rubberen versie en een versie met schuurpapier bestellen. Dergelijke doordachte extra’s zijn niet te vinden bij de concurrentie. Voor de overige onderdelen hebben de Italianen gekozen voor topmerken als Brembo en Excel. En 49 mm Showa voor- en Showa monoshock achteraan.

Competitieve toekomst

Na de test van de Desmo450 MX is duidelijk dat ook deze Ducati het DNA van Borgo Panigale draagt. Alles aan de machine is ontworpen om de ontwikkelingen die ze gebruiken in het wegsegment over te brengen naar de offroad-wereld. De motor die sinds 26 mei van de productielijn loopt, is te beschrijven als krachtig, wendbaar en innovatief.

De combinatie van vermogen en wendbaarheid lijkt alvast zijn gelijke niet te kennen. Vergelijkende testen zullen moeten uitwijzen of deze indrukken kloppen. Los van de kracht van de desmo, is er ook nog een pluim voor het rijwielgedeelte. De wendbaarheid is een pluspunt, maar ook de werking van remmen en ophanging verdienen een pluim. Niet verwonderlijk als je de merknamen van die onderdelen bekijkt, maar het is toch ook de verdienste van Ducati zelf dat ze erin geslaagd zijn om deze onderdelen te integreren in een groter geheel en ze binnen dat geheel ook foutloos kunnen laten functioneren.

De Ducati Desmo450 MX is de tweede nieuwkomer die de gevestigde waarden het vuur aan de schenen kan leggen. Om dat helemaal een succes te laten worden, moet je niet alleen de motor hebben, maar ook de juiste rijders. Héél benieuwd wie daar volgend jaar zijn opwachting zal maken…

Tekst: Nicky Kenis
Foto’s: Ducati

Technische gegevens Ducati Desmo450 MX

MOTOR
Type Viertakt mono met desmodromische klepbediening
Cilinderinhoud 449,6 cc
Boring x slag 96 x 62,1 mm
Compressieverhouding 13.5:1
Koppeling Natte meerplaatskoppeling, hydraulisch bediend
Transmissie vijfbak
Eindoverbrenging ketting
PRESTATIES
Maximaal vermogen 63,5 pk (46,7 kW) @ 9400 tpm
Maximaal koppel 53,5 Nm @ 7500 tpm
ELEKTRONICA
Motor Instelbare Tractiecontrole, Launch Control, Quickshifter up
RIJWIELGEDEELTE
Frame Aluminium balkenframe
Vering voor 49 mm Showa UPSD voorvork
Stelmogelijkheden (voor) Volledig instelbaar
Vering achter Showa Monoshock
Stelmogelijkheden (achter) Volledig instelbaar
Remmen Voor: 310 mm enkele schijf met tweezuigerklauw / Achter: 300 mm schijf met enkelzuigerklauw
PRIJZEN
Nederland v.a. €12.790
België v.a. €12.690
ALGEMEEN
Rijklaar gewicht zonder benzine 104,8 kg
Tankinhoud 7,2 l
Wielbasis 1.494 mm
Zithoogte 970 mm
Ducati Desmo450 MX

Honda Adventure Roads 2025: van Rome naar Istanbul in negen dagen

0
An epic eight country adventure awaits customers on the fifth edition of Honda Adventure Roads

Honda Adventure Roads start op 8 juni 2025 in Rome. Deze editie rijdt met 35 rijders uit 19 landen in negen dagen door de Balkan naar Istanbul. Een rit door zes landen: Kroatië, Bosnië-Herzegovina, Montenegro, Albanië, Noord-Macedonië en Griekenland.

De CRF1100L Africa Twin is de ideale motor voor de 2.500 km lange route over asfalt, gravel en offroad. De tocht begint in de Eeuwige Stad en gaat oostwaarts naar de kust, via de Adriatische Zee naar Kroatië, langs de kustlijnen van Kroatië en Montenegro, landinwaarts naar Albanië en het Meer van Ohrid in Noord-Macedonië. De route slingert verder naar Griekenland, langs Thasos en Alexandroupoli, en eindigt in Turkije.

Honda GB350S centraal in Honda Customs 2025 op Wheels and Waves Festival

Voor 2025 voegen Pro Honda olie en Dunlop zich toe aan het avontuur, samen met partners als Enduristan, Cardo, Barkbusters, Alpinestars en Montesa Honda. Deze samenwerking belooft een verbeterde rijervaring met hoogwaardige producten zoals Pro Honda oliën en Trailmax Raid-banden van Dunlop, ideaal voor de uitdagingen van deze editie.

Nick Bennett van Honda Motor Europe verwelkomt Dunlop als officiële bandenpartner en benadrukt de extra waarde die zij aan het avontuur toevoegen. Volg de officiële Instagram-pagina van Honda Adventure Roads voor regelmatige updates.

Producttest bandenspanning: wat te doen bij een lekke band onderweg?

0

Niet te veel en niet te weinig. De spanning in je banden is cruciaal voor je veiligheid en het rijgedrag van je motor. Motor.NL blaast onderweg van zich af.

Zo eenvoudig kan het leven zijn: je stopt even bij het tankstation, mikt een euro in de luchtpomp en pompt je banden op tot de voorgeschreven spanning. Maar wat als deze verworvenheid van de beschaving, bijvoorbeeld bij een pechgeval, in geen velden of wegen te bekennen is? Wanneer je motor een paar maanden heeft stilgestaan, is er geheid wat lucht uit de banden ontsnapt. En dan hebben we nog de reis-endurorijders, die op zware trajecten wat lucht uit de band laten lopen voor meer grip. Die kijken bij terugkeer op het asfalt vast ook verlangend uit naar een luchtpomp. Eigenlijk is het altijd handig om zelf wat lucht bij de hand te hebben.

Campers met ‘garage’ getest: wat is de ideale camper voor motorrijders?

Er zijn drie systemen die al dan niet losgekoppeld van het elektriciteitsnet lucht bieden: CO2-patronen, handmatige fietspompen of elektrisch aangedreven compressoren. Elke variant heeft zijn voor- en nadelen, waardoor een duidelijke aanbeveling alleen kan worden afgeleid uit een specifiek gebruiksprofiel. Geen enkele oplossing is per definitie juist of fout. Tenzij je helemaal niets bij je hebt. Dan tast je altijd in het luchtledige.

Er zijn drie manieren: CO2-patronen, elektrisch aangedreven compressoren of handpompen.

CO2-patronen

In de meeste pechsets zijn kleine patronen met 16 gram CO2 opgenomen om de gerepareerde band weer op te pompen. Als alternatief zijn er ook grotere patronen met een vulcapaciteit van 25 gram verkrijgbaar. Een kunststof adapter of flexibele slang maakt de verbinding met het bandenventiel. Het is belangrijk om te controleren of alles correct is aangesloten en goed vastgeschroefd voordat je de patroon aanprikt. Anders verliest de inhoud onbenut zijn effect.

Verspilling kun je je niet veroorloven, want de gebruikelijke drie 16-grampatronen zijn doorgaans niet voldoende om een band volledig op te pompen. Afhankelijk van de bandmaat zijn ze eigenlijk alleen geschikt als een noodoplossing, zodat je voorzichtig naar het dichtstbijzijnde tankstation kunt hobbelend.

Bij het gebruik van de patroon is voorzichtigheid geboden, want bij het verdampen van het vloeibare gas ontstaat er genoeg kou om een frostbite op je vingers te krijgen. Speciale schuimrubberen hoezen voorkomen huidcontact, maar een col of sokken kunnen ook goed werken bij het bijvullen als dat nodig is.

Om onderweg te weten hoeveel lucht er nog in je band zit, hoort een simpele drukmeter ook in je standaard motoruitrusting te zitten. Ze zijn klein en kosten weinig. Twee tot drie euro maken het leven een stuk overzichtelijker. Naast het mini-formaat wegen patronen zo weinig dat niets je in de weg staat ze altijd bij je te hebben. Maar vergeet niet: een CO2-patroon fungeert als hulp bij pech, maar in je schuur of garage kun je beter voor een andere oplossing gaan.

Plus

  • Klein formaat
  • Niet duur
  • Laag gewicht

Min

  • Eenmalig gebruik
  • Leeg is leeg
  • Drukmeter is noodzakelijk
Voor onderweg: Compacte reparatiesets worden door verschillende fabrikanten aangeboden tussen de 30 en 50 euro.

Luchtpomp

Met hand en voet trotseren we de atmosfeer door haar moleculen te verplaatsen met een klassieke luchtpomp. Daarbij genieten we van onbeperkt vermogen – tenminste zolang de adem ons niet in de steek laat. De luchtpomp van Bikers Dream geldt bijna als een klassieker, want deze is licht en is compact genoeg voor in de bagage.

Wie nog kleiner wil, kan ook een fietsluchtpomp gebruiken. Compacte modellen – onder de 100 gram en zo groot als de grootste iPhone. Spoiler: het is een vloek en een zegen in één, want met dit kleine gereedschap is veel geduld en doorzettingsvermogen vereist. Maar als noodoplossing bij pech is het bruikbaar. Net als bij de CO2-patroon, heb je nog wel een aparte drukmeter nodig. Natuurlijk kun je met je duim op de band drukken om de spanning te beoordelen, maar of dat een goed resultaat geeft…?

Voor thuis zijn ook grote, staande hand/voet luchtpompen geschikt. Dankzij de royale slagen die je in de drukkamer maakt kosten ze minder moeite en meestal is de lichaamshouding ook goed uit te houden. Wel voorzichtig zijn met eventuele geïntegreerde meetinstrumenten, vooral bij goedkopere modellen, want volgens onze ervaring werken deze soms niet betrouwbaar.

Plus

  • Geen elektriciteit
  • Licht

Min

  • Zweterig klusje
  • Drukmeter vaak apart

Bikers Dream Luchtpomp

De voetpomp van Bikers Dream is wijdverbreid en is zelfs opgenomen in het accessoiresprogramma van BMW. Het feestje van Bikers Dream is een dubbele cilinder, die in een handomdraai van hoge volumestroom naar hoge druk kan overschakelen. Er zijn modellen beschikbaar met een analoge of digitale drukmeter. Aangezien de kop vrij groot is, kan het afhankelijk van de velg en de diameter van de remschijf wat krap worden. Daarom biedt de fabrikant voor 24,90 euro een flexibele adapterslang aan voor moeilijk bereikbare ventielen.

Prijsvanaf 49 Euro
Afmetingen17 x 7 x 8 cm
Gewicht500 g
Verkrijgbaarwww.louis.nl
Bikers Dream Luchtpomp.

Compressor

Elektrische compressoren beloven een gemakkelijke oplossing. Maar waar hard gewerkt wordt, moet ook energie zijn. Daarvoor zijn er modellen met een geïntegreerde accu, zoals die van Osram. Maar elektriciteit kun je ook uit boordnetwerk tappen. De AirMan, die onder andere door Touratech of Louis wordt verkocht, heeft een verbinding voor twaalf volt. Dan moet je er wel op bedacht zijn dat je je accu niet leeg trekt tijdens de pechreparatie. Voor thuis is een variant met een accu comfortabel in het gebruik. Meestal is er ofwel een drukmeter geïntegreerd of kan je via een digitaal display de voorgeschreven bandenspanning instellen.

Plus

  • Moeiteloos
  • Snel

Min

  • Accumodellen zwaar
  • Accumodellen duur

AirMan Tour

De heimelijke held van menig reisverhaal is de AirMan Tour. Het is dan ook geen verrassing dat leveranciers van reisuitrusting zoals Touratech en Wunderlich, of groothandel Louis, deze compacte elektrische compressor al tientallen jaren in hun assortiment hebben. De energie haalt hij uit het boordnet van je motorfiets, zodat je niet hoeft te letten op opgeladen accu’s. Bovendien kun je met slechts één apparaat de bandenspanning van een hele groep offroadrijders herstellen.

Afhankelijk van de uitvoering zijn er aansluitingen beschikbaar van een twaalfvolt stekker tot kabelschoenen of accuklemmen. Er kunnen problemen optreden met moderne BMW’s, waarvan de boordstekker verbonden is met het Can-BUS-systeem en niet wil samenwerken met ongeoorloofd accessoires.

Prijs29,99 euro
Afmetingen15 x 12 x 6 cm
Gewicht600 g
Verkrijgbaardetailhandel
AirMan Tour.

Osram TYREinflate 4000

Met de TYREinflate 4000 biedt Osram een comfortabele oplossing. De accucompressor is net compact genoeg om op de motor te vervoeren. Op het overzichtelijke digitale display kan je de voorgeschreven bandenspanning in bar of psi instellen. Het apparaat slaat automatisch af wanneer die ingestelde spanning is bereikt. Daarnaast kun je vier instellingen opslaan, zodat de Osram-compressor zich uitstekend leent voor de zorgvuldige verzorging van het gezinsvoertuigenpark. Via het geïntegreerde ventiel kan je overtollige lucht afblazen. Bovendien zijn er in het bodemcompartiment adapters geïntegreerd voor (voet)ballen of fietsventielen.

Prijs70 tot 80 euro
Afmetingen11 x 9 x 17 cm
Gewicht785 g
Leverancierwww.osram.com, vakhandel
Osram TYREinflate 4000.

Procharger Starter Air

Louis heeft met de Procharger Starter Air een ware duizendpoot in het assortiment. De doos is misschien wat onhandig, maar biedt dan ook een hoop mogelijkheden. Naast het oppompen van verschillende soorten banden, ballen of luchtbedden fungeert hij namelijk ook als 12.000-mAh-powerbank. Voor smartphones of camera-accu’s zijn er zowel een USB- als een USB-C-aansluiting beschikbaar. Daarnaast wordt er een set accuklemmen meegeleverd, want de Louis-compressor biedt een krachtige starthulp. Enige beperking: het systeem is niet geschikt voor lithium-ionaccu’s. Verder is er een zaklamp met SOS-knipperfunctie aanwezig.

Prijs149,99 euro
Afmetingen19 x 11,5 x 5,5 cm
Gewicht1165 g
Verkrijgbaarwww.louis.nl
Procharger Starter Air.

Producttest motorkoffers: Inpakken en wegwezen

Tubeless banden repareren

Tubeless banden, zoals ze op bijna alle moderne straatmotoren gebruikelijk zijn, raken vaak beschadigd door de impact van bijvoorbeeld schroeven. De eerste stap is dus om die te verwijderen. Het is verstandig om een goede tang mee te nemen in het gereedschap. Vervolgens vergroten we het gat met een vijl en ruwen we het materiaal op, zodat je de stop beter kunt plaatsen. Hoe meer moeite je hierin steekt, hoe minder kracht je nodig hebt om de stop in te brengen. Daarna moet het dichtmiddel erin. Meestal is dit een gelusde, langwerpige rubberen veter die je met behulp van een T-handvat inbrengt. Tot slot snijden we de uitstekende delen weg met een scherp mes en vullen we de band met lucht. Belangrijk: een stop is geen reparatie, maar meer een noodoplossing zodat je niet op een ongunstige plek vast komt te zitten. De volgende rit moet toch echt naar de bandenexpert leiden.

Stap voor stap je band repareren

1. Een tang maakt het werk makkelijker: voor het verwijderen van een ingedrongen voorwerp is vaak wat kracht nodig.

2. Opboren: een te klein gat moet je eerst met een vijl vergroten en aan de randen opruwen.

3. Afstoppen: veter inrijgen, erin daarmee, 90 graden draaien en het gereedschap voorzichtig eruit trekken.

4. Finetuning: de stop met het loopvlak van de band zo gelijk mogelijk afsnijden.

5. Eindfase: vingers weg bij het vullen, want de patroon koelt plotseling extreem af.


Veelgestelde vragen over de bandenspanning

1. Hoe vaak controleren?

Experts raden aan om elke veertien dagen of voor langere ritten een routinecontrole uit te voeren.

2. Wanneer meten?

De gegevens over de bandenspanning zijn altijd gebaseerd op koude banden. Tijdens het rijden stijgt de druk door de opwarming met ongeveer 0,2 tot 0,3 bar.

3. Welke druk is geschikt?

Bij de meeste motoren rij je met een normale druk van 2,2 tot 2,5 bar voor en 2,5 tot 2,9 bar achter, wat meestal goed is. Maar sommige machines wijken hier duidelijk van af. Soms vind je stickers met de gegevens op de swingarm of kettingbeschermer. Maar de gebruikershandleiding heeft in ieder geval het antwoord. Daarnaast bieden de bandfabrikanten ook richtlijnen. Michelin bijvoorbeeld heeft op de website tabellen voor hun offroad- en racebanden beschikbaar.

4. Problemen bij te lage druk?

Door verhoogde vervorming kan de band oververhit raken en sneller slijten. Bovendien bemoeilijkt een groter contactoppervlakte de handling en neemt het brandstofverbruik toe.

5. Problemen bij te hoge druk?

Door het sterk verkleinde contactoppervlakte verliest de motor aan stabiliteit en beïnvloedt het rijcomfort door het gebrek aan demping. Ook duurt de opwarmfase aanzienlijk langer door het ontbreken van vervormingswerk, waardoor de band op het midden van het loopvlak overmatig slijt.

Tekst en foto’s: MotorradNews