Normaal gesproken willen coureurs vlak voor de start geen pottenkijkers, maar Moto2-rijder Cameron Beaubier doet allemaal niet zo moeilijk en dat geeft ons een waanzinnige kans om de spanning voor een wedstrijd van heel dichtbij mee te maken. Leuk ook om begeleider John Hopkins weer eens te zien!
Voorafgaand aan een Grand Prix-weekeinde moeten de toprijders geregeld komen opdraven bij een media-event. Verplicht opdraven, want anders zouden ze echt nooit komen… Het leedvermaak onder teamgenoten is vaak groot als bekend wordt wat ze precies gaan doen en wie van het team ‘verwacht’ wordt. En ergens is dat wel te begrijpen, omdat ze vaak als een soort circusclowns een vaak veel te vergezocht trucje moeten doen. Alles voor de pr van het evenement.
Maar heel soms levert het volkomen onverwacht waanzinnige pareltjes van fotografie op. Zoals hier, met Max Biaggi, Nobuatsu Aoki en Carlos Checa, tijdens een sumo-demonstratie in 1999. ‘Zijn we voor deze onzin echt helemaal naar Tokio gereisd?’ Je hoort het Biaggi en Checa haast hardop denken. Nooit eerder zagen we twee grote kampioenen zo ongemakkelijk zitten en met aangrenzende zekerheid is nu al te zeggen dat we ook nooit meer twee grote kampioen zo ongemakkelijk gaan zien zitten.
Opvallend genoeg durfde Max Biaggi het, eenmaal een beetje gewend, aan om een wedstrijd handje-druk aan te gaan met een professioneel sumoworstelaar. Dapper voor iemand die slechts 1.68 meter is en toen amper 60 kilo woog. Best een contrast met de bijna twee meter en 300 kilo van zijn opponent… Het eindresultaat laat zie uiteraard raden! Net geen gebroken arm voor Biaggi…
Grensgebieden zijn altijd interessant. Neem nou hartje Brabant. We zijn amper een half uur onderweg of kijk, daar heb je alweer een dorp met een neogotische kerk van buitenproportionele afmetingen. Op goed moment raak je de tel kwijt en ligt levensgroot de vraag op tafel: zijn die Brabanders nou zulke kerkgangers of hoe zit dat?
Totdat je beseft: hier lag de grens tussen het protestantse noorden en het katholieke zuiden. Toen dat laatste zich dankzij Thorbecke midden negentiende eeuw weer mocht laten zien, dachten de roomsen: ‘We zullen die protestanten eens een lesje leren!’ Waarop ze hun nederige schuurkerken vervingen door dit soort pronkpaleizen.
Tweede wat opvalt. Ergens richting Sprang-Capelle, we zijn dan halverwege, verandert het landschap van intiem, bosrijk en kleinschalig in open, licht en ruim. Waar we eerst over populierenlaantjes reden, belanden we nu op kaarsrechte strepen asfalt en, jazeker, heuse dijkjes waar we in de heupen mogen. Anders gezegd: van de Brabantse zandgronden zijn we in het rivierenland terechtgekomen en ook daarvan pikt Brabant een graantje mee.
Het avontuur begint in Vught, een sfeervol dorp, eigenlijk meer een uitgestrekte villawijk met een oud hart waar we onze eerste Sint-Petrus scoren. Hij is nu in gebruik als bibliotheek, dus in Vught nemen ze het niet meer zo nauw met het geloof. Ironisch: uitgerekend in deze overdadig rijke omgeving staat de EBI, de Extra Beveiligde Inrichting, nota bene op een steenworp afstand van de IJzeren Man. Bij een beetje weer horen Mohammed Bouyeri en Willem Holleeder de vrolijke stemmen van duizenden badgasten. Ook een straf.
Maria
Door de bossen koersen we naar Helvoirt waar ons beeld van het katholieke Brabant verder wordt bijgesteld. In de schaduw van de Sint-Nicolaaskerk runt Marty van de Loo zijn winkel in groente en fruit. Of hij weet waar we de Mariagrot kunnen vinden? ‘Eh … ’t grotje van Maria ken ik wel’, lacht-ie, ‘maar de Mariagrot … nee.’ Met een bakje vers geplukte aardbeien voor thuis peren we er vandoor, richting Boxtel waar we ons gaan vergapen aan klassieke automobielen, in het Classic Park. Onderweg erheen maken de bossen plaats voor een kleinschalig coulisselandschap met aan de horizon steevast de spits van, jawel, weer een enorme kerk.
Nu gaat er natuurlijk niets boven een lekker ploffende Douglas uit 1925, een Nimbus met open klepstoters of een jaren-zestig Puch met zo’n geil rood achterlichtje. Maar klassieke automobielen kunnen ook op onze sympathie rekenen, vooral die uit de jaren vijftig toen de wereld nog een toekomst had. Diep gelukkig staren we naar een mintgroene Cadillac Series 62 uit 1956 – mooier zal het nooit worden. Ook gezien: een T-Fordje zo koket, met dat kontje, de cabine, die neus en dan, om het af te maken, een zonneklep boven de voorruit. Dit gaat niet over snelheid. Dit gaat over schoonheid.
Via de Pastoor Mandersstraat en de Deken Frankenstraat en de Kapelaan Huyberslaan – ja, die jongens telden ooit mee – snorren we naar de Markt van het schone Oirschot. Daar verorberen we een worstenbroodje, onder het gebeier van de Sint-Petrusbasiliek – het is twaalf uur. De grootste verrassing wacht buiten het stadje als we de bossen inrijden om daar, aan de Proosbroekweg, de Kapel van de Heilige Eik te bezoeken. Een heus bedevaartsoord en dat is te merken. Het stikt er van de bejaarde Brabanders die er, het is een zonnige dag, op hun elektrische fiets naartoe zijn gereden om bij te praten met andere bejaarde echtparen. Onder de bomen klinkt een gedempt geroezemoes, aangevuld met de aarzelende zang van net uit Afrika teruggekeerde vogels.
Stront
Richting Oisterwijk maken de bossen plaats voor de openheid van stil boerenland. Dat betekent lekker tuffen, over de Brandsbeemdseweg en de Broekstraat en de Langendonksedijk en, … eh, maar wacht even. Wat lezen wij daar? B&B Boertel & Welness Suite De Meander, gevestigd op het terrein van een melkveebedrijf. Even later gevolgd door Bij Ons, Boerderijterras en Zichtstal, ook al een melkveebedrijf, met, volgens de website, ‘een prachtig uitzicht op het groene natuurgebied’ langs de Beerze. Zo doe je dat dus, de publieke opinie beïnvloeden door mooi weer te spelen, terwijl het diezelfde intensieve veehouderijen zijn die al die prachtige, groene natuurgebieden bedreigen. Boertel – na lang nadenken begrijpen we dat het hier om een hotel op een intensieve veehouderij gaat. En Wellness Suite… vraag dat maar eens aan de koeien die jaar in jaar uit binnen mogen blijven, met hun poten in de stront.
Natuurlijk rijden we een rondje over De Lind, dat opvallende hart van Oisterwijk, met zijn snoeilinden in het midden en de tientallen terrassen erlangs. Maar hip Oisterwijk verzamelt zich tegenwoordig aan de overkant van het spoor. Daar bevond zich tot 2000 één van de grootste leerfabrieken van Europa, de Koninklijke Verenigde Leder KVL. Nu bieden de voormalige fabrieksgebouwen onderdak aan instellingen als EKWC, het Europees Keramisch Werk Centrum, een hotel en Robèrt van Beckhoven, ja inderdaad, die van het tv-programma Heel Holland Bakt. Maar onze interesse gaat vooral uit naar de stoommachine die ooit de fabriek en half Oisterwijk van stroom voorzag. Een kolossaal apparaat, bestaande uit twee liggende, meterslange cilinders en een reusachtig vliegwiel, goed voor 800 kVA. Een prachtig stukje industrieel erfgoed.
Als we tegen drieën Waalwijk naderen en Drunen, hangt verandering in de lucht. Je voelt hier de hete adem van de Randstad, met al dat verkeer op de A59 en de uitgebreide industrieterreinen. Er bestaat zelfs een afslag Drunen-Noord en een Kastanjelaan-West – hoe verzin je het? Eenmaal boven de A59 keert de rust terug en kunnen we ons overgeven aan de geneugten van het rivierenland en dat betekent natuurlijk dokkeren over de dijk. Maar voordat we dat doen, hebben we nog een afspraak op de Wolfsburcht – museum voor luchtgekoelde Volkswagens, aan de Perzikstraat 9 in Wijk en Aalburg.
Brilletje
Het is het levenswerk van veehouder André van Wijlen, van huis uit al verpest want zijn ouders reden in een Kever, net als die van zijn vrouw Antoinette, met eveneens fatale gevolgen. En Antoinette, zij bestiert het museum, weet nog goed de eerste keer dat André haar kwam ophalen, in een Kever natuurlijk waarna de liefde natuurlijk niet kon uitblijven. Inmiddels telt hun verzameling enige tientallen VW’s, van ’t brilletje met zijn twee achterruitjes tot het ovaaltje en van een originele brandweerbus tot het ultimum onder VW-aficionados, een VW Cabriolet in Hebmüller-Karosserie – om van te watertanden. Tekenend voor hun liefde: het museum heeft een voorgevel waarin de contouren zijn te herkennen van het oude beeldmerk van VW, een kasteeltje!
Het aantal spontane deelnemers viel niet mee. Zondag 20 juni 2021 speelde Nederland de laatste groepswedstrijd tegen Noord-Macedonië, reed Max Verstappen in de F1 op Paul Ricard en voorspelde Buienradar weinig goeds. Slecht gesternte dus waaronder de TTT-rijders van start zouden gaan. De opkomst was dan ook zoals verwacht. Maar daardoor had fotografe Claudia Huigsloot wel alle tijd om te spelen met camera, mens & motor.
Ineens bedacht ik me dat ik het eigenlijk nooit meer echt koud heb gehad op de motor. Verkleumd wel, maar tot op het bot koud? Dat verbaasde me. Dat tweecilinders 12.000 tpm draaien en na 100.000 kilometer nog niet barsten, vinden we heel gewoon. We staan er niet bij stil dat motorbanden stilletjes enorm aan grip hebben gewonnen. Rubber moet rollen, ook dat vinden we heel gewoon. En dan al die elektronische rijhulpen, die voorkomen dat je omvalt. We gebruiken ze alsof ze niet heel bijzonder zijn. Met motorkleding is het nauwelijks anders.
Ooit reed ik naar het toenmalige Tsjechoslowakije. Een lederen oliejack uit Noorwegen, een open helm met Climax-bril, Oostduitse tanklaarzen en een Braziliaans regenpak van elastisch bananenrubber beschermden mij tegen Het Weer. Je wist dat je het koud kreeg, maar nooit waar en wanneer. Bij Bayreuth raakte ik bevangen door de kou, ondanks dat de hele dag de zon had geschenen. Later reed ik in een gebruikte Belstaff – een originele, niet dat modespul van tegenwoordig. Dat was warm tot het regende, want echt waterdicht was een vetpak nooit. Eind jaren tachtig volgde een blauw, met aluminium gevoerd MQP-pak, dat nauwelijks verschilde van de zeilbootversie. Het was van honderd procent Heel Dik Stug Waterdicht PVC. Het verlengde je levenskansen in ijskoud water, maar aan land zweette je als een otter. Rond 1994 kocht ik mijn eerste moderne textielpak, van soepel cordura met een waterwerende Gore-tex Z-liner. Een verademing, een ontdekking, een revolutie, die wat mij betreft het motorrijden echt heeft veranderd. Oneindig rijden zonder kou.
Vanmorgen was het min 2 toen ik naar Zwolle reed. Onder m’n jack droeg ik een Coolmax-shirt. Het was behaaglijk warm. Toen ik in Bayreuth einde dag bijna van de motor donderde, was het nog steeds 22 graden!
Omdat Michael van der Mark begin juli 2020 contractueel nog niets mocht zeggen over zijn transfer naar het BMW Motorrad WorldSBK Team tikte MotorNL-sportredacteur Marien Cahuzak vorig jaar een analyse vol met eigen aannames, suggesties en conclusies. Nu Michael na de eerste testen – en vlak voor het nieuwe WorldSBK-seizoen – echt een beeld heeft van zijn nieuwe M1000RR is het de hoogste tijd om te kijken of Marien het bij het rechte eind had. Niemand die dat beter kan beoordelen dan de hoofdrolspeler zelf.
Conclusie 1
Volgens veel insiders heeft de BMW het potentieel om mee te kunnen met Kawasaki en Ducati, en Michael lijkt dus één van die insiders te zijn.
‘Het is natuurlijk niet zomaar één, twee, drie dat een gloednieuwe motorfiets, want dat is de BMW M1000RR echt, direct klaar is om te winnen. Het niveau in het WorldSBK is op dit moment zo hoog. Vorig jaar had BMW met de S1000RR het vooral lastig op het gebied van topsnelheid, maar de rest stond echt al op een goed niveau. Met de nieuwe M1000RR hebben we flink wat extra vermogen, waardoor het er nu op lijkt dat we er qua topsnelheid goed bij zitten. Het is nog wel zo dat het hele pakket, zowel de motor als ik, nog één moet worden. Als je echter kijkt naar de mogelijkheden die we op dit moment hebben, maak ik mij geen zorgen over de toekomst. Mede daarom heb ik inderdaad voor BMW gekozen. Voordat ik het contract tekende, had ik zeker de nieuwe M1000RR al gezien. Daarmee liet BMW aan mij zien dat het wil winnen, want de nieuwe Superbike is speciaal daarvoor ontwikkeld. BMW wil dus niet per se een nieuw model presenteren, nee, het wil echt een motor hebben die kan meedoen om de SBK-zeges. Ik wil ook winnen, dus dat paste perfect en daarom was de keuze voor BMW ook niet erg ingewikkeld.’
Eindoordeel conclusie 1
Correct.
Conclusie 2
Vanuit Japan ligt de focus van Yamaha op de MotoGP en dat heeft gevolgen voor het SBK-budget in 2021. Het is een publiek paddock-geheim dat BMW flink wat meer budget over heeft voor het WorldSBK-project.
‘Dat is een stelling waar ik eigenlijk geen antwoord op kan geven, want ik heb geen idee wat het budget van zowel Yamaha als BMW precies is. En ik denk ook niet dat je ooit het antwoord daarop zult krijgen, al ken ik de verhalen ook. Wat ik wel kan zeggen, is dat er bij BMW heel veel mogelijk is. Op bijna alle gebieden van de motor zijn we op dit moment verschillende dingen aan het testen en dat laat wel zien hoe serieus het merk is met het WorldSBK-project.’
Eindoordeel conclusie 2
Correct.
Conclusie 3
Binnen BMW ligt de focus volledig op het WorldSBK, net als dat bij Kawasaki het geval is. Dat is de enige manier om te slagen in het Superbike.
‘Daar lijkt het wel op en BMW heeft inderdaad die focus volledig op het WorldSBK. Dat is zeker positief en het merk heeft recent ook het één en ander gewijzigd in de strategie, waarvan de M1000RR het beste voorbeeld is. BMW wil winnen, iets wat ook door de top van het bedrijf wordt uitgesproken. Daarom is het eerst racen en dan pas marketing, terwijl het bij veel merken precies andersom is. Om in deze omgeving te werken, is als coureur echt geweldig.’
Eindoordeel conclusie 3
Correct.
Conclusie 4
Met de keus voor BMW laat Michael de ingang naar de MotoGP los, al moet je ook realistisch zijn dat die overstap er waarschijnlijk niet in zou hebben gezeten.
‘In principe heb je gelijk, maar ik wil winnen en ik denk dat ik daar bij BMW meer kans op heb. Als ik heel eerlijk ben, was ik ook vorig jaar niet meer met de MotoGP bezig. Natuurlijk sluit je dat hoofdstuk nooit af, maar je moet wel realistisch zijn als je toekomstplannen maakt. Maar je weet nooit…’
Eindoordeel conclusie 4
Correct.
Conclusie 5
Dat Toprak direct won op de R1 kwam uiteraard hard aan, zoals verlies bij elke sportman lastig is, maar Michael stapt echt niet naar BMW over omdat hij weet dat hij daar een mindere teamgenoot zal hebben…
‘Dat klopt helemaal. Natuurlijk baalde ik er echt wel van dat Toprak direct won in zijn eerste raceweekeinde voor Yamaha, maar uiteindelijk waren de verschillen tussen ons heel klein. Het was ook echt niet zo dat ze alleen maar bezig waren met Toprak, echt niet. Sterker nog, Yamaha heeft meerdere keren laten weten dat ik voor de ontwikkeling van de R1 heel belangrijk was, ook toen Toprak erbij kwam. Dat blijkt ook wel uit het aanbod dat Yamaha mij gaf. Dat was goed en daar lag het zeker niet aan. Maar als Ducati, Kawasaki en Honda met nieuwe motorfietsen komen, moet je daarin meegaan en de kans op een nieuwe R1 is voor zover ik niet weet niet zo heel groot.’
Eindoordeel conclusie 5
Correct.
Zo gaat het tot nu toe
We hebben je, in vergelijking met vooral Yamaha, Ducati en Kawasaki, nog weinig zien testen met de nieuwe M1000RR. Waarom?
‘Dat is gewoon een andere manier van aanpak. Wij hebben besloten om het testen iets dichter bij het seizoen te laten plaatsvinden. Je hebt tegenwoordig maar tien vrij te bepalen testdagen per jaar, dus je moet er een beetje voorzichtig mee zijn. Zo hebben we vrij recent nog getest op Aragón, waar ook het eerste raceweekeinde wordt verreden. Omdat een aantal onderdelen iets later beschikbaar was, kwam dat nu ook wel goed uit.’
Je had het tijdens de grote WorldSBK-test op Barcelona niet gemakkelijk. Moeten we ons zorgen maken?
‘Nee hoor, lekker rustig blijven allemaal! Tijdens de tweede testdag had ik echt een heel goed gevoel en zat ik bijvoorbeeld bij Jonathan Rea in het wiel. Toen ik een snelle tijd wilde zette, crashte ik helaas en daarom geeft de test niet helemaal het juiste beeld voor ons. Ik snap wel dat, als je alleen naar de tijden kijkt, je het gevoel krijgt dat het niet helemaal lekker ging. We hebben daarnaast veel dingen getest en geprobeerd en dat kost natuurlijk ook tijd.’
Toen je overstapte van de Honda CBR600RR naar de Fireblade was je meteen snel en dat gold ook voor de eerste keer op de Yamaha R1. Wat is er nu anders?
‘Met de R1 duurde het als ik heel eerlijk ben ook wel even voor ik echt snel was. Dat maakt ook allemaal niet zoveel uit, als je er met de eerste race maar staat.’
Die eerste race had Assen moeten zijn, maar dat weekeinde is verzet naar eind juli. Dat komt je dus helemaal niet slecht uit.
‘Ik had heel graag al geracet, want dan weet je echt waar je staat. Daarnaast ben ik altijd klaar voor Assen.’
Het WorldSBK begint nu op Aragón en aansluitend Estoril. Blij met direct een dubbelweekend?
‘Zeker weten. Het is vooral erg fijn dat er een keer geen raceweekeinde wegvalt, maar bij komt, zoals met Estoril. Je weet nooit hoe het allemaal gaat lopen… Een voorspelling voor de eerste races van het seizoen is nu echt heel ingewikkeld. Natuurlijk ga je voor het podium. Of dat realistisch is? Bel mij even na Estoril, dan weet ik meer, ha ha!’
Net als de eerder besproken planners MyDrive en MRA is ook Routeyou browser-gebaseerd. Sinds kort hebben ze een app voor gebruik op de PC die het geheel nog intuïtiever maakt. Hoe werkt het?
Nadeel van de nieuwe opzet van Routeyou is dat het in eerste instantie lijkt alsof je alleen nog routes kunt maken voor wandelen of fietsen, maar dat is zeker niet zo. Als motorrijder moet je hooguit even iets verder kijken dan je neus lang is (maar dat deed je natuurlijk toch al).
Routeyou is in basis gratis in gebruik; je hoeft zelfs niet eens een account aan te maken. Wil je je routes kunnen bewaren, dan is een account wel nodig. Wil je extra opties, zoals Streetview, dan kies je voor de betaalde versie (€ 2,50 per maand, waarmee je meteen ook verlost bent van de advertenties).
Het werkt werkelijk supereenvoudig. Je gaat naar www.routeyou.com. Als er voorgesteld wordt de gratis app te installeren: doen! Maakt het nog wat gemakkelijker (maar het hoeft niet). Kies vervolgens voor ‘plan een route’.
Je zult zien dat het programma standaard een mooie wandelroute plannen. Geen probleem: klik even op de motor.
Vervolgens kies je je startpunt. Dat kan door een adres in te voeren, maar ook door gewoon met de linkermuisknop op de kaart te klikken. Ik kies ervoor te starten in Rapallo en een stukje ham te gaan halen in Parma. Binnen een fractie van een seconde zie je het resultaat.
Een rit van 175 kilometer, met de knop linksboven zie je ook het hoogteprofiel.
Tip: met de knop rechtsboven kun je het routeyou-motornetwerk aanzetten. Die wegen worden automatisch gekozen, maar daarmee kun je zien welke wegen er nog meer als mooi gezien worden en je route misschien nog iets interessanter maken. Kwestie van klikken op zo’n groene lijn.
Offroadrijden met Routeyou
Wil je het echt spannend maken en ook offroadrijden, zet dan de wegeigenschappen aan.
In de legenda kun je zien of er sprake is van een begaanbaar gravelpad of dat het echt ‘werken’ wordt. Op die manier gemanipuleerde routes zijn overigens alleen bruikbaar in de Garmin Zümo, niet in de TomTom Rider.
Wil je een dag later gewoon een rondrit rijden vanuit Rapallo, dan voer je de lengte in (maximaal 200 kilometer) en de windrichting. Wederom: halve seconde werk. En dan voor dag 3 en 4 een net iets andere richting: laat je verrassen! Eenmaal klaar met de route, kies voor de knop ‘download’, sla de route op en kies voor de optie ‘gpx’.
Je krijgt dan een gpx-bestand met track.
Benen strekken
Wil je niet de hele dag in het zadel, maar geregeld even de benen strekken bij een bezienswaardigheid? Maak dan je route op de normale manier, maar geef de servers even een minuutje de tijd om wat toe te voegen.
Laad je route na een minuutje opnieuw en je ziet in het hoogteprofiel POI’s (bezienswaardigheden) verschijnen.
Klik je op zo’n bolletje, dan lees je over die bezienswaardigheid.
Je kunt echter die bezienswaardigheden ook eerst zelf opzoeken om je route er bewust langs te leiden, in plaats van andersom. Gebruik daartoe weer de knop rechtsboven de kaart en vink de bezienswaardigheden aan.
Vind je zelfs dat te veel werk, dan kun je uiteraard ook kiezen voor bestaande routes. Dat kan binnen de routeyou-site op verschillende manieren, maar ik vind het het makkelijkst om dat ook op deze plek te doen, simpelweg door het aanvinken van ‘routes’ in plaats van ‘bezienswaardigheden’.
De route-verzameling is echt enorm. Bovendien is de route vaak voorzien van een ster-waardering, waardoor je makkelijker het kaf van het koren scheidt.
Nu maar hopen dat we snel weer Europa in kunnen!
Routeyou
Routeyou is een platform van Vlaamse origine, met een zeer stevig fundament. Het werd zestien jaar geleden opgericht door één van de oprichters van Teleatlas, Philiep de Sueter, al heel snel versterkt door Pascal Brackman als de technische baas. Ter illustratie: Teleatlas werd in 2008 voor zo’n 2 miljard euro overgenomen door TomTom. Als gezegd: een stevig fundament, maar tegelijk, anders dan Teleatlas, qua cartografie veel breder kijkend dan alleen ‘zo snel mogelijk met de auto van A naar B’. Zo stond MrGPS in een vorig leven aan de weg van de zogenaamde OnRoute-motorkaart en mocht ik samen met de heren van Routeyou sleutelen aan de algoritmes om automatisch de mooiste routes te berekenen. Dat is ook meteen het grote voordeel van routeyou.com: de kwaliteit van de berekende route.
Als ik nu geen Italiaan koop, doe ik het nooit meer. Na een Honda CX500E, een Suzuki Bandit, een Yamaha V-Max en een Honda X11 is het nu tijd voor een niet-Japanner. Die Harley-Davidson komt wel als ik groot ben – ik ben pas vijftig – en BMW heeft zijn kans verbruid door middel van een proefrit op een aangrijpend slome R1200C. Zo’n dikke bul 61 pk meegeven, hahaha!
Goed, een Italiaan dus. Mijn geliefde K. hitst me op. Haar vader reed Italiaans, haar broers rijden Italiaans en de enige tweewielers waarvoor ze haar hoofd omdraait zijn Italianen. Edoch, je hoeft maar één keer semi-lollig ‘Ducati, stuk gaat-ie’ tegen me te zeggen en ik durf niet meer. Temeer omdat werkelijk elke Italiaan-bezitter, die ik in mijn leven ben tegengekomen, me vertelde over malheur die ik met mijn Japanners nooit had. ‘Karakter’ noemden ze dat dan vergoelijkend.
Eigenlijk durf ik als ’s werelds slechtste sleutelaar alleen een Moto Guzzi aan. Die lijken me net iets minder hittepetitterig-kwetsbaar dan Ducati’s, Aprilia’s en MV Agusta’s. Bovendien heb ik een collega die zijn Guzzi V11, voor zover ik weet, altijd aan de praat krijgt. Maar zekerheidshalve vraag ik dat toch nog even na.
Welnu, de collega is nog steeds verliefd op zijn Guzzi. ‘Ik heb alleen wel diverse elektronische problemen gehad, ook met starten’, zegt hij. ‘Onlangs stelde de garage vast dat er een te zware voorlamp op zat die te veel stroom trok en daardoor de zekering van de dynamo deed smelten. Sinds de nieuwe voorlamp heb ik geen problemen meer.’
Juist ja. Dat hoor ik over Yamaha’s en Kawasaki’s nou nooit.
En toch, een Guzzi Griso 1100 is op de plaatjes wel verduiveld mooi. Dus tuffen we op een regenachtige zaterdag met de auto naar Roké Motors in Woerden, die er een op zijn website heeft staan. Terwijl K. rijdt, vind ik op YouTube een filmpje van een jonge Brit die zijn Griso 1100 recenseert: ‘Ik wil niet zeggen dat alle Italiaanse motoren last hebben van elektronicaproblemen. Maar alle drie de mijne toevallig wel.’
Oké, ik weet eigenlijk alweer genoeg, maar de Brit verzekert me ook dat de Griso heerlijk rijdt, en precies de goede mix biedt qua performance en comfort. ‘Alleen, als je lange benen hebt, is dit misschien niet de bike voor jou.’ Ik kijk naar mijn benen. On-Italiaans lang. Ik ben dan ook 1.88 meter.
De zwarte Griso bij Roké is uit 2006, heeft 28.000 kilometer op de teller en moet 6.750 euro kosten. Ik vertel over het filmpje van de Engelsman. De verkoper, glimlachend: ‘Rij je vaak in de regen dan?’ Eh, bij voorkeur niet. Maar soms heb je geen keus.
‘Je kunt prima Italiaans rijden zonder dat je elektronica er de brui aan geeft’, zegt de Roké-man. ‘Maar in principe heb je nu de motorfiets met de minste problemen. Een Honda X11 doet alles goed. Alleen, je hebt er niet zoveel beleving bij. Deze Griso is een tweecilinder. Het rammelt en trilt en heeft karakter. En is hij mooi of niet?’
‘Hij is schitterend’, erken ik grif, ‘maar zo te zien wel erg laag.’ Ik zwaai een been over het zadel, en inderdaad, ik ben gewoon te groot voor dit ding. Vriendin K.’s gezicht spreekt ook boekdelen.
Terug in de auto kijk ik naar de foto’s die K. heeft gemaakt en schud het hoofd. ‘Alsof ik op een bovenmaatse teckel zit. Wat die verkoper vroeg over dat in de regen rijden vond ik ook omineus. Ik wil een motor waarmee ik ongestraft een zwembad in kan rijden.’
Italo-groupie K. slaakt een berustende zucht. ‘Oké, toch weer een Japanner dus.’
Nico Rosberg heeft een YouTube-kanaal. Dan moet-ie zo nu en dan wel een filmpje online zetten, zoals iedere influencer. Maar dat ging vorige week een beetje verkeerd.
Aan de vooravond van de Formule E neemt Rosberg zijn bijna 1 miljoen volgers mee op een rondje langs een aantal van de hoogtepunten van het bochtige stratenparcours. Onderweg stapt hij van zijn Energica om bij een vriend z’n accreditatiepassen op te halen voor het raceweekeinde. Als hij die heeft opgeborgen, stuurt hij zijn motor naar voren. Jammer voor Rosberg houdt zijn motor niet en tuimelt hij pardoes onder de bumper van een dikke Audi.
Rosberg eindigt vastgeklemd tussen de motor en de ruimte onder de voorbumper van de Audi, met de benen in de lucht. Met hulp weet hij aan zijn benarde positie te ontsnappen. Niet zonder zelfspot verwerkt Rosberg zijn val als een goede grap.
Vierhonderd afleveringen van Marathonmotor hebben vierhonderd verschillende verhalen opgeleverd. Verhalen uiteenlopend van alledaags tot heel bijzonder. Over alledaagse motoren en soms over exoten. Motoren met veel kilometers op de teller of héél veel kilometers op de teller. Op deze pagina’s laten we een aantal memorabele deelnemers met hun motoren nog eens de revue passeren.
Wat misschien nog wel het meest opvallende aan deze verhalenreeks is, is dat vierhonderd afleveringen Marathonmotor ook over vierhonderd verschillende motorrijders ging. ‘De motorrijder’ bestaat niet, want ‘de motorrijder’ is even divers als ‘de mens’. De bindende factor is dat ze allemaal motorrijden, maar wel allemaal op hun eigen manier en met hun eigen voorkeur op wat voor motor ze dat het liefst doen.
De Japanse merken zijn het best vertegenwoordigd in de rubriek Marathonmotor. Honda voert de lijst aan met 94 deelnemers, gevolgd door Yamaha met 72. BMW prijkt met 65 deelnemers op de derde plaats. Kijken we naar het aantal aanmeldingen, dus niet alleen naar degenen waarvan hun verhaal in het blad verscheen maar die zich wel hebben aangemeld, dan zou BMW koploper zijn met de GS-modellen als uitschieter. Maar ja, iedere veertien dagen een GS-verhaal gaat op den duur ook vervelen. Onder de vierhonderd motoren zit één elektrische motor en drie tweetakten.
Het merkenoverzicht ziet er als volgt uit:
1.
Honda
94
2.
Yamaha
72
3.
BMW
65
4.
Suzuki
52
5.
Kawasaki
37
6.
Triumph
20
7.
Ducati
15
8.
Moto Guzzi
14
9.
Aprilia
9
10.
KTM
7
Harley
7
12.
Laverda
2
13.
Buell
1
Enfield
1
Indian
1
MZ
1
Vincent
1
Zero
1
Van de vierhonderd deelnemers waren er slechts 29 vrouw. De meest voorkomende beroepsgroep onder de deelnemers was de ICT-sector. En als er een regio genoemd moet worden van waar de meeste deelnemers kwamen, dan is dat Noord-Holland.
Meeste kilometers
De eer van de motor met de meeste kilometers gaat naar de Vincent HRD van Peter Volkers uit Halsteren. Maar dat niet alleen, het was ook de oudste motor die langs kwam. Volkers’ Vincent HRD had liefst 620.000 kilometer op de teller staan toen hij in 2012 op bezoek kwam. Ongeveer 450.000 kilometer daarvan had Volkers zelf gereden op zijn uit 1949 stammende motor. In de ogen van velen is zo’n snelle Vincent HRD een museumstuk, maar niet voor de eigenaar, die een aantal modificaties aan zijn Vincent had uitgevoerd waar de gemiddelde verzamelaar van gruwt. Wat denk je van andere velgen, remschijven in plaats van trommelremmen. Peter Volkers was duidelijk in zijn verhaal. ‘Ik heb de Vincent om mee te rijden en dan moet je met de tijd mee om de motor betrouwbaar en veilig te houden.’ Lees onderaan dit artikel de Top-25 kilometerstanden.
De eerste
De eerste motor die in 2004 op bezoek kwam was een tien jaar oude Moto Guzzi California met 145.000 kilometer op de teller waarvan de tweede eigenaar, Dré van de Elzen uit De Mortel, er ruim 100.000 voor zijn rekening had genomen. Toch was de complete historie van de motor bekend want, en dat was puur toeval, de Moto Guzzi bleek eerder door MOTO73 ingezet als duurtestmotor. De Moto Guzzi is tot 2007 actief in gebruik geweest. De eigenaar reed daarna op andere motoren (HD’s) maar de Guzzi bleef als hobbyproject bewaart in de schuur. Er is wel flink de zaag in gezet, maar waarschijnlijk is de Guzzi later dit jaar, of volgend jaar, weer rijklaar. De eigenaar heeft zoveel leuke herinneringen aan de California dat de motor verkopen nooit aan de orde is geweest.
De eerste vrouw
Elma Koopman-Kuipers uit Waskemeer was in 2004 de eerste vrouw, die met haar knalrode BMW R1100S op bezoek kwam voor Marathonmotor. In vijf jaar tijd had ze 87.000 kilometer op de BMW bij elkaar gereden wat ver boven het jaargemiddelde van de meeste vrouwelijke (en ook mannelijke) motorrijders ligt. Liever nog dan een ‘S’ had ze een ‘GS’ gekocht, maar die bleek te hoog voor haar. Overdag in strak mantelpak (in haar werkomgeving een vereiste), ’s morgens en ’s avonds (en in het weekend) in motorpak. Ofschoon tevreden over de ‘S’, had deze motor voor Elma toch twee nadelen: een te kleine tank en een te grote draaicirkel. En het kuipruitje moest om de haverklap vervangen worden. Niet vanwege schade, maar door spontaan scheuren. Een ander probleem was het hoge olieverbruik (1:3.500) wat ze bij BMW als ‘normaal’ bestempelden. Slechte zuigerveren op de rechter cilinder waren de oorzaak.
Linke soep
De meeste motoren die op de brug verschijnen verkeren in prima staat, vaak zelfs in showroomstaat. Maar er zijn uitzonderingen, zoals de Aprilia RSV Mille van Marco Luxwolda uit Amersfoort. Hij vereerde ons met een bezoek in 2014. Tijdens het maken van een foto van de onderkant van de motor (na verwijdering van de onderkuip) viel ons oog op een helder streepje bij de link. Een vuiltje op de cameralens? Nee, maar wel een verse scheur in de ‘bone’ van het linksysteem, waarschijnlijk die dag pas ontstaan want de scheur was duidelijk heel vers. Te gevaarlijk om mee verder te rijden, want bij iedere hobbel in de weg kon de ‘bone’ doormidden breken waarna het achterwiel op het spatbord zou klappen. Geen rijfoto’s maken, dat was te ‘link’. En terug naar huis rijden (Amersfoort) was voor de eigenaar al helemaal geen optie. Als service hebben we zijn motor in een busje geladen en terug naar Amersfoort getransporteerd. Daar bleek na demontage dat ook de ogen van de schokbreker muurvast zaten. Van alle vierhonderd afleveringen was dit de enige motor die om technische redenen ‘afgekeurd’ werd.
Van ver
Deelnemers aan Marathonmotor kwamen met hun trots vanuit heel Nederland en België naar Brabant gereden. Eerst naar Handel, later naar Langenboom en de laatste tien jaar naar Volkel. Twee tot bijna drie uur reistijd vormden geen uitzondering. Maar er is altijd een overtreffende trap zoals in 2018 het geval was bij Herman Westerman, die op zijn oude Africa Twin helemaal uit Noorwegen (Bjoa) kwam gereden. Weliswaar in combinatie met een familiebezoek in Nederland, maar toch! De Africa Twin uit 1996 was nieuw aangeschaft. De tellerstand stond op ‘slechts’ 92.000 kilometer, wat mede veroorzaakt werd doordat het lang duurde voordat de Honda op een Noors kenteken kon worden gezet. Een verhuizing en een scheiding hadden ook een nadelig effect voor de kilometerstand. Een kapotte brandstofpomp (garantie) was het enige technische probleem bij de Honda.
Geval apart
Bijna iedereen die op bezoek komt vindt op de een of andere manier zijn eigen motor, hoe alledaags misschien ook, bijzonder. Maar als we het echt over een geval apart hebben, dan scoort de Enfield Bullet 350 De Luxe van Benno Graas uit Wormerveer het hoogst. Met een aftandse Enfield de wereld rondreizen is wel het laatste wat je zou verwachten, maar Benno en zijn vrouw Thecla deden het gewoon. Dat leverde, naast plezier en ontberingen, ook een geweldig mooi boek op: Het aarden beest. In dit boek wordt hun één jaar durende reis dwars door Afrika op een heel bijzonder wijze weergegeven. Er ging veel stuk aan de Enfield, maar het kon onderweg altijd worden gerepareerd. Zo werden kapotte koppelingsplaten opgelapt met kurk van wijnflessen. Met net geen half miljoen kilometer op de teller was de Enfield de motor met de op twee na hoogste kilometerstand. En dat met een motor die nog geen 20 pk aan boord heeft en waarvoor de gemiddelde motorrijder zijn neus op zal halen.
Oudste deelnemer
In 2016 kwam de toen 86-jarige Gradus Stam uit Ochten met zijn eveneens bejaarde Honda CB750 uit 1974 (gekocht in 1980) op bezoek voor Marathonmotor. De man was een motorliefhebber in hart en nieren, dat maakte zijn schuurtje in de achtertuin wel duidelijk waar nog meer motoren stonden te wachten op een ritje. Vanwege gezondheidsproblemen kwam er van rijden niet meer zo heel veel, maar aangespoord door een buurtgenoot werd vanuit Ochten toch een rit naar Volkel gewaagd. De eigenaar droeg nog steeds het motorpak dat hij een eeuwigheid geleden zal hebben gekocht. Geen navigatie op de Honda, maar wel een stuk karton met daarop enkele plaatsnamen en wegnummers vermeld. Kort na zijn bezoek aan Marathonmotor werd Gradus ziek, maar krabbelde ook weer overeind. Van motorrijden kwam weinig meer.
Het ‘record’ van oudste deelnemer is overigens verbroken door de 87-jarige Frans Voermans, die nog steeds actief motorrijder is.
Stuntvliegen
Het kan om heel verschillende redenen zijn dat een deelnemer aan Marathonmotor in het geheugen blijft zitten. Een hele mooie motor, een hele slechte motor, heel veel kilometers of een bijzonder verhaal achter de motor. Bij Jos Sliedrecht uit St. Agatha, die met zijn Suzuki GSX-R750 op bezoek kwam, was dat geen van alle het geval. Bijzonder was alleen dat hij bij 100.000 kilometer de teller moest vervangen, omdat die stopte met tellen. Maar waarom we Jos herinneren, is vanwege zijn speciale hobby: instructeur stuntvliegen in een zweefvliegtuig. Roll-overs en loopings, dat soort dingen. En of de schrijver van de Marathonmotorverhalen dat misschien ook een keer aandurfde? Nou, dat was niet tegen dovemans oren gezegd. Hij zag de omgeving van Nijmegen zoals je die maar zelden ziet (op z’n kop). Het feit dat hij het er vijftien jaar later nog over heeft, zegt genoeg over deze onvergetelijke ervaring.
Tot in detail
Een van de meest memorabele deelnemers aan Marathonmotor was in 2008 Dirk Mulder uit Sneek. Hij had met zijn BMW K100 liefst een half miljoen kilometers gereden en dat zonder ooit met zijn motor de grens te zijn gepasseerd. De meeste kilometers werden gereden tussen Sneek en het Drielandenpunt in Vaals. Deze route kende voor Dirk geen geheimen. Bij de aanmelding vragen we de deelnemers of ze een logboek hebben bijgehouden of in ieder geval iets van de onderhoudshistorie weten. Bij de een is dat wat uitgebreider dan bij de ander, maar zo uitgebreid als dat van Dirk Mulder was uniek. Hij had alles tot in detail genoteerd. Niet alleen wat betreft onderhoud aan de motor, maar ook wat de temperatuur was tijdens de eerste rit na de winterstop, of hij wind mee of wind tegen had gehad onderweg naar de dealer en ga zo maar door. Dat stond allemaal keurig opgetekend in een piepklein notitieboekje. En dat over een periode van twintig jaar en 500.000 kilometer. Dan heb je heel wat te vertellen, ook al kom je Nederland niet uit.
In de fik
Een enkele keer heeft een Marathonmotor zo’n zwaar leven achter de rug dat die op een aanhanger vervoerd moet worden. Niet wenselijk maar met de Suzuki DR600R van Harald Lamers uit Pijnacker ging het in 2006 niet anders. De Suzuki was in 1987 nieuw gekocht om er een wereldreis mee te maken. Het bleef niet bij één wereldreis. Met de eencilinder werd liefst 211.000 kilometer gereden, waarvan een groot deel over onverhard terrein. De dynamo bleek een zwak punt, die moest het diverse keren ontgelden. Om op de brug bepaalde metingen te kunnen doen moet de motor lopen. Dat lukte nog wel, maar kort daarna was er een vreemde geur waarneembaar. Om de accu te controleren moest de buddyseat er af. Toen werd duidelijk waar de geur vandaan kwam. Een gat in de uitlaat blies uitlaatgassen tegen de onderkant van het versleten zadel aan, daar waar het schuim al zichtbaar was. Dat schuim was al aan het smeulen. Een brandblusser was nog net niet nodig.
ANWB
Een van de eerste deelnemers was in 2004 Sjaak Vonk uit Gouda met de eerste en enige Buell die op bezoek is geweest. De Buell M2 had al heel wat meegemaakt. Zowat alle ellende die je als motorrijder onderweg kunt verwachten, had de eigenaar in de 58.000 kilometer die hij met de motor had gereden al meegemaakt. Sjaak wilde langskomen voor een verhaal maar wel op één voorwaarde, het mocht geen negatief verhaal worden over zijn Buell. En dat is lastig wanneer de ANWB-ophaaldienst je met voor- en achternaam begroet wanneer je weer eens ergens bent gestrand. Maar verder niks verkeerds over de Buell, want afgezien van de vele mankementen reed de motor geweldig. Tenminste áls die reed.
Ongeval
In 2011 kwam Dries Zee uit Purmerend met zijn mooie Honda CBR600F Rossi Replica op bezoek. Als 72-jarige niet direct iemand die je op zo’n motor verwacht. Maar voor de oud-politieman was het rijden op de CBR600R een soort jongensdroom die uit kwam. Geheel volgens verwachting verkeerde de Honda in perfecte staat en, ondanks de redelijke kilometerstand van 135.000 kilometer, hoopte Dries Zee nog lang van zijn motor te kunnen genieten. Maar dat liep anders, want enkele dagen na zijn bezoek kwam het ontstellende bericht dat de Honda total loss was. In de vroege ochtend een baksteen op de weg over het hoofd gezien. De motor raakte een stoeprand, er was geen houden meer aan, niks meer van te maken. De berijder kwam er met kneuzingen en zere plekken vanaf. Zoiets kan dus na 52 schadevrije jaren gewoon gebeuren.
Vrouw met meeste kilometers
Ammy van Bedaf uit Almere kocht in 1993 een nieuwe BMW K75RT en kwam daarmee in 2010 op bezoek. Dat ze tevreden was over haar BMW moge duidelijk zijn, gezien de hoge tellerstand van 300.000 kilometer. Allemaal zelf bij elkaar gereden. Geen enkele andere deelneemster aan Marathonmotor is op een en dezelfde motor ooit qua kilometers bij haar in de buurt gekomen. Tijdens die 300.000 kilometer heeft de BMW nooit een klap verkeerd gegeven. Niet voor niets staat de K75 bekend als een van de meest betrouwbare BMW’s ooit geproduceerd. Natuurlijk ging er wel eens iets stuk, maar dat was dan altijd te herleiden tot normale slijtage.
Uitstel
Soms kan het maken van een afspraak lastig zijn, maar in het geval van Toon van der Aa uit Oirschot zou dat geen probleem moeten zijn. Als pensionado had hij alle tijd om met zijn Yamaha XT1200Z Super Ténéré op bezoek te komen. In drie jaar tijd had hij 58.000 kilometer bij elkaar gereden, waarvan een groot deel onverhard. Maar de eerste afspraak werd afgebeld. Motor startte niet. Tweede afspraak afgezegd, motor startte niet. Derde afspraak: motor opgehaald. Alle registers werden open getrokken om het euvel te vinden. De Yamaha stond bij niet gebruik netjes aan de druppellader, maar er was geen leven in te krijgen. Bij de dealer, die de motor had opgehaald, startte de motor wel. Ook bij Yamaha Nederland probeerde men een oplossing voor het probleem te vinden, maar dat lukte niet 1-2-3. Pas toen de door de eigenaar gebruikte druppellader aan een grondige test werd onderworpen, kwam aan het licht wat het probleem was. De druppellader trok de accu wel leeg, maar laadde hem vervolgens niet op. Probleem opgelost. Hoe simpel kan het soms zijn?
De makers
De schrijver van de Marathonmotorverhalen, Peter van der Sanden (63) , werkt al sinds 1979 als freelancer voor MOTO73. De eerste 25 jaar vooral als leverancier van motorcrossreportages. Later ook interviews en offroad getinte reisverhalen. Toen in 2004 de vraag kwam of hij het zag zitten om Marathonmotor op poten te zetten, greep hij die kans. Dat de serie na zeventien jaar nog steeds bestaat is een bewijs dat lezers en deelnemers het nog steeds een leuk onderwerp vinden. Peter is zelf fanatiek motorrijder, het liefst op een allroad of een offroad. Ondanks corona vorig jaar toch nog altijd goed voor 35.000 kilometer. Naast de rubriek Marathonmotor organiseert Peter offroad- en allroadtochten in Nederland en Portugal. Kortom: hij is zo ongeveer zeven dag per week bezig met het onderwerp motor. Een onderwerp dat hem nooit verveelt, niet in de laatste plaats vanwege het contact met de meest uiteenlopende personages, die allemaal één ding gemeen hebben: ze rijden motor.
Gerard van Sleeuwen (58) van de gelijknamige motorzaak in Volkel is sinds 2010 de Motor.NL-expert, die de Marathonmotoren onderzoekt. Zijn zaak bestaat meer dan 25 jaar en alle soorten motoren komen er voor onderhoud over de vloer. Gerard is geïnteresseerd in alles wat met motoren te maken heeft, maar zijn passie ligt toch vooral bij offroad en allroad rijden. Samen met zijn monteurs is er bij Van Sleeuwen Motoren genoeg technische kennis in huis om de bezoekende Marathonmotoren aan een grondige inspectie te onderwerpen. Uitgedeelde tips worden door de deelnemers meestal graag ter harte genomen. Daarvoor werden de motoren geïnspecteerd door Leo Peters Motoren in Langenboom (50 motoren) en Ton van Alphen Motoren in Handel (de eerste 100 motoren).
De mannen achter de rubriek Marathonmotor: Gerard van Sleeuwen (links) en Peter van der Sanden. Foto: Jarno van Osch
Yamaha presenteert de Digital Ride Out-app. Een unieke app en competitie voor alle motorrijders in Nederland!
In deze onzekere coronatijden is er veel wat niet kan of mag. De gebruikelijke motorbeurzen, bijeenkomsten en clubweekends zijn bijna allemaal van de kalender gehaald. Eén van de weinige dingen die wel veilig kan, zowel individueel als in groepsverband, is motorrijden. Om motorrijders op weg te helpen naar nieuwe en inspirerende avonturen binnen de landsgrenzen, presenteert Yamaha de Digital Ride Out. Dit is een nieuwe en vernieuwende digitale motorpuzzelrit die volledig corona-proof is. Iedere motorrijder in Nederlands is welkom om deel te nemen. En daar kan hij of zij ook nog eens een gloednieuwe Yamaha MT-07 mee winnen!
Prachtige motorroutes door heel Nederland
De Digital Ride Out by Yamaha is een puzzelroute die je op de motor rijdt, begeleid door een app op je smartphone. De Digital Ride Out bestaat uit verschillende routes die door professionals zijn uitgezet door alle provincies van Nederland. Elke route begint en eindigt bij een officiële Yamaha-dealer. Tijdens het rijden van de routes kun je punten verzamelen. Dit doe je door opdrachten uit te voeren of vragen te beantwoorden. Bijvoorbeeld een selfie maken voor de Yamaha-dealer waar de route start, of opzoeken hoeveel cc’s de nieuwe Yamaha MT-09 heeft. Je stuurt de resultaten van de opdrachten en de antwoorden op de vragen direct in via de Digital Ride Out app. De resultaten van alle deelnemers worden bijgehouden in een real-time klassement.
Als je meedoet met de Digital Ride Out kun je op ieder moment zien waar je staat in de ranking. Heb je serieuze ambities om prijzen te winnen, dan kun je die indien nodig kracht bij zetten door nog een extra route te rijden en extra opdrachten te vervullen. Dat doe je namelijk niet voor niets. Los van het motorrijden over mooie routes langs prachtige bezienswaardigheden wint de motorrijder die eind juli de meeste punten heeft verzameld, een gloednieuwe 2021 Yamaha MT-07 t.w.v. EUR 8.199! Daarnaast winnen de nummers 2 t/m 6 een TomTom Rider navigatiesysteem t.w.v. EUR 319.
Alle motorrijders zijn welkom
De Digital Ride Out by Yamaha is vanaf nu gratis te downloaden voor iOS en Android. De app gebruiken is gratis en deelname aan de wedstrijd is niet verplicht. Iedere motorrijder is welkom, met of zonder Yamaha. De competitie loopt van 11 mei tot en met 31 juli 2021. Meer informatie vind je op www.digitalrideout.nl.
De Digital Ride Out–App downloaden
De APP is gratis te downloaden in de App Store en Google Play store onder de naam Digital Ride Out.
Motor.nl gebruikt cookies om jouw ervaring op onze website zo goed mogelijk te maken. Hiervoor hebben we een aantal cookies nodig. Veel lees en kijkplezier!
Functionele cookies
Altijd actief
De technische opslag of toegang is strikt noodzakelijk voor het legitieme doel het gebruik mogelijk te maken van een specifieke dienst waarom de abonnee of gebruiker uitdrukkelijk heeft gevraagd, of met als enig doel de uitvoering van de transmissie van een communicatie over een elektronisch communicatienetwerk.
Voorkeuren
De technische opslag of toegang is noodzakelijk voor het legitieme doel voorkeuren op te slaan die niet door de abonnee of gebruiker zijn aangevraagd.
Statistieken
De technische opslag of toegang die uitsluitend voor statistische doeleinden wordt gebruikt.De technische opslag of toegang die uitsluitend wordt gebruikt voor anonieme statistische doeleinden. Zonder dagvaarding, vrijwillige naleving door uw Internet Service Provider, of aanvullende gegevens van een derde partij, kan informatie die alleen voor dit doel wordt opgeslagen of opgehaald gewoonlijk niet worden gebruikt om je te identificeren.
Marketing
De technische opslag of toegang is nodig om gebruikersprofielen op te stellen voor het verzenden van reclame, of om de gebruiker op een website of over verschillende websites te volgen voor soortgelijke marketingdoeleinden.