vrijdag 22 augustus 2025
Home Blog Pagina 839

Yamaha: geschiedenis in woord en beeld (49 min)

0
Yamaha Geschiedenis

De geschiedenis van Yamaha begon toen de oprichter, Torakusu Yamaha, in 1887 een gebroken rietorgel repareerde. Hij voltooide kort daarna met succes het eerste harmonium dat in Japan werd gebouwd. Maar aangezien wij geen fan zijn van traporgels zullen we ons beperken tot de Yamaha Motor Company.

In de komende 49 minuten word je compleet bijgepraat over de geschiedenis van Yamaha sinds de oprichting 65 jaar geleden. En zal het je duidelijk worden hoe het jongste Japanse merk een plekje in de motorgeschiedenis verwierf. Onder de video vind je ook de geschiedenis in schrift.

Het begin: 1955

De motordivisie van Yamaha werd opgericht in 1955 en werd geleid door Genichi Kawakami. Yamaha’s eerste product was een 125 cc tweecilinder motorfiets, de YA-1. Dit was een kopie van de Duitse DKW RT 125. De YA-1 was vanaf het begin een succes in de racesport. Hij won niet alleen de 125 cc-klasse in de Mt. Fuji Ascent, maar haalde ook het podium met een eerste, tweede en derde plaats in de All Japan Autobike Endurance Road Race datzelfde jaar. Het vroege succes in het racen zette een duidelijke toon voor Yamaha. Het actief concurreren in vele soorten racesport werd een belangrijke drijfveer in de hele geschiedenis van het bedrijf. Uiteraard vaak gevoed door een sterke rivaliteit met Honda, Suzuki, Kawasaki en andere Japanse fabrikanten.

Yamaha begon internationaal te concurreren in 1956 toen ze deelnamen aan de Catalina Grand Prix. Dit deden ze opnieuw met de YA-1 en veroverden de zesde plaats. De YA-1 werd gevolgd door de YA-2 van 1957, wederom een 125cc tweetakt, maar met een aanzienlijk verbeterd frame en vering. De YD-1 van 1957 was een 250cc tweetakt tweecilinder motorfiets, die leek op de YA-2, maar met een grotere en krachtigere motor. De YDS-1, een prestatiegerichte versie van deze motorfiets, bevatte de 250 cc tweetakt tweetaktmotor in een dubbel downtube-cradle frame en had de eerste vijfversnellingsbak ooit op een Japanse motorfiets. In deze periode bood Yamaha ook zijn eerste buitenboordmotor voor de scheepvaart aan.

Succes en groei in de jaren ’60

In 1963 betaalde Yamaha’s toewijding aan zowel de tweetaktmotor als het racen zich uit met hun eerste overwinning in een internationale competitie: de GP van België, waar ze de 250 cc-klasse wonnen. Het verkoopsucces was nog indrukwekkender en Yamaha richtte in deze periode de eerste internationale dochtermaatschappijen op, te beginnen met Thailand in 1964 en Nederland in 1968. In 1965 werd een 305 cc tweetakt-twin uitgebracht, het vlaggenschip van het bedrijf. Het was voorzien van een aparte olietoevoer die rechtstreeks olie in de benzine injecteerde vóór de verbranding (traditioneel moesten de berijders olie voormengen in de benzine voordat ze de benzinetank op tweetaktmotoren vulden). In 1967 werd een nieuw model met nóg grotere cilinderinhoud aan het assortiment toegevoegd, de 350 cc tweetakt-twin R-1.

In 1968 lanceerde Yamaha hun eerste viertaktmotor, de XS-1. De Yamaha XS-1 was een 650 cc viertakt-twin, een grotere en krachtigere machine die de cilinderinhoud en prestaties van de populaire Britse motorfietsen uit die tijd, zoals de Triumph Bonneville en BSA Gold Star, evenaarde. Yamaha ging door met zowel de tweetakt- als de viertakt-twin in een tijd dat andere Japanse fabrikanten steeds meer overstapten op viercilinder-viertaktmotoren, een trend die in 1969 door Honda werd aangevoerd met de legendarische CB-750 viertakt-viercilinder motorfiets.

Het Yamaha viertakt-tijdperk begint: de jaren zeventig

Pas in 1976 had Yamaha het antwoord op de andere Japanse merken met een eigen viertakt multicilinder. De Yamaha XS-750 (en later 850) een 750cc driecilinder motorfiets met cardanaandrijving werd bijna zeven jaar na Honda’s baanbrekende motorfiets geïntroduceerd. Yamaha’s eerste viercilindermodel, de Yamaha XS-1100, volgde in 1978, wederom met cardanaandrijving. Ondanks het feit dat hij zwaarder en meer toer-georiënteerd was dan zijn rivalen, leverde hij een indrukwekkende reeks overwinningen op in verschillende endurance-races.

In de jaren zeventig waren er ook enkele speciale off-road motoren voor off-road racen en recreatie. Yamaha was een vroege innovator op het gebied van de dirt-bike technologie en introduceerde de eerste single-shock achtervering, het handelsmerk dat wij kennen als “Monoshock” uit 1973. Het verscheen voor het eerst in productie op de Yamaha YZ-250 uit 1974, een model dat nog steeds in de productlijn zit, waardoor het Yamaha’s langstlopende model is geworden.

Yamaha bleef racen in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw met toenemend succes in verschillende klassen. Het decennium van de jaren zeventig werd afgesloten met de Yamaha XT500 die in 1979 de eerste Parijs-Dakar Rally won.

Yamaha in de jaren ’80: diversificatie en innovatie

In 1980 werd de combinatie van consumentenvoorkeur en milieuregelgeving steeds populairder. Suzuki beëindigde de productie van hun GT tweetakt serie, inclusief het vlaggenschip van de watergekoelde tweetakt 750cc GT-750 in 1977. Kawasaki, die in de jaren zeventig van de vorige eeuw veel succes had met hun tweetakt driecilinders van 250, 350, 500 en 750cc, beëindigde de productie van tweetakt motorfietsen voor de weg in 1980. Yamaha heeft deze trend doorbroken en bleef tot in de jaren tachtig tweetakt straatmotorfietsen verfijnen en verkopen. Deze motorfietsen waren prestatiegerichte, watergekoelde tweecilinder-machines, ontworpen om uitstekende prestaties te leveren door gebruik te maken van het lagere gewicht van de tweetakt motor. De Yamaha RZ-250 van 1980 was de voorloper van deze serie. De Yamaha RZ-350, met de grootste cilinderinhoud, was een populaire hot-rod motor uit de jaren tachtig en werd in sommige landen nog tot begin jaren negentig verkocht.

In de loop van de jaren tachtig ging de motorindustrie geleidelijk over van het bouwen van een paar eenvoudige maar veelzijdige modellen die ontworpen waren om goed te werken in vele omstandigheden, tot het aanbieden van veel meer gespecialiseerde motorfietsen die ontworpen waren om uit te blinken in bepaalde niches. Deze omvatten racesport en prestatiegericht rijden op de straat, toeren, motorcross, enduro, recreatief off-road rijden en cruisen. Yamaha vertakte zich van het relatief kleine aantal UJM’s (Universal Japanese Motorcycle) aan het begin van het decennium naar een veel groter aanbod in verschillende duidelijk omschreven markten aan het einde van het decennium.

De Yamaha XV750 van 1981 had een luchtgekoelde V-twin viertaktmotor en een cruiser-stijl en was een van de eerste Japanse cruiser-stijl motorfietsen. Tegen het einde van de jaren ’80 had Yamaha tientallen motorfietsen in deze stijl met een verscheidenheid aan cilinderinhoud en motorconfiguraties.

De Yamaha RZV500 was een van de eerste “replica-racers”, een bijna kopie van de Kenny Roberts competitie GP-motor, met een vloeistofgekoelde tweetaktmotor van 500cc in een V4-configuratie, samen met een twin-spar frame en een volledige kuip.

Een populairder en praktischer high-performance model voor de straat werd geïntroduceerd in 1985, de Yamaha FZ750. Het was een innovatief 750cc viertakt in-lijn viercilindermodel. Het was de eerste motorfiets met een vijfkleps cilinderkop, iets waar Yamaha bekend om werd. Hij was ook voorzien van een 45 graden naar voren gekanteld cilinderblok en een stalen twin-spar frame met kokerprofiel. De productie van de FZ ging door tot 1991.

Een andere prestatiegerichte motorfiets, was de Yamaha RX-Z, die in 1985 werd geïntroduceerd als een tweetakt naked sportmotorfiets, gerelateerd aan de Yamaha RX-135 en Yamaha RD-135, waarbij het chassis en het platform werden geleend. Oorspronkelijk uitgerust met een vijfversnellingsbak en een schijfrem voor met trommelremmen achter, was hij heel populair in Maleisië en Singapore. Na enkele jaren op de markt werd de motor verbeterd met een zesversnellingsbak, samen met een nieuwer dashboard en stuurschakelaars, en een geperforeerde schijfrem aan de voorkant, terwijl aan de achterkant de trommelremmen bleven.

Het ontwerp bleef ongewijzigd totdat het in 2004 werd verbeterd, waarbij de achterlichten werden geleend van de Yamaha Y125Z en een nieuwe koplamp werd geplaatst. Ook werd er een katalysator ingebouwd, die het vermogen terugbracht naar 19 pk. Het maximale koppel bleef echter onveranderd, maar het lage koppel werd verbeterd ten opzichte van de vroege modellen. Sommige eigenaren van eerdere RX-Z motorfietsen kunnen problemen hebben tijdens het wegrijden, omdat de motor de neiging heeft om af te slaan wanneer een onervaren rijder probeert weg te rijden in de eerste versnelling. Het probleem werd echter opgelost in het nieuwe model. In Maleisië werd deze motor geassocieerd met straatracers en was te zien in veel Maleise films. In 2011, na 26 jaar, werd de productie van het model stopgezet.

De jaren negentig voor Yamaha: prestatiegerichte motorfietsen en een spin-off merk

In 1998 bracht Yamaha een 1000cc viercilinder straatmotor op de markt die de Yamaha YZF ‘R1’ werd genoemd. Dit model introduceerde een nieuwe manier van het ontwerpen van de versnellingsbak die de totale lengte van de motor inclusief versnellingsbak verkortte, om een compactere eenheid mogelijk te maken. Hierdoor kon de motor op zijn beurt verder naar voren in het frame worden geplaatst, om het rijgedrag in een frame met kortere wielbasis te verbeteren.

In 1995 kondigde Yamaha de oprichting aan van ‘Star Motorcycles’, een nieuwe merknaam voor zijn cruiser-serie motorfietsen op de Amerikaanse markt. In andere markten werden Star-motoren nog steeds verkocht onder het merk Yamaha. Dit was een poging om een merkidentiteit te creëren die nauwer aan zou sluiten bij het marktsegment van de cruiser, een van de grootste en meest lucratieve in de VS.

De jaren 2000: Uitbreiding en consolidatie

In 2007 richtte Yamaha de Filippijnse activiteiten op en distribueert Yamaha motorfietsen onder de bedrijfsnaam Yamaha Motor Philippines, Inc., een van de meer dan 20 wereldwijde dochterondernemingen die op alle continenten actief zijn.

Dubbeltest Honda CB500X vs. Voge 500DS

0
Honda CB500X

Honda CB500X

Honda’s hoogpoot in de CB500-lijn is al jaren een zekerheid. Precies 35kW, gezegend met betrouwbaarheid en allround-karaktereigenschappen die ‘m het pure beginners-segment doen ontstijgen.

Voge 500DS

Ongetwijfeld de uitdager. Ruim duizend euro goedkoper en op het oog een ietwat schaamteloze kopie van de CB500X. Als-ie net zo goed presteert als de Honda, heeft Honda dus een probleem…

Honda CB500X (links) en de Voge 500DS
TestlocatieNederland
OmstandighedenZuid-Spaans
TemperatuurBoven de dertig graden
Testkilometers+- 350 km
BijzonderhedenWe rijden op een tropenrooster

Voge 500DS

Kopie-gedrag? Voge en haar Nederlandse dealers draaien de boel handig om. Moederbedrijf Loncin produceert al vele jaren een gros aan onderdelen voor diverse in Nederland bekendere motormerken. En dus stellen zij dat de 500DS geen kopie is, maar Loncin er nu pas een eigen merkteken opplakt. Het is een zeer simplistische weergave van de werkelijkheid, maar ook weer niet geheel uit de lucht gegrepen. Als je op Marktplaats een Honda CB500X zoekt, kom je de Nederlandse Voge-dealers tegen die hun best doen om je aandacht te trekken: ónze Voge ziet er uit als een Honda, en rijdt als een Honda! Nou, dat gaan we dus eens even uitproberen.

Voge 500DS

Chinees?

En ze hebben een punt: op het eerste oog ziet de Voge er zeker niet uit als Chinees. De afwerking is best goed en er zijn de nodige details waarmee de CB500X wordt afgetroefd. Neem de upside-down voorvork en de extra schijfrem aan de voorzijde.

Qua design doet het silhouet vooral denken aan de CB500X, maar op detailniveau zijn er wel wezenlijke verschillen. Het kontje is juist des Panigale en de knipperlichten bestaan uit dynamische LED-stroken die we nog niet eerder op een motor hebben gezien. Bekijk je het motorblok, dan zie je juist eng veel overeenkomsten. Het is bijna alleen de lak die er bij Honda iets meer premium uit ziet. Al klinken de motorblokken duidelijk anders: de Voge wat zwaarder en rauwer, de Honda spint met iets meer toeren en klinkt minder indrukwekkend.

1.90 is een beetje krap

Net zoals in het Honda-zadel zit ik met m’n 190 centimeter lichaamslengte niet bepaald ruim. Het zadel van de Voge is net iets lager dan de Honda en voor m’n gevoel zit ik dan ook iets meer met opgetrokken benen. Het uitzicht op het dashboard zorgt voor geknepen ogen, zeker wanneer de zon flink schijnt. En dat doet het, tijdens deze hittegolf. Het dashboard ligt simpelweg te plat en heeft niet genoeg contrast. De informatievoorziening is qua hoeveelheid wel indrukwekkend. Voor beginnende rijders is het heerlijk dat de toerentellerbalk, snelheid en versnellingsindicatie simpelweg het grootst worden afgebeeld. Onder het dashboard zit een USB-aansluiting en voor het dashboard zien we een instelbaar ruitje. Helaas is de bediening al afgebroken en de uitgestelde reparatie doet me qua onderdelenvoorziening voor Chinese toestanden vrezen.

Wanneer ik de Voge voor het eerst wil starten, is dat tevergeefs: de dodemansknop blijkt ingedrukt maar de startmotor draait wél rond. Die dodemansknop onderbreekt dus alleen de injectie en dat kan, zeker bij beginners, een keer een lege accu opleveren. Dat zien we anno 2020 eigenlijk nergens meer. Datzelfde geldt voor het onderhoudsschema, dat om de 5.000 kilometer aanraadt om de klepspeling te inspecteren. Wel vermeldt de Nederlandse importeur dat zij dit schema niet passend vinden voor de Europese markt, en dat ze verwachten dat dit schema in 2021 wordt aangepast.

Stijve vering

Eenmaal onderweg valt het rijgedrag niet tegen. De koppeling is niet de allerlichtste maar geeft goed gevoel, terwijl de versnellingsbak wat stroef schakelt maar absoluut 100% trefzeker is. Het gashendel reageert vrij pittig en het blok is tot 7.500 toeren per minuut heel bruikbaar. Tijdens deze test vernam ik tweemaal een injectie-hikje die ik op geen enkele manier wist te reproduceren. Ik denk dat menigeen het niet zou opmerken, maar het was er zeker. Nog zekerder zijn de trillingen. Die zijn in de spiegels, stuur, zadel en voetsteunen bij een gangetje van 120 km/u érg aanwezig. Rij je gewoon lekker actief binnendoor zonder harder te rijden dan 100, zul je ze geen moment als storend ervaren. Dat was in mijn geval helaas niet het geval.

Plus

Basisuitrusting, prijs, verbruik

Min

Trillingen, voorrem, afleesbaarheid dashboard, onderhoudsschema, het is echt geen Honda

Honda CB500X

Ik kan me zo voorstellen dat Honda-fans puffend en zuchtend naar de Voge zullen kijken. Met terechte argwaan en een dosis spot. Want zo’n 500DS, dat is als een buurman die hetzelfde voortuintje aanlegt als de jouwe, maar er een buxusstruikjes extra inzet om daarna een eigen ontwerp te claimen. Voge voegt een extra remschijf en een heuze upside-down voorvork toe om de CB500X de loef af te steken, maar dat de Honda met z’n enkele remschijf toch echt veel beter remt, dat zie je aan de buitenkant niet af. Het is een moeilijke spagaat waarin Honda in dit geval verkeert: de CB is absoluut de betere motor, maar oogt minder volwassen. En is nog eens duurder ook.

Honda CB500X

Onderhuidse pluspunten

Veel van de pluspunten van de CB500X springen niet in het oog. Zo is de koppeling veel lichter te bedienen dan die van de Voge, dankzij zelfbekrachtigend vernuft onderhuids. Mét slipperfunctie, waarvoor hetzelfde geldt. Zo’n lichte koppeling is voor de beginner lekker, maar ook voor de gelouterde motorrijder. En het verzacht de pijn van het niet instelbare koppelingshendel.

Net zo lekker is de uitblinkende rempartij. Tja, zo’n enkele remschijf aan de voorzijde oogt mager, maar het zijn de prestaties die ertoe doen. De CB laat zich met gemak aanremmen en het gevoel bij doorremmen is prima. In ieder geval een stuk beter dan bij de Voge. Rem je echter bruusk, dan duikt de tamelijk slappe voorvering wel flink in waar de Voge juist wat stugger is. Dat is debet aan de lange, comfortabele veerwegen en het gebrek aan ruime stelmogelijkheden op de voorvork. Daar is enkel de veervoorspanning instelbaar, net zoals aan de achterzijde. Hetgeen nog altijd ruimer is dan bij de Voge, waar louter de veervoorspanning op de schokdemper instelbaar is. Met z’n lange veerwegen voelt de CB500X zich wel thuis op oncomfortabel wegdek. Dat doet behoorlijk recht aan z’n allroad-uitstraling, al blijf je toch het best op de gebaande paden, een gravel-pad daargelaten.

Homogeen

Elke motorrijder die ooit op een CB500X is gestapt, zal beamen dat het stuurgedrag ronduit vriendelijk is. Beide machines in deze test scoren daarop dikke voldoendes. De Voge is iets strakker, de CB500X iets gemoedelijker. Het een is niet persé beter dan het ander. Toch werkt de algeheel betere souplesse van de Honda in z’n voordeel. Het meer uitgebalanceerde motorblok draait wat vriendelijker en voor de gasreactie geldt hetzelfde. En als je onverhoopt moet remmen voor een overstekende eend doe je dat het liefst op deze machine. Zelfs de versnellingsbak schakelt beduidend beter. Alles klopt, om er maar even een Honda-cliché in te gooien.

Maar het is wel dat cliché dat bijzonder prettig is als je een minder ervaren motorrijder bent. Dat geldt ook voor de afleesbaarheid van het dashboard. Het geheel is minder compleet dan op de Voge, maar het belangrijkste wordt groot weergegeven en ook met de zon van achteren valt alles redelijk af te lezen. Al blijft de toerentellerbalk een ondergeschoven kindje. Bij beide motoren geschiedt de bediening overigens vanaf het dashboard zelf; bediening vanaf het stuur is in deze prijscategorie geen vanzelfsprekendheid.

Honda CB500X

Lofzang

Het is moeilijk harde noten te kraken over de Honda. Althans, als je je bewust bent van het segment waarin beide motoren verkeren. Het segment van betaalbaarheid, een A2-rijbewijs en dus ook 35kW aan vermogen. Gaan we spijkers op laag water zoeken, dan kan ik enkel de eerste gasopname noemen die ondanks de doorontwikkelingen van de laatste jaren licht aanwezig blijft. Ook de al eerdergenoemde duikende voorvork verdient dan nog een vermelding. Juist de zo attente rempartij zou baat hebben bij iets meer demping bij de eerste rem-aanleg. Hoe dan ook: de Honda mag minder volwassen ogen, maar is onderhuids absoluut het meest volwassen.

Plus

Verbruik, comfort, alles klopt

Min

Iets duurder

Conclusie

De A2-rijder is troef! Deze twee hoogpoten bieden best veel motor voor weinig geld en zijn met exact 35kW aan vermogen op het A2-lijf geschreven. De Honda kost € 8.158,- en de Voge € 6.979,-. Zou je zonder proefrit moeten kiezen, dan is het geen heel gekke keuze om voor laatstgenoemde te gaan. Want bekijk je ‘m van top tot teen, dan boezemen meerdere onderdelen vertrouwen in. Z’n dubbele remschijven ogen veel meer volwassen dan de enkele schijf van Honda en de upside-down voorvork overtreft de conventionele telescopische voorvork van z’n concurrent. Maar in de praktijk is het geheel andersom. De Honda voelt, rijdt en is meer volwassen. De rempartij is daarbij tekenend: die enkele remschijf van de CB remt beter dan het dubbele exemplaar van de 500DS. Dat zegt toch veel en tel je al dit soort pluspunten op, dan is de Honda z’n meerprijs absoluut waard. Zeker als je het onderhoudschema van de Voge bekijkt. Elke 5.000 kilometer de klepspeling laten controleren is toch een behoorlijke aanslag op je portemonnee. Dat de importeur momenteel bij de fabrikant pleit voor een minder intensief schema is hoopvol, maar als koper die z’n garantie wil behouden zou ik mezelf zeker bij aanschaf in 2019 toch even achter de oren krabben.

Afijn, het leidt geen twijfel: de Honda CB500X mag gekopieerd worden. Daar hoeft Honda zich achteraf helemaal niet zo druk om te maken. En ergens is het ook best vermakelijk dat de nieuwe merken uit China zo nadrukkelijk op de deur beginnen te kloppen. Het mag als een rustige wake-up call voor de gevestigde orde gelden: er staat een nieuw continent voor de deur. Na jaren van productie voor de grote merken, hebben zij nu ook zelf ambities.

Dit mag je komend sportweekeinde echt niet missen #WK40

0
Jeffrey Buis
Jeffrey Buis (foto: 2Snap)

Doordat corona alles op de kop gezet heeft, is er voorlopig geen weekeinde zonder motorsport. Je mist dus zomaar iets en daarom kijken wij elke donderdag vooruit naar wat je mag verwachten.

1. Met een beetje geluk hebben we komend weekeinde een nieuwe wereldkampioen er bij. Of weten we in ieder geval zeker dat de nieuwe wereldkampioen uit Nederland komt. Jeffrey Buis staat in het WK Supersport 300 aan kop met 16 punten voorsprong op Scott Deroue en liefst 47 stuks op Bahattin Sofuoglu. Met nog vier wedstrijden te gaan, dit weekeinde Magny-Cours en twee weken later Estoril, zijn er dus nog 100 punten te verdelen. Flink veel, maar we hebben gekkere dingen gezien in WK Supersport 300. Weten Jeffrey en Scott Sofuoglu op meer dan 50 punten te zetten, mogen ze samen onderling gaan beslissen wie wereldkampioen wordt op Estoril. Maar eerst Magny-Cours dit weekeinde, waar het heel nat gaat worden… En een nat Magny-Cours is het recept voor complete chaos.

2. Als iemand zich thuis voelt op Magny-Cours – nat of droog – dan is het Michael van der Mark wel. Komt vast omdat hij er in 2012 zijn allereerste grote prijs pakte. Hij werd toen Superstock 600-kampioen na een waanzinnig duel met Riccardo Russo.

Michael kan nog altijd derde worden in de eindstand van het WK Superbike, want hij staat slechts 10 punten achter Chaz Davies. Jonathan Rea kan komend weekeinde trouwens wereldkampioen worden. Ja, alweer en dat terwijl hij al recordhouder is met vijf opeenvolgende titels. Scott Redding zal er alles aan doen om dat te voorkomen, maar met ‘net ietsje’ minder ervaring op Magny-Cours is dat een haast onmogelijke opgave.

3. De laatste van drie MXGP-wedstrijd wordt aanstaande zondag verreden op Mantova. Er is tijdens de eerste twee GP’s al van alles gebeurd, zowel mooi als dramatisch als verschrikkelijk, en de verwachting is dat dit zondag niet anders gaat zijn. Al hopen we dat het verschrikkelijke inmiddels wel geweest is. Na Mantova hebben de rijders amper rust, want een week later begint alweer het drieluik op Lommel. Met of zonder publiek, dat is de vraag…

Update voor 2021 Honda CB650R

0

Honda wil altijd grenzen verleggen – zowel op vlak van design als op vlag van techniek. In 2018 brachten de CB1000R, CB300R en CB125R een frisse wind in hun line-up van Naked motoren. Met café-racers als inspiratie en gecombineerd met een moderne, uiterst minimialistische look zag het Neo Sports Classic designthema het levenslicht.

Slechts één segment kreeg nog niet onmiddelijk uiting in dit nieuwe designthema: dat van de uiterst populaire middenklassers. In 2019 nam de CB650R deze rol met succes op zich en daarmee richtte Honda zich op een jonge generatie rijders die op zoek zijn naar ultieme looks, maar ook een machine willen die hen ten volle laat genieten van een krachtige viercilinder gecombineerd met lichte, veelzijdige en verfijnde stuurkwaliteiten.

In 2021 bouwt Honda voort op het gecreëerde momentum. De CB650R krijgt een aanzienlijke upgrade aan de ophanging vooraan en een reeks gedetailleerde aanpassingen zorgen voor verbeterd comfort, bruikbaarheid en wendbaarheid

Modeloverzicht

Het hoogtepunt de nieuwe CB650R ligt vooraan met 41 mm Showa Separate Function Big Piston USD vorkpoten – een ophanging van hoge kwaliteit die de stuurkwaliteiten van de motorfiets nog verbetert.

Het blok is EURO5-compatibel zonder dat vermogen verloren ging. Andere verbeteringen zijn het iets meer naar voren geplaatste stuur, verbeterde zichtbaarheid van het LCD-dashboard en een USB Type-C aansluiting onder het zadel. Uiterlijke aanpassingen zijn de nieuwe zijpanelen en een vernieuwd achterspatbord.

De 2021 CB650R zal beschikbaar zijn volgende kleurstellingen:

  • Pearl Smoky Gray **NIEUW**
  • Mat Gunpowder Black Metallic
  • Candy Chromosphere Red
  • Mat Jeans Blue Metallic

Chassis

Het stalen diamantframe van de CB650R beschikt over geperste scharnierplaten aan de swingarm en dubbele elliptische balken met een stijfheidsbalans afgesteld voor uitgebalanceerde stuureigenschappen (stijver aan het balhoofd en flexibeler aan de achterbrug) en uitstekende feedback voor de bestuurder. De balhoofdhoek is 25,5° en de naloop 101 mm. De wielbasis bedraagt 1.450 mm en het drooggewicht is 202,5 kg.

De 41 mm Showa Seperate Function Big Piston (SFF-BP) USD voorvork is een belangrijke upgrade. Een drukverdelende demper in de ene vorkpoot en het veermechanisme in de andere, zorgen voor uitstekende demping en een lager gewicht. Ook het formaat van de zuiger werd vergroot wat samen resulteert in meer fijngevoeligheid, schokabsorptie en controle. Achteraan zorgt een enkelvoudige monoshockdemper met 7-traps instelbare veervoorspanning voor demping door direct in te spelen op de gewelfde swingarm vervaardigd uit gegoten aluminium.

Radiaal gemonteerde vierzuigerremklauwen grijpen op een zwevende wave-remschijven van 310 mm diameter vooraan, en achteraan zorgt een enkelvoudige zuigerremklauw op een schijf van 240 mm voor remkracht. Uitgerust met een tweekanaals ABS-systeem.

De wielen zijn gemaakt van gegoten aluminium en worden voorzien van een 120/70-ZR17 voor- en 180/55-ZR17 achterband.

Styling en uitrusting

De kenmerkende Trapezoid-vorm met een korte, stompe achterkant en korte overhangende koplamp typeert de strakke en agressieve stijl van de CB650R Neo Sports Café. De lange benzinetank is een markant motief van het design van deze familie. De gladde lijnen accentueren de robuuste, metalen oppervlakken en onderstrepen de mechaniek achter de viercilinder aandrijving.

Nieuwe, smallere zijpanelen accentueren het minimalisme, net als het spatbord achteraan dat nu uit staal vervaardigd is, en niet meer uit nylon plastic. Onder het zadel vind je nu een USB Type-C oplaadpoort terug om eenvoudig je toestel op te laden. De zadelhoogte blijft onveranderd op 810 mm.

De ronde LED-koplamp is een van de karakteristieken van het Neo Sports Café-design. Ook de rest van de verlichting is LED. Het scherpe LCD-instrumentenpaneel haalt inspiratie bij de CB1000R, en geeft een schakelindicator en de versnelling weer. De leesbaarheid werd vebeterd dankzij een ander lettertypegrootte en andere LED-hoek.

De hoek van het stuur werd 3° verhoogd tot 35°. Deze kleine aanpassing maakt korte bochten op lage snelheid en U-bochten eenoudiger.

Valerio Aieollo van Honda’s R&D Departement in Rome, over het design van de Neo Sports Café

“Honda’s volledige Neo Sports Café-gamma is het resultaat van het CB4 conceptmodel dat in 2015 op EICMA gepresenteerd werd. Het was onze wens om de wereld van de caféracer te verkennen en te herinterpreteren op een moderne manier.”

“Alle modellen van deze CB-lijn zijn niet simpelweg retro-vintage motoren, maar eerder neo-classics: moderne motoren die een klassiek design combineren met moderne techniek.”

“We wilden een nieuwe dimensie creëren op vlak van stijl. Anders dan de gespierde streetfighters die de laatste jaren opdoken, en tegelijkertijd toch ook ver weg blijven van de simpele caféracerstijl. Het resultaat is deze Neo Sports Café-lijn, met een unieke stijl die compleet anders is dan wat de concurrentie uitbracht, en die tegelijk, of je het nu leuk vindt of niet, eenvoudig te herkennen is als Honda. De concurrentie heeft klassiekers of net erg moderne modellen in hun aanbod, maar, naar mijn mening, niet iets dat het midden van beide stijlen treft.””

“In de ontwikkeling van het CB4-concept vond ik inspiratie van ver buiten de wereld van de motoren, in horloges. Een van de sleutelconcepten tijdens het ontwerp van het Neo Sports Café-design was “mechanische kunst”. Dat is het verlangen om de pracht van verschillende mechanische elementen te tonen in een ontwerp. Horloges slagen daar erg goed in, aangezien hun mechaniek steevast een zekere charme opwerpt. Ook voor Honda is ‘Mechanische kunst’ een erg belangrijk begrip.”

 Motorblok

De 649 cc, DOHC-motor met 16 kleppen werd afgesteld om de puurste, meest aangename viercilinder middenklassesensatie mogelijk te brengen. Ook hier ervaar je die typische snelle klim doorheen het toerenbereik met het harde, hoogtoerige karakter waar Honda’s vier-in-lijn voor bekend staat. Piekvermogen van 70 kW (94 pk) wordt geleverd bij 12.000 tpm. en 63 Nm koppel ervaar je op 8.500 tpm. Voor A2-rijders valt het vermogen eenvoudig terug te brengen tot 35 kW.

In 2021 is de omschakeling naar de EURO5-norm de enige aanpassing aan het motorblok. Daarvoor werden ECU, nokken, timing van de inlaat, uitlaatpijp, katalysator en demper aangepast en er werd een krukaspulsator toegevoegd.

Directe nokbediening houdt de cilinderkop compact. Boring x slag is 67 mm x 46 mm, met een verhoogde compressieratio naar 11.6:1. Het blok is uitgerust met iridium bougies en twee luchtinlaten – eentje aan elke kant van de tank – voeden de luchtbox en zorgen voor een roffelend inlaatgeluid.

De assymetrische zuigerranden zorgen voor een minimaal contact met de cilinderwand en verminderen de wrijving. Ijzerhoudende randen aan de buitenzijde van de cilinderhuls verminderen olieconsumptie en wrijving en verbeteren hitteoverdracht. Een stille (SV) nokkenasketting behandeld met Vanadium reduceert wrijving. Interne vloeistofkanalisering van cilinderkop naar cilinders maakt de meeste externe watertubes overbodig.

Het blok maakt gebruik van een compacte interne architectuur met een zesversnellingsbak en de cilinder 30° voorwaarts gekanteld. Een assist/slipperkoppeling zorgt voor eenvoudiger opschakelen en vermijdt dat het achterwiel blokkeert bij hard afremmen en snel terugschakelen. Het Honda Selectable Torque Control (HSTC) controleert de achterwieltractie en kan indien gewenst uitgeschakeld worden.

Met een benzineverbruik van 4,9 liter per 100 km of 1 liter op 20,4 km (op het WMTC-model) en een tankinhoud van 15,4 liter, bedraagt de actieradius meer dan 300 km.

Accessoires

Voor de CB650R is een collectie van Genuine Honda Accessories beschikbaar:

Verscheidene aluminium onderdelen en aluminium inserts die het Neo Sport Café-design optimaliseren – dat zo typerend is voor de CB650R en CB1000R (windscherm, panelen voor spatbord vooraan, schoudercovers, zijcovers, afdekkapje voor de passagierszit)

  • Bodemkuip
  • Wielstrepen
  • Zadeltas en tanktas – dezelfde als die van Honda’s kenmerkende CB1000R
  • Quickshifter
  • Klein windscherm
  • 12V-aansluiting
  • Verwarmde handvatten
  • Tankbescherming

2021 Tokyo Motorcycle Show geannuleerd als gevolg van COVID-19

0

De meeste motorshows van 2020 zijn al geannuleerd als gevolg van Covid-19. De hoop dat het volgend jaar anders zou zijn, is geweken omdat ook de Tokyo Motorcycle Show van 2021 aankondigt dat de show in maart niet doorgaat.

De show zou de 48ste editie van het evenement in Japan zijn geweest, maar de organisatoren hebben besloten het evenement te annuleren om de volksgezondheid te beschermen. De motorshow zal nu plaatsvinden in 2022, hoewel de data nog moeten worden bevestigd.

Het kan zijn dat er wel een Tokyo Motorcycle Show LIVE komt, een virtuele versie van de show.

Hier is de nieuwe en kostbare KTM 350 EXC-F WESS

0

De nieuwe KTM 350 EXC-F WESS 2021 is een eerbetoon aan het wereldkampioenschap Enduro Super Series en is uitgerust met de exclusieve luchtgeveerde WP XACT-voorvork, een kostbaar chroom-molybdeen stalen traliewerk en het nieuwe 350cc DOHC-blok met elektronische injectie.

De nieuwe KTM 350 EXC-F WESS is ontwikkeld op basis van de 350 EXC-F en combineert de wendbaarheid van een tweetakt met het vermogen en koppel van een viertakt. Dit is de ‘belofte’ die KTM doet, door het nieuwe en zeer lichte (minder dan 28 kg) 350cc DOHC-blok met elektronische injectiemotor in een chroom-molybdeen traliewerk te plaatsen.

Technisch gezien is de belangrijkste innovatie die op de WESS is geïntroduceerd de luchtgeveerde 48 mm WP XACT-voorvork, die zijn debuut maakt op de KTM Enduro-reeks. Een luchtgeveerde voorvork is lichter dan een traditionele unit en werd speciaal ontworpen voor extreem off-road gebruik. De luchtgeveerde vork maakt een snelle en eenvoudige instelling van de voorspanning mogelijk via een ventiel in de linker stuurpen, terwijl compressie- en ingaande demping – ook gemakkelijk toegankelijk – zich beide in de rechter stuurpen bevinden.

Ook noemenswaardig is de aanwezigheid van een nieuwe voorremschijf, Supersprox Stealth, oranje olievuldop, grijze ODI-grepen en stuurschakelaar om de verschillende beschikbare mappings te selecteren. Op puur esthetisch niveau is de nieuwe 350 EXC-F WESS voorzien van een oranje chassis en exclusieve graphics, gewijd aan de World Enduro Super Series.

Tot slot is het originele KTM PowerParts-accessoirepakket rijk gevuld, met onder andere de Factory-wielen met oranje geanodiseerde naven, de ventilator- en radiatorbeschermers, de oranje CNC gefreesde vorkplaatjes en het Factory-zadel met veel grip. De nieuwe KTM 350 EXC-F WESS is vanaf oktober verkrijgbaar bij de dealers. Prijs n.n.b.

Promotor editie 8 – 2020

0
Promotor 8 2020

Promotor editie 8 is uit en ligt nu in de winkel.

Wil je hem online bestellen als losse editie? klik hier. GRATIS thuisbezorgd!

Eén sporttoer tegen twee pogingen

De Kawasaki Ninja 1000SX is de laatste motor van een ooit zeer populair segment. De combinatie comfort en sportieve zit was onverslaanbaar. De BMW S1000XR en de Yamaha Tracer 900GT zijn comfortabele crossovers, die met sportieve aspiraties en een rechtop-zithouding proberen te overtuigen. Slagen ze daar in?

Bretagne: van kaap naar kaap

Memhirs en Dolmen. Oeroude restanten van volkeren die lang geleden zijn verdwenen. Bretagne ligt er mee bezaaid. Maar daar komen we niet voor. Wij rijden een dwaaltocht die ons van kaap naar kaap voert. Want ook daar staat Bretagne bekend om. Woelige zeeën die stukslaan op kliffen en kapen. Mooi!

Moto Guzzi V85 TT Travel

De V85 TT heeft Moto Guzzi weer op de kaart gezet. Het zieltogende merk met z’n karakteristieke motoren kon ook wel een succes gebruiken. Het euforische gevoel bij het management over het Moto Guzzi-blok wordt verlengd met de Travel-editie van de stoere allroad. Koffers erop, bagage ingepakt en rijden maar.

1000 km in 24 uur

Covid-19 of niet: Piet Vader heeft het in z’n kop en dan moet het gebeuren. Met z’n BMW R26 uit 1959 in een ruk 1000 kilometer rijden in Nederland. The Loop noemen Piet en z’n maat Franklin het plan. Over provinciale- en B-wegen, want met 17 pk en zonder clignoteurs ‘krijg je een naar gevoel op de snelweg’..

De Westwall

De Westwall is een Duitse verdedigingslinie uit de Tweede Wereldoorlog, die bestond uit tankvallen, bunkers, mijnenvelden en mitrailleurnesten. De linie begon in Zwitserland en eindigde ter hoogte van Kleef in Duitsland. Delen bestaan nog en dat levert een boeiend thema op voor een mooie tocht.

Honda ST1300 Pan-European

De Honda ST1300 Pan-European heeft in twintig jaar een zwabberende route afgelegd om geliefd te worden bij de veelrijders. Het prachtig lopende blok, het comfort en de cardan: met een ‘Pan’ blijf je rijden. Servé Seijts is het levende bewijs. Zijn Pan-European heeft al 275.000 kilometer afgelegd…

EN VERDER

  • Wat rij jij?
  • Eerste versnelling
  • Column Boudewijn Geels
  • Een Norton met twee gezichten
  • NL-tochten van toen
  • MrGPS
  • Dunlop
  • MV Agusta Turismo Veloce Rosso
  • Column Herman Brusselmans

Honda jaagt op Royal Enfield met H’Ness CB350

0

Honda gaat de strijd aan met Royal Enfield om het marktaandeel in India veilig te stellen.

De H’Ness of CB350 is een klassiek gestileerde retromachine, met een eenclinder, telescopische vorken, een enkele schijfrem voor en een stijlvol gevormde brandstoftank. Op het eerste gezicht lijkt de motor een beetje op een miniatuur CB1100, maar de trotse eencilinder doet denken aan klassieke singles als de Royal Enfield 350’s en 500’s.

Terwijl de meeste motorfietsen retro schreeuwen, zijn sommige kenmerken van de Honda uitgesproken modern. Iets waaraan Royal Enfield ook veel aandacht zal besteden. De Honda heeft LED-koplampen, traction control, Bluetooth-connectiviteit en Honda Smart Voice-besturingssysteem. De motor zal verkrijgbaar zijn in twee versies, DLX en DLX Pro.

De Honda is speciaal ontworpen voor de Indiase markt. En de wegen n India zijn niet mals, dus is de Honda een stevig gebouwde motor. Honda sluit niet uit dat deze motor ook elders wordt verkocht. De prijs voor de H’Ness wordt geschat op IND Roepies 1,9 lakh, ongeveer €2.200,-.

Update 2021 Honda CBR650R

0

Honda’s CBR650F, die in 2014 naast de naakte CB650F op de markt kwam, bood van bij het begin een gezonde dosis viercilinder middenklasse prestaties en situeerde zich aan de sportieve zijde van zijn klasse. In 2017 kwam er een strakkere stijl die het motorblok meer benadrukte, een boost in topvermogen, de Showa Dual Bending Valve voorvork en Nissin remklauwen.

De evolutie in 2019 betekent dat de CB650F een CBR650R wordt. Met stijlelementen die direct overgenomen zijn van de CBR1000RR Fireblade, maar ook een heel eigen attitude. De ‘F’ wordt een ‘R’ en dat betekent dat er een toegenomen sportief potentieel is met het oog op betere prestaties op de weg.

Tijdens die transformatie, is de CBR650R bewust omgevormd tot een unieke motor: een sportmotor die vergelijkbaar rijplezier levert met een RR-motor, maar die toch erg praktisch in gebruik is en laag in aankoop- en gebruikskosten. Daarom is hij zowel geschikt voor dagelijks gebruik als voor sportieve uitstappen tijdens het weekend.

Dit is een aanpak die succes kende. In zijn debuutjaar 2019 was de CBR650R de op één na best verkochte sportmotor in Europa en voor 2021 zet de CBR650R zijn ontwikkelingscurve voort met gebruikersgerichte detailverbeteringen en een belangrijke upgrade voor de voorvork.

Modeloverzicht

Het belangrijkste nieuws bij deze update van de CBR650R is de toepassing van 41mm Showa Separate Function Big Piston USD voorvork – een hoogwaardige vering die het rijgedrag van de motor verder verbetert.

De motor voldoet aan de EURO5-norm zonder verlies van topvermogen; andere verbeteringen zijn onder andere een beter zicht op het LCD-scherm, nieuwe koplampreflectoren en een USB Type-C-laadcontactdoos onder het zadel. De nieuwe zijpanelen en de nummerplaathouder zijn kleine cosmetische veranderingen.

De 2021 CBR650R zal beschikbaar zijn in de volgende kleurstellingen:

  • Mat Gunpowder Black Metallic
  • Candy Chromosphere Red

 Chassis

Het stalen diamantframe van de CB650R beschikt over geperste scharnierplaten aan de swingarm en dubbele elliptische balken met een stijfheidsbalans afgesteld voor uitgebalanceerde stuureigenschappen (stijver aan het balhoofd en flexibeler aan de achterbrug) en uitstekende feedback voor de bestuurder. De balhoofdhoek is 25,5° en de naloop 101 mm. De wielbasis bedraagt 1.450 mm en het drooggewicht is 208 kg.

De 41 mm Showa Seperate Function Big Piston (SFF-BP) USD voorvork is een belangrijke upgrade. Een drukverdelende demper in de ene vorkpoot en het veermechanisme in de andere, zorgen voor uitstekende demping en een lager gewicht. Ook het formaat van de zuiger werd vergroot wat samen resulteert in meer fijngevoeligheid, schokabsorptie en controle. Achteraan zorgt een enkelvoudige monoshockdemper met 7-traps instelbare veervoorspanning voor demping door direct in te spelen op de gewelfde swingarm vervaardigd uit gegoten aluminium.

Radiaal gemonteerde vierzuigerremklauwen grijpen op een zwevende wave-remschijven van 310 mm diameter vooraan, en achteraan zorgt een enkelvoudige zuigerremklauw op een schijf van 240 mm voor remkracht. Uitgerust met een tweekanaals ABS-systeem.

De wielen zijn gemaakt van gegoten aluminium en worden voorzien van een 120/70-ZR17 voor- en 180/55-ZR17 achterband.

Styling en uitrusting

Met zijn viercilinder krachtbron duidelijk zichtbaar, is de CBR650R een toonbeeld van pure sportieve aantrekkingskracht; dubbele LED-koplampen stralen een doordringende, blik uit – met een scherp nieuw reflectorprofiel van de koplamp voor 2021 – en de bovenste en (verlengde) onderste kuipen mengen kracht met slanke lijnen.

Ook het zadel is compact en het geeft de achterkant van de motor de juiste stijl. Nieuwe zijpanelen accentueren het minimalisme, net als de stalen achterspatborden.

De agressieve rijpositie begint met een clip-on stuur dat onder de bovenste kroonplaat wordt gemonteerd. Er is nu ook een USB Type-C aansluiting onder het zadel, voor het eenvoudig opladen van een mobiel apparaat. De zithoogte blijft 810 mm.

Belangrijke functies op het LCD instrumentenbord zijn onder ander de schakelindicator en de aanduiding van de gekozen. Voor 2021 is de leesbaarheid verbeterd met een verandering van de LED-hoek en de lettergrootte.

Motorblok

De 649 cc, DOHC-motor met 16 kleppen werd afgesteld om de puurste, meest aangename viercilinder middenklassesensatie mogelijk te brengen. Ook hier ervaar je die typische snelle klim doorheen het toerenbereik met het harde, hoogtoerige karakter waar Honda’s vier-in-lijn voor bekend staat. Piekvermogen van 70 kW (94 pk) wordt geleverd bij 12.000 tpm. en 63 Nm koppel ervaar je op 8.500 tpm. Voor A2-rijders valt het vermogen eenvoudig terug te brengen tot 35 kW.

In 2021 is de omschakeling naar de EURO5-norm de enige aanpassing aan het motorblok. Daarvoor werden ECU, nokken, timing van de inlaat, uitlaatpijp, katalysator en demper aangepast en er werd een krukaspulsator toegevoegd.

Door de directe nokkenaandrijving was het mogelijk om een compacte cilinderkop te bouwen. Boring x slag bedraagt 67 x 46 mm met een hogere compressieverhouding van 11.6:1 (was 11.4:1) en een aangepast vorm van de verbrandingskamer en zuiger. De kleptrein werd versterkt en de kleptiming herzien. Er wordt nu ook gebruik gemaakt van iridium bougies.

Asymmetrische zuigerranden zorgen voor een minimaal contact met de cilinderwand en dus een mindere wrijving. Ijzerhoudende randen bewerkstelligen een verminderd olieverbruik (en wrijving) met een betere hitte overbrenging. Een stille SV nokkenasketting beperkt het wrijvingsverlies door het gebruik van een Vanadium coating op de pinnen. De interne watergeleiding van de cilinderkop naar de cilinder zorgt ervoor dat de meeste externe watertubes verdwenen zijn.

Het blok maakt gebruik van een compacte interne architectuur met een zesversnellingsbak en de cilinder 30° voorwaarts gekanteld. De assist/slipperkoppeling maakt voor het eerst zijn intrede in het 649 cc-blok en dit zorgt voor vlot opschakelen en het vermijden van het blokkeren van het achterwiel bij snel en repetitief afschakelen. De Honda Selectable Torque Control zorgt ervoor dat het achterwiel altijd de optimale tractie krijgt. Mocht de rijder dit verkiezen, dan kan dit ook uitgeschakeld worden.

Een benzineverbruik van 1/20,4 of 4,9 liter/100 km (WMTC mode) haalt de CB650R een autonomie van ruim 300 km uit de 15,4 liter benzinetank.

Accessoires

Een uitgebreid aanbod van originele Honda-accessoires is beschikbaar voor de CB650R. Dit omvat:

  • Panelen voor het voorste spatbord, zijdeksels en buddyseat cover (in aluminium)
  • Wielstriping
  • Tanktas en zadeltas
  • Quickshifter
  • Hoger windscherm (helder of getint)
  • Verwarmde handvatten

De Honda die het Royal Enfield moeilijk moet maken

0

De Honda-rivaal van Royal Enfield in India zou een cruiser kunnen zijn, gebaseerd op de Honda Rebel. Honda heeft een teaservideo uitgebracht.

Als Honda de handschoen naar Royal Enfield gooit, kan dat alleen met goedkeuring van Zijne Hoogheid. Sta ons de woordspeling toe. Maar als je wilt concurreren met een merk dat kan bogen op de kwalificatie Royal, kun je alleen reageren met een passend model genaamd Highness.

In de teaservideo die Honda heeft uitgebracht zie je niets van het model. Maar er zijn twee aanwijzingen: het geluid, de bas die nou eenmaal bij zo’n video hoort en de titel ‘Honda Highness Cruiser Motorcycle Teaser’.

Als je aan Honda’s prijslijst denkt, is de enige mogelijke motorfiets dan de Rebel. Dit gerucht wordt ook bevestigd door verschillende Indiase media. Die zeggen dat vandaag een cruiser met de naam Honda Highness of H’Ness wordt gepresenteerd. Deze Honda moet het opnemen tegen de Royal Enfield Interceptor 650.

Kortom, Honda wil geen marktaandeel verliezen in een markt met de grootte van India. Onlangs presenteerde Honda de Hornet 160R, een model in het streetfighter-segment. Een ander nieuw model, bestemd voor de premiumdealers is de 500cc-cruiser.

Honda en Royal Enfield vechten elkaar in India de tent uit. De Royal Enfield Meteor 350, die de Thunderbird 350 vervangt, wordt volgende maand gelanceerd. Als Honda’s Highness cruiser een directe concurrent is, zullen we er snel achter komen. Maar aangezien ze in India zeggen dat de nieuwe Honda via het officiële Honda-dealernetwerk wordt verkocht, is er weinig kans dat het een 300 cc-motor zal zijn.

Eén ding is zeker: de Honda is ontworpen met de Indiase consument in gedachten. Die geeft de voorkeur aan een retrodesign en een ontspannen rijpositie voor deze modellen. Bovendien doen er al geruchten de ronde over de configuratie van de Honda N’Ness: led-lichtclusters, korte spatborden, omgekeerde vork, stereodemping achter, digitaal instrumentenpaneel, breed zadel, tweekanaals ABS en een slipperkoppeling. De Honda H’Ness kan dezelfde vloeistofgekoelde 471cc parallel-twin gebruiken als de Rebel 500. Die heeft een maximum vermogen van 45,5 pk bij 8.500 tpm en een maximum koppel van 44,6 Nm bij 6.000 tpm.