maandag 30 juni 2025
Home Blog Pagina 1495

Toen: Stoner’s eerste zege

0

Valentino Rossi of Dani Pedrosa, wellicht regerend wereldkampioen Nicky Hayden en heel misschien Loris Capirossi, Marco Melandri of Colin Edwards. Maar geen zin, zelfs geen woord over Casey Stoner begin 2007. Het enige waarin de Australiër een hoofdrol speelde, waren grappen over het aantal kuiponderdelen en frames dat Ducati gedurende het seizoen zou moeten maken.  Niemand kon de keuze van Livio Suppo, toen nog in dienst van Ducati als MotoGP-projectmanager, begrijpen. Tot 10 maart 2007, vandaag precies zeven jaar geleden.  

Want op een zonnig Losail, dus zonder kunstlicht, versloeg Stoner in een rechtstreeks duel Valentino Rossi. Een ongekende prestatie want de Italiaan stond op scherp als nooit te voren, nadat hij een seizoen eerder de titel moest laten aan Nicky Hayden en Honda. Dat verlies werd echter vooral toegeschreven aan het feit dat Rossi en zijn Yamaha te veel steken lieten vallen. Nu was alles anders. Rossi had geen excuus, Yamaha had geen excuus, Pedrosa had geen excuus, Honda had geen excuus. Ze waren verslagen door een Australiër die er het jaar ervoor er vooral naast lag en door een fabrikant die het qua fabrieksoppervlakte zelfs verloor van de gemiddelde supermarkt. 

Casey Stoner in cijfers
Zeven MotoGP-seizoenen
38 zeges
39 pole positions
29 snelste ronden
Wereldkampioen in 2007 (Ducati) en 2011 (Honda)

Wat volgde waren twee wereldtitels, veel teleurstellingen, maar vooral heel veel discussie. Toch heb ik altijd een zwak gehad voor Stoner, één van de weinige coureurs die durfde te zeggen wat hij dacht. Over het nieuwe Assen (‘op de scooter is het ook niets’), over Rossi (‘natuurlijk is de MotoGP saai voor hem, want hij rijdt niet vooraan’) en over de dood (‘het rijden op de limiet, daar doe je het voor’). Maar treffender dan twee voorbeelden waarmee Matthew Roberts onlangs mee kwam, kan niemand het omschrijven. Voor de door hem geschreven autobiografie ‘Pushing the Limits’ had Roberts veel contact met Stoner en kwam zo dichterbij dan wie dan ook dat ooit was geweest. Mat Oxley, voormalig MOTO73-redacteur, pakte er onlangs twee dingen uit die zo treffend zijn dat ze te mooi zijn om te laten liggen.

Tijdens zijn allereerste race, als vierjarige, stond Casey op Hatcher’s dirt track aan de Gold Coast klaar voor de start toen hij plotseling in huilen uitbarstte.  Met druk of spanning had het niets te maken, Stoner was boos omdat iedereen naar hem keek. Afkomstig uit de ‘middel of nergens’ was hij al die aandacht niet gewend. Sterker nog, hij haatte het. Toen hij een paar jaar later op school gepest werd, twijfelden z’n ouders geen moment en haalden hem van school om vanuit huis het onderwijs te vervolgen. Hierdoor vervreemde Stoner nog meer van de harde werkelijkheid van het ‘normale’ leven en dat vertaalde zich een moeilijke relatie met eigenlijk iedereen in het paddock. 

Het tweede voorbeeld komt uit zijn Superteen-racecarrière. Zelfs als hij won hield hij zijn beide handen aan het stuur. Toen hij verteld werd dat hij na een zege best mocht zwaaien, antwoordde hij fel: “Nee, dan sta ik echt voor lul!” En dus juichte hij nooit, alsof hij zich schaamde voor hoe goed hij was. 

Het contrast kan haast niet groter. Een behouden vangst Stoner!

Lees hier het complete verhaal van Mat Oxley over Casey Stoner.

Toch een nieuwe Moto Morini

0

Moto Morini staat om van alles en nog wat bekend, maar niet om beginnersfietsen. Tot nu! Want met de 11 ½ is dat definitief verleden tijd, als we de Italianen tenminste mogen geloven… De tweecilinder van 1187 cc heeft namelijk 117 pk bij 8.500 toeren per minuut en een koppel van 105 Nm bij 6.750 toeren. 

Wij vinden dat uiteraard meer dan prima, maar binnen de strikte regels van Den Haag komt de 11 ½ dichter bij een Superbike dan bij een…Inderdaad.  Toch is het volgens Moto Morini de gemakkelijkst hanteerbare motor uit de 2014-collectie, die verder bestaat uit de Scrambler, Corsaro 1200 Veloce, Granpasso 1200 en Rebello 1200. 

De voorvering is in handen van Marzocchi terwijl de volledig instelbare schokbreker van Paioli afkomstig is. De remmen zijn uiteraard van Moto Morini-partner Brembo.  Het rijklaargewicht – opvallend genoeg zonder benzine… – is 200 kilometer.  Over ABS wordt niet gesproken.  De 11 ½ moet ongeveer 11.000 euro gaan kosten.

Serieuze interesse? Moto Morini heeft al een aantal jaar geen dealers  meer. Je zult je dus rechtsreeks moeten wenden tot de fabriek in Casalecchio di Reno, gelegen iets ten zuiden van Bologna. 

Getest: Aprilia RS4 125

0

Aprilia maakt het jonge knapen die al sinds hun zestiende verjaardag de dagen aftellen tot ze op een sportmotorfiets mogen rijden niet makkelijk. De RS4 125 belichaamt de ultieme jongensdroom met zijn RSV4 lijnenspel. Stel je de kwelling eens voor om daar 730 dagen op te moeten wachten.

Standaard quickshifter
Neem plaats op de RS4 en je voelt direct dat de RSV4-erfenis verder gaat dan alleen het lijnenspel. De stuurhelften zijn onder de kroonplaat gemonteerd en je moet diep naar beneden reiken om ze tegen te komen. De billen priemen dan weer hoog in de lucht op het kleine en harde zadeltje. Tegen alle verwachtingen in, levert dat meer dan voldoende comfort.
Het scherpe lijnenspel straalt een en al sportiviteit uit, maar het snelste gadget van de motor is de quickshifter. Probeer de fantasieën over een coureursbestaan maar eens te stoppen als je accelereert en de bak omhoog schopt zonder het gas te lossen. De euforie over de quickshifter camoufleert het stroeve functioneren van de zesbak.

Topblok
Net als de oude tweetaktracers van Aprilia heeft deze RS een smalle powerband. Het gebeurt allemaal tussen de 8000 en 11.000 toeren. Drieduizend toeren lijkt niet veel, maar het blok is weldegelijk een van de troefkaarten van deze machine. Zonder moeite flitst de kleine racereplica naar 100 km/h. Voor een 125 doet hij dit uitstekend. De kilometers daarna vergen meer inspanningen, bukken is het devies om alles uit de machine te wringen. Met wat turnoefeningen en geduld verschijnt er uiteindelijk 128 km/h in de teller. Om te pochen met die duizelingwekkende snelheid houdt het dashboard de hoogste snelheid vast. Daar kun je mee aankomen bij je vriendjes. Benzineverbruik is misschien minder stoer dan topsnelheden, maar een gemiddeld verbruik van 1:26 maakt een zuinig mens desondanks blij.

GP waardig
We hebben dus een 125 die met zijn prestaties en voorkomen moeiteloos meedraait in top van zijn klasse. Hoe houdt het rijwielgedeelte van de machine zich als de naald van de toerenteller recht overeind staat? Een blik op het immense aluminium balhoofd neemt vooraf eigenlijk elke vorm van twijfel weg. De dikke framebalken en de MotoGP-waardige banaanvormige achtervork bieden een al net zo vertrouwenwekkend uitzicht. Zo’n frame reed een paar jaar terug nog vooraan in de GP’s. Van zwabberen of elasticiteit is geen sprake. Met twee vingers in de neus verwerkt dit frame de krachten die het blok op hem loslaat. Met zijn vedergewicht stuurt de RS4 zonder enige moeite.

Kleintje met allure
Beginnende motorrijders hebben er een kleine motorfiets bij met de allure van een dikke superbike. Over design hoef je Italianen niets te leren. Van voor tot achter is de scherp gelijnde fiets af. Het blok en het rijwielgedeelte werken net zo hard mee met het charmeoffensief dat nieuwe motorrijders moet trekken. De enige maar is de verkoopprijs is de verkoopprijs van € 4790. Even sparen dus.

Opinie: ‘Open class’ wordt ‘open wond’

0

De kogel is door de kerk. Ducati transfereert binnen de MotoGP van de Champions League (de prototypes) naar de B-divisie, tegenwoordig de ‘open class’ geheten. Op zich zou je dit voor een voormalig wereldkampioen (2007) gezichtsverlies kunnen noemen, degradatie komt in het woordenboek van een trots merk als Ducati uit principe niet voor, ware het niet dat het een aantal interessante voordelen biedt.

Het is nog niet zo lang geleden dat alles wat het merk aanraakte in goud leek te veranderen (eerste podium én GP-winst in debuutjaar 2003, titel met overmacht in 2007), toch worstelt Ducati al geruime tijd met zichzelf. Met de afgelopen drie jaar als absoluut dieptepunt. Eerst het Rossi-debacle, daarna het podiumloze 2013. Nóg een jaar in de marge is naar alle waarschijnlijkheid niet alleen de Bolognezen zelf te gortig maar vooral ook het almachtige Audi. Ducati’s grote boze Mutti had zich van het illustere Ducati – en hogeschool ‘BMW’tje pesten’-  toch iets meer voorgesteld dan gehannes in de middenmoot. Verdammt nochmal.

Hoewel het merk met het aantrekken van Crutchlow en technisch meesterbrein Gigi Dall’Igna (ex-Aprilia) duidelijk zinspeelt op eerherstel, lijkt de reddingsboei die Dorna onlangs wierp nu toch de meeste houvast te bieden.
De introductie van de ‘open class’ blijkt namelijk de ultieme kans om de competitiviteit van de zo gevreesde Desmosedici aardig op de krikken. Zo mag er meer benzine meegenomen worden (24 liter, terwijl de prototypes verder geknepen worden tot 21 liter) hetgeen kans biedt het ware potentieel (top-end power van de V4) optimaal uit te buiten zónder de noodzakelijke knieval te hoeven doen in het lage- en middentoerenbreik. Daarnaast hoeft Ducati de blokken niet te sealen aan het begin van het seizoen, zoals Honda en Yamaha. Het merk kan het hele jaar blijven doorontwikkelen, niet alleen puur op prestaties maar ook qua positie van het blok in het frame. Afgelopen jaren dé achilleshiel van de ‘onrijdbare’ desmo. O ja, en ze mogen zeven (!) extra blokken opbranden. 12 tegen 5 voor de proto’s. Vanuit Ducati ‘s optiek is dus wel te begrijpen dat het gras een de ‘open’ kant er weldegelijk groener uitziet. Nóg een voordeel, mochten Crutchlow en Dovizioso voor een prototype Honda of Yamaha eindigen kunnen ze er pr-technisch een slaatje uit slaan. Immers toch knap voor een ‘open’ machine. Dat geflopte miljoenenbal van Hayden en ‘Dovi’ versus Espargaro en z’n omgebouwde Aprilia Superbike was eens maar nooit weer…

Toch wringt de Italiaanse schoen. Saillant detail is namelijk dat enkele dagen voor het merk bekend maakte ‘open’ te gaan – naburig – elektronica leverancier (en langdurig Ducati-partner) Magneti Marelli aankondigde de ‘open class’ machines te verwennen met een nieuwe, naar verluidt opvallend geavanceerde, ECU. Een van de ‘open’-verplichtingen is namelijk dezelfde elektronica voor iedereen, zowel qua hard- als software. Dat riekt toch op z’n minst naar een potje onvervalste Italiaanse sjoemelitis.
Maar Dorna vindt het prima en dus is het ‘avanti’ met die hap. Honda vindt het daarentegen een stuk minder prima. Het merk zag eerst al met lede ogen aan hoe Yamaha (dat alleen blokken zou leasen voor 2014) toch maar motor én rijwielgedeelte doorsluiste naar het NGM-team – onder het mom van tijdgebrek – en ziet nu hoe Ducati op slinkse wijze een inhaalslag maakt.

Waar het natuurlijk écht mis gaat is dat de ‘Open Class’ feitelijk bedoeld is om het kostenniveau in de MotoGP enigszins in de klauwen te houden. Neem een CRT-fiets, Honda productie-RCV of lease een Yamaha blok (alles dat doorgaat voor niet-fabrieks), zet daar de Magneti Marelli ECU op et voilà; met een paar voordelen (zachtere banden, meer benzine en blokken) moet je redelijk competitief kunnen zijn ten opzichte van de fabrieksjongens. Nu stapt Ducati, Marlboro-miljoenen incluis, met haar complete fabrieksteam in de Open Class en schiet het hele idee nog voor de eerste officiële training van 2014 z’n doel al voorbij.

Ook de Tour naar Assen

0

Ze hebben in Assen en omgeving al ervaring met de Vuelta, maar daar kan binnenkort ook de Tour aan toegevoegd worden. Op vrijdag 14 maart wordt namelijk voor de eerste maal de Tour de TT gestart, een belevingsroute van 65 kilometer voor motorrijders en fietsers. De feestelijke opening aan de Bonte Wever in Assen wordt bijgestaan door Nederlandse wegracehelden zoals Wil Hartog, Egbert Streuer en Theo Bult. De organisator achter de Tour de TT, Recreatieschap Drenthe, heeft een tocht uitgezet die twee oude TT-circuits met elkaar verbindt, die van 1925 en de baan die van 1926 tot en met 1954 gebruikt werd. Zo kom je door plaatsen als Schoonloo, Grolloo, Hooghalen, Rolde en Assen uiteraard. Via de bewegwijzerborden kom je ook terecht bij enkele zogenaamde ‘pitstops’, die laten zien wat Drenthe in zijn algemeenheid te bieden heeft. De Tour de TT kun je overigens vanaf verschillende plekken starten en eindigen.  

Vraag eens een proefrit aan!

0

Het is je hopelijk al opgevallen, maar mocht dat niet het geval zijn, dan weet je het nu. Sinds kort werkt de gehele redactie van MOTOR Magazine en MOTO73 aan deze website. De bedoeling is dat we een nog attractievere plek op de www innemen dan voorheen. We gaan dat doen door kwalitatieve testverslagen, reviews, nieuwsberichten en opiniestukken te posten. Maar dat is niet alles, want zo tref je op onze website ook een Motorbase aan, waar je alle informatie kunt vinden van motoren die sinds 2001 gebouwd zijn.
Sinds kort is het ook mogelijk om via de Motorbase een proefrit bij een dealer aan te vragen. Je klikt op het desbetreffende model en je vindt vanzelf de knop ‘Vraag een proefrit aan’. Druk erop en vul het formulier in, waarbij je kunt aangeven wanneer je graag met deze motor wilt rijden en bij welke dealer. Mocht je nu niet weten bij welke motorzaak je in jouw regio terecht kunt, meldt dit dan even in het opmerkingen-venster. Dan zorgen wij dat je uiteindelijk op de juiste plek uitkomt. 

 

Weer nieuwe modellen van H-D

0

Waar we normaliter enkel in augustus nieuwe modellen van Harley-Davidson konden verwachten, lijkt het erop dat de Amerikanen een nieuwe strategie uitgezet hebben. De afgelopen acht maanden heeft H-D namelijk op drie momenten een aantal modellen gepresenteerd. De derde vloot aan nieuwe Harleys levert ons de Dyna Low Rider, Sportster SuperLow 1200T en de Street Bob Special Edition op.

Te beginnen met de Low Rider. Geen onbekende naam natuurlijk, want dit model kent een rijke historie binnen de familie van Harley-Davidson. Sinds 1977 stond dit model in de brochure van Milwaukee’s trots, echter werd in 2009 besloten om er mee te stoppen. Tijdig, blijkt nu dus, want vijf later blijkt H-D terug te komen op haar besluit om afscheid te nemen van de Low Rider en in 2014 staat dit icoon gewoon weer bij de dealer. Een Twin Cam 103-blok, opgehangen in een Dyna-frame, zorgt met een maximaal koppel van 126 Nm bij 3.500 tpm voor ‘fun riding’. Uiteraard doet de Low Rider zijn naam eer aan, want de zithoogte is slechts 680 mm. Ideaal voor kortbenige motorrijders. Ook handig aan deze Low Rider is dat je het stuur zelf kunt verhogen, met een verschil van 61 mm tussen de hoogste en laagste stand. Het zadel is ook verstelbaar, in horizontale richting. Zo kun je ervoor zorgen dat je billen 38 mm naar voren geschoven worden. De Low Rider wordt standaard met ABS afgeleverd en is in drie verschillende kleurpatronen te krijgen. De vanaf-prijs is € 18.000,-.
Het andere nieuwe low-model van H-D luistert naar de naam Sportster SuperLow 1200T. Dit is eigenlijk de grotere broer van de SuperLow en is meer geënt op touring. Het grootste verschil is het motorblok. Waar de SuperLow gebruik maakt van een luchtgekoelde 883 cc Twin, gaat de nieuweling wat verder met zijn cilinderinhoud. Je treft namelijk een V-twin met 1.202 cc aan, die goed is voor een koppel van 96 Nm bij 3.750 tpm. De T in de benaming slaat op het tour-aspect van deze fiets. Zo heeft ie standaard twee zadeltassen en een flinke, verstelbare ruit. Achter is de veervoorspanning van de schokbrekers te verstellen, voor het geval je met passagier én flinke belading gaat knorren. Ook de SuperLow 1200T is te koop vanaf € 14.300,- in drie verschillende kleuren. Zo kun je kiezen tussen Vivid Black, Candy Orange en Birch White/Midnight Pearl.
Derde troef van Harley om het motorseizoen lekker te beginnen, is de Street Bob Special Edition. De basis is uiteraard de Street Bob, maar is nog wat aangepast om zo de titel Special Edition te krijgen. Zo kenmerkt de SE zich door andere wielen (split vijfspaaks), een Dominator lakschema met twee kleuren (Mysterious Red Sunglo/Silver), tweepersoons Badlander-zadel en een Drag-style stuurtje. Kosten van een standaard Special Edition is € 17.000,-. Alle drie de modellen staan overigens binnen nu en twee weken in de showroom van de Nederlandse Harley-Davidson-dealers.

Getest: Marco Simoncelli, the tribute book

0

De ouders van Marco Simoncelli hebben in 2013 via een boek een eerbetoon gegeven aan hun te vroeg overleden zoon. Eerst via een Italiaanse versie (il nostro Sic), maar sinds een tijdje is Marco Simoncelli, the tribute book te verkrijgen, de Engelse vertaling van het origineel. De upcoming MotoGP-ster vond in 2011 de dood op het circuit van Sepang en wordt nog altijd gemist in de koningsklasse. De smaakmaker was geliefd onder motorsportfans, omdat hij zijn hart op de tong had en niet vies was van een robbertje vechten op de baan. Dat maakte hem populair, wat uiteraard ook te danken was aan zijn prestaties in de racerij (wereldkampioen 250 cc, 2008). Marco Simoncelli, the tribute book geeft je een inkijk in het leven van deze flamboyante coureur, zowel thuis als op de baan. Een mooi beeld, alleen is het boek soms wel moeilijk te volgen. Vreemde sprongen in het verhaal en onsamenhangende teksten zorgen er voor dat je af en toe de draad kwijt raakt. Echter, door het mooie beeld en de persoonlijke verhalen leest het boek toch lekker weg. In slechts een paar avondjes werd de laatste pagina al bereikt. En het zijn er toch 360 stuks, dus dat zegt voldoende. Ook tref je in het boek 290 foto’s aan, waarvan er veel nog niet eerder vertoond zijn geweest. Een aanrader dus voor wegraceliefhebbers, zeker als je ook nog eens een zwak had voor Marco Simoncelli.

Getest door Jarno van Osch 

Prijs € 24,95
Info www.asnbooks.nl

 

Horex nog exclusiever

0

Een exclusieve Horex, het klinkt inderdaad een beetje als witte sneeuw of nat water. Maar toch komen de Duitsers met een VR6 Cafe Racer 33 ltd.  Het ontwerp is tot stand gekomen in samenwerking met LSL Motorradtechnik, een grote speler in de aftermarktwereld.  Doordat verder vooral gebruik gemaakt werd van al bestaande componenten was de nieuwe Horex in een paar weken klaar.  

Het nadeel van deze snelle werkwijze is echter wel dat de motor niet echt anders oogt als de VR6 Classic doordat onder andere het frame hetzelfde gebleven is. Uit kostenbesparing logisch, maar voor een exclusief merk niet altijd gebruikelijk. Het zadel is dan wel weer flink aangepakt waardoor je een stuk ‘dieper’ in de motor zit.  

Let verder ook even op het duozit-kapje, de clipons en de ingekorte spatborden die het thema caféracer moeten versterken.  De volledig instelbare voorvork is afkomstig van FGRT, terwijl achter de TTX36-monoshock het werk moet verrichten.  Ook op het gebied van de stuurdemper is niet bespaard want die is afkomstig van Öhlins terwijl Brembo-monobloc’s je op tijd moeten doen stilstaan. Opvallend genoeg is de motor uitgerust met ABS.

CEO Clemens Neese is uiteraard erg gelukkig, maar wil wel meteen een misverstand uit de wereld helpen: “We hebben absoluut geen intentie om in de racerij te gaan, maar we hebben wel altijd een zwak gehad voor snelle caféracers.  Vandaar de keuze om naast de VR6 Classic ook met iets sportievers te komen. “  

Zoals je mag verwachten van de VR6 Cafe Racer 33 ltd komen er 33 stuks op de markt voor – inderdaad – 33.333 euro.

UPDATE ‘Politie heeft maling aan Tweede Kamer’

0

UPDATE 6-3-2014, 12:39 uur
Inmiddels is er meer duidelijk geworden over onderstaand verhaal. De verwarring is ontstaan doordat er momenteel maar drie van de twaalf trajectcontrolesystemen in Nederland actief zijn. Alleen op de A2 van Utrecht naar Amsterdam tussen knooppunt Holendrecht en Maarssen, de A4 van Den Haag naar Amsterdam tussen Leidschendam en Zoeterwoude en op de A12 van Den Haag naar Utrecht tussen Woerden  en De Meern werken de trajectcontroles nog. Hier wordt dus niet extra geflitst. 

Op de negen wegen waar de trajectcontrole niet aanstaat, wordt dus wel geflitst. Om verwarring te voorkomen worden alle borden weggehaald waar een trajectcontrole wel wordt aangekondigd maar waar deze niet werkt. Zolang dat niet gedaan is, wordt er niet geflitst. De inmiddels veelbesproken A4-controle had dus niet plaats mogen vinden en daarom worden die overtredingen niet verwerkt.

Zo, weten jullie dat ook weer!

BERICHT 6-3-2014, 11:49 uur
Wat hebben we nu weer aan onze fiets hangen? De Verkeersinformatiedienst (VID) meldt dat de politie toch weer aan het flitsen is op snelwegen waar ook al een trajectcontrole is. Zo zou er volgens de website VID.nl afgelopen dinsdag gecontroleerd zijn op de A4 in de richting Den Haag, tussen Hoofddorp-Zuid en Nieuw-Vennep. 

En dat is bijzonder vreemd, want op 29 maart 2011 werd juist een motie van SP-Kamerlid Farshad Bashir aangenomen. In die motie staat duidelijk dat puntcontroles, die wij beter kennen als flitscontroles, niet plaatsvinden waar al trajectcontroles zijn. Daarnaast mag je zelfs van het OM bij een trajectcontrole best even ietsje gas bijgeven om in te halen, als je gemiddelde maar niet te hoog is. Dat moet je uiteraard vooral doen als ze staan te flitsen… 

Wij hebben om een reactie bij het OM opgevraagd en houden jullie op de hoogte. 

Bron: VID en nu.nl
Foto: ANP