zondag 29 juni 2025
Home Blog Pagina 1496

KTM´s Dakar-replica leverbaar

0

Wat doe je als je een 1-2 pakt in Le Dakar? Juist, feestvieren! Eerst met de mannen en vrouwen die het succes mogelijk gemaakt hebben, dan met iedereen. Dat eerste feestje zit er alweer een maand op, deel twee begint nu met de uitlevering van de KTM 450 Rally Replica. Deze motor maakte pas in oktober 2013 z’n echte rallydebuut, maar bleek toch al goed genoeg voor de dertiende achtereenvolgende Dakar-zege van KTM, dit keer dankzij Marc Coma. Jordi Viladoms, die uiteindelijk tweede werd, reed vooraf zelfs geen meter met de nieuwe KTM. Ergens moet ‘ie dus gebruiksvriendelijk zijn.

Ten opzichte van het 690-model, dat vanwege reglementswijzigingen niét meer ingezet mag worden, zijn er natuurlijk veel wijzigingen. Denk daarbij aan het frame, de zitpositie, vering en natuurlijk het nieuwe 450cc-blok. Uiteraard zitten op de replica ook meerdere benzinetanks, die je vanwege gewichtsverdeling het best ook kunt gebruiken. De 450 Rally Replica kost 24.000 euro, exclusief BTW en BPM en is te bestellen bij je lokale KTM-dealer. Serieuze plannen? We horen graag van je!

Living for the Weekend op TV!

0

Schitterend nieuws voor de Nederlandse motorcrosswereld! RTLGP zendt zondag 13 april vanaf 15.00 uur een speciaal ingekorte versie van de film Living for the Weekend uit. Een uur motorcoss op een Nederlandse niet-abonnee- of niet-betaalzender, wij kunnen het ons eigenlijk niet meer heugen en dus is het succes van filmmakers Jean-Paul Maas en Nick Janssen nog lang te niet einde. Sterker nog, het succes lijkt nu pas echt te beginnen.  

Uiteraard voor hun eigen carrière, maar onderschat vooral de impact van een commerciële zender die door praktisch alle Nederlanders te ontvangen is. Buiten Eurosport 2 en MotorsTV, zenders die jammer genoeg niet in het standaardpakket zitten, moet je echt zoeken naar beelden van onder andere tweevoudig wereldkampioen (!) Jeffrey Herlings en van Glenn Coldenhoff. Waarom? Precies, omdat veelal de traditionele sporten als turnen, korfbal, hockey en volleybal uitgezonden worden.  

Juist documentaires als Living for the Weekend laten perfect – veel beter dan bijvoorbeeld een wedstrijdsamenvatting van een minuut of vier – zien wat voor fantastische wereld de crosswereld is. Betere promotie voor je sport is er eigenlijk niet. Zeker als je bedenkt dat twee wereldtitels en heel veel podiumplaatsen blijkbaar al niet voldoende zijn om zenders te doen overtuigen meer aandacht te besteden aan cross. 

Iedereen met ook maar een beetje passie voor tweewielers is dus ‘verplicht’ te kijken. Alles voor de kijkcijfers; deze uitzending moet een klapper worden! Zo’n zestienduizend mensen zagen Living for the weekend in de bioscoop, dus een succes is binnen handbereik.

Nieuwe trajectcontroles zijn onderweg

0

Rij je tegenwoordig vol gas onder de uitgeschakelde trajectcontroles op de A12 bij Den Haag, de A12 bij Utrecht, de A4 bij Nieuw-Vennep en de A58 bij Bergen op Zoom door? Dan moet je ten eerste weten dat de politie de mobiele snelheidscontroles op deze trajecten heeft opgevoerd sinds de systemen eind 2013 zijn uitgeschakeld, ze nóg fanatieker zijn gaan controleren sinds de uitschakeling van de trajectcontroles vorige week uitlekte, én dat Siemens en CSC in de race zijn voor de nieuwe aanbesteding. Je kunt dus nog best even een gokje wagen, maar de lol is van korte duur: in 2015 worden de systemen mogelijk al vervangen.

Ook deeltrajecten van de A10, A20 en A13 staan uit, maar daar wordt de trajectcontrole dit jaar al weer in bedrijf genomen. De borden die waarschuwen voor de trajectcontrole die waren weggehaald, keren dan ook terug. Dit is de overheid namelijk verplicht: er moet gewaarschuwd worden voor een trajectcontrole. 

Op sommige wegen waar de trajectcontrole niet meer werkt zijn de borden trouwens nog niet weggehaald. Dat gaat snel alsnog gebeuren.

 

Bewijs: motorrijders verlichten file

0

Actieve motorrijders lossen de filedruk deels op, zo blijkt uit Belgisch onderzoek. De Standaard bericht over een grootschalig onderzoek van de Belgische mobiliteitsclub VAB. Zij hebben onderzocht hoeveel motorrijders er per seizoen actief rijden, en hoe zich dat verhoudt tot de filedruk. 

‘Van mei tot september tellen we dubbel zoveel motorrijders tijdens de spits en daalt de filedruk. In oktober halveert het aantal pendelaars per motor weer, en worden we opnieuw geconfronteerd met een toenemende filedruk’, zo legt de mobiliteitsclub uit.

Ook interessant is dat volgens de mobiliteitsclub de motor steeds vaker wordt gebruikt voor woonwerkverkeer, en verschuift de focus vanuit recreatief verkeer naar forensgebruik. Dit heeft natuurlijk ook te maken met de toenemende filedruk door de jaren heen.

Uit het onderzoek blijkt tevens dat de ondervraagde motorrijders (de VAB hield een grootschalige enquete) een kwartier tijd winnen per enkele reis, door de auto in te wisselen voor de motor.

Wat we hier nu aan hebben? Tja, elk onderzoek dat ons motorrijder op positieve manier belicht, en ons ‘goed recht’ bewijst, helpt mee aan de acceptatie en eventuele positieve reacties van onze medeweggebruikers. Je-weet-wel, die ons in de file nét even iets meer ruimte kunnen geven.

Getest: Husqvarna TR650 Terra

0

Als tweelingbroertje van de TR650 Strada verwachten we van de Terra de nodige offroad-bravoure. Het grote voorspatbord, de bandenkeuze (Metzeler Enduro 3) en het 21-inch-voorwiel onderscheiden de Terra van de Strada. Duidelijk dus: je kunt de Terra in ieder geval niet afrekenen op z’n gebrek aan asfaltsouplesse. Nee, dit is een zandhaas, en dus duiken we het zand ook maar in!

BMW-genen
In het frame hangt het inmiddels welbekende G650-blok van BMW. Husqvarna heeft het motorblok serieus onder handen genomen en er 58 pk uit weten te wringen. Dat is het gevolg van een nieuwe cilinderkop, een lichtere zuiger, een verhoogde compressie, grotere kleppen en daardoor veel meer frisse lucht, gecombineerd met een aangepaste injectie, nokkenastiming en andere noodzaken. Kortom: dat rode kleppendeksel is geen afleidingsmanoeuvre, dit motorblok is écht aangepakt.

En dat is te merken ook. Niet enkel door het surplus aan pk’s, maar ook door de motorloop die keuriger is dan zoals we deze van de G650 kennen. De Terra loopt, werkelijk waar, veel meer trillingsvrij. Maar wanneer je het gashendel goed beroerd dan braakt de eencilinder er de nodige pk’s uit. Keurig! We hebben het dan echter niet over het vermogen bij lagere toeren, want daar heeft de Terra wel de nodige trekkracht geofferd. De tuning heeft zich dus niet enkel op efficiëntie gericht, maar er is ook duidelijk voor een agressiever karakter gekozen waarbij het gemak van onderuit niet zo telt.

Actief rijden
Hier past een wat actiever rijkarakter bij. Nou is het vast geen toeval dat de gehele motor daartoe uitdaagt. Lui in het zadel zitten gaat je op de Terra niet lukken. Het zadel is smal en bepaald geen stayergarantie, maar juist wel ideaal voor kruip-door-sluip-door in het bos. Veel ruimte om te verzitten, maar vooral ook om te staan. De gehele machine is uiterst smal en de voetsteps lekker breed en het stuur biedt een fraaie brede houvast. Maar dat stuur had ‘voor het mooie’ wel wat hoger mogen zitten. Een lange Nederlander zal op de Terra wat onnatuurlijk krom moeten staan.

Dat staat goede zandprestaties echter niet in de weg. Wat heet: het lage gewicht, het noppenprofiel en de algehele controle over de kleine motorfiets maken ‘m een heerlijke allround-zandhapper. Geen échte zandhaas zoals Husqvarna er ook veel van in de modellijn heeft, maar een allround motorfiets voor een heel schappelijke prijs.

Je kunt natuurlijk wel het nodige op de Terra aanmerken. De azijnzeiker kan stellen dat de Terra vlees noch vis is. Het is immers geen enduro-machine, geen asfaltridder noch een allroad. Het is… tja, een Terra. Met het 21-inch-voorwiel heb je bepaald geen scheermes die op het asfalt de show steelt, terwijl het motorblok vrij kort van adem is en de demping nogal slap is. Maar ja, dat had je allemaal al kunnen weten als je de specificaties doorleest en het silhout eens goed in je opneemt. 

Toch weet de Terra wel terug te slaan, want met de verkoopprijs van € 5999 mét uitschakelbaar ABS is de Huskie een absoluut koopje. Het inzetgebied mag dan beperkt zijn, als je voor jezelf toch al weet dat het voornamelijk onverhard is waar je zult rijden, dan is de Terra een zeer serieus te overwegen optie.

Foto’s: Raymond de Haan

 

[justified_image_grid ids=19596,19597,19598,19599]

Techniek: Hoe werkt de bougie?

0

Vorige week heb je nog kunnen lezen hoe de ouderwetse carburateur werkte, en daarvoor hebben we de moderne injectie uitgelegd. We weten dus inmiddels echt wel hoe het brandbare goedje ín de cilinder komt, dus kijken we nu naar de ontbranding. Hoe vindt die plaats, en wat is er zo belangrijk aan de goede timing van deze ontbranding?

Hoe werkt de bougie?
Een bougie bestaat uit twee metalen contacten, die minder dan een millimeter van elkaar staan. Op deze twee ‘elektroden’ wordt een enorm hoge elektrische spanning van zo’n 30.000 volt gezet, waardoor een vonk overspringt, die het lucht-brandstofmengsel aansteekt.

De verbranding van het gecomprimeerde mengsel gaat razendsnel. Sommige motoren halen tegenwoordig bijna 17.000 tpm, en dat betekent dat er in elke cilinder meer dan 140 verbrandingen per seconde plaatsvinden! Een verbranding duurt dan ook maar twee milliseconden. Veel mensen denken daarom onterecht dat het explosies zijn. Bij een explosie verbrandt een mengsel spontaan, op diverse plaatsen tegelijk. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren als het mengsel te arm is of de motor te heet, of als er een slechte kwaliteit brandstof wordt getankt. Dan ‘pingelt’ de motor. Dan ontstaan er explosies, waarbij drukpieken optreden die de motor ernstig kunnen beschadigen.

Een normale verbranding loopt echter heel geordend. Eerst worden de lucht- en brandstofdeeltjes, die tussen de twee bougie-elektroden passeren, door de hoge elektrische ‘ontsteekspanning’ gevangen en gericht – of beter: geïoniseerd. Als de deeltjes netjes op een rij staan, kan er een stroom gaan lopen van de ene elektrode naar de andere. Dat is de vonk. Als de stroom eenmaal loopt, daalt de elektrische spanning tot een lager niveau, de ‘brandspanning’. In die periode loopt de temperatuur tussen de elektroden op tot enkele duizenden graden. Dat is genoeg om het benzine-luchtmengsel in brand te steken. Het laagje benzine rond de elektroden van de bougie brandt en steekt het volgende laagje aan. Zo loopt er razendsnel, maar heel gelijkmatig en gecontroleerd, een brandend laagje door de verbrandingskamer heen. Dat is het ‘vlamfront’.  

Isolator
Het is belangrijk dat de vonk op het juiste moment- en alleen tussen de elektroden overspringt. Daarom worden de binnenste elektrode en de metalen buitenhuls, waaraan de massa-elektrode zit, van elkaar gescheiden door een porseleinen huls, die voor elektrische isolatie zorgt. Het porselein is aan de buitenzijde geglazuurd om te voorkomen dat er vuildeeltjes op komen die kruipstromen kunnen veroorzaken. Om warmte beter af te voeren is er aluminiumoxide in het porselein meegebakken. De bougie zou anders te heet kunnen worden. Dan zouden de elektroden kunnen smelten of het porselein zou kunnen barsten. De warmteafvoer mag echter ook niet te groot zijn, want dan zouden er in de verbrandingskamer koolstofafzettingen op de massa-elektrode en de isolatorvoet kunnen ontstaan. Koolstof geleidt elektriciteit en dus zou de elektriciteit via de koolstof kunnen gaan lopen, zonder dat er een vonk ontstaat. De bougie moet dus wel heet genoeg worden om schoon te ‘branden’.

Nu wordt niet elke motor even heet, dus moet ook de mate van warmteafvoer van bougies voor elke motor worden aangepast. Dat gebeurt door de lengte van de isolatorvoet en daarmee de grootte van het contactvlak met de buitenhuls, waarop de zeskant voor de bougiesleutel zit, te variëren. Er is in dat kader ook enige tijd geëxperimenteerd met glijvonkbougies, waarbij de vonk via de isolatorneus moest glijden om naar een van de vier aan de zijkant geplaatste elektroden over te springen. De glijvonk verbrandt eventuele koolstofaanslag.  

Ontwikkelingen
Vroeger was de afstand tussen de elektroden van een bougie 0,6 mm. Tegenwoordig draaien motoren regelmatig met heel arme mengsels, waardoor de afstand tussen de elektroden omhoog moet om er genoeg brandbaar mengsel tussen te krijgen. Tegenwoordig is 1 mm normaal.

Daarnaast worden nu ook hogere compressieverhoudingen gebruikt om motoren zuiniger te maken. Door deze beide factoren is er tegenwoordig een hogere vonkspanning nodig dan vroeger. Vroeger leverde de bobine een spanning van 10.000 volt, tegenwoordig is dat vaak 30.000 tot 40.000 volt. Om daarbij een goede en zelfs betere levensduur te verkrijgen, hebben de duurdere bougies een smalle punt van materialen die nauwelijks kunnen wegbranden, zoals platina, iridium of titanium. Dit soort bougies gaat tot wel 60.000 kilometer mee.

Een verdere verbetering, die we in de nabije toekomst gaan zien, is de plug top-bougie. Bij deze bougies is de isolator met 8,5 mm verlengd, terwijl de hoogspanning via een spiraalveer wordt overgebracht naar een komvormige connector, die boven op de isolator is geplaatst. Door deze nieuwe verbinding ontstaat een beter elektrisch contact en is er minder risico op doorslaan. Ook de elektromechanische storingspuls is kleiner. De nieuwe plug top-bougies zijn verder voorzien van ‘dubbelplatina’-elektroden, waarbij zowel de massa-elektrode als de centrale elektrode via een laser-lasproces is voorzien van een platina slijtlaag. Zowel Bosch als Beru produceert deze bougie.

Ecoflash vervangt bougie
Bougies met elektroden gaan in de toekomst wellicht helemaal verdwijnen. De Duitse bougie-fabrikant Beru heeft namelijk een geheel nieuw ontstekingssysteem ontwikkeld. Bij dit Ecoflash-systeem wordt geen bougievonk meer gebruikt, maar wordt een hoogfrequent elektromagnetisch veld in de verbrandingskamer opgewekt. Dit veld zorgt voor een ionische voorlading en geeft ver-volgens een energie-explosie, waardoor een breed verbrandingsveld ontstaat. Dit zorgt voor een snelle en volledige verbranding. 

De verbranding kan hiermee in principe op elke gewenste plek in de cilinder beginnen, aangezien je niet bent gebonden aan de plek van de elek-troden. Er zijn hierdoor ook andere verbrandings-vormen mogelijk, die bovendien ook toerental-afhankelijk kunnen worden gestuurd. 

De Ecoflash-ontsteking geeft veel betere emissies en meer vermogen. De bougie van de toekomst!

Tekst: Peter Aansorgh

Ducati’s nieuwe Diavel

0

We zaten er niet erg ver naast, met onze aankondiging van de nieuwe Diavel, een paar dagen geleden. Het was dus geen verrassing dat Ducati vandaag op de Autosalon van Geneve de herziene cruiser presenteerde, al hameren de Italianen er op dat de Diavel geen cruiser genoemd mag worden. En daar hebben ze wel een punt. Immers, welke typische cruiser met ruim 160 pk kennen we?

Hoewel we grotere veranderingen aan het motorblok verwachtten, heeft Ducati de paardenstal niet vergroot. Het motorblok levert nog steeds 162 pk, maar doet dat nu bij een iets lager toerental. Dit dankzij aangepaste in- en uitlaatkleppen. Verder is de L-twin aangepast zoals ‘ie nu ook in de Monster 1200 hangt. En dus kunnen we spreken van het ’tweede generatie’ Testastretta-11-graden-motorblok. Dubbele bougies dus, en een keurige grootonderhoudsinterval van 30.000 kilometer.

Ook de nieuwe uitlaatpartij doet denken aan die van de Monster 1200, net zoals de Diavel de Monster volgt als het gaat om de LED-verlichting rondom de nieuwe koplamp. Ook is het aanzicht van de radiateurs vernieuwd en is het stuur een fractie hoger geplaatst.

Leuk is het nieuwe TFT-scherm, dat onder het dashboard op de tank zelf is geplaatst. Een tweede scherm dus, dat de brandstofvoorrraad indiceert, de gekozen versnelling laat zien en de koppeling met de gekozen rijmodus verzorgt.

De nieuwe Diavel is over vier weken bij de dealer te zien. De prijs is nog onbekend, maar deze zal niet veel hoger liggen dan de huidige prijs.

 

 

Inschrijving GP Droomteam Competitie in volle gang

0

Sinds afgelopen zaterdag is het mogelijk om je droomteam in te schrijven op www.wacosoft.nl/motor. Wat is precies de bedoeling? Bekijk de prijslijsten, kies zes coureurs (twee per klasse), blijf binnen het budget van twaalf miljoen en stuur je team op. Per GP kunnen je rijders punten voor je scoren en als je het goed doet, dan kan het zomaar zijn dat je eind dit jaar in het bezig bent van een Honda CBR650F of een andere mooie prijs (onder meer veringpakket, leren pakken, banden, helmen, navigatiesysteem en handschoenen)
De droomteams stromen al binnen bij ons, waaronder ook zestallen van enkele coureurs. Dit jaar gaan namelijk meerdere (ex) coureurs, technici en managers meedoen in de Superstar-league. Zij strijden in een eigen competitie (zodat zij niet die Honda CBR650F voor je neus weg kapen) om de hoogste eer en kan jij zien of jouw eigen team beter scoort dan de zestallen van deze Superstars. Doet het natuurlijk altijd goed, om tegen je vrienden te kunnen zeggen dat je meer verstand hebt van het spelletje dan onze Superstars. 

Komend seizoen neem je het op tegen onder andere:
Bo Bendsneyder – Red Bull MotoGP Rookies Cup-coureur
Ana Carrasco – GP-coureur Moto3
Scott Deroue – GP-coureur Moto3
Jurgen van den Goorbergh – voormalig MotoGP-coureur
Jarno Janssen – teammanager RW Racing GP
Robert Schotman – Red Bull MotoGP Rookies Cup-coureur
Bryan Schouten – GP-coureur Moto3
Hans Spaan – chef-monteur RW Racing GP
Danny Webb – straatrace-coureur  
Koen Zeelen – EK Superstock 600-coureur

 

Getest: Büse Touring B60

0

Wat eigenlijk meteen opvalt aan deze toerlaarzen van Büse is dat ze licht van gewicht zijn. Ze voelen niet als lompe klompen en lopen zelfs gemakkelijk en redelijk comfortabel. Het ontwerp is ook redelijk slank en strak en de laarzen zijn voorzien van protectie rondom de enkels, scheenbenen en hielen. We hebben de laarzen getest in verschillende omstandigheden en ze voldeden eigenlijk altijd. Water- en winddicht, alleen op zeer warme dagen schiet het ademende vermogen wel wat te kort en krijg je last van zweetpoten in deze leren toerlaarzen.

Ze worden afgesloten met een korte rits (met daarachter een soort regenhoesje) en grote flap met klittenband. Na een paar maanden gebruik houdt de rits zich nog wel, maar je voelt bij het aantrekken dat er veel spanning opstaat en gevoelsmatig (maar zonder enig bewijs) zeggen we dat die rits wel eens een zwak punt kan blijken te zijn omdat je elke keer veel ervan vraagt. Met € 109,95 zijn ze zeker niet te duur en bieden ze juist veel waar voor het geld.

Getest door Damiaan Hage

Büse Touring laarzen B60
Prijs € 109,95
Kleur zwart
Maten 38 – 48
Info www.buese.com

Foto-album: Lotus C-01

0

Moeilijk, moeilijk, die Lotus C-01. Enerzijds vinden we ‘m onzinnig en het zoveelste rijkeluis-speeltje, maar een bijzonder geval is het wel. Een bijzonder staaltje van carbon en titanium, deels geconstrueerd door Kalex en een RC8R-motorblok met ruim 200 pk. Dat is niet slecht. En dat uiterlijk ook niet: de knipoog naar de Lotus T49 is een begerenswaardige.

En uiteindelijk zal het voor ons, normale stervelingen, wel bij kijken blijven. Want hoewel de productie is gestart, betekent dat nog niet dat we er ooit eentje kunnen kopen. En daarom: plaatjes kijken!

 

[justified_image_grid ids=19578,19579,19580,19581,19582,19583,19584,19585,19586,19587,19588,19589,19590,19591,19592,19593,19594]